archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Luister! delen printen terug
Van Morrison, een norse man? Henk Klaren

0309VG Muziek
De albums Them en Them Again kocht ik toen ze uitkwamen. Het was de begintijd van de Beatles en de Stones. Them was anders dan al die andere Britse groepen uit die tijd en dat lag aan het materiaal en vooral aan zanger Van Morrison met zijn unieke stem. De groep kwam uit Belfast en heeft maar twee jaar bestaan. De line-up veranderde voortdurend. De enige die in alle samenstellingen meedeed was Van Morrison. In 1966 stapte hij eruit en dat was het eind van de groep. Vóór Them zat Morrison in allerlei groepjes. In het begin alleen als saxofonist, later begon hij ook te zingen.

Na Them raakte Van in een dip. Hij had het even helemaal gehad met de popscene en trok zich zelfs korte tijd terug in een klooster. Dat duurde niet lang. In 1968 toerde hij door Nederland met als begeleidingsband de Blizzards van Cuby. Er bestaan radio-opnamen van een optreden in Deventer. Ik herinner mij nog een interview uit Hitweek (of heette dat toen al Aloha?). Er stond een foto bij van de zanger in een wit kostuum met zuurstokroze strepen. Over de Blizzards zei hij: “You know, they really surprise me, these boys”. Ja, dan hoort Nederland er even helemaal bij. In dat interview kondigde hij zijn volgende single aan: Brown Eyed Girl. Dat werd een grote hit en in hetzelfde jaar, 1968, verscheen het album Astral Weeks. Van was helemaal terug en is nooit meer weggeweest.

Over Van the Man (dat is dus Morrison en níet van Nistelrooij) wordt altijd gezegd dat hij zo’n norse man is. In een recensie over Astral Weeks las ik dat hij al dertig jaar niet meer had geglimlacht. De recensie moet van latere datum zijn geweest, want Van is in 1945 geboren. Ik ben naar twee van zijn concerten geweest. Voor mijn doen is dat veel, want ik ga niet zo vaak naar concerten. Veel te weinig eigenlijk. Maar deze twee waren meer dan de moeite waard. In 1989 in Rotterdam in de Doelen (de Avalon Sunset toer met Georgie Fame) en vorig jaar in het Utrechtse Vredenburg. In 1989 zat ik te ver van het podium, maar in het Vredenburg heb ik het inderdaad kunnen constateren: er kon geen lachje af! Voor het publiek twee zinnetjes, waarvan één om Candy Dulfer aan te kondigen. Van zag er niet uit: een bruin pak met bijbehorend hoedje, en hij gedroeg zich binnen de band als een soort dictator. Nors ja. Maar de muziek was geweldig en voor het oog was er Candy. Niet alleen daarvoor natuurlijk.

En toch heeft hij veel vrienden, afgaand op de enorme hoeveelheid samenwerkingsprojecten en gastoptredens. De lijst is te lang voor dit stuk. Zie de Van Morrison Website. Ik noem wel het geweldige gastoptreden bij het afscheidsconcert van The Band: The Last Waltz (1978). Ook de diverse samenwerkingsprojecten met de Ierse folkgroep The Chieftains verdienen aparte vermelding. Er is – naast een aantal incidentele gastoptredens – ook een hele CD van Van en the Chieftains: Irish Heartbeat (1988). Van harte aanbevolen. Eén van mijn favoriete duetten is 4% Pantomime, dat is verschenen op het album Cahoots (1971) van The Band. Hij zingt het met Richard Manuel, zijn alcoholische en uiteindelijk suïcidale vriend. Het contrast tussen de stemmen en intensiteit van de zang maken het tot iets bijzonders. Van en Richard hadden het plan samen een album uit te brengen met songs van Ray Charles. Het is er helaas nooit van gekomen.

Uit de lijst van gastoptredens blijkt, dat Van zich thuis voelt in veel soorten muziek. Pop natuurlijk, maar ook blues (samenwerking met John Lee Hooker en B.B. King), jazz (Chet Baker) en Ierse volksmuziek dus. Het meest opvallend vind ik nog het album The Skiffle Sessions. Het is een opname van een live-concert in Belfast uit 1998. Skiffle is een vreemd verschijnsel. Volgens Dave van Ronk in zijn boek The Mayor of MacDougal Street is het een Britse zijtak van de folk-revival uit de zestiger jaren van de vorige eeuw. Het is snelle, vooral akoestische muziek met banjo’s, mondharmonica’s en wasborden. De onderwerpen van de teksten zijn Amerikaans. Ik vond het toen leuk en kocht singeltjes van de Chas McDevitt Skifflegroup (The Battle of New Orleans met op de B-kant Freight Train met zang van Nancy Whiskey), de Mozam Skifflegroup uit Maastricht en een EP-tje van Lonnie Donegan.

Lonnie Donegan was de banjospeler van een Britse trad jazzband: The Chris Barber Jazzband. Bij The Skiffle Sessions hebben hij en Van Morrison en ook Chris Barber elkaar gevonden en/of hervonden. Het is vrolijke, vitale muziek, met duidelijk plezier gemaakt door een stelletje (toen) vijftigers. Vrienden, zo te horen. Hoe kun je zoveel vrienden maken als je zo’n norse man bent? Ik geloof dat dus niet. Uiterlijke schijn dat is alles. Maar als het toch zo is dan maakt het niet uit. De muziek is fantastisch. Luister ook naar zijn versie van St. James Infirmary op What’s Wrong With This Picture uit 2003.

1)  Te downloaden vanaf http://home.wxs.nl/~dbron/mp3.htmC
 


© 2006 Henk Klaren meer Henk Klaren - meer "Luister!" -
Vermaak en Genot > Luister!
Van Morrison, een norse man? Henk Klaren
0309VG Muziek
De albums Them en Them Again kocht ik toen ze uitkwamen. Het was de begintijd van de Beatles en de Stones. Them was anders dan al die andere Britse groepen uit die tijd en dat lag aan het materiaal en vooral aan zanger Van Morrison met zijn unieke stem. De groep kwam uit Belfast en heeft maar twee jaar bestaan. De line-up veranderde voortdurend. De enige die in alle samenstellingen meedeed was Van Morrison. In 1966 stapte hij eruit en dat was het eind van de groep. Vóór Them zat Morrison in allerlei groepjes. In het begin alleen als saxofonist, later begon hij ook te zingen.

Na Them raakte Van in een dip. Hij had het even helemaal gehad met de popscene en trok zich zelfs korte tijd terug in een klooster. Dat duurde niet lang. In 1968 toerde hij door Nederland met als begeleidingsband de Blizzards van Cuby. Er bestaan radio-opnamen van een optreden in Deventer. Ik herinner mij nog een interview uit Hitweek (of heette dat toen al Aloha?). Er stond een foto bij van de zanger in een wit kostuum met zuurstokroze strepen. Over de Blizzards zei hij: “You know, they really surprise me, these boys”. Ja, dan hoort Nederland er even helemaal bij. In dat interview kondigde hij zijn volgende single aan: Brown Eyed Girl. Dat werd een grote hit en in hetzelfde jaar, 1968, verscheen het album Astral Weeks. Van was helemaal terug en is nooit meer weggeweest.

Over Van the Man (dat is dus Morrison en níet van Nistelrooij) wordt altijd gezegd dat hij zo’n norse man is. In een recensie over Astral Weeks las ik dat hij al dertig jaar niet meer had geglimlacht. De recensie moet van latere datum zijn geweest, want Van is in 1945 geboren. Ik ben naar twee van zijn concerten geweest. Voor mijn doen is dat veel, want ik ga niet zo vaak naar concerten. Veel te weinig eigenlijk. Maar deze twee waren meer dan de moeite waard. In 1989 in Rotterdam in de Doelen (de Avalon Sunset toer met Georgie Fame) en vorig jaar in het Utrechtse Vredenburg. In 1989 zat ik te ver van het podium, maar in het Vredenburg heb ik het inderdaad kunnen constateren: er kon geen lachje af! Voor het publiek twee zinnetjes, waarvan één om Candy Dulfer aan te kondigen. Van zag er niet uit: een bruin pak met bijbehorend hoedje, en hij gedroeg zich binnen de band als een soort dictator. Nors ja. Maar de muziek was geweldig en voor het oog was er Candy. Niet alleen daarvoor natuurlijk.

En toch heeft hij veel vrienden, afgaand op de enorme hoeveelheid samenwerkingsprojecten en gastoptredens. De lijst is te lang voor dit stuk. Zie de Van Morrison Website. Ik noem wel het geweldige gastoptreden bij het afscheidsconcert van The Band: The Last Waltz (1978). Ook de diverse samenwerkingsprojecten met de Ierse folkgroep The Chieftains verdienen aparte vermelding. Er is – naast een aantal incidentele gastoptredens – ook een hele CD van Van en the Chieftains: Irish Heartbeat (1988). Van harte aanbevolen. Eén van mijn favoriete duetten is 4% Pantomime, dat is verschenen op het album Cahoots (1971) van The Band. Hij zingt het met Richard Manuel, zijn alcoholische en uiteindelijk suïcidale vriend. Het contrast tussen de stemmen en intensiteit van de zang maken het tot iets bijzonders. Van en Richard hadden het plan samen een album uit te brengen met songs van Ray Charles. Het is er helaas nooit van gekomen.

Uit de lijst van gastoptredens blijkt, dat Van zich thuis voelt in veel soorten muziek. Pop natuurlijk, maar ook blues (samenwerking met John Lee Hooker en B.B. King), jazz (Chet Baker) en Ierse volksmuziek dus. Het meest opvallend vind ik nog het album The Skiffle Sessions. Het is een opname van een live-concert in Belfast uit 1998. Skiffle is een vreemd verschijnsel. Volgens Dave van Ronk in zijn boek The Mayor of MacDougal Street is het een Britse zijtak van de folk-revival uit de zestiger jaren van de vorige eeuw. Het is snelle, vooral akoestische muziek met banjo’s, mondharmonica’s en wasborden. De onderwerpen van de teksten zijn Amerikaans. Ik vond het toen leuk en kocht singeltjes van de Chas McDevitt Skifflegroup (The Battle of New Orleans met op de B-kant Freight Train met zang van Nancy Whiskey), de Mozam Skifflegroup uit Maastricht en een EP-tje van Lonnie Donegan.

Lonnie Donegan was de banjospeler van een Britse trad jazzband: The Chris Barber Jazzband. Bij The Skiffle Sessions hebben hij en Van Morrison en ook Chris Barber elkaar gevonden en/of hervonden. Het is vrolijke, vitale muziek, met duidelijk plezier gemaakt door een stelletje (toen) vijftigers. Vrienden, zo te horen. Hoe kun je zoveel vrienden maken als je zo’n norse man bent? Ik geloof dat dus niet. Uiterlijke schijn dat is alles. Maar als het toch zo is dan maakt het niet uit. De muziek is fantastisch. Luister ook naar zijn versie van St. James Infirmary op What’s Wrong With This Picture uit 2003.

1)  Te downloaden vanaf http://home.wxs.nl/~dbron/mp3.htmC
 
© 2006 Henk Klaren
powered by CJ2