archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
Nummer 3 Jaargang 12 13 november 2014 |
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Bezigheden > Op de camping | ||||
Terreinbewaker bij de voetbalclub | Joop Quint | |||
Den Hoorn is een dorp met ca. 800 inwoners en een prachtig wit kerkje, in de Zuidwest hoek van Texel. Het heeft ook een voetbalclub met één veld: Zwaluwen Den Hoorn. Van dat veld waren Bernadette en ik bijna de bewakers. We hadden met onze stacaravan jarenlang gestaan op de camping ‘Loodsmansduin’, dicht bij ZDH. Ik had en heb een vaste column in het clubblad, tevens en vooral, maandblad van het dorp: De Hoornder. Mijn stukjes over de camping en nog een paar andere meningsverschillen waren aanleiding voor de directeur om ons weg te sturen. (Dat is natuurlijk een heel verhaal. Vrijheid van meningsuiting en dat soort zaken. De deal bij de rechter was echter dat wij twee jaar voor niets mochten staan, maar dat we daarna weg moesten. Mijn stukjes bleef ik natuurlijk gewoon schrijven.) Het was dus algemeen bekend in het dorp dat wij van de camping af moesten. Na enige tijd werd ik gebeld door Jaap Lap, voorzitter van ZDH, schapenboer en onderburgemeester van Den Hoorn. Ik wist natuurlijk wie hij was, maar we hadden elkaar nooit gesproken. Hij had een fantastisch voorstel. Hij legde uit dat er bij hun voetbalveld een caravan stond. Die was van een man, de terreinbewaker. Die werd ouder en wilde er mee ophouden. De vraag was of wij daar met onze caravan wilden staan en het terrein wilden bewaken. We moesten uiteraard stageld voor de caravan betalen en dat zou dan naar de clubkas gaan. Bernadette en ik waren direct dol enthousiast. Het voetbalveld ligt prachtig aan de rand van de duinen en is mooi afgeschermd door boompjes. We wisten meteen waar we de caravan zouden zetten. Links, in de verste hoek, bij een cornervlag. Dat was niet ver van het clubhuis en de kleedkamers. Daar waren natuurlijk genoeg douches en wc’s voor ons. En dan hadden we dus eens in de veertien dagen een voetbalwedstrijd bij ons voor de deur. En in de zomer, dan waren we het meest bij de caravan en dan werd er niet gevoetbald, hadden we een prachtig groot terrein helemaal voor ons alleen en voor de kinderen en kleinkinderen. Die zouden het natuurlijk helemaal fantastisch vinden. Wie kan er nou gaan logeren bij een oma en opa op een voetbalveld? Ik zag wel een probleem. De caravan die nu op het veld stond was een toercaravan en wij hadden een stacaravan, daarvoor zijn andere regels. Dat wist ik. Maar daar moest toch een mouw aan te passen zijn? Jaap Lap stelde voor dat we de zaak zouden bespreken op het voetbalveld. Op een zondagmiddag, als ZDH thuis speelde. Bernadette bakte een cake. Dat zou vast helpen bij de onderhandelingen. En zo gingen wij dus met de cake naar het voetbalveld. Jaap was goed herkenbaar. Hij was tenslotte voorzitter. Hij was de enige langs de lijn met een stropdas. (Ik geloof dat dat ook de enige gelegenheid was waarbij hij een stropdas droeg). Hij begroette mij met de onvergetelijke woorden: ‘Je bent minder dik dan ik dacht en ook minder arrogant.’ Ik wist niet wat ik zeggen moest. Mensen in het dorp hadden mij kennelijk weinig flatteus omschreven als een niet zo groot, dik mannetje. En dat arrogant? Dat zou wel komen omdat ik een beetje nette man, met een beetje nette baan van de ’overkant’ (het vaste land) was. Jaap legde uit: ‘Jij hebt toch in het eerste van SV Texel gespeeld? Die hebben het altijd zo hoog in het hoofd.’ Het klopte. Als jongen heb ik een aantal jaren in Den Burg gewoond. Dat is de hoofdstad van Texel. En hun club, SV Texel, speelde minstens één afdeling hoger dan ZDH. En ik heb een jaar in het eerste gespeeld. Dat was meer dan 50 jaar geleden. Maar daaraan ontleen ik nog steeds een zekere status op het eiland. Het was overigens maar één jaar, omdat mijn ouders toen verhuisden. Zelf zeg ik liever dat ik aan AZ ben verkocht. We werden het gauw eens. Jaap zag geen probleem in het feit dat ZDH toestemming had voor een toercaravan en dat wij een stacaravan hadden. Dat zou hij wel met Joke (de burgemeester) bespreken. Ik merkte trouwens dat je je gemakkelijk kunt vergissen in Jaap. Hij praat plat Texels, hij is schapenboer, maar hij is heel slim. Ik denk dat hij zonder problemen leiding zou kunnen geven aan een behoorlijk bedrijf. Wij zouden dus met onze caravan de bewakers van het terrein worden. Dat kwam ook doordat Bernadette vertelde dat ze bij de brandweer werkte. Jaap schreef in ‘De Hoornder’ dat de familie Quint nu voor het veld ging zorgen en dat het met de veiligheid op en om het veld, door de brandweerervaring van Bernadette, nu helemaal goed zou komen. Het sprookje is niet door gegaan. Op de ochtend dat wij helemaal klaar stonden om te verhuizen kwam Jaap bij ons om te vertellen dat hij geen expliciete toestemming van Joke had gekregen en dat hij daarom was teruggefloten door zijn bestuur. Wij konden geen andere plek vinden voor onze stacaravan. Hij staat nu naast de schuur van Jaap. Hij houdt er kippen in. Wij hebben na een tijdje een prachtige tweedehands toercaravan gevonden op een mooie plek bij een appelboomgaardje. En dat ene ZDH-veld, ons veld, is nog aantrekkelijker geworden. Jaap is, na 19 jaar, teruggetreden als voorzitter. Boven de ingang van het veld is nu een mooie boog met de tekst ‘Sportpark Jaap Lap Mzn’. Overigens heeft Jaap nog steeds goede teksten. Laatst sprak ik hem bij zijn schapenboet, die na veel gedoe, verbouwd mag worden tot woonhuis. In de boet is een cementen vloer. Maar die is volgens de regels niet dik genoeg. Hij moet opgehoogd worden. ‘Onzin. Als Anja met een vorkheftruck de boerenkool op tafel zet gebeurt er nog niets.’ ---------------------------------------------------- De tekening is van Renée van den Kerkhof Illustratrice in opleiding: http://www.neetje.nl ------------------------------------------------------------- Bestel uw boeken bij bolcom, via de banner rechts. Dan steunt u De Leunstoel! |
||||
© 2014 Joop Quint | ||||
powered by CJ2 |