archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
Nummer 16 Jaargang 12 25 juni 2015 |
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Luister! | ||||
Zo licht als een veertje * | Henk Klaren | |||
Je hebt van die verhalen die over vergetelheid gaan. Tegenwoordig weten oudere mensen nog wel wie The Beach Boys waren, of misschien zelfs zijn. Ik weet wel zeker dat dat in veel mindere mate geldt voor Country Joe McDonald, om maar helemaal niet te spreken over Thomas Rapp. Toch hebben die bij tijd en wijlen muziek gemaakt die mij is bijgebleven. De Beach Boys bestonden oorspronkelijk uit drie broers Wilson, een neef en een buurjongen. Twee van die broers zijn nu dood en de enige die nog leeft, Brian, heeft ze door veelvuldig gebruik van genotmiddelen niet allemaal meer op een rijtje. In stukjes over Brian Wilson staat voor zijn naam bijna altijd: ‘de geniale’. Toch zijn ze nu weer met zijn vijven. Er is nóg een buurjongen bijgekomen (David Marks) plús ene Bruce Johnston, die ooit nog een duo heeft gevormd met Terry Melcher, die – geloof het of niet – de enige zoon van Doris Day is. Marks en Johnston doen af en aan al lang met de Beach Boys mee. De heren maakten aanvankelijk van die wezenloze surfmuziek. Ach, tegenwoordig vinden sommige muziekschrijvers dat dan wel weer mooi. Werd het volgens hen altijd onderschat of zoiets, maar om Jan & Dean nu met terugwerkende kracht te gaan waarderen gaat wat ver. Niettemin heb ik die Beach Boy surfmuziek nu opstaan en, nou, vooruit maar. Later werden de Boys onder leiding van de geniale Brian veel experimenteler en maakten terecht gewaardeerde werkstukken als Pet Sounds en Smile. Het mooiste nummer dat ze ooit gemaakt hebben is Kokomo. Vakantiemuziek, zo licht als een veertje. Country Joe McDonald heb ik begin jaren zestig live gezien met Country Joe and the Fish in het Concertgebouw. Schitterend: activistische psychedelica met als kers op de taart het roemruchte anti-Vietnamlied: The-I-Feel-Like-I’m Fixin’- To-Die-Rag. Joe en de Fish waren zowel op het Monterey popfestival als op Woodstock. Dat activistische van Joe kwam niet van vreemden. Zijn Schotse (de naam zegt het al) vader en Russische moeder waren allebei communist en Joe heet voluit Joseph (Allen) naar wijlen de heer Stalin. Vanaf 1970 ging Country Joe solo, al kwam er zo nu en dan nog wat Fish-materiaal uit en waren er wat reünies. Ergens in 1970 trad hij solo op in Amsterdam. Een of andere criticus vond dat hij er uitzag als een Westfriese rijwielhersteller. Nou weet ik niet hoe die er destijds uitzagen, maar relevant voor zijn muziek leek me dat niet echt. Het eerste soloalbum heb ik destijds aangeschaft: Thinking of Woody Guthrie, met liedjes van díe man, een goede plaat. Daarna heb ik hem geheel uit het oog en oor verloren. Hij heeft nog meer dan 30 albums uitgebracht. Ik weet niet of ik nog tijd van leven heb om mij daarin te verdiepen. Maar hij heeft bijna een halve eeuw geleden één van de mooiste liefdesliedjes gemaakt die ik ken. Janis, voor Janis Joplin, zo licht als een veertje. Thomas Rapp was de frontman van Pearls before Swine. Als ik die bandnaam in de mond neem kijken mensen mij meestal glazig aan. Pearls before Swine was een echte sixties-band. Het hoogtepunt lag in de periode 1965 tot medio jaren zeventig. De eerste twee albums verschenen op het ESP label. Volgens Rapp hebben ze daar geen cent aan overgehouden. Dat zijn wel de twee platen die ik heb. De rest – een stuk of vijf, deels van de band, deels van Rapp met of zonder band – heeft nooit mijn aandacht getrokken. Na de jaren zeventig is Tom Rapp burgerrechtenadvocaat geworden. Met name in de jaren negentig trad hij ook nog wel op, ondermeer met zijn zoon, en maakte hij ook nog een album. Een opvallende parallel met Barry Melton, mede oprichter van Country Joe and the Fish, ook advocaat en ook nog regelmatig on the road. Voor mij is Thomas Rapp nog steeds de man van 1965, het album One Nation Underground, het nummer Drop out with me. Zo licht als een veertje. The Beach Boys - Kokomo |
||||
© 2015 Henk Klaren | ||||
powered by CJ2 |