archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > In de polder delen printen terug
Het schandaal van Vlissingen Arie de Jong

1710BS SchandaalToen Hans Hillen minister van Defensie was, en Karla Peijs commissaris van de Koningin in Zeeland, spraken ze af dat de marinierskazerne zou verhuizen naar Vlissingen. Dat had veel weg van een win-win situatie: Zeeland had compensatie nodig voor het vertrek van allerlei gedeconcentreerde rijksdiensten, zoals het Kadaster. En er moest een andere plaats worden gevonden voor de marinierskazerne in Doorn.

Op het eerste gezicht niets aan de hand, tot bleek dat bij de verhuizing ook mensen betrokken waren: de mariniers. Die waren buiten de afspraak gehouden en voelden niets voor een verhuizing naar Zeeland. Veel mariniers hebben een partner en die partners hebben ook een baan: dan kun je niet zo maar 150 kilometer verderop gaan zitten. Veel mariniers zullen ook schoolgaande kinderen hebben, mooi wonen op de Utrechtse Heuvelrug, noem maar op. Het overgrote deel liet weten niet te willen verkassen en op zoek te gaan naar een andere baan. Dat waren er zo veel dat een goed functioneren van het korps serieus in gevaar kwam. Het was dus bij nader inzien een stomme zet van Hans Hillen en Karla Peijs om in de achterkamer deze afspraak te maken.

Toch ging iedereen aan de slag om de verhuizing naar Vlissingen te regelen. Er was een terrein beschikbaar, waarbij onteigening en uitkopen nodig was: Zeeland was er klaar voor. Recent werd door het kabinet echter besloten, in dit geval aangevuurd door staatssecretaris Barbara Visser, om niet naar Vlissingen te verhuizen, maar naar Nieuw-Millingen, bij Apeldoorn. En toen was Leiden, of beter: Zeeland, in last. Barbara Visser kreeg op haar kop, terwijl ze toch niet anders had gedaan dan een verkeerde beslissing herstellen. Al kun je je afvragen of ze niet op een eerder moment ook weer in de achterkamer met de huidige commissaris van de Koning had moeten gaan praten over de vraag: hoe lossen we dit samen op? Daar ging ze ontzettend de fout in.

Als een procedure begint met een fout, dan kun je er op rekenen dat het verderop in het proces opnieuw fout zal gaan. Het doet denken aan de wet van Murphy, die in de meest authentieke versie luidt: If there's more than one way to do a job and one of those ways will end in disaster, then somebody will do it that way.

Zijn de Zeeuwen zielig? Bij alle publiciteit rees bij mij die vraag. Ik kreeg geen antwoord uit de krantenberichten. Dus op zoek naar de feiten. Het verplaatsen van de kazerne levert op zich geen banen op. De mariniers gaan immers mee (nou ja, een deel) en opengevallen plaatsen worden gevuld met mensen overal vandaan. Blijkbaar nemen die mariniers wel partners mee en die zoeken juist een nieuwe baan. Uiteraard moeten daarna wel monden worden gevoed, kopen ze nieuwe auto’s in Zeeland en laten die daar onderhouden, is er allerlei toelevering voor de kazerne. Dus dat geeft al met al wel wat werkgelegenheid.

Lastig is dat al die mensen ook in Walcheren gaan wonen. Opeens is er een invasie van meer dan duizend huishoudens. Of dat gemakkelijk kan worden opgevangen op een schiereiland met nu meer dan 100.000 inwoners, dus met ongeveer 45.000 woningen, kan ik moeilijk overzien.
Op 19 oktober 2019 werd nog in de Zeeuwse pers gemeld dat de werkloosheid in Zeeland opnieuw was gedaald. Er stonden op dat moment in totaal 3700 werklozen ingeschreven: let op, voor geheel Zeeland. Daarbij is Zeeuws-Vlaanderen meer een probleem, niet zozeer Walcheren. Nog in 2018 had ZB/Planbureau gemeld dat de Zeeuwse arbeidsmarkt steeds krapper aan het worden is. Onder jongeren tot 25 jaar was nog wel werkloosheid, tot 7% in Vlissingen aan toe, maar boven die leeftijd ging het nog maar om een gering percentage. De verwachting was dat in de vijf jaar daarna ongeveer 23.000 schoolverlaters de arbeidsmarkt zouden betreden en dat, vooral door uitstroom van ouderen, er voorzien moest gaan worden in ongeveer 29.000 vacatures. Normaal gesproken: Zeeland bleek niet zielig.

Als je deze cijfers tot je laat doordringen, dan is het een relevante vraag: wat voor nut heeft dan nog de verplaatsing van een kazerne, met tegenstribbelend personeel? Waarom piepen die Zeeuwen dan zo hard? Het heeft er veel van weg dat de grootste ergernis er uit bestaat dat beloften zijn gedaan, dat men ter plekke hard heeft gewerkt om de afspraken na te komen, om vervolgens te merken dat stiekem de afspraak eenzijdig ongedaan is gemaakt. Daar kun je razend over worden (dat gebeurde dus ook), maar tegelijk kun je je afvragen: welk probleem moest er eigenlijk worden opgelost?

Terug naar de oorsprong van het probleem: de afspraak van Hans Hillen met Karla Peijs. Wat me niet zint aan die afspraak is dat in de achterkamer over het leven van meer dan 1000 mensen wordt beslist, zonder die betrokkenen wat te vragen. Zonder ze erbij te betrekken. Ik associeer dat met de ‘spreiding’ van Rijksdiensten, in het kader van het stimuleren van ‘achtergebleven’ regio’s en om de ‘oververhitting’ van de woningmarkt in de Haagse regio te bestrijden.

Grondslag hiervoor was een regeringsnota uit 1961. Gedurende ongeveer 20 jaar werden Rijksdiensten, of onderdelen daarvan, vanuit de Haagse regio overgeplant naar andere delen van het land. Daarom zit de Rijksdienst voor het Wegverkeer deels in Veendam, het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds in Heerlen. Delen van de Belastingdienst gingen naar Apeldoorn en Leeuwarden, het Kadaster kwam in Apeldoorn. En wie herinnert zich niet het gedoe rond de verplaatsing van de PTT naar Groningen? Toen de PTT op eigen benen stond, ging het hoofdkantoor trouwens weer terug naar Den Haag.

Hoe dan ook liep dat spreidingsbeleid in de jaren ’80 af, want de betrokken ambtenaren hadden er geen zin in als zoutzakjes behandeld te worden. Sommige Tweede Kamerleden en bestuurders uit ‘de regio’ bleven nog wel sputteren, maar de spreiding was verleden tijd. Sterker: door doelmatigheidsoperaties werden gedeconcentreerde onderdelen van de ministeries gesloten. Met de kanttekening dat die ministeries ook kleiner zijn geworden. Ooit was Henk Klaren, die voor de Leunstoel zulke leuke stukken schrijft over goede muziek en de hand heeft in de illustraties, hoofdingenieur-directeur van de volkshuisvesting: zulke banen bestaan niet eens meer.

Hoe dan ook: de belangrijkste les uit het ‘schandaal van Vlissingen’ mag zijn: in de achterkamer mag je alleen beslissingen nemen als je door hebt wat die betekenen voor de mensen die het aangaat.

------
Het plaatje is van Han Busstra


© 2020 Arie de Jong meer Arie de Jong - meer "In de polder" -
Beschouwingen > In de polder
Het schandaal van Vlissingen Arie de Jong
1710BS SchandaalToen Hans Hillen minister van Defensie was, en Karla Peijs commissaris van de Koningin in Zeeland, spraken ze af dat de marinierskazerne zou verhuizen naar Vlissingen. Dat had veel weg van een win-win situatie: Zeeland had compensatie nodig voor het vertrek van allerlei gedeconcentreerde rijksdiensten, zoals het Kadaster. En er moest een andere plaats worden gevonden voor de marinierskazerne in Doorn.

Op het eerste gezicht niets aan de hand, tot bleek dat bij de verhuizing ook mensen betrokken waren: de mariniers. Die waren buiten de afspraak gehouden en voelden niets voor een verhuizing naar Zeeland. Veel mariniers hebben een partner en die partners hebben ook een baan: dan kun je niet zo maar 150 kilometer verderop gaan zitten. Veel mariniers zullen ook schoolgaande kinderen hebben, mooi wonen op de Utrechtse Heuvelrug, noem maar op. Het overgrote deel liet weten niet te willen verkassen en op zoek te gaan naar een andere baan. Dat waren er zo veel dat een goed functioneren van het korps serieus in gevaar kwam. Het was dus bij nader inzien een stomme zet van Hans Hillen en Karla Peijs om in de achterkamer deze afspraak te maken.

Toch ging iedereen aan de slag om de verhuizing naar Vlissingen te regelen. Er was een terrein beschikbaar, waarbij onteigening en uitkopen nodig was: Zeeland was er klaar voor. Recent werd door het kabinet echter besloten, in dit geval aangevuurd door staatssecretaris Barbara Visser, om niet naar Vlissingen te verhuizen, maar naar Nieuw-Millingen, bij Apeldoorn. En toen was Leiden, of beter: Zeeland, in last. Barbara Visser kreeg op haar kop, terwijl ze toch niet anders had gedaan dan een verkeerde beslissing herstellen. Al kun je je afvragen of ze niet op een eerder moment ook weer in de achterkamer met de huidige commissaris van de Koning had moeten gaan praten over de vraag: hoe lossen we dit samen op? Daar ging ze ontzettend de fout in.

Als een procedure begint met een fout, dan kun je er op rekenen dat het verderop in het proces opnieuw fout zal gaan. Het doet denken aan de wet van Murphy, die in de meest authentieke versie luidt: If there's more than one way to do a job and one of those ways will end in disaster, then somebody will do it that way.

Zijn de Zeeuwen zielig? Bij alle publiciteit rees bij mij die vraag. Ik kreeg geen antwoord uit de krantenberichten. Dus op zoek naar de feiten. Het verplaatsen van de kazerne levert op zich geen banen op. De mariniers gaan immers mee (nou ja, een deel) en opengevallen plaatsen worden gevuld met mensen overal vandaan. Blijkbaar nemen die mariniers wel partners mee en die zoeken juist een nieuwe baan. Uiteraard moeten daarna wel monden worden gevoed, kopen ze nieuwe auto’s in Zeeland en laten die daar onderhouden, is er allerlei toelevering voor de kazerne. Dus dat geeft al met al wel wat werkgelegenheid.

Lastig is dat al die mensen ook in Walcheren gaan wonen. Opeens is er een invasie van meer dan duizend huishoudens. Of dat gemakkelijk kan worden opgevangen op een schiereiland met nu meer dan 100.000 inwoners, dus met ongeveer 45.000 woningen, kan ik moeilijk overzien.
Op 19 oktober 2019 werd nog in de Zeeuwse pers gemeld dat de werkloosheid in Zeeland opnieuw was gedaald. Er stonden op dat moment in totaal 3700 werklozen ingeschreven: let op, voor geheel Zeeland. Daarbij is Zeeuws-Vlaanderen meer een probleem, niet zozeer Walcheren. Nog in 2018 had ZB/Planbureau gemeld dat de Zeeuwse arbeidsmarkt steeds krapper aan het worden is. Onder jongeren tot 25 jaar was nog wel werkloosheid, tot 7% in Vlissingen aan toe, maar boven die leeftijd ging het nog maar om een gering percentage. De verwachting was dat in de vijf jaar daarna ongeveer 23.000 schoolverlaters de arbeidsmarkt zouden betreden en dat, vooral door uitstroom van ouderen, er voorzien moest gaan worden in ongeveer 29.000 vacatures. Normaal gesproken: Zeeland bleek niet zielig.

Als je deze cijfers tot je laat doordringen, dan is het een relevante vraag: wat voor nut heeft dan nog de verplaatsing van een kazerne, met tegenstribbelend personeel? Waarom piepen die Zeeuwen dan zo hard? Het heeft er veel van weg dat de grootste ergernis er uit bestaat dat beloften zijn gedaan, dat men ter plekke hard heeft gewerkt om de afspraken na te komen, om vervolgens te merken dat stiekem de afspraak eenzijdig ongedaan is gemaakt. Daar kun je razend over worden (dat gebeurde dus ook), maar tegelijk kun je je afvragen: welk probleem moest er eigenlijk worden opgelost?

Terug naar de oorsprong van het probleem: de afspraak van Hans Hillen met Karla Peijs. Wat me niet zint aan die afspraak is dat in de achterkamer over het leven van meer dan 1000 mensen wordt beslist, zonder die betrokkenen wat te vragen. Zonder ze erbij te betrekken. Ik associeer dat met de ‘spreiding’ van Rijksdiensten, in het kader van het stimuleren van ‘achtergebleven’ regio’s en om de ‘oververhitting’ van de woningmarkt in de Haagse regio te bestrijden.

Grondslag hiervoor was een regeringsnota uit 1961. Gedurende ongeveer 20 jaar werden Rijksdiensten, of onderdelen daarvan, vanuit de Haagse regio overgeplant naar andere delen van het land. Daarom zit de Rijksdienst voor het Wegverkeer deels in Veendam, het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds in Heerlen. Delen van de Belastingdienst gingen naar Apeldoorn en Leeuwarden, het Kadaster kwam in Apeldoorn. En wie herinnert zich niet het gedoe rond de verplaatsing van de PTT naar Groningen? Toen de PTT op eigen benen stond, ging het hoofdkantoor trouwens weer terug naar Den Haag.

Hoe dan ook liep dat spreidingsbeleid in de jaren ’80 af, want de betrokken ambtenaren hadden er geen zin in als zoutzakjes behandeld te worden. Sommige Tweede Kamerleden en bestuurders uit ‘de regio’ bleven nog wel sputteren, maar de spreiding was verleden tijd. Sterker: door doelmatigheidsoperaties werden gedeconcentreerde onderdelen van de ministeries gesloten. Met de kanttekening dat die ministeries ook kleiner zijn geworden. Ooit was Henk Klaren, die voor de Leunstoel zulke leuke stukken schrijft over goede muziek en de hand heeft in de illustraties, hoofdingenieur-directeur van de volkshuisvesting: zulke banen bestaan niet eens meer.

Hoe dan ook: de belangrijkste les uit het ‘schandaal van Vlissingen’ mag zijn: in de achterkamer mag je alleen beslissingen nemen als je door hebt wat die betekenen voor de mensen die het aangaat.

------
Het plaatje is van Han Busstra
© 2020 Arie de Jong
powered by CJ2