archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 16
Jaargang 22
22 mei 2025
Bezigheden > Op de fiets delen printen terug
Naar de bollen Thomas van der Steen

2215BZ Naar de bollenOp een warme zondag, voorjaar 1966, ging ik met vriendjes zwemmen in het kanaal. Nou ja, van de brug het kanaal in springen, dat noemden wij zwemmen. Volkomen uitgepierd pakten we ‘s middags onze fietsen en staken de Vreelandseweg over. Zonder gevaar want de eindeloze rij auto’s onderweg naar Duitsland stond stil. Pruttelende DKW’s (2-takt motor), zacht huilende Kevers (luchtgekoeld), monotoon dieselende Mercedessen, Opels Kadett, Kapitän, Admiral (Duitsers bleven Pruisen) Fords, BMW’s en allemaal waren ze naar de bollen geweest. Bloemenslingers sierden alle motorkappen. Na de lange tocht naar Oberhausen, Wuppertal of Dortmund hingen de slingers er vermoedelijk minder fleurig bij.

In Roelofarendsveen starten we onze bollenroute. Bloemen houden van mensen maar vrouwen nog meer van bloemen dus Belinda fietst graag mee. Op het eerste traject valt er nog geen bloem te bekennen, louter gras, koeien, boerderijen en molens. Niet zo gek, we peddelen door het Groene Hart. De Oude Adeseweg gaat over in de Leidseweg en aan de einder tekent zich de skyline van Leiden af. De fietsroute behoedt ons voor de drukte van de de stad; we schampen Leiderdorp en Leiden. Daardoor zien we een voor ons onbekend stukje Sleutelstad: de haven en de Zijlpoort. De poort blijkt een plaatje.

We doorkruisen Warmond en genieten van de fris gelakte rood-witte luiken en de dorpse kneuterigheid. Maar we hebben nog altijd geen bloemenveld gezien. Langs het fietspad van Sassenheim naar Lisse barst het eindelijk los. Een gele zee van narcissen strekt zover het oog reikt. De boer heeft zijn handel beveiligd door een brede sloot. Nadat eerst de Nederlanders zelf de bollentoeristen waren, werden dat na de oorlog de Duitsers. En nu zijn de Aziaten aan de beurt. Hun drang om selfies te nemen tussen de bloemen is alleen te stuiten door een waterlinie. Want  poezelige voetjes van Japanse vrouwen fungeren als bulldozers in tere bloembedden.

Hoe dichter we bij Lisse komen, hoe meer bloemen. Eerdergenoemde narcissen, maar ook hyacinten. Vooral de velden vol met de blauwpaarse variant maken indruk. Dat maakt deze attractie zo mooi, je ziet de natuur perfect afgepast in een geometrisch vierkant.
Dat de Keukenhof vlakbij is, merken we aan de touringcars die ons inhalen. Er zijn ook veel in de berm geparkeerde taxi’s. Hun klanten fotograferen er lustig op los, vooral zichzelf. Familie en vrienden krijgen hun door bloemen omkranste selfie al een seconde later te zien in Osaka, Kolkata, Manilla of Guangzhou.

We fietsen om Lisse heen en langs de Kagerplassen en Haarlemmerringvaart terug naar Roelofarendsveen. Hier geen sierbloemen meer, alleen nog pinkster- en paardenbloemen. We stellen vast dat we op ons toertje geen tulpen hebben gezien, vreemd. ‘s Avonds in het nieuws krijgen we het antwoord. Door de aanhoudende droogte heeft ons nationaal symbool geen kans gehad zich te verheffen. Maar de specialist ter zake stelt de goegemeente gerust: ‘Een paar spatjes regen en ze gaan los.’ Voor ons te laat maar een hyacint maakt ook voorjaar.

Naar de bollen
Naar die prachtige bollen
Waar je sprakeloos geniet
Van de kleuren die je ziet
Naar de bollen
Die heerlijke bollen
Want die zie je maar eenmaal in het jaar


Muziek Louis Davids, tekst Jacques van Tol

--------

De foto is van de schrijver.


© 2025 Thomas van der Steen meer Thomas van der Steen - meer "Op de fiets" -
Bezigheden > Op de fiets
Naar de bollen Thomas van der Steen
2215BZ Naar de bollenOp een warme zondag, voorjaar 1966, ging ik met vriendjes zwemmen in het kanaal. Nou ja, van de brug het kanaal in springen, dat noemden wij zwemmen. Volkomen uitgepierd pakten we ‘s middags onze fietsen en staken de Vreelandseweg over. Zonder gevaar want de eindeloze rij auto’s onderweg naar Duitsland stond stil. Pruttelende DKW’s (2-takt motor), zacht huilende Kevers (luchtgekoeld), monotoon dieselende Mercedessen, Opels Kadett, Kapitän, Admiral (Duitsers bleven Pruisen) Fords, BMW’s en allemaal waren ze naar de bollen geweest. Bloemenslingers sierden alle motorkappen. Na de lange tocht naar Oberhausen, Wuppertal of Dortmund hingen de slingers er vermoedelijk minder fleurig bij.

In Roelofarendsveen starten we onze bollenroute. Bloemen houden van mensen maar vrouwen nog meer van bloemen dus Belinda fietst graag mee. Op het eerste traject valt er nog geen bloem te bekennen, louter gras, koeien, boerderijen en molens. Niet zo gek, we peddelen door het Groene Hart. De Oude Adeseweg gaat over in de Leidseweg en aan de einder tekent zich de skyline van Leiden af. De fietsroute behoedt ons voor de drukte van de de stad; we schampen Leiderdorp en Leiden. Daardoor zien we een voor ons onbekend stukje Sleutelstad: de haven en de Zijlpoort. De poort blijkt een plaatje.

We doorkruisen Warmond en genieten van de fris gelakte rood-witte luiken en de dorpse kneuterigheid. Maar we hebben nog altijd geen bloemenveld gezien. Langs het fietspad van Sassenheim naar Lisse barst het eindelijk los. Een gele zee van narcissen strekt zover het oog reikt. De boer heeft zijn handel beveiligd door een brede sloot. Nadat eerst de Nederlanders zelf de bollentoeristen waren, werden dat na de oorlog de Duitsers. En nu zijn de Aziaten aan de beurt. Hun drang om selfies te nemen tussen de bloemen is alleen te stuiten door een waterlinie. Want  poezelige voetjes van Japanse vrouwen fungeren als bulldozers in tere bloembedden.

Hoe dichter we bij Lisse komen, hoe meer bloemen. Eerdergenoemde narcissen, maar ook hyacinten. Vooral de velden vol met de blauwpaarse variant maken indruk. Dat maakt deze attractie zo mooi, je ziet de natuur perfect afgepast in een geometrisch vierkant.
Dat de Keukenhof vlakbij is, merken we aan de touringcars die ons inhalen. Er zijn ook veel in de berm geparkeerde taxi’s. Hun klanten fotograferen er lustig op los, vooral zichzelf. Familie en vrienden krijgen hun door bloemen omkranste selfie al een seconde later te zien in Osaka, Kolkata, Manilla of Guangzhou.

We fietsen om Lisse heen en langs de Kagerplassen en Haarlemmerringvaart terug naar Roelofarendsveen. Hier geen sierbloemen meer, alleen nog pinkster- en paardenbloemen. We stellen vast dat we op ons toertje geen tulpen hebben gezien, vreemd. ‘s Avonds in het nieuws krijgen we het antwoord. Door de aanhoudende droogte heeft ons nationaal symbool geen kans gehad zich te verheffen. Maar de specialist ter zake stelt de goegemeente gerust: ‘Een paar spatjes regen en ze gaan los.’ Voor ons te laat maar een hyacint maakt ook voorjaar.

Naar de bollen
Naar die prachtige bollen
Waar je sprakeloos geniet
Van de kleuren die je ziet
Naar de bollen
Die heerlijke bollen
Want die zie je maar eenmaal in het jaar


Muziek Louis Davids, tekst Jacques van Tol

--------

De foto is van de schrijver.
© 2025 Thomas van der Steen
powered by CJ2