archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Een omweg waard | ||||
Wonderschone vlechtwerkjes | Dik Kruithof | |||
Ter voorbereiding op een afscheidsetentje kwam mijn vorige statenfractie bijeen in het Vlechtmuseum in Noordwolde. Noordwolde ligt in de Stellingwerven – er zijn er twee van: Oost en West – en het was in het begin van de vorige eeuw een arm gebied. De geschiedenis van het vlechten in deze streek is voor het museum als volgt opgeschreven: Noordwolde ligt in een van oorsprong veenrijk gebied. In de zeventiende en achttiende eeuw is de vervening de inkomstenbron, maar in het begin van de negentiende eeuw is het veen vrijwel afgegraven en gaat men over op bezembinden en het maken van heideboenders. Een Duitse trekarbeider laat zien hoe hij manden vlecht van de wilgenteen die in de omgeving overal voorhanden is. Halverwege de negentiende eeuw is dit een belangrijke huisindustrie geworden en de beschikbaarheid van wilgentenen hiervoor onvoldoende. Op initiatief van ds. Edema van der Tuuk worden andere materialen zoals rotan ingevoerd. Ook haalt hij een Duitse rietvlechter naar Noordwolde om de bevolking het vak te leren. Eind negentiende eeuw ontstaan er diverse kleine werkplaatsen van stoelenvlechters. Tegen de eeuwwisseling is de productie zo gegroeid (honderdduizend stoelen jaarlijks) dat naast Nederland ook handel met omliggende landen wordt gedreven.
In het Vlechtmuseum wordt de geschiedenis van het gebied weergegeven in de geschiedenis van een ambacht dat kenmerkend werd. Eerst het vlechten van wilgentenen en daarna van rotan. Je vindt er de rotanmeubelen waar iedereen van rond de zestig mee is opgegroeid en die bepalend zijn geworden voor het beeld van de vijftiger jaren: rotanstoelen en tomadorekjes. Het museum geeft met voorbeelden en lichtbeelden een helder verhaal over de geschiedenis van het vlechten in de bloeitijd. Het is indrukwekkend wat er allemaal met wilgentenen, riet en rotan gemaakt werd, naast de bekende plantenstandaard natuurlijk de stoel, maar ook de eendenkorf en de mattenklopper, en ze maakten er zelfs een volledige fiets. Die fiets was waarschijnlijk een kunststukje van de beste leerlingen, want het museum is gevestigd in de oude Rijksrietvlechtschool. In de gang vind je nog een haakje voor de jas van Jeltje van Nieuwenhoven.
Extra attractie is tot half juni een tentoonstelling van Meta Leefkens. Vanaf 1986 heeft zij zich toegelegd op het vlechten met de halmen van graan. Over het vlechten met graan schrijft zij zelf: Van oudsher is het vlechten met de halmen van het graan een bezwering om de korengeesten ook voor een nieuwe oogst volgend jaar tevreden te stemmen. De mooie vlechtwerken werden in huis en bij de stallen opgehangen om huis en haard en de bewoners de beschermen. Gevlochten bellen zijn een symbolische bescherming tegen ongedierte.
Vanaf 1989 zijn het niet alleen de oude symbolen en traditionele motieven, maar ook eigen ontwerpen en hoeden van vooral tarwe- en roggehalmen die haar werk bepalen. De tentoonstelling is een verrassing, wat zij doet met graan grenst aan het ongelooflijke. Hoeden maar ook schoenen en siervoorwerpen, niet alleen in het geel maar ook in donkere kleuren stralen je in de expositieruimte tegemoet. Meta Leefkens is een ster op haar beperkte vakgebied: vanaf 2002 wint zij juryprijzen en wordt haar werk door musea aangekocht.
Meer informatie op www.vlechtmuseum.nl
********************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl |
||||
© 2011 Dik Kruithof | ||||
powered by CJ2 |