archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Beschouwingen > Het leven zelf | ||||
Linda oh Linda | Marianne Bernard | |||
De verhalen over Linda de Mol – volgens De Telegraaf bood zij een pas gescheiden vriendin tijdelijk onderdak en troost en werd haar man verliefd op die vrouw – hebben bij mij oude wonden opengescheurd uit mijn eigen verre verleden.
Ik was pas getrouwd met mijn eerste echtgenoot, we waren jong en gelukkig en net verhuisd van een klein zolderkamertje naar een mooie nieuwe flat. Op een avond ging de bel en voor de deur stond een oude schoolvriendin van mij met in haar ene hand een gitaar en in de andere hand een vuilniszak met kleren. Ze snikte een beetje en het was nogal koud, ze was door haar vader het huis uit gesmeten. Ik zei meteen: ‘Kom binnen, wij vangen je wel op. Je kunt voorlopig bij ons blijven.’
In het begin was het heel gezellig. We trokken een fles wijn open en hoorden al haar verhalen aan, over haar lover die niet wilde deugen, over haar gereformeerde ouders die niets snapten en over haar plannen om zangeres te worden.
Er werd muziek gespeeld, mijn man op de piano en zij op haar gitaar, en intussen maakte ik eten. We waren een grote warme familie. Dat ging zo een weekje goed tot ik natuurlijk in de gaten kreeg dat het fout ging. Mijn vriendin was wat je zou kunnen noemen een blonde stoot. Ze had lang, dik, blond haar en was volgens mij een beetje te dik, maar dat kon je ook anders zien, als weelderig of zoiets. Enfin, er begon al snel iets te broeien tussen mijn man en mijn vriendin. Ik heb het maar kort aangezien en haar eruit gegooid. Daar ging ze weer met haar gitaar en haar vuilniszak.
Hoewel hij lief en zachtaardig was, was mijn eerste man ook een echte macho, een vrolijke vrouwenverleider. Hij hoefde er niet veel voor te doen om dames te versieren, meestal was gewoon aan de bar zitten al genoeg. Hij had er talent voor, maar zei altijd: ‘Ik doe toch niemand kwaad. Je moet je geen zorgen maken.’ Meestal deed ik dat ook niet en kon ik op tijd ingrijpen. Maar op den duur bleek hij een notoire vreemdganger. The rest is history.
Bij dit soort toestanden komt altijd de vraag naar boven: Wie is nou de schuldige? Wie had zich moeten beheersen? Wie heeft wie verleid?
Had ik mijn vriendin destijds niet in huis moeten halen? De kat op het spek binden, noemen ze dat. Had mijn man zich moeten inhouden en moeten beslissen dat je als getrouwde man niet ingaat op verleidingen? Of had zij hem niet moeten uitdagen en zich netter moeten gedragen? Kunnen vrouwen geen echte vriendinnen zijn, maar zijn het eigenlijk valse heksen?
Ik denk aan de arme Linda de Mol. De kranten staan vol theorieën over de schuldvraag. Iedereen heeft het erover. Maar daar gaat het helemaal niet om. Haar man had er niet op moeten ingaan – dat is de kern van de zaak. Iedereen komt wel eens iemand tegen op wie je ‘verliefd’ zou kunnen worden, maar dan ben je helaas pindakaas getrouwd met een hele leuke vrouw en heb je hele leuke kleine kinderen, dus dat kan niet doorgaan. Je weet dat deze verliefdheid een (al dan niet seksuele) bevlieging is die enorme ellende tot gevolg kan hebben, dus je geeft er niet aan toe. Zo simpel is het.
En als het onheil dan toch al is geschied, dat ze het hebben gedaan en dat het is uitgekomen, dan moeten ze er gewoon onmiddellijk een eind aan maken en oprechte spijt betuigen, en dan gaat die vriendin de deur uit (vele jaren vriendschap helaas down the drain) en lijm je samen met je man de brokstukken weer. Dan hoeft de Privé er ook niet aan te pas te komen.
Maar hij moest zo nodig ‘verliefd’ worden, hij liet het gebeuren. Dus werd het een ramp en is iedereen vreselijk ongelukkig en ligt het leed ook nog op straat. Wat een sukkel, die man. Is hij wel de liefde van Linda waard? |
||||
© 2007 Marianne Bernard | ||||
powered by CJ2 |