archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Beschouwingen > Brief uit ... | ||||
Nachttrein naar Iran | Eelkje Colmjon | |||
De vorige mail kwam uit Baku, het kosmopolitische hart van Azerbeidzjan. In het centrum van Baku waan je je in sjiek Parijs. Vlak buiten de stad staat het desolate landschap vol jaknikkers, industriegebieden en sovjetflats. Door de olie gaat het met ex-Sovjetstaat Azerbeidzjan relatief goed. De president heeft zichzelf een heldenstatus toebedeeld en kritiek wordt niet gewaardeerd. Zo'n land dus. We namen de nachttrein naar de meest zuidelijke stad van het land, om vervolgens de grens over te steken naar Iran. Een niet erg gebruikelijke route voor de toch al weinige toeristen in Azerbeidzjan. Vlak voordat de trein vertrok stapte een man in die onze directe buurman bleek te zijn. Hij begon direct vlot Engels te praten toen hij ons zag, terwijl tot nu toe iedereen dacht dat we Russen waren. Hij vertelde over zijn werk voor de Azerbeidzjaanse golf-federatie en dat hij op weg was naar Iran om van daaruit naar Siberië te reizen. We hadden nog niet eerder een ‘local’ ontmoet die zo goed Engels sprak. En hij durfde het regime te bekritiseren en het woord corruptie te gebruiken. Wat een waaghals! Hij stond erop onze bedden op te maken. Prima-de-luxe! Maar zijn verhaal over zijn werk voor de golfbond was nogal vaag, naar Siberië reizen via Iran is verre van handig, hij reisde met enkel een klein rugzakje, hij wist geen Azerbeidzjaanse golfer te noemen en hij moest nadenken toen we naar zijn Iraanse bestemming vroegen. We namen een taxi naar de grens en hij stond erop onze tassen te dragen. Hij liet iedereen voorgaan en zorgde er dus voor dat we achterin de rij stonden. Toen zei hij ons gedag. Nee, hij ging de grens nog niet over, hij moest eerst een vriend bezoeken. Vervolgens dook hij het hok van de douane in. Denken we in complotten of hebben wij ons bed laten opmaken door de geheime dienst? Bij de Iraanse grens werden we ondervraagd en ze verdwenen een tijdje met onze paspoorten achter de schermen. De Ayatollahs aan de muur keken streng toe. Maar eind goed, al goed, we mochten het land in. Op 12 oktober 2015 bad Soheila tot Allah. Ze wilde heel graag eens buitenlanders tegenkomen. De volgende middag wandelden wij voorbij. ‘Hij heeft naar mij geluisterd!’, zei ze. Met Soheila en haar vriendinnen wandelden we door Tabriz en we werden uitgenodigd voor het avondeten. ‘Welcome, welcome!’, riep de moeder van Seaina, een van de meiden, enthousiast. Seaina schoot in haar roze prinsessenjurkje zodra ze thuis was. Haar moeder bleek vereerd met het buitenlandse bezoek. Ze had in de haast nog snel een taart kunnen halen. De hoofddoeken gingen af en de avond vulde zich met eten en verhalen en nog meer eten. Na het avondeten kwam dus de taart, koekjes, en veel fruit. En moeder bleef zich excuseren dat ze zo weinig in huis had, want als ze eerder had geweten dat we zouden komen ... . Ze reed ons uiteindelijk terug naar ons hotel, met z'n zessen zaten we in de auto. Ze had zich uiteraard eerst even moeten omkleden en kwam in manteau en met hoofddoek tevoorschijn. ‘For government!’ riep ze. Ze bleek net zo te rijden als de gemiddelde Iraniër: niemand voorrang geven, ook al rijd je zelf door rood en over een zebrapad, invoegen zonder te kijken en lekker toeteren. Als cadeau kregen we een zak walnoten, een schaal en granaatappels mee, waarvoor ze zich excuseerde. Want als ze eerder had geweten ... . In weerwil van de steeds terugkerende baardmannen in het straatbeeld, in de vorm van de Ayatollahs die 'wijze' teksten prediken, voelt Iran op de een of andere manier als een warm bad. Ook in miljoenenstad Teheran hebben we leuke ontmoetingen in de drukke straten. We drinken gratis thee ter ere van Imam Hoessein, de kleinzoon van Mohammed. De rouwmaand is net begonnen en deze zal uiteindelijk uitmonden in een massaal gehuil vanwege de dood van deze imam. Gisteravond spraken we een man die ons naar een koekjeswinkel gidste. ‘God heeft mij het leven gegeven, daarom vind ik dat ik er zoveel mogelijk van moet genieten’, zei hij. ‘Dat zoveel jaar geleden een vent is gestorven, daar ga ik echt niet om huilen. We zouden zwart moeten dragen deze maand, daarom draag ik juist extra veel kleur!’ Al die ontmoetingen maken van Iran een land om van te houden! Eelk & Alet ------------------------- De foto's zijn gemaakt door Eelkje zelf. Telefoon: 06-42705996 www.EELK.nl ------------------------- Bestel uw boeken, CD's en nog veel meer bij bolcom, via de banner rechts. Dan steunt u De Leunstoel! |
||||
© 2015 Eelkje Colmjon | ||||
powered by CJ2 |