archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Amsterdam werelddorp delen printen terug
Dorpse krakers Sebastiaan Capel

0708BS Krakers
Krakers horen bij de grote stad; tenminste het is een typisch grootstedelijk verschijnsel. Want hier is er ruimte voor subculturen en is de druk op de woningmarkt zo groot dat kraken wordt gezien als enig middel om een huis te bemachtigen. En zo stellen de krakers hiermee het woningbeleid aan de orde. ‘Het kan immers toch niet zo zijn dat huizen leegstaan als er zoveel mensen op zoek zijn naar een huis?’ Ze gaan er dan wel even aan voorbij dat de huizen het bezit van iemand anders zijn.

Maar tegelijk vormen ze eigenlijk een hele dorpse gemeenschap. Je moet voldoen aan hun normen, bijvoorbeeld qua kleding, maar liefst ook qua eetgewoonten, grootafnemers van macrobiotisch voedsel als ze zijn. En iedereen kent elkaar in het wereldje, dat is ook een typisch dorps kenmerk. Net als een hoge mate van onbegrip voor andersdenkenden en de wens zich af te sluiten voor hen; nieuwkomers komen er ook maar moeilijk tussen. Het barricaderen van hun huizen is een mooie metafoor voor hun houding tegenover de wereld.

Ook aan het straatbeeld van de stad leveren de krakers een bijdrage. De hanenkammen zijn niet meer zo talrijk als in de jaren ’80, maar als je oplet zie je ze wel degelijk rondlopen. En dat past dan wel weer heel goed in een grote stad: de mix aan mensen, waardoor het eigenlijk nooit saai wordt, daar dragen zij aan bij. Krakers en degenen die hen steunen wijzen ook graag op de vele verdiensten van de kraakbeweging. Als zij er niet waren geweest, was er geen Paradiso geweest, was de hele Nieuwmarktbuurt verwoest en wat er dan op de plek van het voormalige NRC-complex aan de Nieuwezijds was gekomen, daar kunnen we alleen maar naar raden.

De periode dat de krakers hun zwaarste stempel op de stad drukten waren de jaren ’80. Toen was ik een klein kind achterop de fiets en werd de terugtocht van zwemles in het Zuiderbad naar huis onmogelijk gemaakt door de rook van vuurtjes en traangas. De krakersrellen culmineerden in een brandende tram en Leopardtanks door de Constantijn Huygensstraat. Maar de krakers kregen wat ze wilden: behoud van panden, meer aandacht voor jongerenhuisvesting en …… prachtige huisvesting. Want kraken doe je niet in Nieuw West, maar het liefst aan de grachten of in kapitale panden in Zuid.

Maar ook korter geleden kreeg ik een mooie krakerservaring mee met een rondleiding door het gekraakte Pakhuis Afrika in het Oostelijke Havengebied. Hier was overigens overduidelijk sprake van idealisme. Anders zouden de bewoners het namelijk niet trekken in de kou, de verschaalde cacaolucht die er nog steeds hing en het ontbreken van voorzieningen. De in elkaar getrapte televisies waren geen gevolg van een uit de hand gelopen feestje, maar vormden het ‘centerpiece’ van een heuse tentoonstelling.

Op deze manier blijven ze een onderdeel van het werelddorp Amsterdam. En daar passen ze ook wel, in hun kleine dorpjes middenin de stad. Hun nieuwste stek: de Hallen in Oud-West, de oude tramremise. Misschien kunnen ze daar wel het volgende Paradiso van maken,maar dat weten we pas over een flink aantal jaren.
 
****************************************
Meer over LoolsArt op www.loolsart.blogspot.com


© 2010 Sebastiaan Capel meer Sebastiaan Capel - meer "Amsterdam werelddorp" -
Beschouwingen > Amsterdam werelddorp
Dorpse krakers Sebastiaan Capel
0708BS Krakers
Krakers horen bij de grote stad; tenminste het is een typisch grootstedelijk verschijnsel. Want hier is er ruimte voor subculturen en is de druk op de woningmarkt zo groot dat kraken wordt gezien als enig middel om een huis te bemachtigen. En zo stellen de krakers hiermee het woningbeleid aan de orde. ‘Het kan immers toch niet zo zijn dat huizen leegstaan als er zoveel mensen op zoek zijn naar een huis?’ Ze gaan er dan wel even aan voorbij dat de huizen het bezit van iemand anders zijn.

Maar tegelijk vormen ze eigenlijk een hele dorpse gemeenschap. Je moet voldoen aan hun normen, bijvoorbeeld qua kleding, maar liefst ook qua eetgewoonten, grootafnemers van macrobiotisch voedsel als ze zijn. En iedereen kent elkaar in het wereldje, dat is ook een typisch dorps kenmerk. Net als een hoge mate van onbegrip voor andersdenkenden en de wens zich af te sluiten voor hen; nieuwkomers komen er ook maar moeilijk tussen. Het barricaderen van hun huizen is een mooie metafoor voor hun houding tegenover de wereld.

Ook aan het straatbeeld van de stad leveren de krakers een bijdrage. De hanenkammen zijn niet meer zo talrijk als in de jaren ’80, maar als je oplet zie je ze wel degelijk rondlopen. En dat past dan wel weer heel goed in een grote stad: de mix aan mensen, waardoor het eigenlijk nooit saai wordt, daar dragen zij aan bij. Krakers en degenen die hen steunen wijzen ook graag op de vele verdiensten van de kraakbeweging. Als zij er niet waren geweest, was er geen Paradiso geweest, was de hele Nieuwmarktbuurt verwoest en wat er dan op de plek van het voormalige NRC-complex aan de Nieuwezijds was gekomen, daar kunnen we alleen maar naar raden.

De periode dat de krakers hun zwaarste stempel op de stad drukten waren de jaren ’80. Toen was ik een klein kind achterop de fiets en werd de terugtocht van zwemles in het Zuiderbad naar huis onmogelijk gemaakt door de rook van vuurtjes en traangas. De krakersrellen culmineerden in een brandende tram en Leopardtanks door de Constantijn Huygensstraat. Maar de krakers kregen wat ze wilden: behoud van panden, meer aandacht voor jongerenhuisvesting en …… prachtige huisvesting. Want kraken doe je niet in Nieuw West, maar het liefst aan de grachten of in kapitale panden in Zuid.

Maar ook korter geleden kreeg ik een mooie krakerservaring mee met een rondleiding door het gekraakte Pakhuis Afrika in het Oostelijke Havengebied. Hier was overigens overduidelijk sprake van idealisme. Anders zouden de bewoners het namelijk niet trekken in de kou, de verschaalde cacaolucht die er nog steeds hing en het ontbreken van voorzieningen. De in elkaar getrapte televisies waren geen gevolg van een uit de hand gelopen feestje, maar vormden het ‘centerpiece’ van een heuse tentoonstelling.

Op deze manier blijven ze een onderdeel van het werelddorp Amsterdam. En daar passen ze ook wel, in hun kleine dorpjes middenin de stad. Hun nieuwste stek: de Hallen in Oud-West, de oude tramremise. Misschien kunnen ze daar wel het volgende Paradiso van maken,maar dat weten we pas over een flink aantal jaren.
 
****************************************
Meer over LoolsArt op www.loolsart.blogspot.com
© 2010 Sebastiaan Capel
powered by CJ2