archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 3
Jaargang 4
16 november 2006
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Baggermentaliteit Willem Minderhout

U doet negatief en vervelend, maar laten we blij zijn, Nederland kan het weer. De VOC-mentaliteit, de dynamiek!   J.P. Balkenende, premier van diverse kabinetten.

Geachte heer Balkenende,

Met enige schroom schrijf ik U een brief. Want wat moet dat worden als al Uw onderdanen U een brief zouden schrijven? Dan zou U aan regeren niet meer toekomen en dat wil ik toch niet op mijn geweten hebben. Aangezien U echter zelf aan Jan en Alleman brieven schrijft, heb ik het er toch maar op gewaagd. Ik moest namelijk tijdens de herfstvakantie, die ik met mijn gezin doorbracht in een boerderij in Nieuwolda, bij voortduring aan U denken.

De reden dat ik aan U dacht moet ik uiteraard even toelichten. De boerderij was namelijk nog net zo gemeubileerd zoals de laatste bewoners haar hadden achtergelaten. Zware comfortabele fauteuils en banken, donkere houten dressoirs. Ik kreeg sterk het gevoel of ik bij één van mijn oudooms op bezoek was. Ook de boekenkast was onveranderd gebleven, inclusief de daarin uitgestalde boeken. De voormalige bewoners bleken een voorliefde gehad te hebben voor sociaal-realistische lectuur. A.M. de Jong, Anne de Vries, Maurits Dekker en vertaalde werken van Ilja Ehrenburg, Zola en Hugo verraadden een klassiek sociaal-democratisch leesgedrag. Hier had zonder twijfel ooit een rijke graanboer gewoond, maar dat was iemand als de rode Mansholt ook.
 
Eén boek trok mijn bijzondere belangstelling. Het was een boek dat ik vroeger in de boekenkasten van al mijn oudere familieleden had zien staan, maar dat ik nooit had ingekeken. Ik durf er wat om te verwedden dat het ook bij Uw grootouders in de kast stond en wellicht heeft U het zelfs gelezen: Mannen van Sliedrecht, van K. Norel. Dit is echt een boek voor U! Had u daaraan gedacht toen U ons volk de VOC ten voorbeeld stelde,dan zou U veel beschimping bespaard zijn gebleven door die progressieve slampampers en onze gekleurde medelanders, terwijl Uw boodschap toch hetzelfde was gebleven! ‘Handen uit de mouwen en aanpakken! Wij dulden geen Jan Salies!’

Het onderwerp van het boek was oorspronkelijk een idee van Herman de Man, een thans ten onrechte in vergetelheid geraakte schrijver. Voordat hij aan schrijven toekwam verongelukte hij echter met een vliegtuig. De uitgever, Callenbach uit Nijkerk, had alleen maar een voorwoord van De Man, maar zag blijkbaar wel wat in de thematiek en vond K. Norel bereid om het boek te schrijven. En wat voor een boek! Norel beschrijft de eenvoudige hardwerkende bevolking van Sliedrecht, die op jonge leeftijd gedwongen wordt bij te dragen aan het gezinsinkomen. Maar wat voor werk is er voor handen? Ze kunnen voor een appel en een ei als griendwerker aan0403VG Literatuur de slag, maar de zee lokt. Als baggeraars kunnen ze pas echt hun waarde tonen. En waar baggeren ze niet allemaal? Tot in Panama worden deze nuchtere hardwerkende Hollandse jongens te hulp geroepen! In het zweet huns aanschijns weten ze zich aan de armoede te ontworstelen en baggeren ze dat het een lieve lust is!

Maar ook hier trad langzaam het verval der zeden op. Niet alleen werd het Geloof der Vaderen op den duur, door contacten met andere volkeren, iets minder rechtlijnig beleden, ook de arbeidsmoraal ging langzaam achteruit. Bij het werk aan de Afsluitdijk gaven de oude Sliedrechters echter nog één keer het goede voorbeeld en de jongeren volgden hen. Laat ik Norel citeren: “De geest van het volk beviel hem niet. Die was anders dan vroeger bij de waterwerkers. (..) Hier werkten mensen voor een weekhuur en verder liet het hen koud. (...) ‘Laten wij eens tonen dat we nog stoom kunnen maken als vroeger’, stelde hij hun voor. (...) En toen die oude kerels zich zo weerden, lieten de jonge Sliedrechters dat niet op zich zitten. Zij stroopten ook de mouwen op om een extra schepje op te leggen.”

Norel beschrijft hier het sluiten van het laatste gat – de Vlieter - in de Afsluitdijk. De beroemde zeeschilder Johan Hendrik van Mastenbroek heeft dat moment voor eeuwig vastgelegd. (De illustratie is getiteld 28 mei 1932, 1 uur en 2 minuten 's middags. Het gat bij de Vlieter gedicht). Norels boek, dat in 1950 verscheen, moet een enorme inspiratie zijn geweest voor ons volk tijdens de wederopbouw.

Zou het geen goed idee zijn om dit magistrale boek volgend jaar als gratis boek in het kader van de actie ‘Nederland leest ...’ uit te delen? Nu wordt ons volk ‘vergast’ op een boek over vier dominospelende klaplopers, geschreven door iemand die het Papiamento boven het Nederlands verkiest. In zo’n sfeer vindt een oproep om weer een VOC-mentaliteit te ontwikkelen een slechte voedingsbodem. Zaad op de rotsen.

Nee, meneer Balkenende. Wat dit land nodig heeft is een onvervalste dynamische baggermentaliteit!


Bronnen:
Johan Hendrik van Mastenbroek http://www.vanmastenbroek.com/



© 2006 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Baggermentaliteit Willem Minderhout
U doet negatief en vervelend, maar laten we blij zijn, Nederland kan het weer. De VOC-mentaliteit, de dynamiek!   J.P. Balkenende, premier van diverse kabinetten.

Geachte heer Balkenende,

Met enige schroom schrijf ik U een brief. Want wat moet dat worden als al Uw onderdanen U een brief zouden schrijven? Dan zou U aan regeren niet meer toekomen en dat wil ik toch niet op mijn geweten hebben. Aangezien U echter zelf aan Jan en Alleman brieven schrijft, heb ik het er toch maar op gewaagd. Ik moest namelijk tijdens de herfstvakantie, die ik met mijn gezin doorbracht in een boerderij in Nieuwolda, bij voortduring aan U denken.

De reden dat ik aan U dacht moet ik uiteraard even toelichten. De boerderij was namelijk nog net zo gemeubileerd zoals de laatste bewoners haar hadden achtergelaten. Zware comfortabele fauteuils en banken, donkere houten dressoirs. Ik kreeg sterk het gevoel of ik bij één van mijn oudooms op bezoek was. Ook de boekenkast was onveranderd gebleven, inclusief de daarin uitgestalde boeken. De voormalige bewoners bleken een voorliefde gehad te hebben voor sociaal-realistische lectuur. A.M. de Jong, Anne de Vries, Maurits Dekker en vertaalde werken van Ilja Ehrenburg, Zola en Hugo verraadden een klassiek sociaal-democratisch leesgedrag. Hier had zonder twijfel ooit een rijke graanboer gewoond, maar dat was iemand als de rode Mansholt ook.
 
Eén boek trok mijn bijzondere belangstelling. Het was een boek dat ik vroeger in de boekenkasten van al mijn oudere familieleden had zien staan, maar dat ik nooit had ingekeken. Ik durf er wat om te verwedden dat het ook bij Uw grootouders in de kast stond en wellicht heeft U het zelfs gelezen: Mannen van Sliedrecht, van K. Norel. Dit is echt een boek voor U! Had u daaraan gedacht toen U ons volk de VOC ten voorbeeld stelde,dan zou U veel beschimping bespaard zijn gebleven door die progressieve slampampers en onze gekleurde medelanders, terwijl Uw boodschap toch hetzelfde was gebleven! ‘Handen uit de mouwen en aanpakken! Wij dulden geen Jan Salies!’

Het onderwerp van het boek was oorspronkelijk een idee van Herman de Man, een thans ten onrechte in vergetelheid geraakte schrijver. Voordat hij aan schrijven toekwam verongelukte hij echter met een vliegtuig. De uitgever, Callenbach uit Nijkerk, had alleen maar een voorwoord van De Man, maar zag blijkbaar wel wat in de thematiek en vond K. Norel bereid om het boek te schrijven. En wat voor een boek! Norel beschrijft de eenvoudige hardwerkende bevolking van Sliedrecht, die op jonge leeftijd gedwongen wordt bij te dragen aan het gezinsinkomen. Maar wat voor werk is er voor handen? Ze kunnen voor een appel en een ei als griendwerker aan0403VG Literatuur de slag, maar de zee lokt. Als baggeraars kunnen ze pas echt hun waarde tonen. En waar baggeren ze niet allemaal? Tot in Panama worden deze nuchtere hardwerkende Hollandse jongens te hulp geroepen! In het zweet huns aanschijns weten ze zich aan de armoede te ontworstelen en baggeren ze dat het een lieve lust is!

Maar ook hier trad langzaam het verval der zeden op. Niet alleen werd het Geloof der Vaderen op den duur, door contacten met andere volkeren, iets minder rechtlijnig beleden, ook de arbeidsmoraal ging langzaam achteruit. Bij het werk aan de Afsluitdijk gaven de oude Sliedrechters echter nog één keer het goede voorbeeld en de jongeren volgden hen. Laat ik Norel citeren: “De geest van het volk beviel hem niet. Die was anders dan vroeger bij de waterwerkers. (..) Hier werkten mensen voor een weekhuur en verder liet het hen koud. (...) ‘Laten wij eens tonen dat we nog stoom kunnen maken als vroeger’, stelde hij hun voor. (...) En toen die oude kerels zich zo weerden, lieten de jonge Sliedrechters dat niet op zich zitten. Zij stroopten ook de mouwen op om een extra schepje op te leggen.”

Norel beschrijft hier het sluiten van het laatste gat – de Vlieter - in de Afsluitdijk. De beroemde zeeschilder Johan Hendrik van Mastenbroek heeft dat moment voor eeuwig vastgelegd. (De illustratie is getiteld 28 mei 1932, 1 uur en 2 minuten 's middags. Het gat bij de Vlieter gedicht). Norels boek, dat in 1950 verscheen, moet een enorme inspiratie zijn geweest voor ons volk tijdens de wederopbouw.

Zou het geen goed idee zijn om dit magistrale boek volgend jaar als gratis boek in het kader van de actie ‘Nederland leest ...’ uit te delen? Nu wordt ons volk ‘vergast’ op een boek over vier dominospelende klaplopers, geschreven door iemand die het Papiamento boven het Nederlands verkiest. In zo’n sfeer vindt een oproep om weer een VOC-mentaliteit te ontwikkelen een slechte voedingsbodem. Zaad op de rotsen.

Nee, meneer Balkenende. Wat dit land nodig heeft is een onvervalste dynamische baggermentaliteit!


Bronnen:
Johan Hendrik van Mastenbroek http://www.vanmastenbroek.com/

© 2006 Willem Minderhout
powered by CJ2