archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 15
Jaargang 20
11 mei 2023
Bezigheden > Ontmoetingen delen printen terug
Fietsenmaker in Californië Rob van Olphen

2015BZ FietsenmakerIn de jaren zestig werkte ik in een dierenwinkel. Na sluitingstijd nam ik alle tijd voor de Amazonepapegaaien die na een lange reis uit Colombia moesten acclimatiseren en tot rust komen. Met heel veel geduld en toewijding lukte het me vaak om ze handtam te maken en een paar woordjes te leren. Dat gaf mij een enorme voldoening, vooral als ik ze zover had dat ze relaxed op mijn schouder bleven zitten. Ik had er wel moeite mee om ze weer af te staan aan een serieuze koper. (Toentertijd was ik heel naïef, gelukkig mogen nu geen papegaaien meer worden geïmporteerd, die horen niet in een kooi, maar in moeder natuur). Helaas raakte ik besmet met psittacosis (papegaaienziekte) met een heftige hersenvliesontsteking.

Naar Amerika

Op doktersadvies mocht ik beslist niet meer in een dierenwinkel werken. Ik wist niet hoe het verder moest. Mijn oudste broer die al jaren in Californië woonde stelde me voor om te emigreren. Dat vond ik wel een hele grote stap. Het leek me beter om eerst te kijken hoe het daar was en wat voor perspectief de USA me had te bieden. Na 9 dagen op de Maasdam kwam ik aan in New York, vandaar was het bijna 3 dagen reizen met de Greyhound bus naar Azusa in Californië. Heel fijn om weer bij familie te zijn, maar na 3 weken kinderen naar school brengen, boodschappen doen, babysitten, grasmaaien enz, wilde ik graag gaan werken, maar met een bezoekersvisum mocht dat beslist niet.
Mijn broer was bedrijfsleider in een grote fietsenzaak, waar ik in de werkplaats terecht kon voor 25 dollar in de week (4 liter benzine was 21 dollarcent, een ijsje van 10 cent kon je bijna niet op). Ik mocht niet in de winkel werken. De immigratiedienst controleerde op illegale arbeiders.

Christine

Mijn broer deed enorm zijn best om zijn 19-jarige broertje aan de vrouw te brengen, in de hoop dat ik verliefd zou worden en daar zou blijven. Om hem niet teleur te stellen ging ik af en toe met de jongedames uit.
Ik vertelde die jongedames: ’Maak je geen illusies, ik ga terug naar Nederland’.  Op een dag komt er een meisje in een rolstoel de werkplaats binnen rijden met de mededeling: ‘Hé, jou heb ik hier nog nooit eerder gezien’. ‘Nou, jou heb ik ook nog nooit gezien’, antwoordde ik.
Ze was heel enthousiast toen ze hoorde dat ik van Neerlands bloed was. Zij was een afstammeling van een oude generatie Van der Veen. Christine van der Veen kwam regelmatig langs met problemen aan haar rolstoel, een schroefje wat los zat, zachte banden, opnieuw afstellen etc.
Ze was heel geïnteresseerd in alles wat met Nederland had te maken. Ik heb toen een brief naar het vrouwenblad Eva gestuurd dat ik Christine had ontmoet, die door een ernstig ongeluk verlamd was geraakt, en afhankelijk was van een rolstoel en ik vroeg de abonnees van Eva of ze Christine een ansichtkaart van Nederland wilde sturen.

Brieven

De reacties waren enorm, niet alleen ansichtkaarten, maar ook souvenirs, kalenders, poppen in klederdracht enz, en ook veel brieven.
Christine was overdonderd. Ze wist niets van de actie, totdat zij het door had dat ik daar achter zat. ‘En nu moet je ook alle brieven vertalen’, was haar reactie!
Ik heb een poging gedaan, maar de postbode bleef maar aanvoeren. Toen heb ik Eva geschreven dat het onmogelijk was om al die lieve brieven te beantwoorden, en alle mensen te bedanken voor hun reactie.

Als ik met Christine in het park aan het wandelen was, dan liet ik af en toe wat maïs vallen, dan liepen er tientallen pauwen en ander gevogelte achter ons aan. De mensen hadden de truc van de maïs niet in de gaten.
Ik heb Christine verteld dat USA voor mij niet het land van mijn toekomst was. We hebben veel gecorrespondeerd. Ze was vrijwilligster bij de American Dutch club, die regelde goedkope charters naar Nederland, zodoende kon ze goedkoop naar Nederland vliegen. Twee weken is ze bij ons in huis geweest. Helaas was dat een bovenhuis en was het een heel gesjouw om boven te komen.
We hebben mooie tochten door Nederland gemaakt. Er waren toen totaal geen faciliteiten voor gehandicapten. In Volendam bijvoorbeeld waren de toiletten in de kelders of benedendijks.

Gelukkig is het allemaal goed gegaan, toen we op Schiphol afscheid namen waren haar laatste woorden: ‘I am happy to be going back to civilization’.
Een paar maanden later kreeg ik een mededeling dat ze ging trouwen. Ik heb haar het allerbeste toegewenst.

----------

De tekening is van Marcia Meerum Terwogt.





© 2023 Rob van Olphen meer Rob van Olphen - meer "Ontmoetingen"
Bezigheden > Ontmoetingen
Fietsenmaker in Californië Rob van Olphen
2015BZ FietsenmakerIn de jaren zestig werkte ik in een dierenwinkel. Na sluitingstijd nam ik alle tijd voor de Amazonepapegaaien die na een lange reis uit Colombia moesten acclimatiseren en tot rust komen. Met heel veel geduld en toewijding lukte het me vaak om ze handtam te maken en een paar woordjes te leren. Dat gaf mij een enorme voldoening, vooral als ik ze zover had dat ze relaxed op mijn schouder bleven zitten. Ik had er wel moeite mee om ze weer af te staan aan een serieuze koper. (Toentertijd was ik heel naïef, gelukkig mogen nu geen papegaaien meer worden geïmporteerd, die horen niet in een kooi, maar in moeder natuur). Helaas raakte ik besmet met psittacosis (papegaaienziekte) met een heftige hersenvliesontsteking.

Naar Amerika

Op doktersadvies mocht ik beslist niet meer in een dierenwinkel werken. Ik wist niet hoe het verder moest. Mijn oudste broer die al jaren in Californië woonde stelde me voor om te emigreren. Dat vond ik wel een hele grote stap. Het leek me beter om eerst te kijken hoe het daar was en wat voor perspectief de USA me had te bieden. Na 9 dagen op de Maasdam kwam ik aan in New York, vandaar was het bijna 3 dagen reizen met de Greyhound bus naar Azusa in Californië. Heel fijn om weer bij familie te zijn, maar na 3 weken kinderen naar school brengen, boodschappen doen, babysitten, grasmaaien enz, wilde ik graag gaan werken, maar met een bezoekersvisum mocht dat beslist niet.
Mijn broer was bedrijfsleider in een grote fietsenzaak, waar ik in de werkplaats terecht kon voor 25 dollar in de week (4 liter benzine was 21 dollarcent, een ijsje van 10 cent kon je bijna niet op). Ik mocht niet in de winkel werken. De immigratiedienst controleerde op illegale arbeiders.

Christine

Mijn broer deed enorm zijn best om zijn 19-jarige broertje aan de vrouw te brengen, in de hoop dat ik verliefd zou worden en daar zou blijven. Om hem niet teleur te stellen ging ik af en toe met de jongedames uit.
Ik vertelde die jongedames: ’Maak je geen illusies, ik ga terug naar Nederland’.  Op een dag komt er een meisje in een rolstoel de werkplaats binnen rijden met de mededeling: ‘Hé, jou heb ik hier nog nooit eerder gezien’. ‘Nou, jou heb ik ook nog nooit gezien’, antwoordde ik.
Ze was heel enthousiast toen ze hoorde dat ik van Neerlands bloed was. Zij was een afstammeling van een oude generatie Van der Veen. Christine van der Veen kwam regelmatig langs met problemen aan haar rolstoel, een schroefje wat los zat, zachte banden, opnieuw afstellen etc.
Ze was heel geïnteresseerd in alles wat met Nederland had te maken. Ik heb toen een brief naar het vrouwenblad Eva gestuurd dat ik Christine had ontmoet, die door een ernstig ongeluk verlamd was geraakt, en afhankelijk was van een rolstoel en ik vroeg de abonnees van Eva of ze Christine een ansichtkaart van Nederland wilde sturen.

Brieven

De reacties waren enorm, niet alleen ansichtkaarten, maar ook souvenirs, kalenders, poppen in klederdracht enz, en ook veel brieven.
Christine was overdonderd. Ze wist niets van de actie, totdat zij het door had dat ik daar achter zat. ‘En nu moet je ook alle brieven vertalen’, was haar reactie!
Ik heb een poging gedaan, maar de postbode bleef maar aanvoeren. Toen heb ik Eva geschreven dat het onmogelijk was om al die lieve brieven te beantwoorden, en alle mensen te bedanken voor hun reactie.

Als ik met Christine in het park aan het wandelen was, dan liet ik af en toe wat maïs vallen, dan liepen er tientallen pauwen en ander gevogelte achter ons aan. De mensen hadden de truc van de maïs niet in de gaten.
Ik heb Christine verteld dat USA voor mij niet het land van mijn toekomst was. We hebben veel gecorrespondeerd. Ze was vrijwilligster bij de American Dutch club, die regelde goedkope charters naar Nederland, zodoende kon ze goedkoop naar Nederland vliegen. Twee weken is ze bij ons in huis geweest. Helaas was dat een bovenhuis en was het een heel gesjouw om boven te komen.
We hebben mooie tochten door Nederland gemaakt. Er waren toen totaal geen faciliteiten voor gehandicapten. In Volendam bijvoorbeeld waren de toiletten in de kelders of benedendijks.

Gelukkig is het allemaal goed gegaan, toen we op Schiphol afscheid namen waren haar laatste woorden: ‘I am happy to be going back to civilization’.
Een paar maanden later kreeg ik een mededeling dat ze ging trouwen. Ik heb haar het allerbeste toegewenst.

----------

De tekening is van Marcia Meerum Terwogt.



© 2023 Rob van Olphen
powered by CJ2