 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |

archief vorig nr. lopend nr. |
 |
 |
 |

Nummer 18
Jaargang 22
26 juni 2025 Nummer 20 verschijnt op 14 augustus 2025 |  |
 |
Beschouwingen > In de polder |
delen printen
terug
|
 |
 |
 |
 |
 |
 |
Opkomst en ondergang van het NSC |
Arie de Jong |
 |
 |

Pas in het najaar van 2023 richtte Pieter Omtzigt de partij op die vanzelfsprekend en onvermijdelijk was geworden na zijn breuk met het CDA. Voor het CDA had hij, zonder veel instemming van de partijleiding, jarenlang in de Tweede Kamer gezeten. In 2021 had hij zelfs op het nippertje de strijd om het leiderschap verloren van Hugo de Jonge. Toen De Jonge er vervolgens van af zag om die rol op zich te nemen werd Wopke Hoekstra uit het niets tevoorschijn getoverd om Pieter Omtzigt de pas af te snijden. Ze lustten Pieter niet in het CDA, maar Pieter was voor veel mensen een held geworden door het aankaarten van de zogeheten toeslagenaffaire. Na de val van het kabinet Rutte IV, mede onder grote aandrang van mensen die in hem een soort verlosser zagen, begon hij voor zichzelf. Binnen enkele weken verzamelde hij een groep goede mensen om zich heen voor een lijst voor de Tweede Kamer-verkiezingen. Zijn programma baseerde zich op zijn eerder dat jaar gepubliceerde vlugschrift, ‘Nieuw Sociaal Contract’ naar een kreet uit de achttiende eeuwse Franse Revolutie. In mijn boekenkast staat de zesde druk, met een foto waarop Pieter Omtzigt hoopvol in de toekomst staart. Het werd ook de naam van de nieuwe partij.
De stormachtige opkomst van NSC
Die nieuwe partij werd al snel na de oprichting groot in de peilingen. Een keer zelfs de grootste. Twee maanden later, bij de verkiezingsuitslag, bleek NSC inderdaad een groot succes: niet de grootste maar wel vanuit het niets 20 zetels! Vreemd was wel dat de NSC na de verkiezingen, waaruit de PVV als grootste tevoorschijn kwam met 37 zetels, zonder dralen coalitieonderhandelingen begon met PVV, BBB en VVD. Drie partijen die nooit hadden bestuurd en een VVD die 10 zetels had verloren en een nieuwe politiek leider had. Hoe was dat te rijmen met het streven van de NSC naar deugdelijk en integer openbaar bestuur? De PVV, met de BBB in het kielzog, bleek juist vijandig te staan tegenover de democratische rechtsstaat. Zonder medewerking van NSC kon er nooit een kabinet komen met daarin de PVV. Ondanks veel gedoe kwam die coalitie toch tot stand. Wel verlangde het NSC van de aanstaande coalitiepartners een ‘rechtsstatelijke verklaring’. Dit was, naar ik meen, een idee van informateur Ronald Plasterk om het NSC aan tafel te houden.
Geen moment probeerde Pieter Omtzigt een andere coalitie te smeden die beter paste bij zijn rechtsstatelijke opvattingen, ook niet toen hij bij herhaling in de pers negatief werd weggezet door zijn gesprekspartners. Het doen van concessies bleek het begin van een geleidelijke afbladdering van de aanhang. Keer op keer slikte het NSC aanvallen uit de eigen coalitie op rechtsstatelijkheid, of maakte er pas op een te laat moment een punt van. Wat zo belangrijk werd gevonden en een wervend effect had gehad op de kiezers, werd bij voortduring weggegeven.
Nog een idee van Pieter Omtzigt was om een ‘extraparlementair’ kabinet te vormen. Hij heeft echter nooit helemaal duidelijk kunnen maken wat deze coalitie extraparlementair maakte. Als klap op de vuurpijl kwamen de vier fractievoorzitters de contouren van de Voorjaarsnota overeen. Dat hoort juist het kabinet te doen wil het zich met recht 'extraparlementair' noemen. De verantwoordelijke ministers werden er helemaal buiten gelaten en dit leverde een wanproduct op. Het dieptepunt was het voorstel tot een huurbevriezing, dat broddelwerk bleek te zijn.
De ondergang
Op 3 juni 2025, minder dan een jaar na het aantreden van het kabinet Schoof, viel dat kabinet en klapte de coalitie uit elkaar, omdat Geert Wilders in een vlaag van onbegrijpelijk populisme de steun van de PVV aan de coalitie introk. De door hem voorgedragen bewindspersonen moesten subiet ontslag nemen en nieuwe verkiezingen werden gepland. Anderhalve maand eerder was Pieter Omtzigt uitgezwaaid in de Tweede Kamer. Zijn gezondheid liet het hem niet meer toe te bivakkeren in de leeuwenkuil. De peilingen wezen inmiddels uit dat van de 20 veroverde zetels in november 2023 bij nieuwe verkiezingen er nog maar een of twee zouden resteren. Men kon de partij net zo goed, minder dan twee jaar na de oprichting, opheffen. En zo schaarde dit verschijnsel zich in het rijtje van politieke en electorale eendagsvliegen: de LPF, Trots op Nederland, Forum voor Democratie en de BBB Het geeft te denken.
Onfrisse omgangsvormen
Bij het ‘debat’ in de Tweede Kamer over de ontstane situatie na de val van het kabinet, ging Geert Wilders met volle kracht tekeer tegen het NSC. Geert mocht Pieter al niet, maar Nicolien van Vroonhoven, de kersverse fractieleider die door het plotselinge vertrek van Pieter Omtzigt enigszins tegen haar wil in die functie moest opereren, kreeg helemaal de wind van voren. Wilders verbasterde de afkorting NSC tot de Nationale Sabotage Club. Fijn als je zo investeert in goede verhoudingen met je oude coalitiepartners. En zoals een journalist van het Nederlands Dagblad schreef: onvoorstelbaar dat VVD en BBB geen geluid maakten en het blijkbaar acceptabel vonden dat publiekelijk een partij waarmee ze anderhalf jaar hadden samengewerkt op deze idiote en onrechtsstatelijke manier werd afgemaakt.
Overigens was dit debat en alles er omheen in meer opzichten dubieus, voorals als het ging om het tonen van onderling respect en het verhelderen waar de diverse partijen op aan sturen na de verkiezingen. Zo viel ik van mijn stoel bij de liefdesbetuigingen van de SGP aan de PVV, de afstand die de onnavolgbare Dilan Yesilgöz (VVD) en de soms wat stuurse Caroline van der Plas (BBB) ten opzichte van GroenLinks/PvdA toonden (terwijl ze helemaal met de ogen gaan rollen bij D66, Denk of de SP), de aanhankelijkheidsbetuigingen van de kant van Nicolien van Vroonhoven (NSC) aan Volt en D66, de afschuw van Mirjam Bikker (CU) over de PVV, het gezuig van Thierry Baudet (FvD) naar Wilders en de ultrarechtse praat van het enige Kamerlid voor JA21 om kiezers los te weken uit de stal van de PVV.
Een ding was wel helder: bijna iedereen probeerde het CDA te paaien. Zoals Henri Bontenbal (CDA) me al maanden geleden voorspelde zit het CDA in de volgende coalitie in tegenstelling tot NSC, BBB en PVV. Alle andere partijen hebben die drie afgeschreven al kostte het de onnavolgbare Dilan Yesilgöz nog een week om te verklaren dat ze geen coalitie meer wil met de PVV.
Het was al met al niet om vrolijk van te worden.
----------
De tekening is van Coccie van Duijn.
De foto komt van Wikimedia Commons

|
 |
 |
|
 |
 |
 |
 |
Beschouwingen > In de polder |
Opkomst en ondergang van het NSC |
Arie de Jong |
Pas in het najaar van 2023 richtte Pieter Omtzigt de partij op die vanzelfsprekend en onvermijdelijk was geworden na zijn breuk met het CDA. Voor het CDA had hij, zonder veel instemming van de partijleiding, jarenlang in de Tweede Kamer gezeten. In 2021 had hij zelfs op het nippertje de strijd om het leiderschap verloren van Hugo de Jonge. Toen De Jonge er vervolgens van af zag om die rol op zich te nemen werd Wopke Hoekstra uit het niets tevoorschijn getoverd om Pieter Omtzigt de pas af te snijden. Ze lustten Pieter niet in het CDA, maar Pieter was voor veel mensen een held geworden door het aankaarten van de zogeheten toeslagenaffaire. Na de val van het kabinet Rutte IV, mede onder grote aandrang van mensen die in hem een soort verlosser zagen, begon hij voor zichzelf. Binnen enkele weken verzamelde hij een groep goede mensen om zich heen voor een lijst voor de Tweede Kamer-verkiezingen. Zijn programma baseerde zich op zijn eerder dat jaar gepubliceerde vlugschrift, ‘Nieuw Sociaal Contract’ naar een kreet uit de achttiende eeuwse Franse Revolutie. In mijn boekenkast staat de zesde druk, met een foto waarop Pieter Omtzigt hoopvol in de toekomst staart. Het werd ook de naam van de nieuwe partij.
De stormachtige opkomst van NSC
Die nieuwe partij werd al snel na de oprichting groot in de peilingen. Een keer zelfs de grootste. Twee maanden later, bij de verkiezingsuitslag, bleek NSC inderdaad een groot succes: niet de grootste maar wel vanuit het niets 20 zetels! Vreemd was wel dat de NSC na de verkiezingen, waaruit de PVV als grootste tevoorschijn kwam met 37 zetels, zonder dralen coalitieonderhandelingen begon met PVV, BBB en VVD. Drie partijen die nooit hadden bestuurd en een VVD die 10 zetels had verloren en een nieuwe politiek leider had. Hoe was dat te rijmen met het streven van de NSC naar deugdelijk en integer openbaar bestuur? De PVV, met de BBB in het kielzog, bleek juist vijandig te staan tegenover de democratische rechtsstaat. Zonder medewerking van NSC kon er nooit een kabinet komen met daarin de PVV. Ondanks veel gedoe kwam die coalitie toch tot stand. Wel verlangde het NSC van de aanstaande coalitiepartners een ‘rechtsstatelijke verklaring’. Dit was, naar ik meen, een idee van informateur Ronald Plasterk om het NSC aan tafel te houden.
Geen moment probeerde Pieter Omtzigt een andere coalitie te smeden die beter paste bij zijn rechtsstatelijke opvattingen, ook niet toen hij bij herhaling in de pers negatief werd weggezet door zijn gesprekspartners. Het doen van concessies bleek het begin van een geleidelijke afbladdering van de aanhang. Keer op keer slikte het NSC aanvallen uit de eigen coalitie op rechtsstatelijkheid, of maakte er pas op een te laat moment een punt van. Wat zo belangrijk werd gevonden en een wervend effect had gehad op de kiezers, werd bij voortduring weggegeven.
Nog een idee van Pieter Omtzigt was om een ‘extraparlementair’ kabinet te vormen. Hij heeft echter nooit helemaal duidelijk kunnen maken wat deze coalitie extraparlementair maakte. Als klap op de vuurpijl kwamen de vier fractievoorzitters de contouren van de Voorjaarsnota overeen. Dat hoort juist het kabinet te doen wil het zich met recht 'extraparlementair' noemen. De verantwoordelijke ministers werden er helemaal buiten gelaten en dit leverde een wanproduct op. Het dieptepunt was het voorstel tot een huurbevriezing, dat broddelwerk bleek te zijn.
De ondergang
Op 3 juni 2025, minder dan een jaar na het aantreden van het kabinet Schoof, viel dat kabinet en klapte de coalitie uit elkaar, omdat Geert Wilders in een vlaag van onbegrijpelijk populisme de steun van de PVV aan de coalitie introk. De door hem voorgedragen bewindspersonen moesten subiet ontslag nemen en nieuwe verkiezingen werden gepland. Anderhalve maand eerder was Pieter Omtzigt uitgezwaaid in de Tweede Kamer. Zijn gezondheid liet het hem niet meer toe te bivakkeren in de leeuwenkuil. De peilingen wezen inmiddels uit dat van de 20 veroverde zetels in november 2023 bij nieuwe verkiezingen er nog maar een of twee zouden resteren. Men kon de partij net zo goed, minder dan twee jaar na de oprichting, opheffen. En zo schaarde dit verschijnsel zich in het rijtje van politieke en electorale eendagsvliegen: de LPF, Trots op Nederland, Forum voor Democratie en de BBB Het geeft te denken.
Onfrisse omgangsvormen
Bij het ‘debat’ in de Tweede Kamer over de ontstane situatie na de val van het kabinet, ging Geert Wilders met volle kracht tekeer tegen het NSC. Geert mocht Pieter al niet, maar Nicolien van Vroonhoven, de kersverse fractieleider die door het plotselinge vertrek van Pieter Omtzigt enigszins tegen haar wil in die functie moest opereren, kreeg helemaal de wind van voren. Wilders verbasterde de afkorting NSC tot de Nationale Sabotage Club. Fijn als je zo investeert in goede verhoudingen met je oude coalitiepartners. En zoals een journalist van het Nederlands Dagblad schreef: onvoorstelbaar dat VVD en BBB geen geluid maakten en het blijkbaar acceptabel vonden dat publiekelijk een partij waarmee ze anderhalf jaar hadden samengewerkt op deze idiote en onrechtsstatelijke manier werd afgemaakt.
Overigens was dit debat en alles er omheen in meer opzichten dubieus, voorals als het ging om het tonen van onderling respect en het verhelderen waar de diverse partijen op aan sturen na de verkiezingen. Zo viel ik van mijn stoel bij de liefdesbetuigingen van de SGP aan de PVV, de afstand die de onnavolgbare Dilan Yesilgöz (VVD) en de soms wat stuurse Caroline van der Plas (BBB) ten opzichte van GroenLinks/PvdA toonden (terwijl ze helemaal met de ogen gaan rollen bij D66, Denk of de SP), de aanhankelijkheidsbetuigingen van de kant van Nicolien van Vroonhoven (NSC) aan Volt en D66, de afschuw van Mirjam Bikker (CU) over de PVV, het gezuig van Thierry Baudet (FvD) naar Wilders en de ultrarechtse praat van het enige Kamerlid voor JA21 om kiezers los te weken uit de stal van de PVV.
Een ding was wel helder: bijna iedereen probeerde het CDA te paaien. Zoals Henri Bontenbal (CDA) me al maanden geleden voorspelde zit het CDA in de volgende coalitie in tegenstelling tot NSC, BBB en PVV. Alle andere partijen hebben die drie afgeschreven al kostte het de onnavolgbare Dilan Yesilgöz nog een week om te verklaren dat ze geen coalitie meer wil met de PVV.
Het was al met al niet om vrolijk van te worden.
----------
De tekening is van Coccie van Duijn.
De foto komt van Wikimedia Commons |
© 2025 Arie de Jong |
 |
 |
 |
 |
powered by CJ2 |
|