![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() ![]() ![]() ![]() |
![]() |
|
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
|
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
Beschouwingen > Bij ons in de straat | ||||
Daar zaten Sint en Piet | Marcel Duyvestijn | |||
![]() Het pad tegenover mijn huis, tussen de twee hotels door, is te smal om zomaar ongemerkt door heen te wandelen zonder de mensen op het bankje te storen. Tegelijkertijd werd ik benieuwd. Wat kon zo niet langer doorgaan? Maar terwijl mijn oren gespitst waren op elk geluid zwegen de man en de vrouw in de steeg. Waarschijnlijk hadden ze mijn vallende sleutels gehoord en wachtten ze nu tot ik voorbij zou lopen. Er restte mij niets anders dan door te lopen. En daar zat Sinterklaas, mijter naast hem op het bankje. Hij had zijn armen breeduit op de leuning van het bankje gelegd. Zwarte Piet zat te frummelen aan zijn veer en zat een beetje voorovergebogen, maar keek op toen ik langskwam. “Hé Sinterklaas.” Ik keek naar Zwarte Piet. Ik had heel veel verwacht, maar dat het pratende koppel de Goedheiligman en zijn knecht was, kon ik niet bevroeden. Piet had het moeilijk. Er liep een witte kronkelig slootje door de zwarte verf op haar wangen. Ze knikte naar me en probeerde te glimlachen ter begroeting. En Sint zei gedag. Toen ik thuiskwam, was ik zo vervuld van spanning dat ik direct naar boven rende om van achter het raam van ons huis te kijken wat er nog meer gebeurde. Hoewel ik net niet kon zien wat er in dat steegje gebeurde, bleef ik wachten. Toen Marieke, mijn aanstaande vrouw, thuiskwam, zaten we met z’n tweeën naar de opening van het pad te kijken. Er gebeurde echter niets. Een kwartier. “Ze kunnen ook aan de andere kant weggelopen zijn.” Een half uur. “Volgens mij zijn ze nu weg.” Na drie kwartier zag ik Sint met zijn mijter onder zijn arm, de baard onder de kin vandaan trekkend uit het steegje komen. Hij keek nog een keer achterom. Zwarte Piet was waarschijnlijk de andere kant op gelopen of zat nog op dat bankje, dat kon ik niet zien. Toen draaide Sint zich om en liep, met gebogen hoofd, het hotel binnen. |
||||
© 2004 Marcel Duyvestijn | ||||
![]() |
![]() |
![]() |
||
![]() |
powered by CJ2 |