archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 9
Jaargang 2
3 maart 2005
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
De woestijn leeft! Jan Dekker

0209 De woestijn leeft!
In boeken en films over Noord Afrika tijdens WO II wordt hier en daar de Long Range Desert Unit genoemd. LRDU was een mobiele eenheid die met allerlei typen auto’s diep in de woestijn opereerden, achter de vijandelijke linies. Artemis Cooper beschrijft in Cairo(1989) in het kort het ontstaan van deze groep en de rol ervan tijdens de oorlog. De LRDU schijnt inderdaad een belangrijke rol te hebben gespeeld op een aantal kritieke momenten. Een van de hoofdpersonen uit de Levant Trilogy van Olivia Manning hoort bij deze eenheid en verdwijnt geregeld voor kortere en langere periodes met geheime opdrachten achter de vijandelijke linies. De Levant Trilogy is overigens een van de ondergewaardeerde meesterwerken over de tweede wereldoorlog. Wellicht miskend omdat de schrijfster, althans volgens haar biograaf, geen innemend persoon was en omdat in de wereld van de letteren public relations nu eenmaal een belangrijke rol spelen.

In films komen deze woestijnavonturiers soms ook voorbij zoals in The Key to Rebecca en onlangs in The English Patient, die larmoyante film waar de held zijn gewonde geliefde moet achterlaten in een grot in de Libische woestijn. Na drie dagen lopen slaagt hij er in een Britse legerpost te bereiken maar wordt gearresteerd om zijn Duits klinkende naam in plaats van hulp te krijgen om haar te redden. Hij ontsnapt en loopt over naar de Duitsers die hem wel helpen en hij overhandigt hen de kaarten gemaakt tijdens de tochten met zijn Engelse vrienden. Na geruime tijd slaagt hij er eindelijk in om de grot te bereiken waar zijn lief al lang overleden is maar desalniettemin nog in ongeschonden staat rust. De hoofdfiguur van de film is gebaseerd op een Hongaarse avonturier, Graaf Ladislaus Almasy, die jaren in Egypte had doorgebracht. Maar het werkelijke verhaal is totaal anders.

Saul Kelly heeft ontrafeld wat er werkelijk is gebeurd en vertelt dit in The Hunt for Zerzura (John Murray, 2002, tot voor kort in de ramsj). In de twintiger en dertiger jaren was een groep Britse enthousiastelingen vanuit Cairo ijverig op zoek naar een verloren oase genaamd Zerzura. Zerzura zou liggen in het grensgebied van Egypte, Sudan en Libië en werd reeds in de middeleeuwen door Arabische schrijvers genoemd, soms als een verlaten oase, soms als bewoond door ‘zwarten’. Tot de komst van automobiel en vliegtuig was dit gebied vrijwel onbereikbaar en nu was de tijd gekomen dat het wel kon. Gemotoriseerde expedities werden georganiseerd vanuit Egypte en vanuit Libië en er werden inderdaad rotstekeningen gevonden diep in de woestijn alhoewel de exacte locatie van Zerzura nooit met zekerheid is vastgesteld.

De drijvende kracht achter deze expedities was Ralph Bagnold, een Britse legerofficier in Cairo. Overigens hadden de chauffeurs nog veel te leren over het rijden in de woestijn en werd een groot deel van de tijd besteed aan auto’s uitgraven. Wat hielp was dat Bagnold een wetenschappelijke interesse had in zandformaties en later een wereldautoriteit werd op dit gebied. Voorwaar een zeldzaam geval van veldonderzoek dat direct toepasbare kennis oplevert. De autotechniek stond nog in de kinderschoenen, daardoor was er veel averij en moest altijd met meer dan één wagen worden gereden. Libyan Sands (1935) is Bagnolds verslag van deze expedities en het boek moet in die tijd populair zijn geweest getuige het feit dat het verschillende malen herdrukt is. De echte Graaf Almasy was lid van deze club en hij ontdekte de meest waarschijnlijke locatie van Zerzura in het Gilf Kebir gebergte.

In de dertiger jaren hoorde Libië bij Italië, en Egypte bij Engeland. Omdat de Engelsen zoveel interesse in het grensgebied toonden vonden de Italianen dat ze ook iets moesten doen. De relaties tussen de verschillende groepen ontdekkers waren aimabel zoals wel vaker tussen concurrenten die onder moeilijke condities moeten werken. Toen WO II uitbrak was het gedaan met de camaraderie en vonden betrokkenen zich aan verschillende kanten. De Noord-Afrikaanse campagne begon met een snelle opmars van de Engelsen naar Benghazi en geringe weerstand van de Italianen, totdat de Duitsers te hulp schoten en de Britten net zo snel werden teruggedreven, zelfs tot over de grens van Egypte. De evacuatieplannen voor Cairo werden al klaar gelegd, maar de Duitse opmars werd gestuit bij El Alamein in 1942 en daarna begon de opmars van de geallieerden opnieuw.

Aan de Engelse kant werd het militaire belang van de vaardigheden van de woestijnonderzoekers beter onderkend dan aan de Duitse kant. De auto’s en leden van de Zerzura expedities werden getransformeerd tot de LRDU die zich nuttig maakte met tochten door de Sahara achter de Duitse linies om informatie in te winnen en sabotage te plegen. Tijdens een van die tochten reed de groep zelfs naar het Noorden van Chad voor een ontmoeting met de Free French om gezamenlijke operaties te bespreken. Almasy was reserveofficier in het Hongaarse leger en belandde aan de Duitse kant. Hij was vervolgens betrokken bij spionageactiviteiten en infiltraties in Egypte op basis van zijn kennis van de woestijn. Hij werd later overgeplaatst naar Europa. Het lot van Bagnold en zijn mannen was niet zo verschillend want na aanvankelijke successen werden ze minder en minder bij het spel betrokken.

In 1950 werd Almasy benoemd tot directeur van het Egyptian Desert Institute maar hij stierf het jaar daarop. Bagnold bleef op zijn manier geïnteresseerd in de woestijn. Hij schreef een standaard werk, Physics of Blown Sand, werd een wereldberoemd geleerde en overleed in 1990.


© 2005 Jan Dekker meer Jan Dekker - meer "De wereldliteratuur roept"
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
De woestijn leeft! Jan Dekker
0209 De woestijn leeft!
In boeken en films over Noord Afrika tijdens WO II wordt hier en daar de Long Range Desert Unit genoemd. LRDU was een mobiele eenheid die met allerlei typen auto’s diep in de woestijn opereerden, achter de vijandelijke linies. Artemis Cooper beschrijft in Cairo(1989) in het kort het ontstaan van deze groep en de rol ervan tijdens de oorlog. De LRDU schijnt inderdaad een belangrijke rol te hebben gespeeld op een aantal kritieke momenten. Een van de hoofdpersonen uit de Levant Trilogy van Olivia Manning hoort bij deze eenheid en verdwijnt geregeld voor kortere en langere periodes met geheime opdrachten achter de vijandelijke linies. De Levant Trilogy is overigens een van de ondergewaardeerde meesterwerken over de tweede wereldoorlog. Wellicht miskend omdat de schrijfster, althans volgens haar biograaf, geen innemend persoon was en omdat in de wereld van de letteren public relations nu eenmaal een belangrijke rol spelen.

In films komen deze woestijnavonturiers soms ook voorbij zoals in The Key to Rebecca en onlangs in The English Patient, die larmoyante film waar de held zijn gewonde geliefde moet achterlaten in een grot in de Libische woestijn. Na drie dagen lopen slaagt hij er in een Britse legerpost te bereiken maar wordt gearresteerd om zijn Duits klinkende naam in plaats van hulp te krijgen om haar te redden. Hij ontsnapt en loopt over naar de Duitsers die hem wel helpen en hij overhandigt hen de kaarten gemaakt tijdens de tochten met zijn Engelse vrienden. Na geruime tijd slaagt hij er eindelijk in om de grot te bereiken waar zijn lief al lang overleden is maar desalniettemin nog in ongeschonden staat rust. De hoofdfiguur van de film is gebaseerd op een Hongaarse avonturier, Graaf Ladislaus Almasy, die jaren in Egypte had doorgebracht. Maar het werkelijke verhaal is totaal anders.

Saul Kelly heeft ontrafeld wat er werkelijk is gebeurd en vertelt dit in The Hunt for Zerzura (John Murray, 2002, tot voor kort in de ramsj). In de twintiger en dertiger jaren was een groep Britse enthousiastelingen vanuit Cairo ijverig op zoek naar een verloren oase genaamd Zerzura. Zerzura zou liggen in het grensgebied van Egypte, Sudan en Libië en werd reeds in de middeleeuwen door Arabische schrijvers genoemd, soms als een verlaten oase, soms als bewoond door ‘zwarten’. Tot de komst van automobiel en vliegtuig was dit gebied vrijwel onbereikbaar en nu was de tijd gekomen dat het wel kon. Gemotoriseerde expedities werden georganiseerd vanuit Egypte en vanuit Libië en er werden inderdaad rotstekeningen gevonden diep in de woestijn alhoewel de exacte locatie van Zerzura nooit met zekerheid is vastgesteld.

De drijvende kracht achter deze expedities was Ralph Bagnold, een Britse legerofficier in Cairo. Overigens hadden de chauffeurs nog veel te leren over het rijden in de woestijn en werd een groot deel van de tijd besteed aan auto’s uitgraven. Wat hielp was dat Bagnold een wetenschappelijke interesse had in zandformaties en later een wereldautoriteit werd op dit gebied. Voorwaar een zeldzaam geval van veldonderzoek dat direct toepasbare kennis oplevert. De autotechniek stond nog in de kinderschoenen, daardoor was er veel averij en moest altijd met meer dan één wagen worden gereden. Libyan Sands (1935) is Bagnolds verslag van deze expedities en het boek moet in die tijd populair zijn geweest getuige het feit dat het verschillende malen herdrukt is. De echte Graaf Almasy was lid van deze club en hij ontdekte de meest waarschijnlijke locatie van Zerzura in het Gilf Kebir gebergte.

In de dertiger jaren hoorde Libië bij Italië, en Egypte bij Engeland. Omdat de Engelsen zoveel interesse in het grensgebied toonden vonden de Italianen dat ze ook iets moesten doen. De relaties tussen de verschillende groepen ontdekkers waren aimabel zoals wel vaker tussen concurrenten die onder moeilijke condities moeten werken. Toen WO II uitbrak was het gedaan met de camaraderie en vonden betrokkenen zich aan verschillende kanten. De Noord-Afrikaanse campagne begon met een snelle opmars van de Engelsen naar Benghazi en geringe weerstand van de Italianen, totdat de Duitsers te hulp schoten en de Britten net zo snel werden teruggedreven, zelfs tot over de grens van Egypte. De evacuatieplannen voor Cairo werden al klaar gelegd, maar de Duitse opmars werd gestuit bij El Alamein in 1942 en daarna begon de opmars van de geallieerden opnieuw.

Aan de Engelse kant werd het militaire belang van de vaardigheden van de woestijnonderzoekers beter onderkend dan aan de Duitse kant. De auto’s en leden van de Zerzura expedities werden getransformeerd tot de LRDU die zich nuttig maakte met tochten door de Sahara achter de Duitse linies om informatie in te winnen en sabotage te plegen. Tijdens een van die tochten reed de groep zelfs naar het Noorden van Chad voor een ontmoeting met de Free French om gezamenlijke operaties te bespreken. Almasy was reserveofficier in het Hongaarse leger en belandde aan de Duitse kant. Hij was vervolgens betrokken bij spionageactiviteiten en infiltraties in Egypte op basis van zijn kennis van de woestijn. Hij werd later overgeplaatst naar Europa. Het lot van Bagnold en zijn mannen was niet zo verschillend want na aanvankelijke successen werden ze minder en minder bij het spel betrokken.

In 1950 werd Almasy benoemd tot directeur van het Egyptian Desert Institute maar hij stierf het jaar daarop. Bagnold bleef op zijn manier geïnteresseerd in de woestijn. Hij schreef een standaard werk, Physics of Blown Sand, werd een wereldberoemd geleerde en overleed in 1990.
© 2005 Jan Dekker
powered by CJ2