archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Was er nog wat op de tv? delen printen terug
Jan Schoonhoven Katharina Kouwenhoven

0303 VG Schoonhoven
Voor de uitzending van Het Uur van de Wolf van woensdag 26 oktober j.l. was een documentaire aangekondigd over de kunstenaar Jan Schoonhoven (1914 - 1994). Die wilde ik wel zien, want niet alleen het werk van Schoonhoven, vooral bekend van zijn witte reliëfs, intrigeert mij, maar ook de persoon Schoonhoven, die ogenschijnlijk een allesbehalve 'artistiek' leven leed. De kunstenaar, woonachtig te Delft, heeft namelijk zijn hele leven gewerkt als ambtenaar bij de PTT in Den Haag. Elke ochtend vroeg op en geen tijd voor een 'groots en meeslepend leven'. Zijn kunst produceerde hij in de avonduren, gezeten aan de enige tafel, die zijn petieterige verdieping kon bevatten. Anderen konden rustig aanschuiven, want hij werkte gewoon door en liet zich door niets en niemand afleiden.

Van een documentaire over een kunstenaar verwacht ik veel aandacht voor zijn werk, de ontwikkeling die dat werk heeft doorgemaakt, de plaats die het nu inneemt in het grotere geheel en de waardering die het krijgt. Wat mij bij Schoonhoven vooral interesseerde was hoe hij zover gekomen was dat hij volledig zijn draai gevonden scheen te hebben in het maken van die witte reliëfs, van karton en papier-maché. Waarom was alle kleur uit zijn werk verdwenen? Waarom was hij gaan knutselen met lijm en karton? Waarom was zijn werk zo vereenvoudigd, dat er alleen basale vormen - cirkels, lijnen, vierkantjes - overgebleven waren?

Zo'n documentaire kan ook gaan over de persoon achter de kunstenaar, waar in dit geval wel enige aanleiding voor was. Tenslotte wordt onder kunstenaars vaak wat misprijzend gereageerd op collega's, die hun brood verdienen als ambtenaar. Dat strookt niet met de nog alom heersende romantische visie op het kunstenaarschap. Was het een bewuste keuze van Schoonhoven om zijn leven te slijten achter een bureau en een burgermansbestaan te leiden? Of was het geboren uit nood en uit macht der gewoonte in stand gehouden?

Helaas verschafte de documentaire op geen van deze vragen een antwoord. Het was volstrekt onduidelijk wat de maker of maakster met deze documentaire eigenlijk voor ogen stond en het resultaat was een willekeurige hoeveelheid beelden en vraaggesprekken. De enige rode draad werd gevormd door het volgen van Jan Henderikse, vriend van de kunstenaar, die op zoek ging naar een van zijn reliëfs, dat ooit een postkantoor van Delft gesierd had. Maar waarom? Dat werk kregen we een paar keer in beeld, net als een paar witte exemplaren, maar wel steeds dezelfde.

Aan de suggestie dat Schoonhoven vooral geïnspireerd werd door Gotische kerken, ontbrak elke overtuigingskracht. Zijn credo en uitgangspunt van de nul-groep, waarvan hij deel uitmaakte, dat een kunstenaar vooral geen persoonlijke gevoelens in zijn werk tot uitdrukking diende te brengen, werd nergens naar voren gebracht. Kunstwerken moesten onpersoonlijk en objectief zijn en dat probeerde hij te bewerkstelligen door het ordenen van elementaire vormen. Dat was mogelijk ook de reden voor het uiteindelijk weglaten van kleuren, want kleuren kunnen bij de toeschouwer associaties wekken met bepaalde emoties. Waarom werd hier helemaal geen aandacht aan besteed?

De enige persoon die prominent in beeld gebracht werd, was de zoon van de kunstenaar. Een aardige verschijning, die wel iets te melden had over de vader Jan Schoonhoven, maar weinig over de kunstenaar. Beeldmateriaal over de kunstenaar zelf was schaars aanwezig en ook dit materiaal werd te vaak gebruikt. Al met al was de hele documentaire een ratjetoe, zonder een duidelijke lijn, en werd je over Jan Schoonhoven niet veel wijzer. Het enige aardige detail over zijn leven was wat mij betreft de terloopse informatie dat Schoonhoven behoorlijk kon innemen. Zat er toch nog een artistiek kantje aan dit ambtenarenbestaan?

Waarom deze gemiste kans de selectie van het programma Het Uur van de Wolf is doorgekomen, is mij een raadsel. Dit programma van de NPS, sinds 1995 in de ether, is bedoeld om documentaires uit te zenden waarin aandacht wordt besteed aan iedere denkbare kunstzinnige discipline. De verantwoordelijke eindredacteur, Cees van Ede, die we ons nog herinneren als presentator van menige filmrubriek, slaagt er in het algemeen aardig in bezienswaardige docu's te presenteren. Ik herinner me in het bijzonder Dansmariekes, over de meisjes van de drumfanfare Beatrix uit Dongen, waarin een treurig, maar liefdevol portret geschilderd werd van het opgroeien in een kleine provinciestad. En niet te vergeten het prachtige drieluik over de familie Mann, het leven in het gezin van de Nobelprijswinnaar voor Literatuur en de gevolgen daarvan voor de nu nog in leven zijnde gezinsleden. Een mooi voorbeeld was ook de documentaire over de singer/songwriter Rufus Wainwright, een hoogst merkwaardig personage, dat met zijn talent zijn beide ouders, Loudon Wainwright III en Kate McGarrigle, verre lijkt te overtreffen.

Misschien is de strategie om vijftig procent van de producten aan te kopen en de andere helft zelf te (laten) produceren niet zo gelukkig, want de aangekochte exemplaren lijken over het algemeen beter geslaagd dan de zelf geproduceerde. Misschien is de uitzendfrequentie te hoog en is het niet mogelijk wekelijks met een docu van hoog niveau te komen. Tenslotte zijn er nog andere zendgemachtigden die in dezelfde vijver vissen, zoals Close Up, dat overigens leidt aan hetzelfde euvel, bijzonder interessante en goed gemaakte documentaires afgewisseld met waardeloze rommel.

Niet alle documentairemakers, die zich storten op kunstenaars, zijn doordrongen van het feit, dat hun films in de eerste plaats over hun kunst zouden moeten gaan en dat daarom die kunst in ieder geval uitgebreid en goed in beeld gebracht moet worden. Dat kunstenaars over straat slenteren, zo nu en dan koffie zetten, koffers pakken als ze op reis gaan of andere dingen doen die we allemaal doen, het is allemaal leuk en aardig, maar op zulke informatie zit ik niet te wachten. Net zo min als op gesprekken met randfiguren uit het leven van die kunstenaars. Het lijkt wel of voor zulke films van tevoren helemaal geen scripts gemaakt zijn.
 
Niettemin moeten we blij zijn dat er zulke programma's als Het Uur van de Wolf bestaan en daarom de missers, die er ook deel van uit maken, maar op de koop toenemen.
 
*******************************************************
Tot en met 8 januari in Museum Meermanno: de tentoonstelling Letterlust.
Ga voor nadere informatie naar www.meermanno.nl .


© 2005 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Was er nog wat op de tv?" -
Vermaak en Genot > Was er nog wat op de tv?
Jan Schoonhoven Katharina Kouwenhoven
0303 VG Schoonhoven
Voor de uitzending van Het Uur van de Wolf van woensdag 26 oktober j.l. was een documentaire aangekondigd over de kunstenaar Jan Schoonhoven (1914 - 1994). Die wilde ik wel zien, want niet alleen het werk van Schoonhoven, vooral bekend van zijn witte reliëfs, intrigeert mij, maar ook de persoon Schoonhoven, die ogenschijnlijk een allesbehalve 'artistiek' leven leed. De kunstenaar, woonachtig te Delft, heeft namelijk zijn hele leven gewerkt als ambtenaar bij de PTT in Den Haag. Elke ochtend vroeg op en geen tijd voor een 'groots en meeslepend leven'. Zijn kunst produceerde hij in de avonduren, gezeten aan de enige tafel, die zijn petieterige verdieping kon bevatten. Anderen konden rustig aanschuiven, want hij werkte gewoon door en liet zich door niets en niemand afleiden.

Van een documentaire over een kunstenaar verwacht ik veel aandacht voor zijn werk, de ontwikkeling die dat werk heeft doorgemaakt, de plaats die het nu inneemt in het grotere geheel en de waardering die het krijgt. Wat mij bij Schoonhoven vooral interesseerde was hoe hij zover gekomen was dat hij volledig zijn draai gevonden scheen te hebben in het maken van die witte reliëfs, van karton en papier-maché. Waarom was alle kleur uit zijn werk verdwenen? Waarom was hij gaan knutselen met lijm en karton? Waarom was zijn werk zo vereenvoudigd, dat er alleen basale vormen - cirkels, lijnen, vierkantjes - overgebleven waren?

Zo'n documentaire kan ook gaan over de persoon achter de kunstenaar, waar in dit geval wel enige aanleiding voor was. Tenslotte wordt onder kunstenaars vaak wat misprijzend gereageerd op collega's, die hun brood verdienen als ambtenaar. Dat strookt niet met de nog alom heersende romantische visie op het kunstenaarschap. Was het een bewuste keuze van Schoonhoven om zijn leven te slijten achter een bureau en een burgermansbestaan te leiden? Of was het geboren uit nood en uit macht der gewoonte in stand gehouden?

Helaas verschafte de documentaire op geen van deze vragen een antwoord. Het was volstrekt onduidelijk wat de maker of maakster met deze documentaire eigenlijk voor ogen stond en het resultaat was een willekeurige hoeveelheid beelden en vraaggesprekken. De enige rode draad werd gevormd door het volgen van Jan Henderikse, vriend van de kunstenaar, die op zoek ging naar een van zijn reliëfs, dat ooit een postkantoor van Delft gesierd had. Maar waarom? Dat werk kregen we een paar keer in beeld, net als een paar witte exemplaren, maar wel steeds dezelfde.

Aan de suggestie dat Schoonhoven vooral geïnspireerd werd door Gotische kerken, ontbrak elke overtuigingskracht. Zijn credo en uitgangspunt van de nul-groep, waarvan hij deel uitmaakte, dat een kunstenaar vooral geen persoonlijke gevoelens in zijn werk tot uitdrukking diende te brengen, werd nergens naar voren gebracht. Kunstwerken moesten onpersoonlijk en objectief zijn en dat probeerde hij te bewerkstelligen door het ordenen van elementaire vormen. Dat was mogelijk ook de reden voor het uiteindelijk weglaten van kleuren, want kleuren kunnen bij de toeschouwer associaties wekken met bepaalde emoties. Waarom werd hier helemaal geen aandacht aan besteed?

De enige persoon die prominent in beeld gebracht werd, was de zoon van de kunstenaar. Een aardige verschijning, die wel iets te melden had over de vader Jan Schoonhoven, maar weinig over de kunstenaar. Beeldmateriaal over de kunstenaar zelf was schaars aanwezig en ook dit materiaal werd te vaak gebruikt. Al met al was de hele documentaire een ratjetoe, zonder een duidelijke lijn, en werd je over Jan Schoonhoven niet veel wijzer. Het enige aardige detail over zijn leven was wat mij betreft de terloopse informatie dat Schoonhoven behoorlijk kon innemen. Zat er toch nog een artistiek kantje aan dit ambtenarenbestaan?

Waarom deze gemiste kans de selectie van het programma Het Uur van de Wolf is doorgekomen, is mij een raadsel. Dit programma van de NPS, sinds 1995 in de ether, is bedoeld om documentaires uit te zenden waarin aandacht wordt besteed aan iedere denkbare kunstzinnige discipline. De verantwoordelijke eindredacteur, Cees van Ede, die we ons nog herinneren als presentator van menige filmrubriek, slaagt er in het algemeen aardig in bezienswaardige docu's te presenteren. Ik herinner me in het bijzonder Dansmariekes, over de meisjes van de drumfanfare Beatrix uit Dongen, waarin een treurig, maar liefdevol portret geschilderd werd van het opgroeien in een kleine provinciestad. En niet te vergeten het prachtige drieluik over de familie Mann, het leven in het gezin van de Nobelprijswinnaar voor Literatuur en de gevolgen daarvan voor de nu nog in leven zijnde gezinsleden. Een mooi voorbeeld was ook de documentaire over de singer/songwriter Rufus Wainwright, een hoogst merkwaardig personage, dat met zijn talent zijn beide ouders, Loudon Wainwright III en Kate McGarrigle, verre lijkt te overtreffen.

Misschien is de strategie om vijftig procent van de producten aan te kopen en de andere helft zelf te (laten) produceren niet zo gelukkig, want de aangekochte exemplaren lijken over het algemeen beter geslaagd dan de zelf geproduceerde. Misschien is de uitzendfrequentie te hoog en is het niet mogelijk wekelijks met een docu van hoog niveau te komen. Tenslotte zijn er nog andere zendgemachtigden die in dezelfde vijver vissen, zoals Close Up, dat overigens leidt aan hetzelfde euvel, bijzonder interessante en goed gemaakte documentaires afgewisseld met waardeloze rommel.

Niet alle documentairemakers, die zich storten op kunstenaars, zijn doordrongen van het feit, dat hun films in de eerste plaats over hun kunst zouden moeten gaan en dat daarom die kunst in ieder geval uitgebreid en goed in beeld gebracht moet worden. Dat kunstenaars over straat slenteren, zo nu en dan koffie zetten, koffers pakken als ze op reis gaan of andere dingen doen die we allemaal doen, het is allemaal leuk en aardig, maar op zulke informatie zit ik niet te wachten. Net zo min als op gesprekken met randfiguren uit het leven van die kunstenaars. Het lijkt wel of voor zulke films van tevoren helemaal geen scripts gemaakt zijn.
 
Niettemin moeten we blij zijn dat er zulke programma's als Het Uur van de Wolf bestaan en daarom de missers, die er ook deel van uit maken, maar op de koop toenemen.
 
*******************************************************
Tot en met 8 januari in Museum Meermanno: de tentoonstelling Letterlust.
Ga voor nadere informatie naar www.meermanno.nl .
© 2005 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2