 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |

archief vorig nr. lopend nr. |
 |
 |
 |

Nummer 10
Jaargang 22
13 februari 2025 Nummer 11 verschijnt op 27 februari 2025 |  |
 |
Beschouwingen > Het leven zelf |
delen printen
terug
|
 |
 |
 |
 |
 |
 |
Er is een boek over te schrijven* |
Nienke Nieuwenhuizen |
 |
 |

Soms zeggen mensen tegen me: Jij moest een boek schrijven! Ze weten niet hoe graag ik dat zou willen. Maar hoe vang je dat aan? Ik kan putten uit vele verhalen uit mijn familie. Maar hoe vat je die samen. Mijn moeder vertelde me vroeger hoe haar moeder naar binnen keek in haar eigen huis en een tafel met theelichtje en een naaimandje ernaast zag staan en de opmerking maakte: ‘Kijk nou eens hoe gezellig!’ Maar hoe sprak ze, hoe bewoog ze, ik weet het niet, ik heb haar niet gekend. Ze heeft negen kinderen gekregen, hoe leefden ze samen? Opa was groenteman. Maar op zijn trouwdag werd hij nog als veldarbeider geregistreerd. Ze woonden in de Haarlemmermeer. De broers van opoe hielpen met de ontginning van de polder! Opoe was in 1874 in Zwartsluis geboren. Was het werk in die polder de oorzaak van de verhuizing van haar ouders en het hele gezin?
De Badhoeve
Zelf ging ze als jonge vrouw werken op de Badhoeve, Badhoevedorp bestond nog niet. De Badhoeve was een grote boerderij van een rijke boer. Van 'mevrouw' moest ze de sokken na het wassen spoelen tot het water helder was, al was het nog zo koud. De boer, van wie ze ongetwijfeld ook sokken in het water had, kneep haar in haar billen. Zij uitte al haar opgekropte woede door het ijskoude water met sokken en al over zijn kop te gooien! Leuk verhaal, maar hoe ging het verder? Werd ze ontslagen? Liep ze zelf weg?
Een ander verhaal: Opoe had inmiddels vijf kinderen en verkocht brood vanuit een hondenkar. Ze waren verhuisd van Sloten naar Osdorp. Daarna werd het de Staatsliedenbuurt in Amsterdam. Daar runden ze een groentewinkel op de Groen van Prinstererstraat. Mijn moeder ging daar samen met het zoontje van de melkboer naar de kleuterschool en sliep onder de trap. Toen de kinderschaar zich inmiddels had uitgebreid naar acht kinderen verhuisden ze naar Zaandam. Daar gingen ze wonen in een groot, scheefgezakt huis met groentetuin. De groenten uit eigen tuin werden rondgevent met paard en wagen door opa en ze kregen daar nog een kind: Tini, de jongste. En ondanks een longoperatie, waardoor opoe later moest leven met één long, ging het de familie goed! Inmiddels werkten er ook al enkele kinderen.
De Watersnood van 1916
Een huis werd gekocht in de Wijde Wormer. Hier stierven alle konijnen doordat er loodwit in de grond zat. Er had een loodwitmolen op die plek gestaan. Wederom een verhuizing. Oostzaan ditmaal. Het werd 1916, Watersnood. Met de kleinste kinderen in een roeiboot, één ziek met typhus, roeide opoe door de storm naar Zaandam onder het zingen van: Hoe zachtkens glijdt ons bootje. Ze werden daar opgevangen in de Bullekerk. Mijn moeder Trien, 15 jaar met zus Marretje, 16 jaar, vonden het reuze interessant en begonnen als vluchteling een zelfgemaakt soort Engels te spreken. Een oud café bij de haven in Zaandam dat leegstond werd het nieuwe onderkomen. Houtschepen vaarden niet meer ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. Op de plek van het café zou later de fabriek van Bruynzeel staan. Opoe roeide naar haar nieuwe onderkomen met een pijp voor de kachel! Ze bouwde eigenhandig de oude officiersmess om tot slaapkamers. Ze was gelukkig op het Blauwe Zand. Ze hield van de rust en het water om zich heen. Heb ik dat van jou, opoe? En, al werd je maar 64 jaar er zou nog veel meer gebeuren. Je zou nog een kind verliezen aan de Spaanse Griep. Een dochter van je kreeg een kind van een Russische zeeman die tijdens de Oktoberrevolutie omkwam. Ach opoe, hoe heb je dat allemaal ervaren, ik zou zo graag in je gevoelens kruipen en het met jouw mond vertellen. Mijn geliefde schrijfster Isabel zou jouw verhaal prachtig kunnen beschrijven. Zij gaat op 8 januari achter haar bureau zitten en begint een boek. Zover zal ik, denk ik, nooit komen!
----------
De tekening is van Petra Busstra.

|
 |
 |
|
 |
 |
 |
 |
Beschouwingen > Het leven zelf |
Er is een boek over te schrijven* |
Nienke Nieuwenhuizen |
Soms zeggen mensen tegen me: Jij moest een boek schrijven! Ze weten niet hoe graag ik dat zou willen. Maar hoe vang je dat aan? Ik kan putten uit vele verhalen uit mijn familie. Maar hoe vat je die samen. Mijn moeder vertelde me vroeger hoe haar moeder naar binnen keek in haar eigen huis en een tafel met theelichtje en een naaimandje ernaast zag staan en de opmerking maakte: ‘Kijk nou eens hoe gezellig!’ Maar hoe sprak ze, hoe bewoog ze, ik weet het niet, ik heb haar niet gekend. Ze heeft negen kinderen gekregen, hoe leefden ze samen? Opa was groenteman. Maar op zijn trouwdag werd hij nog als veldarbeider geregistreerd. Ze woonden in de Haarlemmermeer. De broers van opoe hielpen met de ontginning van de polder! Opoe was in 1874 in Zwartsluis geboren. Was het werk in die polder de oorzaak van de verhuizing van haar ouders en het hele gezin?
De Badhoeve
Zelf ging ze als jonge vrouw werken op de Badhoeve, Badhoevedorp bestond nog niet. De Badhoeve was een grote boerderij van een rijke boer. Van 'mevrouw' moest ze de sokken na het wassen spoelen tot het water helder was, al was het nog zo koud. De boer, van wie ze ongetwijfeld ook sokken in het water had, kneep haar in haar billen. Zij uitte al haar opgekropte woede door het ijskoude water met sokken en al over zijn kop te gooien! Leuk verhaal, maar hoe ging het verder? Werd ze ontslagen? Liep ze zelf weg?
Een ander verhaal: Opoe had inmiddels vijf kinderen en verkocht brood vanuit een hondenkar. Ze waren verhuisd van Sloten naar Osdorp. Daarna werd het de Staatsliedenbuurt in Amsterdam. Daar runden ze een groentewinkel op de Groen van Prinstererstraat. Mijn moeder ging daar samen met het zoontje van de melkboer naar de kleuterschool en sliep onder de trap. Toen de kinderschaar zich inmiddels had uitgebreid naar acht kinderen verhuisden ze naar Zaandam. Daar gingen ze wonen in een groot, scheefgezakt huis met groentetuin. De groenten uit eigen tuin werden rondgevent met paard en wagen door opa en ze kregen daar nog een kind: Tini, de jongste. En ondanks een longoperatie, waardoor opoe later moest leven met één long, ging het de familie goed! Inmiddels werkten er ook al enkele kinderen.
De Watersnood van 1916
Een huis werd gekocht in de Wijde Wormer. Hier stierven alle konijnen doordat er loodwit in de grond zat. Er had een loodwitmolen op die plek gestaan. Wederom een verhuizing. Oostzaan ditmaal. Het werd 1916, Watersnood. Met de kleinste kinderen in een roeiboot, één ziek met typhus, roeide opoe door de storm naar Zaandam onder het zingen van: Hoe zachtkens glijdt ons bootje. Ze werden daar opgevangen in de Bullekerk. Mijn moeder Trien, 15 jaar met zus Marretje, 16 jaar, vonden het reuze interessant en begonnen als vluchteling een zelfgemaakt soort Engels te spreken. Een oud café bij de haven in Zaandam dat leegstond werd het nieuwe onderkomen. Houtschepen vaarden niet meer ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. Op de plek van het café zou later de fabriek van Bruynzeel staan. Opoe roeide naar haar nieuwe onderkomen met een pijp voor de kachel! Ze bouwde eigenhandig de oude officiersmess om tot slaapkamers. Ze was gelukkig op het Blauwe Zand. Ze hield van de rust en het water om zich heen. Heb ik dat van jou, opoe? En, al werd je maar 64 jaar er zou nog veel meer gebeuren. Je zou nog een kind verliezen aan de Spaanse Griep. Een dochter van je kreeg een kind van een Russische zeeman die tijdens de Oktoberrevolutie omkwam. Ach opoe, hoe heb je dat allemaal ervaren, ik zou zo graag in je gevoelens kruipen en het met jouw mond vertellen. Mijn geliefde schrijfster Isabel zou jouw verhaal prachtig kunnen beschrijven. Zij gaat op 8 januari achter haar bureau zitten en begint een boek. Zover zal ik, denk ik, nooit komen!
----------
De tekening is van Petra Busstra.
|
© 2025 Nienke Nieuwenhuizen |
 |
 |
 |
 |
powered by CJ2 |
|