archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Naar de film | ||||
Met vader in de bajes | Hans Knegtmans | |||
Het scheelde maar een haar of ‘Starred up’ van de Schotse regisseur David Mackenzie had op het Rotterdamse filmfestival van dit jaar de publieksprijs gewonnen. De film werd met een neuslengte verslagen door het genoeglijke gezinsepos ‘Nebraska’: de scores bedroegen respectievelijk 4.63 en 4.68.
Begrijpelijk dat zich een distributeur meldde om de film in de bioscopen uit te brengen. Op 22 mei gaat hij landelijk in première. Starred up is gevangenisjargon. Het betekent dat iemand vanuit een jeugdinrichting prematuur wordt doorgesluisd naar het grotemensengevang. Omdat hij, zoals de negentienjarige Eric Love, een gevaar vormt voor de overige gedetineerden. Aanvankelijk kun je je dat moeilijk voorstellen. Het jongetje dat de intake doorloopt oogt tamelijk fragiel en ondergaat bijna gedwee de interneringsroutine, tot en met de inspectie van zijn hol om te checken of hij daar een pistool heeft verstopt. Maar eenmaal in zijn cel steekt hij de handen uit de mouwen. Van zijn tandenborstel en scheermesje fröbelt hij razendsnel een wapen dat hij geroutineerd verbergt in de steun van de tl-buis. Een zwarte medegevangene die hem beleefd om een dienst vraagt, wordt zonder pardon in elkaar getremd. In de kantine zoekt hij opzichtig ruzie met de vervaarlijke kerel die er het eten opschept. En wanneer hij letterlijk bijna de kloten afbijt van een cipier begrijpt iedereen dat ze dat kleine ettertje maar beter serieus kunnen nemen.
Tijdens het luchten spreekt een oudere medegevangene hem aan die zich tegenover andere ingezetenen gedraagt alsof hij een hele Piet is. Het blijkt zijn eigenste vader Neville te zijn, die al jaren geleden levenslang heeft gekregen. Deze neemt rijkelijk laat alsnog de opvoeding van zijn zoon ter hand en overlaadt hem ongevraagd met gevangeniswijsheden. Het lijkt onvermijdelijk dat de twee vroeg of laat hard zullen botsen. Scenarist Jonathan Asser werkte jarenlang als psycholoog in de gevangenis en heeft daar kennelijk het nodige opgestoken. Een van de weinige humane professionals in de inrichting is de therapeut Oliver, die in groepsdiscussies de vrijwillige deelnemers onder meer agressiemanagement probeert bij te brengen. Hij liever dan ik: we zien hoe de ‘discussies’ herhaaldelijk uitmonden in vechtpartijen, waarbij de iele gespreksleider met gevaar voor lijf en leden probeert de geagiteerde deelnemers (zwart, groot en gespierd) weer in het gareel te krijgen.
Wanneer Eric tot de discussiegroep toetreedt meldt ook vader zich aan, om met zijn gezonde verstand te voorkomen dat zijn zoon misleid wordt door boekenwijsheden. Gelukkig maakt hij zichzelf prompt onmogelijk bij de aanwezigen, zodat hij binnen een minuut weer buiten staat. Regisseur en scenarist slagen er voortreffelijk in de twee vertellijnen te vervlechten, zonder dat een van de twee de overhand krijgt. De conflictueuze vader-zoonrelatie botst niet met de ongezouten aanklacht tegen het huidige (in dit geval Britse) gevangenissysteem. Het is onvoorstelbaar dat ook maar één politicus of wetsdienaar met droge ogen zou durven beweren dat criminelen in deze omgeving worden klaargestoomd voor herintreding in de burgermaatschappij. Op zijn beurt wordt de machtsstrijd tussen vader en zoon meesterlijk verbeeld door de piepjonge Jack O’Connell en de Australische veteraan Ben Mendelsohn. Starred up is per definitie geen gezellige film. Hoewel bij Eric langzaam maar zeker enig normbesef doorbreekt, lijken andere krachten een goede afloop van het verhaal onmogelijk te maken. Met name was de kijker alweer vergeten hoe de malafide adjunct-directeur niet schroomt de zelfmoord te ensceneren van gedetineerden die weigeren naar zijn pijpen dansen. Tot hij ons zelf daaraan herinnert. De biocoopbezoeker gaat door de grond. Het zal toch niet… Op dat moment herinnerde ik me de net gemiste publieksprijs in Rotterdam. Die onderscheiding belandt altijd bij een film met een positieve boodschap. De ene hoofdpersoon bezwijkt bijvoorbeeld aan een dodelijke ziekte, maar de andere put daaruit nieuwe kracht om zich in te zetten voor hun gehandicapte dochter. Of iets anders. Als er maar licht gloort aan het eind van de tunnel. En jawel! Ik verklap natuurlijk niets. Maar als ik de producent van deze film was geweest had ik met een rood potlood een dikke streep gezet door de platvloerse feel-good ontknoping. |
||||
© 2014 Hans Knegtmans | ||||
powered by CJ2 |