archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 2
Jaargang 5
25 oktober 2007
Bezigheden > Lopen delen printen terug
Zoeken en gissen in Asturië Katharina Kouwenhoven

0502BZ LopenKK
Voor mijn jaarlijkse wandelvakantie had ik deze keer gekozen voor het Noorden van Spanje, vanwege de adembenemend grillige kust en het onbestendige weer. Bovendien sloeg ik zo twee vliegen in één klap: ik kon er wandelen en mijn Spaans weer eens oefenen. Dat laatste viel nog niet mee. De laatste keer dat ik in Spanje was, was alweer twee jaar geleden en ik had er in die tussentijd niet veel aan gedaan. Aanvankelijk stond ik daarom voornamelijk met de mond vol tanden, maar elke dag ging het een stukje beter. Al drong de eigenlijke betekenis van het tot mij gesprokene vaak pas later tot me door.

Dat wandelen viel overigens ook niet mee, maar dat had weinig te maken met ongeoefendheid. Het grootste probleem was dat de voor ons uitgestippelde route praktisch geheel over ongemarkeerde paden ging en we het moesten doen met een routebeschrijving en een slechte kaart. Dat is geen doen. Routebeschrijvingen verouderen snel en bevatten per definitie de nodige ambiguïteit; is dit een 'karrenpad' of 'zandpad', is dit een Y-splitsing of een T-kruising? Het ergste waren de zogenaamde 'koeienpaden', waarvan vaak niet meer dan een vermoeden over was, die dan ook nog dood liepen op een muur van bramen, brandnetels en doornstruiken.
En dan werd je ook nog geacht op te passen voor slangen!

Soms konden we niet anders dan proberen een alternatieve route te vinden, maar dat was met de bijgeleverde kaarten geen sinecure. We hadden op zijn minst moeten beschikken over een kompas en eigenlijk over een GPS of zoiets, maar die informatie bereikte ons te laat. Door al dat zoeken en gissen en verkeerd lopen en 'struinen' ( we werden nogal eens geacht te 'struinen' over een onverhard stenig pad of een visserspad o.i.d., maar wij hadden geen idee hoe je dat deed) deden we over die wandelingen veel langer dan de bedoeling was.

Natuurlijk is dat eigenlijk niet erg als je in een aantrekkelijke omgeving loopt. Het maakt je echter wel onzeker. Maar een aantrekkelijke omgeving is het. Als je naar het Westen loopt heb je de zee aan je rechterhand en de bergen aan je linker. Die zee houdt zich vaak verstopt, maar in diepe inhammen en ruime baaien en aan kleine zandstrandjes vertoont hij zich telkens. Heel dicht aan zee kun je echter zelden komen, behalve als er een zogenaamd visserspad is en dat is net zo iets als een koeienpad, dus eigenlijk niks. Hetzelfde geldt ook voor die bergen, waar je wel met de auto doorheen kunt, maar lopend ook vaak aangewezen bent op die koeienpaden, die dan door koeien noch herders gebruikt blijken te worden.

Het is echter niet zo dat er helemaal geen gemarkeerde routes zijn in Asturië. Spanje kent weliswaar niet zo'n uitgebreid voetpadennetwerk als Engeland of Frankrijk, maar er zijn wel degelijk gemarkeerde voetpaden. Door Asturië lopen bijvoorbeeld maar liefst twee Caminos de Santiago, de pelgrimsroutes naar Santiago de Compostella, de meest Noordelijke of Kustroute en een Zuidelijker gelegen Camino. Die Camino's hebben echter het nadeel dat je grote stukken langs de snelweg moet lopen en dat is natuurlijk niet erg aantrekkelijk. Maar er zijn ook minstens twee Grandes Randonnées. Voor de uitgestippelde routes werd daar zelden gebruik van gemaakt, met het bizarre argument dat ze vooral liepen over verharde wegen (smalle asfaltweggetjes, waar éénmaal per dag wel eens een auto passeerde), die ook door fietsers gebruikt werden. Nu is het gestrompel over onverharde wegen, met het gevaar van verstuikingen en breuken, wel een tijdje leuk maar een stukje weg waarop je je voeten niet in allerlei vreemde standen hoeft te wringen kan een hele opluchting zijn. Bovendien bleek er veel meer fietsverkeer op die onverharde wegen dan op de verharde; de mountain biker was hier een geduchte concurrent.

Asturië is dus, landschappelijk gezien, prachtig en het is een gebied in ontwikkeling. Er wordt gebouwd, gerestaureerd, opgetrokken en uitgebreid bij het leven. Toch is het er nog tamelijk goedkoop, behalve een behoorlijke maaltijd in een restaurant dan. In de accommodaties waarin we waren ondergebracht, trachtte men ons te verwennen met locale gerechten, maar van zulk boereneten ben ik nooit zo gecharmeerd. Stampotten kun je aan mij bijvoorbeeld niet kwijt, want dat is voedsel voor arme lui en als je niet arm bent hoef je dat dus niet meer te consumeren. Maar in Asturië zijn ze er nog trots op, terwijl er natuurlijk altijd vis is als alternatief.
Er is veel te zien. Asturië heeft bijvoorbeeld een groot aantal grotten met prehistorische tekeningen en die zijn nog steeds voor het publiek toegankelijk. Er zijn natuurlijk de 12e en 13e eeuwse kerkjes en kloosters, al of niet in ruïnaire staat en de lokaal bekende Casas de Indianos, gigantische huizen gebouwd aan het begin van de vorige eeuw door rijke remigranten uit Zuid-Amerika. Die lieten het duidelijk breed hangen. Veel van die huizen verkeren in deplorabele staat, maar sommige zijn prachtig gerestaureerd.

Het mooiste is wanneer je op je wandeling tegen lunchtijd een strandje bereikt met een uitspanning waar ze verrukkelijke wijn en tapas blijken te serveren. Dan weet je weer waar je het allemaal voor doet.
Met het weer in Noord Spanje moet je het treffen. En dat deden wij.
Er waren eigenlijk maar twee minpunten aan deze reis: de koffie was niet te zuipen en de laatste nacht van ons verblijf werden we tot 's ochtends vijf uur uit de slaap gehouden door levende muziek, terwijl het lokale feest pas de volgende dag zou beginnen. Met feesten in Spanje is het altijd oppassen.
 
*********************************
Alles over wandelen op www.wandelpad.nl


© 2007 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Lopen" -
Bezigheden > Lopen
Zoeken en gissen in Asturië Katharina Kouwenhoven
0502BZ LopenKK
Voor mijn jaarlijkse wandelvakantie had ik deze keer gekozen voor het Noorden van Spanje, vanwege de adembenemend grillige kust en het onbestendige weer. Bovendien sloeg ik zo twee vliegen in één klap: ik kon er wandelen en mijn Spaans weer eens oefenen. Dat laatste viel nog niet mee. De laatste keer dat ik in Spanje was, was alweer twee jaar geleden en ik had er in die tussentijd niet veel aan gedaan. Aanvankelijk stond ik daarom voornamelijk met de mond vol tanden, maar elke dag ging het een stukje beter. Al drong de eigenlijke betekenis van het tot mij gesprokene vaak pas later tot me door.

Dat wandelen viel overigens ook niet mee, maar dat had weinig te maken met ongeoefendheid. Het grootste probleem was dat de voor ons uitgestippelde route praktisch geheel over ongemarkeerde paden ging en we het moesten doen met een routebeschrijving en een slechte kaart. Dat is geen doen. Routebeschrijvingen verouderen snel en bevatten per definitie de nodige ambiguïteit; is dit een 'karrenpad' of 'zandpad', is dit een Y-splitsing of een T-kruising? Het ergste waren de zogenaamde 'koeienpaden', waarvan vaak niet meer dan een vermoeden over was, die dan ook nog dood liepen op een muur van bramen, brandnetels en doornstruiken.
En dan werd je ook nog geacht op te passen voor slangen!

Soms konden we niet anders dan proberen een alternatieve route te vinden, maar dat was met de bijgeleverde kaarten geen sinecure. We hadden op zijn minst moeten beschikken over een kompas en eigenlijk over een GPS of zoiets, maar die informatie bereikte ons te laat. Door al dat zoeken en gissen en verkeerd lopen en 'struinen' ( we werden nogal eens geacht te 'struinen' over een onverhard stenig pad of een visserspad o.i.d., maar wij hadden geen idee hoe je dat deed) deden we over die wandelingen veel langer dan de bedoeling was.

Natuurlijk is dat eigenlijk niet erg als je in een aantrekkelijke omgeving loopt. Het maakt je echter wel onzeker. Maar een aantrekkelijke omgeving is het. Als je naar het Westen loopt heb je de zee aan je rechterhand en de bergen aan je linker. Die zee houdt zich vaak verstopt, maar in diepe inhammen en ruime baaien en aan kleine zandstrandjes vertoont hij zich telkens. Heel dicht aan zee kun je echter zelden komen, behalve als er een zogenaamd visserspad is en dat is net zo iets als een koeienpad, dus eigenlijk niks. Hetzelfde geldt ook voor die bergen, waar je wel met de auto doorheen kunt, maar lopend ook vaak aangewezen bent op die koeienpaden, die dan door koeien noch herders gebruikt blijken te worden.

Het is echter niet zo dat er helemaal geen gemarkeerde routes zijn in Asturië. Spanje kent weliswaar niet zo'n uitgebreid voetpadennetwerk als Engeland of Frankrijk, maar er zijn wel degelijk gemarkeerde voetpaden. Door Asturië lopen bijvoorbeeld maar liefst twee Caminos de Santiago, de pelgrimsroutes naar Santiago de Compostella, de meest Noordelijke of Kustroute en een Zuidelijker gelegen Camino. Die Camino's hebben echter het nadeel dat je grote stukken langs de snelweg moet lopen en dat is natuurlijk niet erg aantrekkelijk. Maar er zijn ook minstens twee Grandes Randonnées. Voor de uitgestippelde routes werd daar zelden gebruik van gemaakt, met het bizarre argument dat ze vooral liepen over verharde wegen (smalle asfaltweggetjes, waar éénmaal per dag wel eens een auto passeerde), die ook door fietsers gebruikt werden. Nu is het gestrompel over onverharde wegen, met het gevaar van verstuikingen en breuken, wel een tijdje leuk maar een stukje weg waarop je je voeten niet in allerlei vreemde standen hoeft te wringen kan een hele opluchting zijn. Bovendien bleek er veel meer fietsverkeer op die onverharde wegen dan op de verharde; de mountain biker was hier een geduchte concurrent.

Asturië is dus, landschappelijk gezien, prachtig en het is een gebied in ontwikkeling. Er wordt gebouwd, gerestaureerd, opgetrokken en uitgebreid bij het leven. Toch is het er nog tamelijk goedkoop, behalve een behoorlijke maaltijd in een restaurant dan. In de accommodaties waarin we waren ondergebracht, trachtte men ons te verwennen met locale gerechten, maar van zulk boereneten ben ik nooit zo gecharmeerd. Stampotten kun je aan mij bijvoorbeeld niet kwijt, want dat is voedsel voor arme lui en als je niet arm bent hoef je dat dus niet meer te consumeren. Maar in Asturië zijn ze er nog trots op, terwijl er natuurlijk altijd vis is als alternatief.
Er is veel te zien. Asturië heeft bijvoorbeeld een groot aantal grotten met prehistorische tekeningen en die zijn nog steeds voor het publiek toegankelijk. Er zijn natuurlijk de 12e en 13e eeuwse kerkjes en kloosters, al of niet in ruïnaire staat en de lokaal bekende Casas de Indianos, gigantische huizen gebouwd aan het begin van de vorige eeuw door rijke remigranten uit Zuid-Amerika. Die lieten het duidelijk breed hangen. Veel van die huizen verkeren in deplorabele staat, maar sommige zijn prachtig gerestaureerd.

Het mooiste is wanneer je op je wandeling tegen lunchtijd een strandje bereikt met een uitspanning waar ze verrukkelijke wijn en tapas blijken te serveren. Dan weet je weer waar je het allemaal voor doet.
Met het weer in Noord Spanje moet je het treffen. En dat deden wij.
Er waren eigenlijk maar twee minpunten aan deze reis: de koffie was niet te zuipen en de laatste nacht van ons verblijf werden we tot 's ochtends vijf uur uit de slaap gehouden door levende muziek, terwijl het lokale feest pas de volgende dag zou beginnen. Met feesten in Spanje is het altijd oppassen.
 
*********************************
Alles over wandelen op www.wandelpad.nl
© 2007 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2