archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Het leven zelf delen printen terug
Total enlightenment, feuilleton (2) Bram Schilperoord

1813BZ Total2Het tandenpoetsen begon, contactlenzen uithalen, douchen zelfs, alles in een wasruimte’tje dat ternauwernood plaats bood aan vier mensen. Het hele gezelschap verdrong zich voor de wasbak.
'Kom er óók maar onder, hoor!', riep een oudere dikke vrouw die naakt met drie leeftijdsgenoten onder een armzalig lauw straaltje stond.
'Nee, ik wacht wel even', antwoordde ik.
'Ach, flauwerd, we zijn toch allemaal gelijk', was het antwoord.
Ik rolde m'n slaapzak uit in een hoek van de ruimte waar we zo-even nog 'vrije expressie' hadden beoefend. De grond voelde keihard aan maar ik prees me gelukkig niet in een van die volle kamertjes te liggen, van waaruit al snurkende geluiden maar ook proestend gelach klonk.

Het was onmogelijk te slapen. Daarvoor was de vloer te hard. Maar ook ging telkens het licht aan omdat er iemand naar de wc moest of nog iets vergeten was. Na luidruchtig doortrekken en veel gestommel en geluid van omvallende voorwerpen zocht men dan het bed weer op.
Waar was ik aan begonnen! Dit was toch niks voor mij. Ik was er weer eens in getrapt. Wat had ik alleen al dit jaar niet ondernomen op advies van vrienden. Me beziggehouden met astrologie (uw toekomst in de sterren). Macrobiotisch leren koken (gezòòònd). Op een amateurtoneelschool geweest (vrije expressíeee). En nu dit weer: Baghwan. Of Baghwan Shree Raineesh zoals de goeroe van de nieuwe leer voluit heette. Veel vrienden hadden het over 'm. Hele avonden waren ze er mee bezig. Over zijn indringende, spottende blik, over zijn warme stem, en over al die boeken die hij had geschreven. Wel twintig! Een onderwerp van belang, hoewel ik er anders over dacht.

Mij leek de doctrine een opgepoetste versie van het altijd weer terugkerende thema: Arme Wijze uit het Oosten onderwijst Rijke Domme Westerling. Een negotie waar ik niets op tegen had, zolang het mijn deur maar voorbij ging. India had het patent op deze goeroes. Eerst had je Krishnamurti, later kreeg je die Yogi die zoveel invloed had op de Beatles dat ze nooit meer de oude werden. Hun muziek werd er tenminste niet beter op. En nu dan weer die Baghwan. Ik had veel bedenkingen, maar weinig medestanders. Het virus greep snel om zich heen, iedereen was in de ban van Baghwan. Was ik te afgestompt door de consumptiemaatschappij? Was ik zo kortzichtig geworden dat ik 'niet wilde zien wat er te zien was'? Lette ik teveel op uiterlijkheden zoals de onflatteuze rozerode schutkleur van de beweging?   
Ik wilde me niet laten kennen en zo was ik hier beland. In dit boerderijtje. Voor een eerste kennismaking met de Baghwan-beweging onder het motto: 'totale verlichting'. Wat dat ook mocht zijn.

Een paar ingewijden, 'sannyasins' genaamd, zouden ons de beginselen ervan bijbrengen. Het zou duren van donderdag tot zondagmiddag. Maar nu was het nog maar donderdagnacht. Met deze laatste weinig opwekkende gedachte sliep ik tenslotte in.
Heel vroeg in de ochtend, het was niet veel later dan vijf uur, schrok ik wakker van een enorm lawaai. Jacco stond grijnzend met een stok in zijn hand bij de gong, die op niet meer dan een meter afstand van mijn provisorische slaapplaats was opgesteld.
'Allez hop', riep hij. 'De dag begint, weest vrolijk, lach elkaar toe, lách om het leven. Lách om je zorgen. Het léven is een lach'.

Ik was met een bonkende hoofdpijn wakker geworden, òf had het gekregen na de dreun op de gong. De overige deelnemers, die nu de een na de ander binnen strompelden, waren er zo te zien niet veel beter aan toe. Niemand zag er ook maar een beetje uitgerust uit. Vooral het groepje oudere dames, dat het 's avonds nog zo plezierig had gehad onder de douche, zag er erbarmelijk uit. Het huilen stond ze nader dan het lachen.
'Lach, lach, lach tegen het leven, hà, hà, hà, hà', deed Jacco voor. 'Hà, hà, hà, hi, hi, hi, hi, hi, hi, hà, hà, hà', klonk het uit zijn mond.
'Deez dag is om te lachen, lachen is mijn grootst plezier, lachen doe'k 't allerliefst, om verdriet geef ik geen zier', was het nu.
Aarzelend probeerden enkele cursisten in te stemmen: 'Hà, hà, hà, hà', zeiden ze hem na. Het ging niet van harte.
'Nou, vooruit', hij werd ongeduldig 'nu allemaal meedoen'. 'Hà, hà, hà, hà, hi, hi, hi, hi', deed hij weer voor.
Verder dan wat gehum kwamen de cursisten echter niet.

(Wordt  vervolgd)

--------
Het plaatje is van Henk Klaren

© 2021 Bram Schilperoord meer Bram Schilperoord - meer "Het leven zelf"
Beschouwingen > Het leven zelf
Total enlightenment, feuilleton (2) Bram Schilperoord
1813BZ Total2Het tandenpoetsen begon, contactlenzen uithalen, douchen zelfs, alles in een wasruimte’tje dat ternauwernood plaats bood aan vier mensen. Het hele gezelschap verdrong zich voor de wasbak.
'Kom er óók maar onder, hoor!', riep een oudere dikke vrouw die naakt met drie leeftijdsgenoten onder een armzalig lauw straaltje stond.
'Nee, ik wacht wel even', antwoordde ik.
'Ach, flauwerd, we zijn toch allemaal gelijk', was het antwoord.
Ik rolde m'n slaapzak uit in een hoek van de ruimte waar we zo-even nog 'vrije expressie' hadden beoefend. De grond voelde keihard aan maar ik prees me gelukkig niet in een van die volle kamertjes te liggen, van waaruit al snurkende geluiden maar ook proestend gelach klonk.

Het was onmogelijk te slapen. Daarvoor was de vloer te hard. Maar ook ging telkens het licht aan omdat er iemand naar de wc moest of nog iets vergeten was. Na luidruchtig doortrekken en veel gestommel en geluid van omvallende voorwerpen zocht men dan het bed weer op.
Waar was ik aan begonnen! Dit was toch niks voor mij. Ik was er weer eens in getrapt. Wat had ik alleen al dit jaar niet ondernomen op advies van vrienden. Me beziggehouden met astrologie (uw toekomst in de sterren). Macrobiotisch leren koken (gezòòònd). Op een amateurtoneelschool geweest (vrije expressíeee). En nu dit weer: Baghwan. Of Baghwan Shree Raineesh zoals de goeroe van de nieuwe leer voluit heette. Veel vrienden hadden het over 'm. Hele avonden waren ze er mee bezig. Over zijn indringende, spottende blik, over zijn warme stem, en over al die boeken die hij had geschreven. Wel twintig! Een onderwerp van belang, hoewel ik er anders over dacht.

Mij leek de doctrine een opgepoetste versie van het altijd weer terugkerende thema: Arme Wijze uit het Oosten onderwijst Rijke Domme Westerling. Een negotie waar ik niets op tegen had, zolang het mijn deur maar voorbij ging. India had het patent op deze goeroes. Eerst had je Krishnamurti, later kreeg je die Yogi die zoveel invloed had op de Beatles dat ze nooit meer de oude werden. Hun muziek werd er tenminste niet beter op. En nu dan weer die Baghwan. Ik had veel bedenkingen, maar weinig medestanders. Het virus greep snel om zich heen, iedereen was in de ban van Baghwan. Was ik te afgestompt door de consumptiemaatschappij? Was ik zo kortzichtig geworden dat ik 'niet wilde zien wat er te zien was'? Lette ik teveel op uiterlijkheden zoals de onflatteuze rozerode schutkleur van de beweging?   
Ik wilde me niet laten kennen en zo was ik hier beland. In dit boerderijtje. Voor een eerste kennismaking met de Baghwan-beweging onder het motto: 'totale verlichting'. Wat dat ook mocht zijn.

Een paar ingewijden, 'sannyasins' genaamd, zouden ons de beginselen ervan bijbrengen. Het zou duren van donderdag tot zondagmiddag. Maar nu was het nog maar donderdagnacht. Met deze laatste weinig opwekkende gedachte sliep ik tenslotte in.
Heel vroeg in de ochtend, het was niet veel later dan vijf uur, schrok ik wakker van een enorm lawaai. Jacco stond grijnzend met een stok in zijn hand bij de gong, die op niet meer dan een meter afstand van mijn provisorische slaapplaats was opgesteld.
'Allez hop', riep hij. 'De dag begint, weest vrolijk, lach elkaar toe, lách om het leven. Lách om je zorgen. Het léven is een lach'.

Ik was met een bonkende hoofdpijn wakker geworden, òf had het gekregen na de dreun op de gong. De overige deelnemers, die nu de een na de ander binnen strompelden, waren er zo te zien niet veel beter aan toe. Niemand zag er ook maar een beetje uitgerust uit. Vooral het groepje oudere dames, dat het 's avonds nog zo plezierig had gehad onder de douche, zag er erbarmelijk uit. Het huilen stond ze nader dan het lachen.
'Lach, lach, lach tegen het leven, hà, hà, hà, hà', deed Jacco voor. 'Hà, hà, hà, hi, hi, hi, hi, hi, hi, hà, hà, hà', klonk het uit zijn mond.
'Deez dag is om te lachen, lachen is mijn grootst plezier, lachen doe'k 't allerliefst, om verdriet geef ik geen zier', was het nu.
Aarzelend probeerden enkele cursisten in te stemmen: 'Hà, hà, hà, hà', zeiden ze hem na. Het ging niet van harte.
'Nou, vooruit', hij werd ongeduldig 'nu allemaal meedoen'. 'Hà, hà, hà, hà, hi, hi, hi, hi', deed hij weer voor.
Verder dan wat gehum kwamen de cursisten echter niet.

(Wordt  vervolgd)

--------
Het plaatje is van Henk Klaren
© 2021 Bram Schilperoord
powered by CJ2