archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Luister! delen printen terug
Johnny Horton Henk Klaren

1820VG Creek
Ik kreeg een boek voor mijn verjaardag. Dat overkomt me wel eens vaker. Misschien komt het wel doordat ik er wel eens eentje op mijn verlanglijst zet. En hoewel mijn verjaardag alweer een paar maanden geleden is, heb ik het nog steeds niet uit. Druk, druk, druk natuurlijk. Meer nee, daar komt het niet door. Het is ook niet zozeer een leesboek, maar een soort plaatjesboek met korte tekstjes. Het heet Creek Country en de auteur heet Erik Kriek. Zijn land dus eigenlijk. Erik Kriek is een striptekenaar, die ook veel houdt van het soort muziek waar veel van mijn stukjes voor De Leunstoel ook over gaan. Creek Country bevat een vijftigtal getekende portretten van helden van Kriek uit de folk, country en bluegrass. De tekeningen gaan vergezeld van ultrakorte biografietjes. Ik ken (nogal logisch) bijna alle opgevoerde artiesten en van de meerderheid heb ik ook wel een CD’tje in huis. Er zit trouwens ook nog een CD’tje in het boek met nummers van vijftien van de behandelde artiesten. Ze worden uitgevoerd door Tim Knol en The Bluegrass Boogie Men. Tim zingt alles behalve George Jones’ Good Year for the Roses. Dat zingt Erik Kriek zelf samen met The Lasses. Over die dames schreef ik al eens eerder. Heel mooi, niet alleen dit nummer: de hele CD.

Toen ik het boekje de eerste keer opensloeg viel het open bij het portret van Johnny Horton. Johnny wie? Johnny Hórton. Ik weet al van hem sinds ongeveer 1960. Toen hoorde ik hem voor het eerst. North to Alaska heette het nummer. En ik vond het schitterend. Ik heb het nummer – en het moment – altijd onthouden. Het moet in of na 1960 zijn geweest, want in dat jaar verscheen de single. Ik hoorde het lied via de draadomroep bij mijn ouders. Ja, zo heette dat: draadomroep. Radio via een draad, een kabel dus. Klinkt modern, was het toen ook, maar is al decennia volledig verouderd en verdwenen. Ik hoorde Hortons versie van North to Alaska dus vóór september 1962. Toen verliet ik het ouderlijk huis.

Ik herinner mij, dat in één van de muziekblaadjes uit die tijd ook een foto van Johnny stond. Heel stoer, met cowboyhoed, van die samengeknepen ogen, die (dacht ik dan) over de besneeuwde vlakten van Alaska staarden. Dat plaatje kan ik niet terugvinden. Integendeel, alleen de hoed klopt. Maar verder zie ik op de beschikbare plaatjes (incl. het portret van Erik Kriek) een vrolijk mannetje met dikke wangen. De muziek is nog steeds sterk, zij het wat gedateerd, maar wat wil je. Het lied hoorde bij de gelijknamige film. Hoofdrol: John Wayne. Mijn herinnering zal slaan op een still uit die film van die man. De bronnen spreken elkaar tegen als het gaat om de schrijver van het lied. Soms lees je Horton met ene Tillman Franks. Elders wordt iemand genoemd die Mike Phillips heet. Dat laatste dan in relatie tot een versie van North to Alaska van Frankie Laine. De tekst gaat over een figuur die goud gaat zoeken in Alaska. Zo’n grote ruwe bolster, wiens maat bekent dat al het gevonden goud hem gestolen kan worden in ruil voor een smalle gouden ring. Jenny heette ze. De vraag of ze elkaar krijgen wordt niet beantwoord.

Er zijn natuurlijk covers van North to Alaska. Niet zo heel veel, maar wel één hele leuke van Jerry Lee Lewis en zijn zus Linda Gail. Er is ook een versie met een andere tekst. Die heet South to Louisiana  met allemaal Franstalige plaatsnamen erin. Minder.

Johnny Horton wist waar hij het over had. Ik bedoel Alaska, niet de liefde. Hij is ergens in zijn leven naar Alaska getrokken om goud te zoeken. Hij is daarvan onverrichter zake teruggekeerd. En heeft een omvangrijk muzikaal oeuvre nagelaten. Daar weet ik verder bijna niets van. The Battle of New Orleans (van componist Jimmy Driftwood) was zijn grootste hitsingle. Maar Johnny Horton heeft sowieso een opvallende plaats in de countrywereld, want hij trouwde met de weduwe van Hank Williams.


© 2021 Henk Klaren meer Henk Klaren - meer "Luister!" -
Vermaak en Genot > Luister!
Johnny Horton Henk Klaren
1820VG Creek
Ik kreeg een boek voor mijn verjaardag. Dat overkomt me wel eens vaker. Misschien komt het wel doordat ik er wel eens eentje op mijn verlanglijst zet. En hoewel mijn verjaardag alweer een paar maanden geleden is, heb ik het nog steeds niet uit. Druk, druk, druk natuurlijk. Meer nee, daar komt het niet door. Het is ook niet zozeer een leesboek, maar een soort plaatjesboek met korte tekstjes. Het heet Creek Country en de auteur heet Erik Kriek. Zijn land dus eigenlijk. Erik Kriek is een striptekenaar, die ook veel houdt van het soort muziek waar veel van mijn stukjes voor De Leunstoel ook over gaan. Creek Country bevat een vijftigtal getekende portretten van helden van Kriek uit de folk, country en bluegrass. De tekeningen gaan vergezeld van ultrakorte biografietjes. Ik ken (nogal logisch) bijna alle opgevoerde artiesten en van de meerderheid heb ik ook wel een CD’tje in huis. Er zit trouwens ook nog een CD’tje in het boek met nummers van vijftien van de behandelde artiesten. Ze worden uitgevoerd door Tim Knol en The Bluegrass Boogie Men. Tim zingt alles behalve George Jones’ Good Year for the Roses. Dat zingt Erik Kriek zelf samen met The Lasses. Over die dames schreef ik al eens eerder. Heel mooi, niet alleen dit nummer: de hele CD.

Toen ik het boekje de eerste keer opensloeg viel het open bij het portret van Johnny Horton. Johnny wie? Johnny Hórton. Ik weet al van hem sinds ongeveer 1960. Toen hoorde ik hem voor het eerst. North to Alaska heette het nummer. En ik vond het schitterend. Ik heb het nummer – en het moment – altijd onthouden. Het moet in of na 1960 zijn geweest, want in dat jaar verscheen de single. Ik hoorde het lied via de draadomroep bij mijn ouders. Ja, zo heette dat: draadomroep. Radio via een draad, een kabel dus. Klinkt modern, was het toen ook, maar is al decennia volledig verouderd en verdwenen. Ik hoorde Hortons versie van North to Alaska dus vóór september 1962. Toen verliet ik het ouderlijk huis.

Ik herinner mij, dat in één van de muziekblaadjes uit die tijd ook een foto van Johnny stond. Heel stoer, met cowboyhoed, van die samengeknepen ogen, die (dacht ik dan) over de besneeuwde vlakten van Alaska staarden. Dat plaatje kan ik niet terugvinden. Integendeel, alleen de hoed klopt. Maar verder zie ik op de beschikbare plaatjes (incl. het portret van Erik Kriek) een vrolijk mannetje met dikke wangen. De muziek is nog steeds sterk, zij het wat gedateerd, maar wat wil je. Het lied hoorde bij de gelijknamige film. Hoofdrol: John Wayne. Mijn herinnering zal slaan op een still uit die film van die man. De bronnen spreken elkaar tegen als het gaat om de schrijver van het lied. Soms lees je Horton met ene Tillman Franks. Elders wordt iemand genoemd die Mike Phillips heet. Dat laatste dan in relatie tot een versie van North to Alaska van Frankie Laine. De tekst gaat over een figuur die goud gaat zoeken in Alaska. Zo’n grote ruwe bolster, wiens maat bekent dat al het gevonden goud hem gestolen kan worden in ruil voor een smalle gouden ring. Jenny heette ze. De vraag of ze elkaar krijgen wordt niet beantwoord.

Er zijn natuurlijk covers van North to Alaska. Niet zo heel veel, maar wel één hele leuke van Jerry Lee Lewis en zijn zus Linda Gail. Er is ook een versie met een andere tekst. Die heet South to Louisiana  met allemaal Franstalige plaatsnamen erin. Minder.

Johnny Horton wist waar hij het over had. Ik bedoel Alaska, niet de liefde. Hij is ergens in zijn leven naar Alaska getrokken om goud te zoeken. Hij is daarvan onverrichter zake teruggekeerd. En heeft een omvangrijk muzikaal oeuvre nagelaten. Daar weet ik verder bijna niets van. The Battle of New Orleans (van componist Jimmy Driftwood) was zijn grootste hitsingle. Maar Johnny Horton heeft sowieso een opvallende plaats in de countrywereld, want hij trouwde met de weduwe van Hank Williams.
© 2021 Henk Klaren
powered by CJ2