archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 14
Jaargang 3
8 juni 2006
Beschouwingen > Het leven zelf delen printen terug
Overlijden Katharina Kouwenhoven

0314BS LevenKK
Het verbaast mij al een tijdje dat de leeftijd waarop wij geacht worden de pijp uit te gaan zo slordig wordt aangeduid met begrippen als 'gemiddelde' leeftijd of 'gemiddelde' levensverwachting. De cijfers over de 'gemiddelde' levensverwachting ken ik wel. Die is voor vrouwen 82 jaar en voor mannen 79.

Als het gemiddelde een adequate beschrijving zou zijn van hoe oud we worden, betekent dit dat er evenveel mensen moeten zijn die ouder worden dan die gemiddelde leeftijd als mensen die op jongere leeftijd aan hun einde komen. Met andere woorden: de verdeling van leeftijden waarop wij er tussenuit knijpen moet symmetrisch zijn rondom dat gemiddelde. Maar dat is natuurlijk uiterst onwaarschijnlijk. Er zijn nu eenmaal veel meer mogelijkheden om vóór je 82ste te overlijden (0 t/m 81) dan er zijn om daarna de geest te geven (82 t/m 104) en die mogelijkheden zullen toch wel allemaal benut worden.

Om hier het fijne van te achterhalen, heb ik gedurende een bepaalde periode de leeftijden genoteerd van 225 geannonceerde overledenen, 100 vrouwen en 125 mannen, in NRC-Handelsblad, namelijk van 21 februari t/m 8 april. Daarna heb ik wat rekenwerk verricht.
De jongste overledene was 20 jaar en de oudste 104. Baby’tjes van NRC-lezers zijn er in die periode niet heengegaan of niet geannonceerd. Dat is heel goed mogelijk want zuigelingensterfte is in Nederland nu eenmaal niet erg hoog, en al helemaal niet onder de geestelijk en materieel beter bedeelden.
Ook zijn de kinderen van NRC-lezers niet erg roekeloos want het aantal overledenen in de kwetsbare leeftijd van 20 t/m 25 jaar was slechts drie. Het aantal dat heenging onder de 50 was sowieso klein, namelijk niet meer dan 10. Het echte sterven begint boven de 50 en voor niet minder dan 33 ongelukkigen pas boven de 90! Zo te zien zijn die 225 NRC-lezers -ik neem tenminste maar aan dat het tijdens hun leven NRC-lezers waren- behoorlijk oud geworden.

Maar nu de cijfers waar het me echt om gaat. Eerst de mannen. De gemiddelde leeftijd waarop deze mannen overleden bleek 75 jaar. Mijn eerste vraag was of dit gemiddelde wel een accurate beschrijving vormt van de zogenaamde centrale tendentie in zo'n groep. Dat is dus alleen zo als de leeftijden rondom dat gemiddelde symmetrisch verdeeld zijn. Er is een eenvoudige manier om dit te controleren, namelijk door de zogenaamde mediaan te berekenen. Dat getal geeft het midden aan, waarboven en onder vijftig procent van de andere leeftijden vallen. Als die leeftijden symmetrisch verdeeld zijn, zijn de mediaan en het gemiddelde exact hetzelfde en is het zinvol om het gemiddelde te berekenen.

Wat bleek? Bij mijn mannen bedroeg de mediaan 78. Vijftig procent van deze mannen was niet ouder dan 75 geworden maar ouder dan 78. Een ander indicatief getal is de zogenaamde modus. We kennen dat van Jan Modaal en het modale inkomen, het inkomen dat de grootste groep Nederlanders maandelijks op de giro gestort krijgt (al schijnt het modale inkomen inmiddels in economische kringen iets heel anders te betekenen). De modale leeftijd waarop mijn mannen stierven bleek 79.
Tien procent van mijn mannen werd exact 79. In de leeftijdscategorie van 76 t/m 80 ging bijna éénderde eraan.

De vrouwen waren, naar verwachting, gemiddeld ouder geworden dan de mannen: 79. Ook in deze groep bleek echter dit gemiddelde niet samen te vallen met de mediaan, want die bedroeg 83,5. De modale leeftijd van overlijden was bij de vrouwen niet zo eenduidig. Exact zeven procent van de vrouwen werd 88, maar eenzelfde percentage werd 91. In de leeftijdscategorie van 76 t/m 80 stierf maar tien procent van de vrouwen. Eenderde van de vrouwen stierf echter tussen de 86 en 95.

Rare cijfers allemaal. Ten eerste ligt de gemiddelde leeftijd van overlijden, van zowel de mannen als de vrouwen, onder de gemiddelde levensverwachting van beide partijen: de mannen hadden gemiddeld 79 moeten worden, maar werden 75 en de vrouwen hadden 82 moeten worden, maar werden 79. Natuurlijk vormen die 225 NRC-doden geen representatieve steekproef, maar juist daarom zou je iets anders verwachten. Gezien hun sociale achtergrond zou je denken dat ze hun gemiddelde levensverwachting zouden overtreffen, want hoe beter af maatschappelijk gezien, hoe ouder mensen worden. Of zou dit ook op een misverstand berusten? Is er soms sprake van een kromlijnig verband, wat betekent dat hoe beter af, hoe ouder opgaat tot een bepaald niveau van welstand en dan gelijk blijft of zelfs verkeert in zijn tegendeel?

Verder is evident dat het bepalen van de gemiddelde leeftijd van overlijden een vertekend beeld geeft van hoe oud we eigenlijk worden. Dat gemiddelde wordt naar beneden getrokken door die paar 'uitbijters' die op zeer jonge leeftijd de pijp aan Maarten geven. En als je de gemiddelden van mannen en vrouwen vergelijkt dan lijkt het verschil in leeftijd waarop zij overlijden niet zo groot (75, resp. 79). Maar kijk je naar de aantallen mannen en vrouwen die op een bepaalde leeftijd het tijdelijke met het eeuwige verwisselen dan ontstaat een heel andere indruk. Mannen beginnen in redelijke proporties de laatste adem al uit te blazen na de 55, bij vrouwen komt het boven de 60 pas een beetje op gang. En van de mannen wordt bijvoorbeeld slechts een kwart ouder dan 85, maar bij de vrouwen is dat veertig procent. En bij mijn overledenen worden alleen vrouwen ouder dan 95.

Wij vrouwen moeten er dus ernstig rekening mee houden dat we zeer oud worden. Of we daar blij mee moeten zijn is een heel andere vraag. Voor sommige mensen is het een levensdoel om zo oud mogelijk te worden. In het verzorgingshuis, waar ik in de fitnessruimte mijn conditie op peil probeer te houden, ben ik al menige bejaarde tegengekomen die me met flonkerende oogjes vroeg of ik wel wist hoe oud hij of zij was. Alsof het een persoonlijke verdienste is om al of niet met rollator tegen de negentig te lopen. Kennelijk is het meer waard om in zo'n reservaat voor hoogbejaarden je leven te slijten dan om op je hoogtepunt afscheid te nemen. Ik neem het ze niet kwalijk, want al lijkt het me nu een horrorscenario, ik heb geen idee hoe ik er over dertig jaar over zal denken.

***************************************************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered. Ga voor informatie over dat bureau naar:




© 2006 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Het leven zelf" -
Beschouwingen > Het leven zelf
Overlijden Katharina Kouwenhoven
0314BS LevenKK
Het verbaast mij al een tijdje dat de leeftijd waarop wij geacht worden de pijp uit te gaan zo slordig wordt aangeduid met begrippen als 'gemiddelde' leeftijd of 'gemiddelde' levensverwachting. De cijfers over de 'gemiddelde' levensverwachting ken ik wel. Die is voor vrouwen 82 jaar en voor mannen 79.

Als het gemiddelde een adequate beschrijving zou zijn van hoe oud we worden, betekent dit dat er evenveel mensen moeten zijn die ouder worden dan die gemiddelde leeftijd als mensen die op jongere leeftijd aan hun einde komen. Met andere woorden: de verdeling van leeftijden waarop wij er tussenuit knijpen moet symmetrisch zijn rondom dat gemiddelde. Maar dat is natuurlijk uiterst onwaarschijnlijk. Er zijn nu eenmaal veel meer mogelijkheden om vóór je 82ste te overlijden (0 t/m 81) dan er zijn om daarna de geest te geven (82 t/m 104) en die mogelijkheden zullen toch wel allemaal benut worden.

Om hier het fijne van te achterhalen, heb ik gedurende een bepaalde periode de leeftijden genoteerd van 225 geannonceerde overledenen, 100 vrouwen en 125 mannen, in NRC-Handelsblad, namelijk van 21 februari t/m 8 april. Daarna heb ik wat rekenwerk verricht.
De jongste overledene was 20 jaar en de oudste 104. Baby’tjes van NRC-lezers zijn er in die periode niet heengegaan of niet geannonceerd. Dat is heel goed mogelijk want zuigelingensterfte is in Nederland nu eenmaal niet erg hoog, en al helemaal niet onder de geestelijk en materieel beter bedeelden.
Ook zijn de kinderen van NRC-lezers niet erg roekeloos want het aantal overledenen in de kwetsbare leeftijd van 20 t/m 25 jaar was slechts drie. Het aantal dat heenging onder de 50 was sowieso klein, namelijk niet meer dan 10. Het echte sterven begint boven de 50 en voor niet minder dan 33 ongelukkigen pas boven de 90! Zo te zien zijn die 225 NRC-lezers -ik neem tenminste maar aan dat het tijdens hun leven NRC-lezers waren- behoorlijk oud geworden.

Maar nu de cijfers waar het me echt om gaat. Eerst de mannen. De gemiddelde leeftijd waarop deze mannen overleden bleek 75 jaar. Mijn eerste vraag was of dit gemiddelde wel een accurate beschrijving vormt van de zogenaamde centrale tendentie in zo'n groep. Dat is dus alleen zo als de leeftijden rondom dat gemiddelde symmetrisch verdeeld zijn. Er is een eenvoudige manier om dit te controleren, namelijk door de zogenaamde mediaan te berekenen. Dat getal geeft het midden aan, waarboven en onder vijftig procent van de andere leeftijden vallen. Als die leeftijden symmetrisch verdeeld zijn, zijn de mediaan en het gemiddelde exact hetzelfde en is het zinvol om het gemiddelde te berekenen.

Wat bleek? Bij mijn mannen bedroeg de mediaan 78. Vijftig procent van deze mannen was niet ouder dan 75 geworden maar ouder dan 78. Een ander indicatief getal is de zogenaamde modus. We kennen dat van Jan Modaal en het modale inkomen, het inkomen dat de grootste groep Nederlanders maandelijks op de giro gestort krijgt (al schijnt het modale inkomen inmiddels in economische kringen iets heel anders te betekenen). De modale leeftijd waarop mijn mannen stierven bleek 79.
Tien procent van mijn mannen werd exact 79. In de leeftijdscategorie van 76 t/m 80 ging bijna éénderde eraan.

De vrouwen waren, naar verwachting, gemiddeld ouder geworden dan de mannen: 79. Ook in deze groep bleek echter dit gemiddelde niet samen te vallen met de mediaan, want die bedroeg 83,5. De modale leeftijd van overlijden was bij de vrouwen niet zo eenduidig. Exact zeven procent van de vrouwen werd 88, maar eenzelfde percentage werd 91. In de leeftijdscategorie van 76 t/m 80 stierf maar tien procent van de vrouwen. Eenderde van de vrouwen stierf echter tussen de 86 en 95.

Rare cijfers allemaal. Ten eerste ligt de gemiddelde leeftijd van overlijden, van zowel de mannen als de vrouwen, onder de gemiddelde levensverwachting van beide partijen: de mannen hadden gemiddeld 79 moeten worden, maar werden 75 en de vrouwen hadden 82 moeten worden, maar werden 79. Natuurlijk vormen die 225 NRC-doden geen representatieve steekproef, maar juist daarom zou je iets anders verwachten. Gezien hun sociale achtergrond zou je denken dat ze hun gemiddelde levensverwachting zouden overtreffen, want hoe beter af maatschappelijk gezien, hoe ouder mensen worden. Of zou dit ook op een misverstand berusten? Is er soms sprake van een kromlijnig verband, wat betekent dat hoe beter af, hoe ouder opgaat tot een bepaald niveau van welstand en dan gelijk blijft of zelfs verkeert in zijn tegendeel?

Verder is evident dat het bepalen van de gemiddelde leeftijd van overlijden een vertekend beeld geeft van hoe oud we eigenlijk worden. Dat gemiddelde wordt naar beneden getrokken door die paar 'uitbijters' die op zeer jonge leeftijd de pijp aan Maarten geven. En als je de gemiddelden van mannen en vrouwen vergelijkt dan lijkt het verschil in leeftijd waarop zij overlijden niet zo groot (75, resp. 79). Maar kijk je naar de aantallen mannen en vrouwen die op een bepaalde leeftijd het tijdelijke met het eeuwige verwisselen dan ontstaat een heel andere indruk. Mannen beginnen in redelijke proporties de laatste adem al uit te blazen na de 55, bij vrouwen komt het boven de 60 pas een beetje op gang. En van de mannen wordt bijvoorbeeld slechts een kwart ouder dan 85, maar bij de vrouwen is dat veertig procent. En bij mijn overledenen worden alleen vrouwen ouder dan 95.

Wij vrouwen moeten er dus ernstig rekening mee houden dat we zeer oud worden. Of we daar blij mee moeten zijn is een heel andere vraag. Voor sommige mensen is het een levensdoel om zo oud mogelijk te worden. In het verzorgingshuis, waar ik in de fitnessruimte mijn conditie op peil probeer te houden, ben ik al menige bejaarde tegengekomen die me met flonkerende oogjes vroeg of ik wel wist hoe oud hij of zij was. Alsof het een persoonlijke verdienste is om al of niet met rollator tegen de negentig te lopen. Kennelijk is het meer waard om in zo'n reservaat voor hoogbejaarden je leven te slijten dan om op je hoogtepunt afscheid te nemen. Ik neem het ze niet kwalijk, want al lijkt het me nu een horrorscenario, ik heb geen idee hoe ik er over dertig jaar over zal denken.

***************************************************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered. Ga voor informatie over dat bureau naar:


© 2006 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2