archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
Nummer 11 Jaargang 14 30 maart 2017 |
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Een omweg waard | ||||
Bezield landschap in Kleef | Dik Kruithof | |||
In het Duitse Kleve, dat bijna volledig tweetalig is en dat ik in het vervolg daarom maar Kleef noem, kwam ik de tentoonstelling ‘Bezield Landschap’ tegen. Dat leek mij vlak na een bezoek aan het Beladen Landschap een te toevallige samenloop om er niet te gaan kijken. Kleef was de woonplaats van de bekendste telg uit de Zeeuwse schildersfamilie Koekkoek. Barend Cornelis woonde in een herenhuis, met een grote tuin en een ateliertoren (Belvedère) aan de rand van de binnenstad. Nu wordt het BC Koekkoek Huis genoemd. Koekkoek, die leefde van 1803 tot 1862, was internationaal bekend als romantisch landschapsschilder. Hij hield erg van heuvels en dalen, bossen en weiden en het afwisselende landschap rond Kleef was voor hem de aanleiding om daar te gaan wonen. Vanuit Kleef stuurde hij zijn schilderijen naar de salons in Amsterdam, Brussel en Parijs. Hij werkte voor het Pruisische en het Nederlandse Koningshuis en ook voor de Tsarenfamilie. Daarnaast stichtte hij een school die de Kleefse Romantiek genoemd wordt. Het museum heeft naast de speciale tentoonstelling nog veel meer werk van Koekkoek hangen, wat het mogelijk maakt een afgewogen oordeel over zijn werk te vellen. Hij hield duidelijk van koeien in een boomrijke omgeving en zowel de dieren als de bomen zijn met uiterste precisie op het doek gezet. Het ruige vel van de runderen is te zien, boomblaadjes waaien in de wind en de mensen, vaak maar enkele centimeters groot en wegvallend in het natuurschoon, hebben echte gezichtjes. Het zonlicht valt door gaten in het gebladerte en zorgt voor betoverende lichteffecten. Overigens, Koekkoek kon meer dan alleen maar landschappen schilderen. Zijn ‘Portret van een jonge vrouw’ uit 1846 is adembenemend en wordt niet voor niets als voorkant van de museumfolder gebruikt. Helaas heeft hij maar weinig portretten gemaakt, althans te oordelen naar wat er nu in het museum hangt. De tentoonstelling laat ook werk zien van Johannes Warnardus Bilders, die leefde van 1911 tot 1890 en die te boek staat als een van de voorlopers van de Haagse School. Ook hij verliet het westen op zoek naar meer afwisseling in het landschap, maar hij kwam niet verder dan Oosterbeek. Hij wordt algemeen gezien als de Vader van de Oosterbeekse schildersgroep, waar voor het eerst, in navolging van het Franse Barbizon, in en naar de natuur geschilderd werd. Anton Mauve was een van de bekendste leden van die groep. Van Bilders is veel, mooi en groot werk te zien in Kleef, voor een groot deel afkomstig overigens uit Nederlandse musea, vooral Museum De Veluwezoom. Bilders ging een stap verder dan Koekkoek en werd een impressionist met minder precisie en meer gevoel. De twee mensen die bij de Heelsumse beek langslopen zijn schetsmatig aangegeven poppetjes. De landschappen zijn vaak ook grootser, met vreemde lichteffecten. Zijn latere werk krijgt mysterieuze trekjes, bij voorbeeld in de toegangspoorten tot het Huis Vorden aan de Baakse Beek. Er zijn ook nog twee mooie schilderijen van zijn dochter en zijn jong overleden zoon te bewonderen. De laatste maakte indruk op me met twee prachtige kalveren in de uiterwaarden bij Doornwerth. Het landschap krijgt op het ogenblik trouwens toch veel aandacht. Vanavond zag ik op TV de eerste aflevering van PanoramaPijbes over het Nederlandse landschapsschilderen. Deze aflevering ging vooral over de kust en de overgang van Mondriaan van zeeschilder tot abstract. Dat zag er overigens wel heel anders uit dan die landschappen in Kleef. -------- De foto's zijn van de schrijver |
||||
© 2017 Dik Kruithof | ||||
powered by CJ2 |