
 Het ligt al een poosje naast mij als ik ’s avonds televisie kijk. Soms blader ik er even in en lees een verhaal. Het gaat over De Nieuwe Ooster, de begraafplaats in Amsterdam. Ik ben er wel eens geweest want mijn zus woont in de Watergraafsmeer. En er is een museum, Tot Zover, waar ik al eens over geschreven heb. En nu is er dus het boek ‘Waarachtige Verhalen’, de historie van de 130 jaar oude begraafplaats.
Hoe het boek bij mij komt is al een verhaal op zich. Het is geschreven door Marie-Louise Meunis, oud-directeur van De Nieuwe Ooster en zij woont tegenwoordig aan de zeedijk boven Leeuwarden. Voor haar boek heeft ze een uitgever gevonden in Friesland en die heeft voor het corrigeren van de tekst het Tekstbureau Andries de Haan ingeschakeld en Andries is een goede vriend van mij. Hij laat mij geregeld de resultaten van zijn werk zien: de meeste boeken waarover ik schrijf zijn door hem gecorrigeerd. Een andere persoonlijke verbinding met het boek is dat mijn zwager wethouder is geweest in de Watergraafsmeer met de Nieuwe Ooster in zijn portefeuille en hij heeft er na zijn aftreden nog met de schrijfster gewerkt.
Het boek zelf
Een fors formaat van 27 x 27 cm en 3 cm dik, 264 bladzijden met veel foto’s en prachtige verhalen waaruit een grote liefde spreekt voor de begraafplaats en vooral voor alle mensen die er werken of eraan gewerkt hebben. Voor de helft gaat het over de geschiedenis van de begraafplaats, waar alles voorbij komt, van de eerste architect tot de prijs voor de herinrichting in 2013 naar ontwerp van H.J. Henket.
De andere helft bestaat uit dertig korte verhalen die vooral horen bij de mensen die er liggen begraven. Verschillende landen van herkomst, verschillende geloven levert heel veel verschillende  verhalen op. Van opvallende mensen uit het verleden tot het overlijden van de moeder van een vriendin in een verpleeghuis en de moeite die het kostte om haar de gewenste begrafenis te geven. Waar je het boek ook openslaat, daar ademt het respect uit voor de overledenen en de nabestaanden en de opvatting dat daarvoor tijd en zorg nodig is.
Het blad van de Gingko Biloba is sinds vele jaren het symbool van De
Nieuwe Ooster. De boom is sterk en kan wel tweehonderd jaar oud worden. Johann Wolfgang von Goethe zag de boom tijdens een wandeling. Hij
kweekte en plantte er honderden van en schreef er een sonnet over voor
zijn geliefde.
Eén verhaal, uit de eerste helft
Johan Mullenders kwam in 1992 in dienst als tuinman. Hij heeft dan al ervaring als hovenier en zijn belangstelling voor bomen is er al en wordt steeds groter. Hij ontdekt dat hij aanleg heeft voor klimmen, wat makkelijk is bij het onderhoud van bomen en hij wordt de bomenspecialist met een budget voor het onderhoud aan en de aanschaf van bomen. Er komt een bordje met het woord ‘Arboretum’ bij de ingang. Maar hij wil meer, hij wil zijn eigen tijd er ook insteken. Binnen de Nieuwe Ooster is dat niet haalbaar maar hij komt met een oplossing: een Stichting Arboretum De Nieuwe Ooster met een eigen website en eigen donoren kan meer aandacht geven aan de bomen. En inmiddels heeft het vijf sterren voor de bomencollectie van de Nederlandse Dendrologische Vereniging, de bomenclub zogezegd. En Johan kreeg voor zijn inspanningen het Andreaskruis van de gemeente Amsterdam.
Waarachtige verhalen, najaar 2024, uitgeverij Louise
----------
De plaatjes zijn geleverd door de auteur.

|