|
|
|
|
|
|
|
archiefvorig nr.lopend nr. |
|
|
|
Nummer 4
Jaargang 22
31 oktober 2024 Nummer 5 verschijnt op 14 november 2024 | |
|
Bezigheden > Op de fiets |
delen printen
terug
|
|
|
|
|
|
|
Heiligen van zand |
Thomas van der Steen |
|
|
Met het klimmen der jaren raak ik steeds meer geïnteresseerd in religie en filosofie. Ter verbreding van mijn kennis over levensbeschouwelijke kwesties luister ik bijvoorbeeld iedere week naar De Ongelooflijke Podcast, van de EO, mind you. Ik bezoek elke nieuwe tentoonstelling van het Utrechtse Catharijneconvent en loop elk gebedshuis binnen waarvan de deur openstaat. Zo bezocht ik dit jaar de Grieks-Orthodoxe kathedraal van de Heilige Nikolaas in Rotterdam, de immense Ulu moskee in Utrecht, de Portugese Synagoge in Amsterdam maar ook de Oud-Katholieke kerk H. H. Barbara en Antonius in Culemborg. Of het daardoor komt weet ik niet, maar in de tijdlijnen van mijn socials werd ik geattendeerd op Zandverhalen. Een museum met zandsculpturen van personen en verhalen uit de Bijbel. Het staat in Elburg.
Daar was ik tien jaar geleden al. Op een frisse zondag in november doorkruiste ik de Hanzestad op de fiets. Van god en alle mensen verlaten - god met kleine letter, mijn keuze - en voor ik er erg in had was ik er via de Vischpoort alweer uit.
Naar Elburg
Aan het gegil hoor ik dat de zomervakantie voorbij is. Als ik op de fiets stap in Doornspijk hebben de kinderen van basisschool de Regenboog net speelkwartier. Het is september en het zomert nog heerlijk na. Via de Kerkdijk, langs malende koeien, en Veldweg, door bossen, bereik ik de Zwolscheweg. Die gaat recht op vestingstad Elburg af. In sommige tuinen van de buitenplaatsen staan theekoepels. Die ken ik van langs de Vecht maar hier hielden de rijke koopmannen kennelijk ook van thee.
Over de kasseien van de brug fiets ik al schuddend Elburg binnen. Tien jaar geleden was ik zielsalleen, nu worden de smalle straatjes overspoeld door een grijze golf. Een bord maant mij ‘vanwege drukte’ af te stappen. Dat klopt, langs de gracht is er geen doorkomen aan. Een doordeweekse dag, geen vakantietijd en net zo druk als de Kalverstraat op zaterdag.
Op de wallen van de vesting is het juist rustig. Ik daal af naar een ommuurde begraafplaats. Het blijkt een Joodse, klein maar dicht. Jammer, alleen de namen Betty Siebzehner en Dina Overstrijd kan ik door het hek onderscheiden.
Het museum
Door de Vischpoort bereik ik de haven en de daarbij horende loodsen. Tussen een autohandel en een meubelzaak ligt het museum. Bij de kassa moet ik €18.50 aftikken, Jesus, Mary and Saint Joseph, zou mijn moeder zeggen. Binnen staat een allegaartje aan Bijbelse voorstellingen in volstrekt willekeurige volgorde. Door de begeleidende teksten merk ik al gauw op dat deze tentoonstelling een staaltje christendom-promotie betreft die zijn weerga niet kent. Die wilden in Afrika zijn maar mooi bekeerd, zo ook de Inuit en sommige Chinezen. Vooruit, de Toren van Babylon raakt het plafond bijna en is ronduit indrukwekkend, de Beeldenstorm oogt dan weer nietig en potsierlijk. Omdat ik allesbehalve bijbelvast ben, moet ik lezen dat de zandfiguren Mozes, Johannes, Aäron, Kajafas, Naomi, Tirza dan wel Rebekka moeten voorstellen. Noach herken ik aan zijn ark, makkie. Maar de blijde boodschap bereikt dit schepsel niet, ik zie beelden gemaakt van zand. Heel kwetsbaar en kitsch op de koop toe.
Weer buiten en verlost van de poging tot kerstening, zuig ik de longen vol met frisse lucht. Weidse polders reiken tot de hemel. Het draaien van de trappers in een voortdurende cadans ervaar ik als mediteren, een vorm van bidden.
In het dorpje Oldebroek land ik terug op aarde. Bij de ijssalon lonkt tussen de smaken Pornstar Martini en stracciatella zomaar Oldebroek on the Beach. ‘Jullie hebben de smaak Oldebroek?’, vraag ik verbaasd. ‘Ja, hebben jullie dat niet, waarvan komt u?’ Als ik zeg dat ik uit Hilversum kom, zegt Chloë: ‘Oh, beter van niet, net Daniël in de leeuwenkuil daar.’
---------
De spirituele illustratie is van Petra Busstra.
|
|
|
|
|
|
|
|
Bezigheden > Op de fiets |
Heiligen van zand |
Thomas van der Steen |
Met het klimmen der jaren raak ik steeds meer geïnteresseerd in religie en filosofie. Ter verbreding van mijn kennis over levensbeschouwelijke kwesties luister ik bijvoorbeeld iedere week naar De Ongelooflijke Podcast, van de EO, mind you. Ik bezoek elke nieuwe tentoonstelling van het Utrechtse Catharijneconvent en loop elk gebedshuis binnen waarvan de deur openstaat. Zo bezocht ik dit jaar de Grieks-Orthodoxe kathedraal van de Heilige Nikolaas in Rotterdam, de immense Ulu moskee in Utrecht, de Portugese Synagoge in Amsterdam maar ook de Oud-Katholieke kerk H. H. Barbara en Antonius in Culemborg. Of het daardoor komt weet ik niet, maar in de tijdlijnen van mijn socials werd ik geattendeerd op Zandverhalen. Een museum met zandsculpturen van personen en verhalen uit de Bijbel. Het staat in Elburg.
Daar was ik tien jaar geleden al. Op een frisse zondag in november doorkruiste ik de Hanzestad op de fiets. Van god en alle mensen verlaten - god met kleine letter, mijn keuze - en voor ik er erg in had was ik er via de Vischpoort alweer uit.
Naar Elburg
Aan het gegil hoor ik dat de zomervakantie voorbij is. Als ik op de fiets stap in Doornspijk hebben de kinderen van basisschool de Regenboog net speelkwartier. Het is september en het zomert nog heerlijk na. Via de Kerkdijk, langs malende koeien, en Veldweg, door bossen, bereik ik de Zwolscheweg. Die gaat recht op vestingstad Elburg af. In sommige tuinen van de buitenplaatsen staan theekoepels. Die ken ik van langs de Vecht maar hier hielden de rijke koopmannen kennelijk ook van thee.
Over de kasseien van de brug fiets ik al schuddend Elburg binnen. Tien jaar geleden was ik zielsalleen, nu worden de smalle straatjes overspoeld door een grijze golf. Een bord maant mij ‘vanwege drukte’ af te stappen. Dat klopt, langs de gracht is er geen doorkomen aan. Een doordeweekse dag, geen vakantietijd en net zo druk als de Kalverstraat op zaterdag.
Op de wallen van de vesting is het juist rustig. Ik daal af naar een ommuurde begraafplaats. Het blijkt een Joodse, klein maar dicht. Jammer, alleen de namen Betty Siebzehner en Dina Overstrijd kan ik door het hek onderscheiden.
Het museum
Door de Vischpoort bereik ik de haven en de daarbij horende loodsen. Tussen een autohandel en een meubelzaak ligt het museum. Bij de kassa moet ik €18.50 aftikken, Jesus, Mary and Saint Joseph, zou mijn moeder zeggen. Binnen staat een allegaartje aan Bijbelse voorstellingen in volstrekt willekeurige volgorde. Door de begeleidende teksten merk ik al gauw op dat deze tentoonstelling een staaltje christendom-promotie betreft die zijn weerga niet kent. Die wilden in Afrika zijn maar mooi bekeerd, zo ook de Inuit en sommige Chinezen. Vooruit, de Toren van Babylon raakt het plafond bijna en is ronduit indrukwekkend, de Beeldenstorm oogt dan weer nietig en potsierlijk. Omdat ik allesbehalve bijbelvast ben, moet ik lezen dat de zandfiguren Mozes, Johannes, Aäron, Kajafas, Naomi, Tirza dan wel Rebekka moeten voorstellen. Noach herken ik aan zijn ark, makkie. Maar de blijde boodschap bereikt dit schepsel niet, ik zie beelden gemaakt van zand. Heel kwetsbaar en kitsch op de koop toe.
Weer buiten en verlost van de poging tot kerstening, zuig ik de longen vol met frisse lucht. Weidse polders reiken tot de hemel. Het draaien van de trappers in een voortdurende cadans ervaar ik als mediteren, een vorm van bidden.
In het dorpje Oldebroek land ik terug op aarde. Bij de ijssalon lonkt tussen de smaken Pornstar Martini en stracciatella zomaar Oldebroek on the Beach. ‘Jullie hebben de smaak Oldebroek?’, vraag ik verbaasd. ‘Ja, hebben jullie dat niet, waarvan komt u?’ Als ik zeg dat ik uit Hilversum kom, zegt Chloë: ‘Oh, beter van niet, net Daniël in de leeuwenkuil daar.’
---------
De spirituele illustratie is van Petra Busstra. |
© 2024 Thomas van der Steen |
|
|
|
|
powered by CJ2 |
|