archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 15
Jaargang 3
22 juni 2006
Bezigheden > In de tuin delen printen terug
Koel, helder water Theo Capel

0315BZ Tuin
Er zijn van die dagen die perfect beginnen, maar dan is het goed om de eerste wet van Hank Stammer in gedachten te houden. Hank is de door mij bedachte eigenaar van een incassobureau en zo de vaste hoofdpersoon in mijn misdaadboeken. Hij weet dat het leven door drie wetten wordt geregeerd. 'Zaken die goed beginnen, kunnen altijd nog slecht aflopen', luidt zijn eerste wet. Ik moest eraan denken toen ik langs de grote begraafplaats fietste die vlak bij mijn volkstuin ligt. Dit keer eens niet tegen de oostenwind in die de afgelopen weken al veel te vaak en te hard woei. En ook nog eens onder een bleekblauwe lucht met de belofte van een zonnige, maar niet echt hete dag. Prachtig weer om te gaan spitten.

Was het een algemene vrees, opgeroepen door het kerkhof, die me in de zak van mijn jack deed tasten? Gelukkig voelde ik de sleutels van de tuin, maar even later besefte ik dat ik er teveel voelde. Ik haalde mijn kantoorsleutels tevoorschijn in plaats van de tuinsleutels. Ach, op een mooie ochtend is een stukje extra fietsen geen ramp, ook al is het twee keer dezelfde weg heen en terug.

Het spitten was dit keer eigenlijk meer graven. Elk tuintje zou van een elektrakabel zijn voorzien waarvan het eind uit veiligheidsoverwegingen een eind in de grond zou zijn begraven. Helaas bleek proefondervindelijk niet op de vermoedelijke plaats. Het leidde tot een zoekactie die meer kuilen opleverde dan een slagveld in WO I. Uiteindelijk trof ik een kabel aan die duidelijk bedoeld leek voor een aangrenzende tuin, maar een eind van een kabel moet ook naar het begin leiden, was mijn logische conclusie. In plaats van het creëren van bomkraters en schuttersputjes concentreerde ik me op wat nog het meest een loopgraaf leek. Dat alles vanuit de gedachte dat de kabel een aftakking zou laten zien die voor mijn tuin bedoeld was.

Zo ver kwam het niet. Terwijl ik bezig was de grijze kabel als een goudader bloot te leggen, stuitte ik zonder het te willen en ook te weten op de ingegraven pvc-leiding voor het water van de buren. Hij bleek niet bestand tegen mijn gewroet met de spitvork in de kleiige bodem. Als een moderne Mozes zag ik een fontein ontspruiten. Een medetuinder die belangstellend naar mijn gegraaf had staan te kijken, wist meteen dat ik geen speciale gave had, maar dat ik de waterleiding had stukgeprikt. Gelukkig wist hij ook waar de hoofdkraan zat. Met een simpele daad had ik een waterbesparingspauze voor het hele complex weten te realiseren. Echt gewaardeerd werd het niet.

Zo'n fontein die in druppels uiteen valt, heeft wel iets. Helemaal als de druppels zouden neerkomen op de bacopa, een vriendelijk perkplantje dat populair aan het worden is als hangplant, maar ook heel goed als bodembedekker kan dienen. Het is een rankend plantje, dicht bezet met kleine flessengroene blaadjes en een overdaad aan witte bloemetjes die aan klavertjes doen denken. Het is zo'n plantje dat je overal tussendoor kan zetten. Bij mij staan ze tussen lage margrietjes.

De bacopa is de laatste jaren uit het niets opgekomen. De naam is een handelsnaam die tot soortnaam is uitgegroeid. De eigenlijke naam is sutera, genoemd naar de Zwitserse botanist Suter. Bacopa zou een soort verbastering zijn van Copacabana. De fantasie van kwekers en telers is blijkbaar onbegrensd.

Bij dezelfde kweker die de bacopa in de aanbieding had, stonden ook de duizendschonen op me te wachten, een van mijn oude favorieten. Een buurman wist me te vertellen dat die altijd langs het tuinpad van zijn vader stonden. 'Ouderwetse randjesplant' zeggen ze dan in tuinboeken. Meerkleurige bloemen zijn uit de gratie. Ik vind dat ze mijn tuin opfleuren. De nieuwerwetse bacopa doet daar ook aan mee. Hij houdt overigens van vochtige grond. Ik weet nu hoe dat moet.


© 2006 Theo Capel meer Theo Capel - meer "In de tuin"
Bezigheden > In de tuin
Koel, helder water Theo Capel
0315BZ Tuin
Er zijn van die dagen die perfect beginnen, maar dan is het goed om de eerste wet van Hank Stammer in gedachten te houden. Hank is de door mij bedachte eigenaar van een incassobureau en zo de vaste hoofdpersoon in mijn misdaadboeken. Hij weet dat het leven door drie wetten wordt geregeerd. 'Zaken die goed beginnen, kunnen altijd nog slecht aflopen', luidt zijn eerste wet. Ik moest eraan denken toen ik langs de grote begraafplaats fietste die vlak bij mijn volkstuin ligt. Dit keer eens niet tegen de oostenwind in die de afgelopen weken al veel te vaak en te hard woei. En ook nog eens onder een bleekblauwe lucht met de belofte van een zonnige, maar niet echt hete dag. Prachtig weer om te gaan spitten.

Was het een algemene vrees, opgeroepen door het kerkhof, die me in de zak van mijn jack deed tasten? Gelukkig voelde ik de sleutels van de tuin, maar even later besefte ik dat ik er teveel voelde. Ik haalde mijn kantoorsleutels tevoorschijn in plaats van de tuinsleutels. Ach, op een mooie ochtend is een stukje extra fietsen geen ramp, ook al is het twee keer dezelfde weg heen en terug.

Het spitten was dit keer eigenlijk meer graven. Elk tuintje zou van een elektrakabel zijn voorzien waarvan het eind uit veiligheidsoverwegingen een eind in de grond zou zijn begraven. Helaas bleek proefondervindelijk niet op de vermoedelijke plaats. Het leidde tot een zoekactie die meer kuilen opleverde dan een slagveld in WO I. Uiteindelijk trof ik een kabel aan die duidelijk bedoeld leek voor een aangrenzende tuin, maar een eind van een kabel moet ook naar het begin leiden, was mijn logische conclusie. In plaats van het creëren van bomkraters en schuttersputjes concentreerde ik me op wat nog het meest een loopgraaf leek. Dat alles vanuit de gedachte dat de kabel een aftakking zou laten zien die voor mijn tuin bedoeld was.

Zo ver kwam het niet. Terwijl ik bezig was de grijze kabel als een goudader bloot te leggen, stuitte ik zonder het te willen en ook te weten op de ingegraven pvc-leiding voor het water van de buren. Hij bleek niet bestand tegen mijn gewroet met de spitvork in de kleiige bodem. Als een moderne Mozes zag ik een fontein ontspruiten. Een medetuinder die belangstellend naar mijn gegraaf had staan te kijken, wist meteen dat ik geen speciale gave had, maar dat ik de waterleiding had stukgeprikt. Gelukkig wist hij ook waar de hoofdkraan zat. Met een simpele daad had ik een waterbesparingspauze voor het hele complex weten te realiseren. Echt gewaardeerd werd het niet.

Zo'n fontein die in druppels uiteen valt, heeft wel iets. Helemaal als de druppels zouden neerkomen op de bacopa, een vriendelijk perkplantje dat populair aan het worden is als hangplant, maar ook heel goed als bodembedekker kan dienen. Het is een rankend plantje, dicht bezet met kleine flessengroene blaadjes en een overdaad aan witte bloemetjes die aan klavertjes doen denken. Het is zo'n plantje dat je overal tussendoor kan zetten. Bij mij staan ze tussen lage margrietjes.

De bacopa is de laatste jaren uit het niets opgekomen. De naam is een handelsnaam die tot soortnaam is uitgegroeid. De eigenlijke naam is sutera, genoemd naar de Zwitserse botanist Suter. Bacopa zou een soort verbastering zijn van Copacabana. De fantasie van kwekers en telers is blijkbaar onbegrensd.

Bij dezelfde kweker die de bacopa in de aanbieding had, stonden ook de duizendschonen op me te wachten, een van mijn oude favorieten. Een buurman wist me te vertellen dat die altijd langs het tuinpad van zijn vader stonden. 'Ouderwetse randjesplant' zeggen ze dan in tuinboeken. Meerkleurige bloemen zijn uit de gratie. Ik vind dat ze mijn tuin opfleuren. De nieuwerwetse bacopa doet daar ook aan mee. Hij houdt overigens van vochtige grond. Ik weet nu hoe dat moet.
© 2006 Theo Capel
powered by CJ2