
Stade ligt aan de rivier de Schwinge die ongeveer vier kilometer verder uitmondt in de Elbe. De stad ligt op een zandrug die door het veengebied loopt en in de stad een hoogte bereikt van bijna 15 meter, dat is de Spiegelberg die vlakbij de oude haven ligt. Je loopt dus in honderd meter van het laagste punt van de stad naar het hoogste punt. Dat oude gedeelte is ook het mooiste stuk van de stad, met een haven die zo klein is dat je je niet kunt voorstellen dat daar zaken gedaan konden worden. Waarschijnlijk werden de goederen snel naar de grote bedrijfswoningen gebracht die aan de haven liggen en in die tijd een open ruimte hadden op de begane grond waar handel gedreven werd en waar opslagruimtes en woonruimtes op de verdiepingen waren.
In het grote museum de Schwedenspeicher is op de eerste verdieping veel ruimte besteed aan de Hanze waarbij ook de bouwgeschiedenis van de havenhuizen aan de orde komt. Zoveel aandacht is wel opmerkelijk omdat uiteindelijk pas kort geleden Stade officieel bevestigd is als lid. Maar goed, ze voelen zich Hanzestad en ze dragen dat ook uit. En wat er op die verdieping van het museum te zien is dat is zeker de moeite waard.
In de haven is vrij kort geleden – in 1977 - nog een grote houten havenkraan met menselijke trap aandrijving geïnstalleerd naar het voorbeeld van de kraan in Lüneburg.
Musea
De drie musea van Stade hebben een gezamenlijke toegangskaart. Het onderwerp nu – tot 9 juni – is de verzameling van de Duitse bioloog Karl Braun en de rol van het Amani-instituut tijdens de Duitse koloniale tijd in Tanzania. Want daar heeft Duitsland tot na de Eerste Wereldoorlog ook een kolonie gehad en daar heeft Karl Braun dus van alles weggesleept (‘sich angeeignet hat’ zoals ze het mooi uitdrukken). En dat Amani instituut was opgericht naar het voorbeeld van de Nederlandse Middelbare Landbouwschool Buitenzorg waarvan de bedoeling was om de landbouw in onze toenmalige kolonie naar een hoger peil te tillen. In de Schwedenspeicher was een historische tentoonstelling over de Duitse kolonie, in het Kunsthaus werd gekeken naar wat er nu nog te vinden is van de Duitse inbreng vooral in het werk van een aantal plaatselijke kunstenaars. Het leukst was eigenlijk nog de moeite die er gedaan was om het koloniale verleden bespreekbaar te maken.
Overigens heeft het Kunsthaus een hele mooie middeleeuwse gevel maar als je eenmaal binnen bent is er bijna niets meer te zien van het oude gebouw. Ik vond alleen nog een oud houten deurtje naar de leeskamer.
Nog even terugkerend naar de Schwedenspeicher: op de tweede verdieping gaat het vooral over de vroege geschiedenis van het gebied ruim rond Stade (de ‘Elbe –Weser Dreieck’) en een van de mooiste vondsten die er te zien is zijn vier grote bronzen wielen. Ze zijn afkomstig uit een grafheuvel uit de tijd van duizend jaar voor het begin van onze jaartelling. Er moeten veel verschillende handelingen van de bronsgieter nodig zijn geweest om tot zulke mooie wielen te komen, volgens de toelichting.
----------
De foto's komen van de auteur en zijn van de Schwedenspeicher.

|