archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Koken delen printen terug
Aardappelkoekjes uit de oven Arie de Jong

2006BZ AardappelkoekjesHet geven van recepten laat ik graag aan anderen over. Maar op elke regel moet soms een uitzondering gemaakt worden en dat doe ik dus ook eens een keer.

Mijn moeder kookte ouderwets.

Als er wat aardappels over waren gebleven, dan wilde mijn moeder een volgende dag wel eens ‘aardappelkoekjes’ maken. Aardappels prakken, wat bloem erbij, wat peper en zout erdoor, en dan balletjes ervan maken. Boter in de koekenpan, de balletjes plat slaan en aan twee kanten bruin bakken. Ik was daar een grote fan van. Heerlijk op een boterham of los te eten, liefst met een lik mosterd. Toen ik jaren later probeerde ze zelf te maken, ging het altijd mis. Ze bleven ongaar van binnen en met een harde en aangebrande korst van buiten. Ik kon er blijkbaar niets van of ik was nu eenmaal vergeten mijn moeder te vragen wat haar geheim was.

Nu had ik een keer meegemaakt in mijn jonge jaren als ‘verkenner, bij een internationaal padvinderskamp, dat de padvinders uit Polen iets dergelijks wisten te maken. Ze prakten de aardappel met bloem (en misschien met een ei erdoor) tot een soort deeg en dat rolden ze uit op een plaat. De koek werd boven een kampvuur gebakken en dat smaakte voortreffelijk. Op die manier kwam ik vele jaren later op het idee om de aardappelkoekjes van mijn moeder op ongeveer zo’n zelfde manier te maken. Het heeft een succesvol gerecht opgeleverd. Dat ik heel bescheiden ‘aardappelkoekjes uit de oven’ noem, maar dat natuurlijk ook pommes d’Arie had mogen heten.
Het heeft immers wel wat weg van de ‘pommes duchesse’, maar toch is het een wezenlijk ander gerecht want pommes duchesse maak je van een mengsel van aardappelkruim en eigeel, waarvan je met een spuitzak fraaie drollen op een bakplaat maakt.

De benodigdheden voor pommes d’Arie:

* Gaargekookte kruimige aardappels, laten we zeggen minstens een pond
* Twee scheppen bloem of zelfrijzend bakmeel (100 gram?)
* Twee eieren
* Wat peper, zout en nootmuskaat en desgewenst een lik mosterd
* Een scheut vloeibare boter of olie
* Gemalen kaas (net hoe sterk je het wilt hebben bepaal je de hoeveelheid en of het jong, belegen of oud moet zijn; laten we zeggen 75 gram extra belegen gemalen kaas); als je de kaas weglaat, is het ook heel smakelijk en soms is dat beter als je deze aardappelkoekjes eet met groenten die niet kloppen met een kaassmaak.

Meng alles door elkaar (niet met je handen, want het plakt als een gek; gebruik een vork om te prakken en de massa dooreen te mengen) en schep dan met een lepel mooie hoopjes op een vel vetvrij papier op een ovenblad. Nogmaals: niet kneden, want je krijgt het niet van je handen, of je moet zo’n grote hoeveelheid bloem gebruiken dat je er wel een taart van kunt bakken.

Oven voorverwarmen op 200 ºC, liefst op ‘blazen’ zetten en dan de plaat er in schuiven. Geef het ongeveer een half uur en kijk dan hoe het er uit ziet. Liefst goudbruin. Het resultaat is niet alleen smakelijk, maar het ziet er ook feestelijk uit. Opdienen met groente en desgewenst vlees of vis.

----------

Het plaatje is van Marcia Meerum Terwogt.
Meer informatie: marciamt72@gmail.com



© 2022 Arie de Jong meer Arie de Jong - meer "Koken" -
Bezigheden > Koken
Aardappelkoekjes uit de oven Arie de Jong
2006BZ AardappelkoekjesHet geven van recepten laat ik graag aan anderen over. Maar op elke regel moet soms een uitzondering gemaakt worden en dat doe ik dus ook eens een keer.

Mijn moeder kookte ouderwets.

Als er wat aardappels over waren gebleven, dan wilde mijn moeder een volgende dag wel eens ‘aardappelkoekjes’ maken. Aardappels prakken, wat bloem erbij, wat peper en zout erdoor, en dan balletjes ervan maken. Boter in de koekenpan, de balletjes plat slaan en aan twee kanten bruin bakken. Ik was daar een grote fan van. Heerlijk op een boterham of los te eten, liefst met een lik mosterd. Toen ik jaren later probeerde ze zelf te maken, ging het altijd mis. Ze bleven ongaar van binnen en met een harde en aangebrande korst van buiten. Ik kon er blijkbaar niets van of ik was nu eenmaal vergeten mijn moeder te vragen wat haar geheim was.

Nu had ik een keer meegemaakt in mijn jonge jaren als ‘verkenner, bij een internationaal padvinderskamp, dat de padvinders uit Polen iets dergelijks wisten te maken. Ze prakten de aardappel met bloem (en misschien met een ei erdoor) tot een soort deeg en dat rolden ze uit op een plaat. De koek werd boven een kampvuur gebakken en dat smaakte voortreffelijk. Op die manier kwam ik vele jaren later op het idee om de aardappelkoekjes van mijn moeder op ongeveer zo’n zelfde manier te maken. Het heeft een succesvol gerecht opgeleverd. Dat ik heel bescheiden ‘aardappelkoekjes uit de oven’ noem, maar dat natuurlijk ook pommes d’Arie had mogen heten.
Het heeft immers wel wat weg van de ‘pommes duchesse’, maar toch is het een wezenlijk ander gerecht want pommes duchesse maak je van een mengsel van aardappelkruim en eigeel, waarvan je met een spuitzak fraaie drollen op een bakplaat maakt.

De benodigdheden voor pommes d’Arie:

* Gaargekookte kruimige aardappels, laten we zeggen minstens een pond
* Twee scheppen bloem of zelfrijzend bakmeel (100 gram?)
* Twee eieren
* Wat peper, zout en nootmuskaat en desgewenst een lik mosterd
* Een scheut vloeibare boter of olie
* Gemalen kaas (net hoe sterk je het wilt hebben bepaal je de hoeveelheid en of het jong, belegen of oud moet zijn; laten we zeggen 75 gram extra belegen gemalen kaas); als je de kaas weglaat, is het ook heel smakelijk en soms is dat beter als je deze aardappelkoekjes eet met groenten die niet kloppen met een kaassmaak.

Meng alles door elkaar (niet met je handen, want het plakt als een gek; gebruik een vork om te prakken en de massa dooreen te mengen) en schep dan met een lepel mooie hoopjes op een vel vetvrij papier op een ovenblad. Nogmaals: niet kneden, want je krijgt het niet van je handen, of je moet zo’n grote hoeveelheid bloem gebruiken dat je er wel een taart van kunt bakken.

Oven voorverwarmen op 200 ºC, liefst op ‘blazen’ zetten en dan de plaat er in schuiven. Geef het ongeveer een half uur en kijk dan hoe het er uit ziet. Liefst goudbruin. Het resultaat is niet alleen smakelijk, maar het ziet er ook feestelijk uit. Opdienen met groente en desgewenst vlees of vis.

----------

Het plaatje is van Marcia Meerum Terwogt.
Meer informatie: marciamt72@gmail.com

© 2022 Arie de Jong
powered by CJ2