archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
Nummer 8 Jaargang 17 13 februari 2020 |
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Beschouwingen > In de polder | ||||
Een politiek pamflet, soort van | Juliette Santegoeds | |||
Hoe kan ik ... ? Regelmatig krijg ik de laatste tijd de vraag: is het lastig je politieke activiteiten te combineren met je werk? Mijn antwoord luidt in dat geval: ik heb zelf wel het gevoel dat ik het goed kan scheiden waar dat nodig is, maar ik heb het idee dat anderen dat niet altijd zien, of willen zien. Soms denk ik eerlijk gezegd dat ik me wel weer eens wat meer mag uitspreken. Hoe kan ik zwijgen als Baudet zijn kwaadaardige en racistische bagger over het volk uitstrooit? Mijn collega's en ik leiden jaar in jaar uit studenten van heel diverse achtergronden op tot verantwoordelijke, integere professionals. Vanuit een nest met hoger en lager opgeleide ouders, verschillende seksen en seksuele voorkeuren, van wit tot zwart en alle kleuren die daar tussen zitten en daaraan voorbij gaan, van streng tot minder streng gelovig, zij het gereformeerd of moslim tot hindoe, ietsisten en – al dan niet rabiate – atheïsten (hoewel die laatsten iets minder heb ik het idee) en van alle politieke gezindten. Hoe kan ik zwijgen als Baudet en Wilders het bestaansrecht in Nederland van studenten met een migratieachtergrond in twijfel trekken, als deze heren en hun lakeien vanwege politiek gewin alleen maar haat kunnen zaaien? Heeft u enig idee wat het doet met je als je keer op keer te horen krijgt dat jouw soort mensen alleen maar last veroorzaakt, als je te horen krijgt en je voelt dat je er eigenlijk niet mag zijn? Nee? Ik ook niet helemaal, maar met kijken en invoelen kom ik een eind. De pijn bij de ander (h)erkennen, het is een kunst op zich. Iets waar in alle jachtigheid en hang naar efficiënt werken als heilige graal nauwelijks tijd en aandacht voor is. Betekent dit dat studenten die aanhanger zijn van T.B en G.W geen recht van spreken hebben in mijn klassen? Dat ze niet de mening mogen hebben die ze hebben? Natuurlijk niet. Ik zal ze net als alle andere studenten vragen om met onderbouwing te komen. Ik wil ze het verschil tussen feiten en meningen leren en tussen vrijheid van meningsuiting – die altijd met een verantwoordelijkheid gepaard gaat – en vuil spuien en haat zaaien. Ik wil ze leren te zien hoe hun ervaringen hun wereldbeeld kleuren en hoe ze die ervaringen in een breder perspectief kunnen zien. Ook bij hen liggen er soms gevoelens onder van niet gezien en gehoord worden, het gevoel geminacht te worden door een elite die zich superieur voelt hen als achterlijk plebs zien. Met hen deel ik de afkeer van het dedain waarmee op zogenaamd gewone mensen wordt neergekeken. Totdat die gewone mens, het volk, gereduceerd wordt tot de witte Nederlander en alles en iedereen die daarbuiten valt verdacht wordt gemaakt. Ik zou geen knip voor mijn neus waard zijn als docent als ik dan mijn mond zou houden. En soms ben ik dus geen knip voor mijn neus waard. Omdat er geen tijd is, omdat ik perplex sta en alleen maar ongemakkelijk schaapachtig kan lachen en iets murmel. Eerlijk is eerlijk. Ik wil ze leren dat framen politiek gezien een heel nuttige functie kan hebben en dat je er ook in beleid nuttig gebruik van kunt maken, maar dat dit altijd ook risicovol is en dat je een verantwoordelijkheid draagt voor de gevolgen ervan. Dat een moreel kompas daarom essentieel is en het niet past bij een publieke professional om vanuit effectbejag en geldelijk gewin te handelen. Publiek belang, weet je wel? Dat ouderwetse woord dat nodig aan herwaardering toe is. Hoe kan ik zwijgen als de overheid immoreel handelt en mensen onrechtvaardig behandelt en zelfs tegen grondrechten ingaat? Denk aan de Belastingdienst. Maar denk ook aan mensen met een uitkering die bij de minste of geringste fout hard afgestraft worden. Denk aan de politie en andere overheidsdiensten die al dan niet verhuld etnisch en anderszins profileren? Lees de rapporten van de Ombudsman. Lees het werk van Tjeenk Willink. Ben ik politiek bezig als ik hier op wijs? Ik mag hopen van niet. Ik mag hopen dat behoorlijk bestuur een kernwaarde is, ongeacht politieke kleur van de bestuurder. Ik mag hopen dat de ambtenaar geen willoze uitvoerder is voor wie voldoen aan de prestatienormen en het geen fouten maken gaan boven doen wat de bedoeling is. Hoe kan ik zwijgen als ik mede verantwoordelijk ben voor het opleiden van de bestuurders en ambtenaren van morgen? ------ Het plaatje is van Henk Klaren |
||||
© 2020 Juliette Santegoeds | ||||
powered by CJ2 |