archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 10
Jaargang 19
10 maart 2022
Beschouwingen > Bij ons in de straat delen printen terug
Poetin in de gangkast Julius Pasgeld

1910BS Poetin
‘Stel je voor’, zei ik tegen mevrouw Pasgeld nadat ik de krant had gelezen. ‘Stel je voor, dat nu de voordeurbel zou gaan. Ik doe open en wie staat daar voor de deur? Poetin! Dan zou ik hem binnenlaten en hem vervolgens op mijn gemak wurgen’.
‘Nou, ik niet’, regeerde mevrouw Pasgeld op mijn spontane gewelddadigheid. ‘Ik zou hem in de gangkast opsluiten’.

‘O ja’, zei ik. ‘En hoe moet dat dan? Voor je het weet heeft-ie die hele kast ondergepiest en gescheten en zitten wij met de gebakken peren. En als je hem niet doodmaakt zal je hem toch eten moeten geven. Bovendien zal Poetin op den duur gaan stinken als hij dat nu al niet doet. Weet je wat? Jij je zin. We maken hem niet dood. Maar ik richt op zolder een piepklein kamertje voor hem in met matras, toilet en een wastafeltje. En dan schuiven we af en toe wat eten voor hem onder de deur door’.
‘Ben je nou helemaal betoeterd’, zei mevrouw Pasgeld. ‘Weet je wel wat dat kost? Een matras, een toilet en een wastafel? Je gaat toch niet investeren in die idioot?’

‘Ik ben bang dat er niets anders op zit als je hem niet dood wil maken,’antwoordde ik. ‘Af en toe een schone pyjama. Dat zal ook wel moeten wil het hier beneden niet naar hem gaan ruiken. Maar bedenk wel, dat dat op de een of andere manier toch een goede investering is. Want zo kan hij geen duizenden Oekraïners per dag meer om zeep laten helpen. Dat mag wel een paar centen kosten, vind ik. En dan zijn we toch goed bezig geweest’.
Zo gezegd, zo gedaan. Het wachten was nu alleen nog maar op de bel.

En ja hoor, na twee dagen ging hij over.
Maar toen ik open deed was het de buurman.
‘Kom binnen, dan drinken we samen een borreltje’, zei ik.
Dat deed hij en na het eerste slokje begon hij al. ‘Weet je wat ik gedaan heb?’, vroeg hij. Ik heb op zolder een piepklein kamertje ingericht voor het geval Poetin aanbelt. Dan hoef ik hem niet direct te kelen maar kan ik hem zolang daar onderbrengen. Zodat hij niemand in de Oekraïne meer om zeep kan helpen’.
‘Dat lijkt me een uitstekend idee’, zei ik. ‘Als iedereen op de hele wereld dat ook zou doen kan hij nergens meer terecht. En dan zal het wel gauw afgelopen zijn met die oorlog’.
We hieven het glas en namen nog een slokje.

----------

Linda Hulshof bespiedde Poetin door het sleutelgat.
Meer informatie: lindahulshof71@gmail.com


© 2022 Julius Pasgeld meer Julius Pasgeld - meer "Bij ons in de straat" -
Beschouwingen > Bij ons in de straat
Poetin in de gangkast Julius Pasgeld
1910BS Poetin
‘Stel je voor’, zei ik tegen mevrouw Pasgeld nadat ik de krant had gelezen. ‘Stel je voor, dat nu de voordeurbel zou gaan. Ik doe open en wie staat daar voor de deur? Poetin! Dan zou ik hem binnenlaten en hem vervolgens op mijn gemak wurgen’.
‘Nou, ik niet’, regeerde mevrouw Pasgeld op mijn spontane gewelddadigheid. ‘Ik zou hem in de gangkast opsluiten’.

‘O ja’, zei ik. ‘En hoe moet dat dan? Voor je het weet heeft-ie die hele kast ondergepiest en gescheten en zitten wij met de gebakken peren. En als je hem niet doodmaakt zal je hem toch eten moeten geven. Bovendien zal Poetin op den duur gaan stinken als hij dat nu al niet doet. Weet je wat? Jij je zin. We maken hem niet dood. Maar ik richt op zolder een piepklein kamertje voor hem in met matras, toilet en een wastafeltje. En dan schuiven we af en toe wat eten voor hem onder de deur door’.
‘Ben je nou helemaal betoeterd’, zei mevrouw Pasgeld. ‘Weet je wel wat dat kost? Een matras, een toilet en een wastafel? Je gaat toch niet investeren in die idioot?’

‘Ik ben bang dat er niets anders op zit als je hem niet dood wil maken,’antwoordde ik. ‘Af en toe een schone pyjama. Dat zal ook wel moeten wil het hier beneden niet naar hem gaan ruiken. Maar bedenk wel, dat dat op de een of andere manier toch een goede investering is. Want zo kan hij geen duizenden Oekraïners per dag meer om zeep laten helpen. Dat mag wel een paar centen kosten, vind ik. En dan zijn we toch goed bezig geweest’.
Zo gezegd, zo gedaan. Het wachten was nu alleen nog maar op de bel.

En ja hoor, na twee dagen ging hij over.
Maar toen ik open deed was het de buurman.
‘Kom binnen, dan drinken we samen een borreltje’, zei ik.
Dat deed hij en na het eerste slokje begon hij al. ‘Weet je wat ik gedaan heb?’, vroeg hij. Ik heb op zolder een piepklein kamertje ingericht voor het geval Poetin aanbelt. Dan hoef ik hem niet direct te kelen maar kan ik hem zolang daar onderbrengen. Zodat hij niemand in de Oekraïne meer om zeep kan helpen’.
‘Dat lijkt me een uitstekend idee’, zei ik. ‘Als iedereen op de hele wereld dat ook zou doen kan hij nergens meer terecht. En dan zal het wel gauw afgelopen zijn met die oorlog’.
We hieven het glas en namen nog een slokje.

----------

Linda Hulshof bespiedde Poetin door het sleutelgat.
Meer informatie: lindahulshof71@gmail.com
© 2022 Julius Pasgeld
powered by CJ2