archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
Nummer 14 Jaargang 15 17 mei 2018 |
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Een omweg waard | ||||
Zijn het weilanden ... ? | Dik Kruithof | |||
Al enkele jaren geleden kondigde het Fries Museum een tentoonstelling aan over de in Leeuwarden geboren Maurits C. Escher. Het zou de laatste worden in een drieluik om de opening van het nieuwe museum glans te geven: Alma Tadema, Mata Hari en Escher. Dat Leeuwarden ook Culturele Hoofdstad van Europa 2018 werd was mooi meegenomen en het succes van Alma Tadema en Mata Hari (bezoekersrecords en prijzen) zal ook hebben bijgedragen aan de grootse manier waarop Escher wordt aangekondigd. Na enkele dagen moest al overgeschakeld worden op het systeem van internetboeking en ‘tijdslots’ om het bezoek in goede banen te leiden. ‘Zijn het weilanden, zijn het vogels. Zijn het lichte vogels boven donker land of zijn het donkere vogels boven licht land.’ Met deze regels wordt de tentoonstelling aangekondigd bij het recent verworven Dag en Nacht. En de tentoonstelling is prachtig, informatief en volledig. Denk niet dat er iets ontbreekt omdat het Escher op reis heet. Op reis betekent hier dat je de hele ontwikkeling van zijn kunst meemaakt. Er wordt namelijk ook veel aandacht besteed aan wat hij maakte voor hij gegrepen werd door het zoeken naar kunst die de eindigheid van het platte vlak zou overwinnen. Een ervaring vond ik het om al in de eerste zaal voor een foto te staan van het trappenhuis van de RHBS die Escher bezocht in Arnhem. Die trap lijkt zo uit het latere werk gehaald. Voor mij was dat nieuw, maar uit zoeken op Google blijkt dat het een Rijksmonument is dat ook wel de Escher HBS wordt genoemd en in 2014 al aanleiding is geweest voor een kleine tentoonstelling in het Escher Huis in Den Haag. Er zijn meer verrassingen in de zalen met jeugdwerk. Zo is het heel vaak realistisch maar er vielen mij twee gravures op die zo abstract zijn dat ze aan De Stijl doen denken. Zijn witte poes heeft veel gemeen met de zwarte van Bart van der Leck. De tentoonstelling volgt heel direct het reizende leven van Escher: na zijn scholing in Nederland wordt hij gegrepen door het landschap in Italië; daar ontmoet hij zijn Zwitserse vrouw Jetta. Ze wonen in Rome en hij heeft succes met houtsneden van Italiaanse landschappen die soms wondermooi zijn. Zelf was ik erg onder de indruk van San Gimignano uit 1923, een jaar voor zijn huwelijk. Het is een stadje in Toscane waar ik lang geleden geweest ben op een rondreis vanuit Florence en de manier waarop de typerende slanke wachttorens zijn weergegeven is indrukwekkend. Er is veel moois waarin je de bouwstenen voor zijn latere werk al kunt herkennen. Mooi intermezzo in de tentoonstelling is ‘de werkkamer van Escher’, met bureau en werktafel met graveermateriaal, maar ook met een klein schaakbord en stukken. Hoewel er niet gefotografeerd mocht worden kon ik het toch hier niet laten om het spel van de meester vast te leggen. Overigens wordt het fotoverbod mooi gecompenseerd door een uitgebreid bijschriftenboekje, met een duidelijk verhaal over zijn leven en een toelichting bij 78 werken. En die werken waren weer makkelijk terug te vinden in 'De werelden van M.C. Escher', Het Boek van de Maand uit december 1971. In Rome wordt hij vooral gegrepen door Rome bij Nacht: hij maakt een serie houtsneden waarin de lege stad vol halfverlichte doorkijkjes en contrasten wordt vastgelegd. Daarmee wordt het hoofdstuk Italië afgesloten. Want het fascisme komt te dichtbij en het gezin verhuist naar Zwitserland, waar Escher zich overigens niet thuis voelt. Hij reist met een vrachtschip van Italië naar Spanje en bezoekt het Alhambra in Granada, waar hij getroffen wordt door de Arabische motieven in de tegelversieringen. De geometrische patronen en eindeloze herhalingen maken indruk. Zijn werk verschuift van landschappen naar, zoals het tentoonstellingsboekje het noemt: 'beeldgedachten'. De laatste – grote – zaal van de tentoonstelling is het feest van de fantasie. Van de regelmatige vlakvullingen, soms in kleur, tot de ingewikkelde wiskundige beelden van omhoog stromend water, eindeloos doorlopende trappen en onmogelijke gebouwen. Het is het bekendste werk, dat hem ook wereldberoemd heeft gemaakt. Opmerkelijk zijn de gegevens over zijn laatste jaren: hij maakte toen bijna geen nieuw werk meer, maar was veel bezig met lezingen en het uitleggen van zijn werk. Hij deed dat met zoveel kennis en overtuiging dat hij ook als een belangrijk wiskundige wordt gezien. Lees het verhaal over hem op de Engelse wikipedia! Het laatste stuk op de tentoonstelling is zijn rouwkaart. Geen enkele vermelding van zijn werk. De begrafenis had in stilte plaatsgehad. Ondertekend door zijn vrouw, die in Zwitserland woonde, en drie zonen in Canada en Denemarken. Van het graf in Baarn kreeg ik een foto. De tentoonstelling loopt tot 28 oktober. ----- De plaatjes zijn van de schrijver |
||||
© 2018 Dik Kruithof | ||||
powered by CJ2 |