archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Een omweg waard delen printen terug
0 = NUL (nul = 0) Katharina Kouwenhoven

0905VG Nul1
Van 1961 tot 1966 kende de Nederlandse kunstwereld een bijzondere avant-garde beweging, de nulgroep. Deze beweging, bestaande uit Armando, Jan Henderikse, Henk Peeters, Jan Schoonhoven en herman de vries (die zijn naam schreef zonder hoofdletters) streefde een andere relatie tussen kunst en werkelijkheid na, een meer directe, met weinig bemiddeling van de kunstenaar. Zij zetten zich hiermee af tegen COBRA en expressionisme was voor hen waarschijnlijk een vies woord.

Kenmerkend voor hun creatieve producten was dat zij meestal monochroom waren. Jan Schoonhoven voerde zijn reliëfs uit in het wit, wit karton of wit papier-maché, omdat kleuren bij de beschouwer associaties wekken en daarmee een objectief-neutrale weergave in de weg staan. Kleuren beïnvloeden weliswaar de interpretatie van een kunstwerk of van wat dan ook, maar dat doet de afwezigheid van kleur ook. Het is een misverstand dat kleuren bij iedereen dezelfde associatie wekken – rood is liefde, maar ook haat, vrolijkheid en woede, zonsopgang en zonsondergang, zomer, winter, lente en herfst – en dat wit geen associaties zou wekken. Zoals de kunstenaar zich niet objectief-neutraal of objectief niet-persoonlijk kan uitdrukken, zo kan de toeschouwer een kunstobject niet objectief-neutraal beschouwen. Maar er zijn gradaties. Er is natuurlijk een groot verschil tussen een Appel waar een halve schilderswinkel aan verf tegenaan is gesmeten en een overzichtelijk wit vlak van Schoonhoven met zich herhalende patronen van simpele vormen er in uitgesneden, of er op aangebracht.

De nul-kunstenaars gebruikten vaak kant en klare producten, industriële producten, afval of weggegooid materiaal om assemblages te maken. Aan deze materialen werd door de kunstenaar meestal niet veel toegevoegd, om het ‘handschrift’ van de kunstenaar te vermijden. Het materiaal sprak voor zich.
De nul-beweging kende geestverwanten in Duitsland, Italië en Frankrijk en had haar hoogtepunt in een door Henk Peeters, de drijvende kracht achter de beweging, georganiseerde tentoonstelling in het Amsterdamse Stedelijk Museum (dat toen nog open was!) in 1965.

In het Stedelijk Museum Schiedam is op dit moment een kleine nul-tentoonstelling te bezichtigen van de Nederlandse groep, buitenlandse collega’s en een aantal navolgers. Dit betekent helaas dat er van alle individuele kunstenaars maar één of enkele werken te bewonderen zijn. In de betekenis van elke afzonderlijke artiest voor de beweging krijg je zo geen0905VG Nul2 enkel inzicht en naar de representativiteit van die werken voor het gehele oeuvre van iemand kun je slechts raden. Dat neemt niet weg dat er mooie dingen te bewonderen zijn. Je kennis over de nul-beweging zal er niet door toenemen, maar er valt wel wat te genieten. Het is een prijzenswaardig initiatief van het Stedelijk Museum Schiedam, dat wel vaker komt met opmerkelijke tentoonstellingen.

Ik bezoek ook regelmatig het Cobramuseum, niet vanwege de collectie, maar vanwege de bijzondere tentoonstellingen die er georganiseerd werden. Helaas is de directeur die al dat schoons onder onze aandacht bracht overleden en de dames die hem zijn opgevolgd hebben tot nu toe niets interessants weten te bieden. Ik krijg de indruk dat zij ons Cobra een beetje door de strot proberen te duwen. Tenslotte zitten zij met die collectie Cobrawerken en dat is, op enkele uitzonderingen na, niet veel soeps. De Cobrakunstenaars maken nu eigenlijk vooral een ouderwetse indruk. Het is passé, niet meer van deze tijd, een naïef misverstand. Daarmee vergeleken is die nul-kunst nog opmerkelijk fris en modern. Geen gesmijt met verf, maar ordening, geen nabootsing van kindertekeningen of primitieve kunst, maar uitgaan van wat er is of wat je hebt. Geen individuele expressie, maar terughoudendheid.

De nul-kunstenaars hebben het verder geschopt dan de Cobra-kunstenaars. Met uitzondering van Asger Jorn, Karel Appel en Constant maakt het Cobrawerk een sterk gedateerde indruk en heeft ook geen navolgers gekregen, behalve wanneer je alle primitief expressionisme op een hoop gooit. De nul-beweging had niet alleen navolgers, maar vormt ook de basis van het minimalisme en de conceptuele kunst. En dat is nog helemaal van deze tijd. Voor de Rietveld Academie in Amsterdam vormt de conceptuele kunst de basis van de opleiding; tekenen en schilderen leer je er niet, daar zijn cursussen voor, maar ideeën ontwikkelen en vormgeven, dat is waar het om gaat.

Voor de liefhebber van conceptuele kunst en haar baarmoeder, de nul-beweging, is een gang naar Schiedam zeker de moeite waard. Niet alleen voor haar bijzondere museum trouwens. Schiedam zelf heeft het ook wel, als je binnen het centrum blijft. De tentoonstelling nul = 0 is tot 22 januari 2012 te bezichtigen.
 
********************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl


© 2011 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Een omweg waard" -
Vermaak en Genot > Een omweg waard
0 = NUL (nul = 0) Katharina Kouwenhoven
0905VG Nul1
Van 1961 tot 1966 kende de Nederlandse kunstwereld een bijzondere avant-garde beweging, de nulgroep. Deze beweging, bestaande uit Armando, Jan Henderikse, Henk Peeters, Jan Schoonhoven en herman de vries (die zijn naam schreef zonder hoofdletters) streefde een andere relatie tussen kunst en werkelijkheid na, een meer directe, met weinig bemiddeling van de kunstenaar. Zij zetten zich hiermee af tegen COBRA en expressionisme was voor hen waarschijnlijk een vies woord.

Kenmerkend voor hun creatieve producten was dat zij meestal monochroom waren. Jan Schoonhoven voerde zijn reliëfs uit in het wit, wit karton of wit papier-maché, omdat kleuren bij de beschouwer associaties wekken en daarmee een objectief-neutrale weergave in de weg staan. Kleuren beïnvloeden weliswaar de interpretatie van een kunstwerk of van wat dan ook, maar dat doet de afwezigheid van kleur ook. Het is een misverstand dat kleuren bij iedereen dezelfde associatie wekken – rood is liefde, maar ook haat, vrolijkheid en woede, zonsopgang en zonsondergang, zomer, winter, lente en herfst – en dat wit geen associaties zou wekken. Zoals de kunstenaar zich niet objectief-neutraal of objectief niet-persoonlijk kan uitdrukken, zo kan de toeschouwer een kunstobject niet objectief-neutraal beschouwen. Maar er zijn gradaties. Er is natuurlijk een groot verschil tussen een Appel waar een halve schilderswinkel aan verf tegenaan is gesmeten en een overzichtelijk wit vlak van Schoonhoven met zich herhalende patronen van simpele vormen er in uitgesneden, of er op aangebracht.

De nul-kunstenaars gebruikten vaak kant en klare producten, industriële producten, afval of weggegooid materiaal om assemblages te maken. Aan deze materialen werd door de kunstenaar meestal niet veel toegevoegd, om het ‘handschrift’ van de kunstenaar te vermijden. Het materiaal sprak voor zich.
De nul-beweging kende geestverwanten in Duitsland, Italië en Frankrijk en had haar hoogtepunt in een door Henk Peeters, de drijvende kracht achter de beweging, georganiseerde tentoonstelling in het Amsterdamse Stedelijk Museum (dat toen nog open was!) in 1965.

In het Stedelijk Museum Schiedam is op dit moment een kleine nul-tentoonstelling te bezichtigen van de Nederlandse groep, buitenlandse collega’s en een aantal navolgers. Dit betekent helaas dat er van alle individuele kunstenaars maar één of enkele werken te bewonderen zijn. In de betekenis van elke afzonderlijke artiest voor de beweging krijg je zo geen0905VG Nul2 enkel inzicht en naar de representativiteit van die werken voor het gehele oeuvre van iemand kun je slechts raden. Dat neemt niet weg dat er mooie dingen te bewonderen zijn. Je kennis over de nul-beweging zal er niet door toenemen, maar er valt wel wat te genieten. Het is een prijzenswaardig initiatief van het Stedelijk Museum Schiedam, dat wel vaker komt met opmerkelijke tentoonstellingen.

Ik bezoek ook regelmatig het Cobramuseum, niet vanwege de collectie, maar vanwege de bijzondere tentoonstellingen die er georganiseerd werden. Helaas is de directeur die al dat schoons onder onze aandacht bracht overleden en de dames die hem zijn opgevolgd hebben tot nu toe niets interessants weten te bieden. Ik krijg de indruk dat zij ons Cobra een beetje door de strot proberen te duwen. Tenslotte zitten zij met die collectie Cobrawerken en dat is, op enkele uitzonderingen na, niet veel soeps. De Cobrakunstenaars maken nu eigenlijk vooral een ouderwetse indruk. Het is passé, niet meer van deze tijd, een naïef misverstand. Daarmee vergeleken is die nul-kunst nog opmerkelijk fris en modern. Geen gesmijt met verf, maar ordening, geen nabootsing van kindertekeningen of primitieve kunst, maar uitgaan van wat er is of wat je hebt. Geen individuele expressie, maar terughoudendheid.

De nul-kunstenaars hebben het verder geschopt dan de Cobra-kunstenaars. Met uitzondering van Asger Jorn, Karel Appel en Constant maakt het Cobrawerk een sterk gedateerde indruk en heeft ook geen navolgers gekregen, behalve wanneer je alle primitief expressionisme op een hoop gooit. De nul-beweging had niet alleen navolgers, maar vormt ook de basis van het minimalisme en de conceptuele kunst. En dat is nog helemaal van deze tijd. Voor de Rietveld Academie in Amsterdam vormt de conceptuele kunst de basis van de opleiding; tekenen en schilderen leer je er niet, daar zijn cursussen voor, maar ideeën ontwikkelen en vormgeven, dat is waar het om gaat.

Voor de liefhebber van conceptuele kunst en haar baarmoeder, de nul-beweging, is een gang naar Schiedam zeker de moeite waard. Niet alleen voor haar bijzondere museum trouwens. Schiedam zelf heeft het ook wel, als je binnen het centrum blijft. De tentoonstelling nul = 0 is tot 22 januari 2012 te bezichtigen.
 
********************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl
© 2011 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2