archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 15
Jaargang 3
22 juni 2006
Bezigheden > Recht en onrecht delen printen terug
Conflicten over automatisering Henk Bergman

0306 BZ Recht
Automatiseringsprojecten leiden niet zelden tot onenigheid tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De geplande data worden niet gehaald, het systeem vertoont als het eenmaal draait een indrukwekkende serie kinderziekten of – nog erger – het systeem komt helemaal niet aan draaien toe. Onherroepelijk komt in die situatie de vraag op wie verantwoordelijk – en mogelijk aansprakelijk – is voor alle ellende.

Onvoldoende op de hoogte zijn van elkaars wensen en mogelijkheden is de belangrijkste oorzaak dat automatiseringsprojecten geregeld op een drama uitlopen. De opdrachtgever weet nog niet goed wat hij nu eigenlijk precies wil. De softwareleverancier is erop gebrand de opdracht binnen te halen en neemt al gauw een houding aan van ‘daar komen we tijdens de rit wel achter’. Als dat de startsituatie is bestaat er een goede kans dat het project vroeger of later met aanzienlijke problemen te maken krijgt.

Het bijna altijd aanwezige verschil in deskundigheid tussen leverancier en opdrachtgever versterkt de kans op ontsporingen. Het komt bijvoorbeeld geregeld voor dat de leverancier te weinig tijd uittrekt voor het testen van de proefversie van het systeem en alles te veel aan de opdrachtgever overlaat. Maar bij een automatiseringsproject zijn nu eenmaal veel mensen betrokken die geen specifieke ICT-achtergrond hebben. En het gaat er uiteindelijk toch om dat de eindgebruikers goed met de software uit de voeten kunnen. Als de testfase niet goed geplanned en geleid wordt ontstaat onherroepelijk vertraging. Die kan de leverancier het best voorkomen door zijn afnemer zo goed mogelijk te helpen.

De schuld voor het mislukken van een project ligt meestal niet uitsluitend bij één van beide partijen. De leverancier belooft soms meer dan hij waarmaakt en de opdrachtgever vraagt wel eens onrealistische dingen. Vaak is het een mengeling van die twee. Duidelijk is dat de leverancier vanuit zijn inhoudelijke deskundigheid een extra zorgplicht heeft – die in de praktijk nog wel eens wordt onderschat. Aan de andere kant is ook de kwaliteit van het projectmanagement bij de opdrachtgever regelmatig onder de maat. Te vaak wisselen van mensen, afspraken die niet of te laat worden uitgevoerd en slechte communicatie zorgen voor vertraging. Mede daardoor ontstaat ook een zekere mate van vervreemding: men herkent het project niet meer als iets dat van cruciaal belang voor de bedrijfsvoering is. De interne steun en betrokkenheid nemen af. Dat kan een glijdende schaal worden.

Opdrachtgevers modderen vaak te lang door. Er zijn genoeg voorbeelden van projecten waar afspraken waren gemaakt voor zes of negen maanden, maar waar na twee jaar nog niets is dat op een aanvaardbaar resultaat lijkt. Toch heeft de onderneming tot dan toe nauwelijks geprotesteerd – tenminste niet openlijk. Maar daarmee ondermijnt de opdrachtgever zijn juridische positie. Hij moet zich juist actief opstellen en bij tijd- en kostenoverschrijding direct zijn ongenoegen laten blijken. Begrotingen en termijnen moeten voor beide partijen bindend zijn. Natuurlijk kan er een goede reden zijn voor het uitstel of de hogere kosten, maar die moet de opdrachtgever zich wel haarfijn laten uitleggen.

Een advies voor ondernemingen die aan het begin van een automatiseringsproject staan is om niet te snel over te gaan tot het tekenen van een leveringscontract. Laat de leverancier eerst een ontwerp maken en ga dat samen uittesten. Besluit je daarna om met elkaar door te gaan dan verreken je de ontwerpkosten met het uiteindelijke projectbedrag. Kies je een andere weg dan betaal je alleen voor het ontwerp. Zeker bij bedrijfskritische applicaties is dat een veilige route.

Is een onderneming met haar ICT-leverancier in conflict gekomen en in een uitzichtloze situatie verzeild geraakt, dan begint het juridische steekspel. Mocht het ooit tot een procedure komen dan is de juridische positie van de opdrachtgever cruciaal. Is het conflict zo heftig dat hij aanstuurt op ontbinding van het contract plus mogelijk een schadevergoeding dan moet hij – om kans van slagen te hebben – wel kunnen laten zien dat hij al eerder duidelijk van zijn ongenoegen blijk heeft gegeven. In juridische termen: hij moet de wederpartij schriftelijk in gebreke hebben gesteld en hem een redelijke termijn hebben gegeven om de fouten te herstellen. Heeft die daarop niet gereageerd dan is hij na het verlopen van de termijn in wettelijk verzuim. Pas dan kan de opdrachtgever ontbinding en eventueel schadevergoeding eisen. Niet voldaan hebben aan deze wettelijke eisen kan vervelende gevolgen hebben. In het ergste geval ben je je geld kwijt, werkt je systeem niet en loop je de kans dat de leverancier een schadevergoeding van jou eist.
 
Procederen is overigens een uiterste middel. Dat doe je alleen als er echt geen andere oplossing is. Vóór alles moet je proberen er onderling uit te komen. Maar komt het tot een rechtszaak dan moet de opdrachtgever er rekening mee houden dat de rechter geen automatiseringsdeskundige is en de neiging heeft een civielrechtelijke benadering te kiezen. Dat wil zeggen: hij gaat na of de eisende partij voldaan heeft aan de wettelijke eisen van ingebrekestelling en hersteltermijn. Heeft die dat niet dan is zijn positie meestal niet sterk.

De rechter wijst niet gauw schadevergoeding toe. Indirecte schade, zoals gederfde omzet of winst, wordt altijd in het contract uitgesloten. En bij directe schade wordt vaak een maximaal bedrag genoemd, bijvoorbeeld vijfhonderdduizend euro. Je moet erop bedacht zijn dat zo’n bedrag in een procedure meestal standhoudt. De rechter is kritisch en stelt strenge eisen aan het bewijs van geleden schade. Dat ligt alleen anders bij enorme fouten of bij opzet van de kant van de leverancier.

Steeds meer automatiseringsconflicten worden overigens afgedaan via mediation ofwel bemiddeling. Dat gaat stukken sneller en de kosten zijn ook veel lager. Maar die methode is alleen kansrijk als beide partijen echt de wil hebben om samen tot een oplossing te komen.
 
***************************************************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij persoonlijke en professionele ontwikkeling
op het werk. Ga voor informatie naar: www.ijzermans.org .



© 2006 Henk Bergman meer Henk Bergman - meer "Recht en onrecht"
Bezigheden > Recht en onrecht
Conflicten over automatisering Henk Bergman
0306 BZ Recht
Automatiseringsprojecten leiden niet zelden tot onenigheid tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De geplande data worden niet gehaald, het systeem vertoont als het eenmaal draait een indrukwekkende serie kinderziekten of – nog erger – het systeem komt helemaal niet aan draaien toe. Onherroepelijk komt in die situatie de vraag op wie verantwoordelijk – en mogelijk aansprakelijk – is voor alle ellende.

Onvoldoende op de hoogte zijn van elkaars wensen en mogelijkheden is de belangrijkste oorzaak dat automatiseringsprojecten geregeld op een drama uitlopen. De opdrachtgever weet nog niet goed wat hij nu eigenlijk precies wil. De softwareleverancier is erop gebrand de opdracht binnen te halen en neemt al gauw een houding aan van ‘daar komen we tijdens de rit wel achter’. Als dat de startsituatie is bestaat er een goede kans dat het project vroeger of later met aanzienlijke problemen te maken krijgt.

Het bijna altijd aanwezige verschil in deskundigheid tussen leverancier en opdrachtgever versterkt de kans op ontsporingen. Het komt bijvoorbeeld geregeld voor dat de leverancier te weinig tijd uittrekt voor het testen van de proefversie van het systeem en alles te veel aan de opdrachtgever overlaat. Maar bij een automatiseringsproject zijn nu eenmaal veel mensen betrokken die geen specifieke ICT-achtergrond hebben. En het gaat er uiteindelijk toch om dat de eindgebruikers goed met de software uit de voeten kunnen. Als de testfase niet goed geplanned en geleid wordt ontstaat onherroepelijk vertraging. Die kan de leverancier het best voorkomen door zijn afnemer zo goed mogelijk te helpen.

De schuld voor het mislukken van een project ligt meestal niet uitsluitend bij één van beide partijen. De leverancier belooft soms meer dan hij waarmaakt en de opdrachtgever vraagt wel eens onrealistische dingen. Vaak is het een mengeling van die twee. Duidelijk is dat de leverancier vanuit zijn inhoudelijke deskundigheid een extra zorgplicht heeft – die in de praktijk nog wel eens wordt onderschat. Aan de andere kant is ook de kwaliteit van het projectmanagement bij de opdrachtgever regelmatig onder de maat. Te vaak wisselen van mensen, afspraken die niet of te laat worden uitgevoerd en slechte communicatie zorgen voor vertraging. Mede daardoor ontstaat ook een zekere mate van vervreemding: men herkent het project niet meer als iets dat van cruciaal belang voor de bedrijfsvoering is. De interne steun en betrokkenheid nemen af. Dat kan een glijdende schaal worden.

Opdrachtgevers modderen vaak te lang door. Er zijn genoeg voorbeelden van projecten waar afspraken waren gemaakt voor zes of negen maanden, maar waar na twee jaar nog niets is dat op een aanvaardbaar resultaat lijkt. Toch heeft de onderneming tot dan toe nauwelijks geprotesteerd – tenminste niet openlijk. Maar daarmee ondermijnt de opdrachtgever zijn juridische positie. Hij moet zich juist actief opstellen en bij tijd- en kostenoverschrijding direct zijn ongenoegen laten blijken. Begrotingen en termijnen moeten voor beide partijen bindend zijn. Natuurlijk kan er een goede reden zijn voor het uitstel of de hogere kosten, maar die moet de opdrachtgever zich wel haarfijn laten uitleggen.

Een advies voor ondernemingen die aan het begin van een automatiseringsproject staan is om niet te snel over te gaan tot het tekenen van een leveringscontract. Laat de leverancier eerst een ontwerp maken en ga dat samen uittesten. Besluit je daarna om met elkaar door te gaan dan verreken je de ontwerpkosten met het uiteindelijke projectbedrag. Kies je een andere weg dan betaal je alleen voor het ontwerp. Zeker bij bedrijfskritische applicaties is dat een veilige route.

Is een onderneming met haar ICT-leverancier in conflict gekomen en in een uitzichtloze situatie verzeild geraakt, dan begint het juridische steekspel. Mocht het ooit tot een procedure komen dan is de juridische positie van de opdrachtgever cruciaal. Is het conflict zo heftig dat hij aanstuurt op ontbinding van het contract plus mogelijk een schadevergoeding dan moet hij – om kans van slagen te hebben – wel kunnen laten zien dat hij al eerder duidelijk van zijn ongenoegen blijk heeft gegeven. In juridische termen: hij moet de wederpartij schriftelijk in gebreke hebben gesteld en hem een redelijke termijn hebben gegeven om de fouten te herstellen. Heeft die daarop niet gereageerd dan is hij na het verlopen van de termijn in wettelijk verzuim. Pas dan kan de opdrachtgever ontbinding en eventueel schadevergoeding eisen. Niet voldaan hebben aan deze wettelijke eisen kan vervelende gevolgen hebben. In het ergste geval ben je je geld kwijt, werkt je systeem niet en loop je de kans dat de leverancier een schadevergoeding van jou eist.
 
Procederen is overigens een uiterste middel. Dat doe je alleen als er echt geen andere oplossing is. Vóór alles moet je proberen er onderling uit te komen. Maar komt het tot een rechtszaak dan moet de opdrachtgever er rekening mee houden dat de rechter geen automatiseringsdeskundige is en de neiging heeft een civielrechtelijke benadering te kiezen. Dat wil zeggen: hij gaat na of de eisende partij voldaan heeft aan de wettelijke eisen van ingebrekestelling en hersteltermijn. Heeft die dat niet dan is zijn positie meestal niet sterk.

De rechter wijst niet gauw schadevergoeding toe. Indirecte schade, zoals gederfde omzet of winst, wordt altijd in het contract uitgesloten. En bij directe schade wordt vaak een maximaal bedrag genoemd, bijvoorbeeld vijfhonderdduizend euro. Je moet erop bedacht zijn dat zo’n bedrag in een procedure meestal standhoudt. De rechter is kritisch en stelt strenge eisen aan het bewijs van geleden schade. Dat ligt alleen anders bij enorme fouten of bij opzet van de kant van de leverancier.

Steeds meer automatiseringsconflicten worden overigens afgedaan via mediation ofwel bemiddeling. Dat gaat stukken sneller en de kosten zijn ook veel lager. Maar die methode is alleen kansrijk als beide partijen echt de wil hebben om samen tot een oplossing te komen.
 
***************************************************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij persoonlijke en professionele ontwikkeling
op het werk. Ga voor informatie naar: www.ijzermans.org .

© 2006 Henk Bergman
powered by CJ2