archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Om vijf uur in de middag Marcel Duyvestijn

0719VG Campert
‘Remco Campert. Eigenlijk nooit iets van gelezen.’
Ok. Ze was jong. Ze was mooi.
En toch. Dat was geen excuus om Remco Campert nooit gelezen te hebben. Eens in je leven moet je Remco Campert geconsumeerd hebben. Dat is het. Consumeren. Je hebt schrijvers die je leest. Sommige moet je bestuderen. En sommige kun je gewoon tot je nemen – als een linksdraaiende yoghurt met aardbeien, die je naar binnenzuigt.

‘Welke is ‘t mooiste?’
Ze keek me verwachtingsvol aan.
Maar kon ik zomaar een boek pakken dat ik het mooiste vond? Ik heb van twee schrijvers alles gelezen. Van Rob Oudkerk. En van Remco Campert. Het oeuvre van Robbie is niet zo groot, dus dat is niet ingewikkeld. Maar Remco heeft een plank vol in mijn boekenkast.

‘Eentje.’
Gouden dagen. Uit 1990.
Het meisje pakte het boekje van me over. Ze was even oud als dat boekje. Twintig. Ik wilde zeggen dat ze net zo mooi was. Maar dan lieg ik. Er is namelijk geen mooiere Campert dan Gouden dagen.

‘Waarom deze?’
Natuurlijk had ze alle recht die vraag te stellen. Maar waarom hou ik van crème brûlée? Waarom hou ik van Chet Baker? Waarom hou ik van mijn eigen leven? Als je moet uitleggen waarom je klaarkomt, kom je niet meer klaar.

Ik pakte Camperts nieuwste boek (Om vijf uur in de middag) en draaide het om. Ze pakte het met haar jonge handen vast. Ze keek naar de achterkant, waar een foto van hem stond. ‘Dat is hem dus’, zag je haar denken.
‘Dat is zijn werkkamer’, zei ik.
Ze keek me aan.
‘En daar ben ik geweest.’
Ze keek me weer aan. Verbaasd.
‘Vertel.’
Ik ging trouwen. Zes jaar geleden. En voor mijn getuigen had ik een dichtbundel van Remco Campert gekocht. Die wilde ik door de meester zelf laten signeren. Ik wist waar hij woonde, dus ik belde aan met die vraag. En ik mocht boven komen. Ik heb zijn tikmachines gezien. Zijn poes. Zijn vrouw. Zijn werkvertrek. ‘Alsof je in de hemel bent.’
Ze keek me weer aan. Een lege blik.
En ik dacht: laat maar.

Gelukkig vertelde ze toen een verhaal over Waylon. Die was zij een keer tegengekomen. In de Kalverstraat. Hij ging een platenzaak binnen. Hij kwam terug met een zakje met vijf cd’s.
Ze vertelde het met dezelfde energie als ik had gedaan over mijn bezoek aan Camperts werkkamer. Ik zag haar hart bonzen onder haar satijnen jurkje. Haar ogen stuiterden. Haar stem sloeg over.

Ik wilde het spel niet breken. Ik dacht alleen maar: zitten we nu de één of andere Waylon – ik geloof dat hij een zanger is – te vergelijken met Remco Campert.
Ja. Dat deden we.
 
***********************************
Pepijn Lampe is product & grafisch ontwerper.
Informatie op: www.pepdesign.be


© 2010 Marcel Duyvestijn meer Marcel Duyvestijn - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Om vijf uur in de middag Marcel Duyvestijn
0719VG Campert
‘Remco Campert. Eigenlijk nooit iets van gelezen.’
Ok. Ze was jong. Ze was mooi.
En toch. Dat was geen excuus om Remco Campert nooit gelezen te hebben. Eens in je leven moet je Remco Campert geconsumeerd hebben. Dat is het. Consumeren. Je hebt schrijvers die je leest. Sommige moet je bestuderen. En sommige kun je gewoon tot je nemen – als een linksdraaiende yoghurt met aardbeien, die je naar binnenzuigt.

‘Welke is ‘t mooiste?’
Ze keek me verwachtingsvol aan.
Maar kon ik zomaar een boek pakken dat ik het mooiste vond? Ik heb van twee schrijvers alles gelezen. Van Rob Oudkerk. En van Remco Campert. Het oeuvre van Robbie is niet zo groot, dus dat is niet ingewikkeld. Maar Remco heeft een plank vol in mijn boekenkast.

‘Eentje.’
Gouden dagen. Uit 1990.
Het meisje pakte het boekje van me over. Ze was even oud als dat boekje. Twintig. Ik wilde zeggen dat ze net zo mooi was. Maar dan lieg ik. Er is namelijk geen mooiere Campert dan Gouden dagen.

‘Waarom deze?’
Natuurlijk had ze alle recht die vraag te stellen. Maar waarom hou ik van crème brûlée? Waarom hou ik van Chet Baker? Waarom hou ik van mijn eigen leven? Als je moet uitleggen waarom je klaarkomt, kom je niet meer klaar.

Ik pakte Camperts nieuwste boek (Om vijf uur in de middag) en draaide het om. Ze pakte het met haar jonge handen vast. Ze keek naar de achterkant, waar een foto van hem stond. ‘Dat is hem dus’, zag je haar denken.
‘Dat is zijn werkkamer’, zei ik.
Ze keek me aan.
‘En daar ben ik geweest.’
Ze keek me weer aan. Verbaasd.
‘Vertel.’
Ik ging trouwen. Zes jaar geleden. En voor mijn getuigen had ik een dichtbundel van Remco Campert gekocht. Die wilde ik door de meester zelf laten signeren. Ik wist waar hij woonde, dus ik belde aan met die vraag. En ik mocht boven komen. Ik heb zijn tikmachines gezien. Zijn poes. Zijn vrouw. Zijn werkvertrek. ‘Alsof je in de hemel bent.’
Ze keek me weer aan. Een lege blik.
En ik dacht: laat maar.

Gelukkig vertelde ze toen een verhaal over Waylon. Die was zij een keer tegengekomen. In de Kalverstraat. Hij ging een platenzaak binnen. Hij kwam terug met een zakje met vijf cd’s.
Ze vertelde het met dezelfde energie als ik had gedaan over mijn bezoek aan Camperts werkkamer. Ik zag haar hart bonzen onder haar satijnen jurkje. Haar ogen stuiterden. Haar stem sloeg over.

Ik wilde het spel niet breken. Ik dacht alleen maar: zitten we nu de één of andere Waylon – ik geloof dat hij een zanger is – te vergelijken met Remco Campert.
Ja. Dat deden we.
 
***********************************
Pepijn Lampe is product & grafisch ontwerper.
Informatie op: www.pepdesign.be
© 2010 Marcel Duyvestijn
powered by CJ2