archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Van de redactie delen printen terug
Denken aan Bart Tromp Willem Minderhout

0218 Tromp
Een dezer dagen komt ‘Springveren’ uit, een bundeling van ‘het beste uit de leunstoel’. Daarin is een interview (over opera) opgenomen dat Willem Minderhout ongeveer twee jaar geleden had met Bart Tromp. Drie dagen na diens overlijden bezocht de schrijver van het interview toevallig de opera in Amsterdam.

We waren vandaag de hele dag in Amsterdam en Bart Tromp is eigenlijk geen moment uit mijn gedachten geweest. Dat is natuurlijk niet vreemd, hij is pas drie dagen geleden overleden, maar ook zonder dat waren er tal van zaken die me aan hem deden denken.
Vooral natuurlijk het feit dat we naar de opera gingen. Ik was nooit zo geïnteresseerd in die kunstvorm maar het was Bart zijn grote passie. Of liever één van zijn vele grote passies. Vlak nadat ik hem daarover voor De Leunstoel had geïnterviewd vroegen vrienden of we een keer met ze mee wilden gaan naar de Stopera. Ik denk niet dat ik ‘ja’ had gezegd als ik niet eerst al die enthousiaste verhalen van Bart had gehoord. Het werd ‘Simon Boccanegra’ van Verdi, een favoriet van Bart. Het viel niet tegen. De Stopera is een aangenaam theater, ik vond het strakke en kale decor fraai en de muziek was zonder meer prachtig. Echt gewonnen voor de opera was ik echter niet. Het staat allemaal wat ver van me af.

Ik ben wel blij dat het interview met Bart in ‘Springveren, het beste uit de leunstoel’ is opgenomen. Ik had het zelf niet geselecteerd. Ik dacht eerder aan het interview met Jos van der Lans, die de bundel immers inleidt, of mijn interview met Frits Hoorweg dat elders werd gepubliceerd. Beide heren waren daar blijkbaar te bescheiden voor. Het interview met Bart moest wel flink ingekort worden. Het resultaat heb ik hem nog voorgelegd. ‘Nihil obstat,’ was zijn – kenmerkende - commentaar. Dat was dus één van zijn laatste mailtjes.

Juist dit weekend waren wij weer uitgenodigd. Voor ‘Doctor Atomic’ deze keer, over Robert Oppenheimer de ‘vader van de atoombom’, van John Adams. Deze hedendaagse componist had Bart in het interview warm aanbevolen, dus ik was zeer geïnteresseerd.
We waren vroeg naar Amsterdam gegaan om wat door de stad te zwerven. Eén van onze doelen was het Amsterdams Historisch Museum. Ik was daar al vaak langs gelopen maar er nog nooit binnen geweest. De belangrijkste reden dat ik het van binnen wilde zien was dat ik onlangs ‘Saartje Tadema’ van Thea Beckman heb voorgelezen. Saartje is een weesmeisje dat opgroeit in het Burgerweeshuis, het gebouw waar momenteel het museum gehuisvest is. Mijn speurtocht naar de plekken waar ‘Saartje’ haar leven sleet werd echter al gauw overgenomen door aandacht voor de collectie.

En toen was Bart daar weer. In één van de zalen hing namelijk een schilderij van Willem van de Velde de Oude: 'De 7 Provinciën aan de vooravond van de Vierdaagse Zeeslag' (uit 1666). Van dat schilderij had Bart een reproductie in zijn huis hangen. Hij was daar bijzonder aan gehecht omdat het laat zien hoe de kapiteins van de schepen zich voor overleg bij admiraal de Ruyter voegen. Bart vond dat emblematisch voor het oer-Nederlandse ‘collegiaal bestuur’. De Ruyter deelde weliswaar de lakens uit, maar hij besprak eerst met zijn kapiteins de te volgen tactiek, om daarover consensus te bereiken. Zó moest dat volgens hem: gezamenlijk de koers bepalen. Daarom was Bart zo’n rabiaat tegenstander van directe mandaten – met de rechtstreeks gekozen burgemeester en ‘partijleider’ als voornaamste symptomen van de door hem verafschuwde ’plebiscitaire democratie’ – omdat die een wezenlijk ondemocratisch effect zouden hebben.

Toen we, rozig van een dag wandelen en de wijn bij het eten, in de Stopera onze plaatsen gevonden hadden ging er weer een steek door mijn hart. Schuin voor ons zaten Paul Kalma en zijn vrouw. Naast hen waren twee plaatsen leeg. Zouden Bart en Willemien hier vanavond ook geweest zijn, als niet ...? In de pauze haalde Paul me echter uit de droom. Ze waren gewoon met zijn tweetjes gekomen.
Doctor Atomic was niet zo aan mij besteed. De muziek was op zich prima, maar het libretto – grotendeels gebaseerd op overheidsrapporten – vond ik eerlijk gezegd stomvervelend. Het beschrijft de aanloop naar de eerste test van de atoombom en ik moet bekennen dat ik op den duur vurig begon te verlangen dat dat kreng nu eindelijk eens zou ontploffen.
Ik kreeg spijt dat ik niet bij dat andere klassieke concert in Amsterdam geweest was. De integrale uitvoering van ‘Berlin’ door Lou Reed. Dat is tenminste een ‘opera’ die je bij de keel grijpt. Wachtend op het zeer lang uitblijvende einde van Doctor Atomic en denkend aan de plotselinge dood van Bart klonk Lou Reed in mijn hoofd: ‘Sad Song, Sad Song, Sad Song, Sad Song ...’.

‘Springveren, het beste uit de leunstoel’ is nu te koop. Luister ook naar 'De mannenpil' , een van de bijdragen, voorgelezen door Maeve van der Steen. Zie www.eburon.nl/product_details.php?item_id=472


© 2007 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "Van de redactie" -
Beschouwingen > Van de redactie
Denken aan Bart Tromp Willem Minderhout
0218 Tromp
Een dezer dagen komt ‘Springveren’ uit, een bundeling van ‘het beste uit de leunstoel’. Daarin is een interview (over opera) opgenomen dat Willem Minderhout ongeveer twee jaar geleden had met Bart Tromp. Drie dagen na diens overlijden bezocht de schrijver van het interview toevallig de opera in Amsterdam.

We waren vandaag de hele dag in Amsterdam en Bart Tromp is eigenlijk geen moment uit mijn gedachten geweest. Dat is natuurlijk niet vreemd, hij is pas drie dagen geleden overleden, maar ook zonder dat waren er tal van zaken die me aan hem deden denken.
Vooral natuurlijk het feit dat we naar de opera gingen. Ik was nooit zo geïnteresseerd in die kunstvorm maar het was Bart zijn grote passie. Of liever één van zijn vele grote passies. Vlak nadat ik hem daarover voor De Leunstoel had geïnterviewd vroegen vrienden of we een keer met ze mee wilden gaan naar de Stopera. Ik denk niet dat ik ‘ja’ had gezegd als ik niet eerst al die enthousiaste verhalen van Bart had gehoord. Het werd ‘Simon Boccanegra’ van Verdi, een favoriet van Bart. Het viel niet tegen. De Stopera is een aangenaam theater, ik vond het strakke en kale decor fraai en de muziek was zonder meer prachtig. Echt gewonnen voor de opera was ik echter niet. Het staat allemaal wat ver van me af.

Ik ben wel blij dat het interview met Bart in ‘Springveren, het beste uit de leunstoel’ is opgenomen. Ik had het zelf niet geselecteerd. Ik dacht eerder aan het interview met Jos van der Lans, die de bundel immers inleidt, of mijn interview met Frits Hoorweg dat elders werd gepubliceerd. Beide heren waren daar blijkbaar te bescheiden voor. Het interview met Bart moest wel flink ingekort worden. Het resultaat heb ik hem nog voorgelegd. ‘Nihil obstat,’ was zijn – kenmerkende - commentaar. Dat was dus één van zijn laatste mailtjes.

Juist dit weekend waren wij weer uitgenodigd. Voor ‘Doctor Atomic’ deze keer, over Robert Oppenheimer de ‘vader van de atoombom’, van John Adams. Deze hedendaagse componist had Bart in het interview warm aanbevolen, dus ik was zeer geïnteresseerd.
We waren vroeg naar Amsterdam gegaan om wat door de stad te zwerven. Eén van onze doelen was het Amsterdams Historisch Museum. Ik was daar al vaak langs gelopen maar er nog nooit binnen geweest. De belangrijkste reden dat ik het van binnen wilde zien was dat ik onlangs ‘Saartje Tadema’ van Thea Beckman heb voorgelezen. Saartje is een weesmeisje dat opgroeit in het Burgerweeshuis, het gebouw waar momenteel het museum gehuisvest is. Mijn speurtocht naar de plekken waar ‘Saartje’ haar leven sleet werd echter al gauw overgenomen door aandacht voor de collectie.

En toen was Bart daar weer. In één van de zalen hing namelijk een schilderij van Willem van de Velde de Oude: 'De 7 Provinciën aan de vooravond van de Vierdaagse Zeeslag' (uit 1666). Van dat schilderij had Bart een reproductie in zijn huis hangen. Hij was daar bijzonder aan gehecht omdat het laat zien hoe de kapiteins van de schepen zich voor overleg bij admiraal de Ruyter voegen. Bart vond dat emblematisch voor het oer-Nederlandse ‘collegiaal bestuur’. De Ruyter deelde weliswaar de lakens uit, maar hij besprak eerst met zijn kapiteins de te volgen tactiek, om daarover consensus te bereiken. Zó moest dat volgens hem: gezamenlijk de koers bepalen. Daarom was Bart zo’n rabiaat tegenstander van directe mandaten – met de rechtstreeks gekozen burgemeester en ‘partijleider’ als voornaamste symptomen van de door hem verafschuwde ’plebiscitaire democratie’ – omdat die een wezenlijk ondemocratisch effect zouden hebben.

Toen we, rozig van een dag wandelen en de wijn bij het eten, in de Stopera onze plaatsen gevonden hadden ging er weer een steek door mijn hart. Schuin voor ons zaten Paul Kalma en zijn vrouw. Naast hen waren twee plaatsen leeg. Zouden Bart en Willemien hier vanavond ook geweest zijn, als niet ...? In de pauze haalde Paul me echter uit de droom. Ze waren gewoon met zijn tweetjes gekomen.
Doctor Atomic was niet zo aan mij besteed. De muziek was op zich prima, maar het libretto – grotendeels gebaseerd op overheidsrapporten – vond ik eerlijk gezegd stomvervelend. Het beschrijft de aanloop naar de eerste test van de atoombom en ik moet bekennen dat ik op den duur vurig begon te verlangen dat dat kreng nu eindelijk eens zou ontploffen.
Ik kreeg spijt dat ik niet bij dat andere klassieke concert in Amsterdam geweest was. De integrale uitvoering van ‘Berlin’ door Lou Reed. Dat is tenminste een ‘opera’ die je bij de keel grijpt. Wachtend op het zeer lang uitblijvende einde van Doctor Atomic en denkend aan de plotselinge dood van Bart klonk Lou Reed in mijn hoofd: ‘Sad Song, Sad Song, Sad Song, Sad Song ...’.

‘Springveren, het beste uit de leunstoel’ is nu te koop. Luister ook naar 'De mannenpil' , een van de bijdragen, voorgelezen door Maeve van der Steen. Zie www.eburon.nl/product_details.php?item_id=472
© 2007 Willem Minderhout
powered by CJ2