archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
De zwarte muil Fokke Zwaan

1611VG Muil1Ik schreef eerder over mijn (late) ontdekking van Konstantin Paustovski. Ik las Goudzand en bezocht, toen ik daar tijdens een stedentrip tóch was, een Paustovski-museum in Moskou 1). Daarna las ik de bij Van Oorschot heruitgegeven delen van Paustovski’s autobiografie: Verhaal van een leven. Mas Papo tipte mij om Frank Westermans Ingenieurs van de ziel te lezen, met daarin veel wetenswaardigheden rond Paustovski, met name zijn reis naar de Kaspische Zee en de baai van Kara-Bogaz 2). (Kara-Bogaz is Turkmeens, in het Nederlands: zwarte muil, deze naam is ingegeven door de reputatie van de baai, alles wat vanuit de Kaspische Zee de baai instroomde werd gedood of vernietigd.)

De sovjets planden ter plekke een compleet industriecomplex voor de winning en verwerking van het aldaar volop aanwezige glauberzout. Maar er was daar verder niks, vooral geen drinkwater. Geen nood, sovjet-ingenieurs ontwierpen een plan waarbij een aantal rivieren van stroomrichting werd veranderd, richting het Zuiden. Tientallen jaren is men er mee bezig geweest. Ten slotte werd de complete baai in 1980 afgedamd, waardoor hij verdampte. Gedurende een aantal jaren kwam de baai daardoor niet meer op de kaart voor. Helaas had men niet alles voorzien. Het drooggevallen zout werd door stormen verspreid over de nabijgelegen landbouwgronden die daardoor onbruikbaar werden. De zoutindustrie is nooit echt van de grond gekomen. En de Sovjet-Unie stortte ook nog eens in.

Paustovski schreef over die plannen al in 1932 een boek, De Baai van Kara-Bogaz (in 1935 vertaald door Karel van het Reve en zijn vader Gerard Vanter, in 1989 opnieuw vertaald door Wim Hartog). De vertaling van Wim Hartog van De Baai van Kara-Bogaz is op dit moment niet in de boekhandel verkrijgbaar, via internet kocht ik voor een vriendelijk prijsje een prima exemplaar. Het boek is een voorbeeld van de spagaat waarin de sovjet-schrijvers zich bevonden. De werkelijkheid of de werkelijkheid van de socialistische heilstaat? Paustovski, die nooit in Kara-Bogaz was, maar een voorschot op het resultaat nam en de onderneming zoals van hem werd verwacht als een (in werkelijkheid nooit gerealiseerd) heroïsch huzarenstuk omschreef, lardeerde weemoedige stukken over de verdwijnende woestijnnatuur met het gewenste sovjet-juichverhaal. Het socialistisch realisme is maar moeilijk verteerbaar, met zijn technische opsommingen en uiteenzettingen, de natuurbeschrijvingen zijn ongeëvenaard.

Eigenlijk is het boek geen roman, maar een reeks biografische schetsen, reisverslagen, reportages en beschrijvingen van de mineraalwinning. De eerste hoofdstukken zijn het best. De ontdekking van de baai in de 19e eeuw, de natuurbeschrijvingen, de beschrijving van de ontberingen van een aantal ‘Roden’, die door de ‘Witten’ op een onbewoond eiland aan hun lot werden overgelaten, de portretten van de wetenschappers die in de vijandige omgeving ‘aan de bak moesten’, spannend! De tweede helft van het boek is minder boeiend, het is een gedetailleerde beschrijving van de te ontwikkelen chemische industrie aan de kust van de Kaspische Zee. Stiekem geeft Paustovski zijn mening als natuurliefhebber over deze aantasting van de natuur en zijn voorraden. In de persoon van de oude geoloog Sjatski houdt hij een pleidooi voor zonne-energie en tegen de uitputting van kolenvoorraden:

Wij lopen allemaal zonder dat we het vermoeden langs de rand van de afgrond. U weet dat men in de afgelopen tien jaar net zoveel steenkool verbrand heeft als in de hele historische periode dat de mensheid bestaat. Over honderd tot honderdvijftig jaar zullen de steenkolenvoorraden uitgeput zijn. De witte steenkool kan slechts1611VG Muil2 zestig procent van de energiebehoefte van de wereldeconomie dekken. Je kunt de naderende catastrofe gewoon horen aankomen zonder dat je je daarvoor hoeft in te spannen. Je hoeft daar ook helemaal geen absoluut gehoor voor te hebben. De wereldvoorraden olie zullen teniet gaan. Het schaars worden van de energievoorraden zal onvermijdelijk leiden tot oorlog tussen de kapitalistische landen.

Na de eigenlijke roman zijn in dit boek een paar stukken uit De gouden roos opgenomen, die gaan over de ontstaansgeschiedenis van De Baai van Kara-Bogaz. In Boek der omzwervingen noemt Paustovski dit zijn eerste ‘echte’ boek. Hoewel Frank Westerman stelt dat Paustovski nooit zelf bij de baai is geweest, suggereert Paustovski zelf in dit boek anders. Ook in Goudzand (verschenen in 2016) staat een brief, verstuurd uit het nabij gelegen Krasnovodsk.

Over Kara-Bogaz schreef Paustovski ook een filmscenario voor een film die nooit in de bioscopen zou komen. Over die film vertelt Westerman een bijzonder verhaal, over misleiding van Stalin, en waarom die film moest verdwijnen. Schrijver Nummer 1 Maksim Gorki vond het een geweldige film, ‘exemplarisch voor de socialistische opbouw’, en zorgde voor een vertoning voor zijn vriend, de Franse schrijver-communist Henry Barbusse die bij hem op bezoek was. Deze was verrukt en schreef een lovende recensie in de krant Izvestia. Dat was tegen het zere been van Filmcriticus Nummer 1 Jozef Stalin, die films als eerste wilde zien. Hem werd op de mouw gespeld dat het een ruwe editie betrof, dat de film nog afgemonteerd moet worden. Geruisloos verdwijnt de film in een archief, om er nooit meer uit te komen. Totdat Frank Westerman de film zo’n 60 jaar later terugvindt in dat archief, en hem na een moeizaam verkregen toestemming mag bekijken. Lees hierover vooral het boek van Frank Westerman!

In Goudzand staan brieven waaruit blijkt dat Paustovski grote moeite had met de manier waarop zijn scenario werd verfilmd. Matige regie, niet overtuigende karakters. In Verhaal van een leven wordt over de film met geen woord gerept, dit kan ook te maken hebben met de door Westerman zo spannend beschreven misleiding van Stalin, het verdwijnen van de film diep in een archief, zaken die bij het verschijnen van Boek der omzwervingen in 1963 wellicht nog niet openlijk besproken konden worden. Op een of andere manier heeft Westerman de film uit het archief ‘bevrijd’, en de Nederlandse Paustovskij Vereniging heeft een kopie met ondertiteling te koop. Ik was nieuwsgierig en kocht een exemplaar, aangeleverd op een usb-stick.

Paustovski had gelijk, het is geen beste film. Hij duurt vijf kwartier en beslaat voornamelijk de handelingen uit het hoofdstuk Het zwarte eiland van het boek, de verschrikkingen die de Roden moeten doorstaan nadat ze naar een onbewoonbaar eiland getransporteerd zijn. Ze worden gered, een van de bevrijden is ingenieur, en onder zijn leiding komt de geïndustrialiseerde winning van de grond. Ook de problemen van watertekort worden opgelost, en de nomadische Turkmenen zien de superioriteit van de moderne sovjetgeest. Er wordt tot slot een loflied gezongen:

Luister vriend, ik bezing een grootse waarheid
Beste vriend, ons land onthaalt de mensen
van Lenin en Stalin,
trots van geest en blij van ziel.


Het boek is, zoals wel vaker, beter dan de film, maar mij bevielen Goudzand en de drie delen Verhaal van een leven nóg veel beter.

--------
De foto’s zijn van de schrijver
---------
1) ‘Op zoek naar Paustovski’, Fokke Zwaan, De Leunstoel Jrg.14, Nr.16
2) ‘Van Westerman naar Paustovski’, Mas Papo, De Leunstoel Jrg.11, Nr.12


© 2019 Fokke Zwaan meer Fokke Zwaan - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
De zwarte muil Fokke Zwaan
1611VG Muil1Ik schreef eerder over mijn (late) ontdekking van Konstantin Paustovski. Ik las Goudzand en bezocht, toen ik daar tijdens een stedentrip tóch was, een Paustovski-museum in Moskou 1). Daarna las ik de bij Van Oorschot heruitgegeven delen van Paustovski’s autobiografie: Verhaal van een leven. Mas Papo tipte mij om Frank Westermans Ingenieurs van de ziel te lezen, met daarin veel wetenswaardigheden rond Paustovski, met name zijn reis naar de Kaspische Zee en de baai van Kara-Bogaz 2). (Kara-Bogaz is Turkmeens, in het Nederlands: zwarte muil, deze naam is ingegeven door de reputatie van de baai, alles wat vanuit de Kaspische Zee de baai instroomde werd gedood of vernietigd.)

De sovjets planden ter plekke een compleet industriecomplex voor de winning en verwerking van het aldaar volop aanwezige glauberzout. Maar er was daar verder niks, vooral geen drinkwater. Geen nood, sovjet-ingenieurs ontwierpen een plan waarbij een aantal rivieren van stroomrichting werd veranderd, richting het Zuiden. Tientallen jaren is men er mee bezig geweest. Ten slotte werd de complete baai in 1980 afgedamd, waardoor hij verdampte. Gedurende een aantal jaren kwam de baai daardoor niet meer op de kaart voor. Helaas had men niet alles voorzien. Het drooggevallen zout werd door stormen verspreid over de nabijgelegen landbouwgronden die daardoor onbruikbaar werden. De zoutindustrie is nooit echt van de grond gekomen. En de Sovjet-Unie stortte ook nog eens in.

Paustovski schreef over die plannen al in 1932 een boek, De Baai van Kara-Bogaz (in 1935 vertaald door Karel van het Reve en zijn vader Gerard Vanter, in 1989 opnieuw vertaald door Wim Hartog). De vertaling van Wim Hartog van De Baai van Kara-Bogaz is op dit moment niet in de boekhandel verkrijgbaar, via internet kocht ik voor een vriendelijk prijsje een prima exemplaar. Het boek is een voorbeeld van de spagaat waarin de sovjet-schrijvers zich bevonden. De werkelijkheid of de werkelijkheid van de socialistische heilstaat? Paustovski, die nooit in Kara-Bogaz was, maar een voorschot op het resultaat nam en de onderneming zoals van hem werd verwacht als een (in werkelijkheid nooit gerealiseerd) heroïsch huzarenstuk omschreef, lardeerde weemoedige stukken over de verdwijnende woestijnnatuur met het gewenste sovjet-juichverhaal. Het socialistisch realisme is maar moeilijk verteerbaar, met zijn technische opsommingen en uiteenzettingen, de natuurbeschrijvingen zijn ongeëvenaard.

Eigenlijk is het boek geen roman, maar een reeks biografische schetsen, reisverslagen, reportages en beschrijvingen van de mineraalwinning. De eerste hoofdstukken zijn het best. De ontdekking van de baai in de 19e eeuw, de natuurbeschrijvingen, de beschrijving van de ontberingen van een aantal ‘Roden’, die door de ‘Witten’ op een onbewoond eiland aan hun lot werden overgelaten, de portretten van de wetenschappers die in de vijandige omgeving ‘aan de bak moesten’, spannend! De tweede helft van het boek is minder boeiend, het is een gedetailleerde beschrijving van de te ontwikkelen chemische industrie aan de kust van de Kaspische Zee. Stiekem geeft Paustovski zijn mening als natuurliefhebber over deze aantasting van de natuur en zijn voorraden. In de persoon van de oude geoloog Sjatski houdt hij een pleidooi voor zonne-energie en tegen de uitputting van kolenvoorraden:

Wij lopen allemaal zonder dat we het vermoeden langs de rand van de afgrond. U weet dat men in de afgelopen tien jaar net zoveel steenkool verbrand heeft als in de hele historische periode dat de mensheid bestaat. Over honderd tot honderdvijftig jaar zullen de steenkolenvoorraden uitgeput zijn. De witte steenkool kan slechts1611VG Muil2 zestig procent van de energiebehoefte van de wereldeconomie dekken. Je kunt de naderende catastrofe gewoon horen aankomen zonder dat je je daarvoor hoeft in te spannen. Je hoeft daar ook helemaal geen absoluut gehoor voor te hebben. De wereldvoorraden olie zullen teniet gaan. Het schaars worden van de energievoorraden zal onvermijdelijk leiden tot oorlog tussen de kapitalistische landen.

Na de eigenlijke roman zijn in dit boek een paar stukken uit De gouden roos opgenomen, die gaan over de ontstaansgeschiedenis van De Baai van Kara-Bogaz. In Boek der omzwervingen noemt Paustovski dit zijn eerste ‘echte’ boek. Hoewel Frank Westerman stelt dat Paustovski nooit zelf bij de baai is geweest, suggereert Paustovski zelf in dit boek anders. Ook in Goudzand (verschenen in 2016) staat een brief, verstuurd uit het nabij gelegen Krasnovodsk.

Over Kara-Bogaz schreef Paustovski ook een filmscenario voor een film die nooit in de bioscopen zou komen. Over die film vertelt Westerman een bijzonder verhaal, over misleiding van Stalin, en waarom die film moest verdwijnen. Schrijver Nummer 1 Maksim Gorki vond het een geweldige film, ‘exemplarisch voor de socialistische opbouw’, en zorgde voor een vertoning voor zijn vriend, de Franse schrijver-communist Henry Barbusse die bij hem op bezoek was. Deze was verrukt en schreef een lovende recensie in de krant Izvestia. Dat was tegen het zere been van Filmcriticus Nummer 1 Jozef Stalin, die films als eerste wilde zien. Hem werd op de mouw gespeld dat het een ruwe editie betrof, dat de film nog afgemonteerd moet worden. Geruisloos verdwijnt de film in een archief, om er nooit meer uit te komen. Totdat Frank Westerman de film zo’n 60 jaar later terugvindt in dat archief, en hem na een moeizaam verkregen toestemming mag bekijken. Lees hierover vooral het boek van Frank Westerman!

In Goudzand staan brieven waaruit blijkt dat Paustovski grote moeite had met de manier waarop zijn scenario werd verfilmd. Matige regie, niet overtuigende karakters. In Verhaal van een leven wordt over de film met geen woord gerept, dit kan ook te maken hebben met de door Westerman zo spannend beschreven misleiding van Stalin, het verdwijnen van de film diep in een archief, zaken die bij het verschijnen van Boek der omzwervingen in 1963 wellicht nog niet openlijk besproken konden worden. Op een of andere manier heeft Westerman de film uit het archief ‘bevrijd’, en de Nederlandse Paustovskij Vereniging heeft een kopie met ondertiteling te koop. Ik was nieuwsgierig en kocht een exemplaar, aangeleverd op een usb-stick.

Paustovski had gelijk, het is geen beste film. Hij duurt vijf kwartier en beslaat voornamelijk de handelingen uit het hoofdstuk Het zwarte eiland van het boek, de verschrikkingen die de Roden moeten doorstaan nadat ze naar een onbewoonbaar eiland getransporteerd zijn. Ze worden gered, een van de bevrijden is ingenieur, en onder zijn leiding komt de geïndustrialiseerde winning van de grond. Ook de problemen van watertekort worden opgelost, en de nomadische Turkmenen zien de superioriteit van de moderne sovjetgeest. Er wordt tot slot een loflied gezongen:

Luister vriend, ik bezing een grootse waarheid
Beste vriend, ons land onthaalt de mensen
van Lenin en Stalin,
trots van geest en blij van ziel.


Het boek is, zoals wel vaker, beter dan de film, maar mij bevielen Goudzand en de drie delen Verhaal van een leven nóg veel beter.

--------
De foto’s zijn van de schrijver
---------
1) ‘Op zoek naar Paustovski’, Fokke Zwaan, De Leunstoel Jrg.14, Nr.16
2) ‘Van Westerman naar Paustovski’, Mas Papo, De Leunstoel Jrg.11, Nr.12
© 2019 Fokke Zwaan
powered by CJ2