archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 2
Jaargang 2
28 oktober 2004
Bezigheden > Lopen delen printen terug
Zeuren achteraf mag Frits Hoorweg

 
Met mijn wandelvrienden was ik deze keer neergestreken in een huisje te Boyl (spreek uit: Beul) in het zuidwesten van Friesland. Vroeger trokken we met volle bepakking van hotel naar hotel, onderweg zoveel mogelijk kilometers makend, maar dat lukt niet meer. We beperken ons nu tot dagwandelingen van 10 tot 15 kilometer en besteden de tijd die overblijft aan eten koken en naar binnen werken.
 
Hoe maak je met z’n zessen eten? Dat valt inderdaad niet mee, maar wij zijn een interessante werkwijze aan het ontwikkelen. Er komen af en toe nog wat kinderziekten aan het licht, maar hij ziet er veelbelovend uit. Men kiest om te beginnen voor een diner met veel kleine gerechten en verdeelt de werkzaamheden in zes ongeveer gelijke taken. De een gaat bijvoorbeeld uiensaus maken, een ander salade en een derde bakt broodsnippers met knoflook. Als je aan de slag gaat ontstaat er een hevige strijd om de productiemiddelen. Zo blijkt iedereen ongeveer tegelijkertijd een klein scherp mesje nodig te hebben en daar is er maar een van. Maar met enige extra inspanning en creativiteit (en goedmoedig gemopper) lukt het iedereen toch zijn bijdrage te leveren. Onze ervaring is wel dat het aanbeveling verdient één hoofdkok aan te wijzen die het recht heeft orders uit te vaardigen die niet weersproken mogen worden. Althans niet bij de voorbereiding zelf, zeuren achteraf is toegestaan en resulteert, is onze ervaring, op miraculeuze wijze in een nauwer aanhalen van de vriendschapsbanden.
 
Maar er moest natuurlijk ook gewandeld worden. Een gemeenschappelijke vriendin had ons nieuwsgierig gemaakt naar het nabijgelegen dorpje Zorgvlied. Haar ouders hadden er drie jaar gewoond in een huisje naast de kerk. “Mijn moeder heeft daarna geweigerd het dorp nog ooit bij naam te noemen. Ze had het alleen nog over dat dorp.” Meteen doemen er beelden op van gure winters in vervlogen tijden. Een vrouw zit zwijgend naast de kachel te breien. Haar man wrijft de handen alsof hij wil zeggen: ‘het is wel koud, maar toch knus’. Hij vraagt of hij er nog wat kolen op moet gooien. Ze gromt iets dat het midden houdt tussen ja en neen. Als hij de kolen er toch maar op heeft gegooid zegt hij: “Ik hoorde dat je woorden had met de buurvrouw.” Waarop zij zegt: “Het heeft geen zin daarover te praten,” en dan gaat ze zonder hem te groeten naar bed; de goeie ouwe tijd.
 
We besloten ons persoonlijk van de toestand aldaar op de hoogte te stellen. Met behulp van vier aan elkaar geplakte stafkaarten0202Zeuren achteraf mag lukte het om een op papier acceptabele route uit te stippelen. Plakwerk was nodig omdat Boyl in de rechter beneden hoek van een kaart ligt en het ten oosten gelegen Zorgvlied in de linkerbenedenhoek van een andere kaart. Het bos van Boschoord en de heide van het Doldersumse Veld liggen net weer op de twee kaarten die er cartografisch onder horen te liggen. We liepen door het poldergebied waar we vanuit ons huisje op uitkeken naar het bos en vervolgens langs de rand ervan naar Zorgvlied. Daar troffen we een vriendelijk ogend plaatsje aan, vooral de woningen naast de kerk zagen er zeer smakelijk uit. Misschien is dat vroeger anders geweest en je weet natuurlijk ook niet wat zich achter de voordeuren afspeelt, maar op het eerste gezicht is er geen goede reden Zorgvlied te mijden.
 
Bij een brandnieuw cafetaria, dat zich niet voor niets met de naam ‘Op de hoek’ heeft gesierd, deden we ons te goed aan pannenkoeken en andere lekkernijen, alsof we de avond daarvoor niet al genoeg naar binnen hadden gewerkt. Nou ja, als je lichamelijke arbeid verricht kan je wel wat hebben, nietwaar. Zo te zien had de beheerder niet te klagen over klandizie. Voor fietsclubs en motorrijders was het blijkbaar een geliefde pleisterplaats. Volgevreten aanvaardde we de terugweg, waarbij we een ommetje maakten over de hei. Bij de overgang van heide naar bos stond een uitkijktoren die we beklommen. Dat is te zeggen: één van ons deed dat niet, want hij heeft hoogtevrees. Hij ging beneden demonstatief, met armen en benen wijd uitgespreid in de hei liggen, alsof hij aanschouwelijk wilde maken waar hij bang voor is.
 
In het bos stonden opmerkelijk veel interessante paddestoelen, maar helaas hadden we geen echte kenner bij ons. Er zijn foto’s gemaakt en er is afgesproken dat we er een studie van gaan maken. Volgende keer wordt er niet alleen eten gemaakt, maar we zoeken ook zelf de ingrediënten bij elkaar. Met de pensioencrisis die ons allen boven het hoofd hangt is het trouwens toch wel interessant om daarin enige vaardigheid te verwerven. Hoe we dat met vlees gaan doen hebben we nog niet afgesproken. Vegetarisch eten scoort niet hoog in ons gezelschap. We zouden ook wat hengels mee kunnen nemen, maar eerlijk gezegd heb ik geen zin om alle dagen vis te eten, liever helemaal niet als het aan mij ligt. Misschien moeten we eens denken aan de mogelijkheid om hier of daar een beest uit een hok te halen of van een erf te plukken. Wat kan er misgaan? Als we onverhoopt tegen de lamp lopen is er misschien wel een plekje in de penitentiaire inrichting die middenin Boschoord ligt. Het leek mij daar wel uit te houden. Boer pas op je kippen.


© 2004 Frits Hoorweg meer Frits Hoorweg - meer "Lopen" -
Bezigheden > Lopen
Zeuren achteraf mag Frits Hoorweg
 
Met mijn wandelvrienden was ik deze keer neergestreken in een huisje te Boyl (spreek uit: Beul) in het zuidwesten van Friesland. Vroeger trokken we met volle bepakking van hotel naar hotel, onderweg zoveel mogelijk kilometers makend, maar dat lukt niet meer. We beperken ons nu tot dagwandelingen van 10 tot 15 kilometer en besteden de tijd die overblijft aan eten koken en naar binnen werken.
 
Hoe maak je met z’n zessen eten? Dat valt inderdaad niet mee, maar wij zijn een interessante werkwijze aan het ontwikkelen. Er komen af en toe nog wat kinderziekten aan het licht, maar hij ziet er veelbelovend uit. Men kiest om te beginnen voor een diner met veel kleine gerechten en verdeelt de werkzaamheden in zes ongeveer gelijke taken. De een gaat bijvoorbeeld uiensaus maken, een ander salade en een derde bakt broodsnippers met knoflook. Als je aan de slag gaat ontstaat er een hevige strijd om de productiemiddelen. Zo blijkt iedereen ongeveer tegelijkertijd een klein scherp mesje nodig te hebben en daar is er maar een van. Maar met enige extra inspanning en creativiteit (en goedmoedig gemopper) lukt het iedereen toch zijn bijdrage te leveren. Onze ervaring is wel dat het aanbeveling verdient één hoofdkok aan te wijzen die het recht heeft orders uit te vaardigen die niet weersproken mogen worden. Althans niet bij de voorbereiding zelf, zeuren achteraf is toegestaan en resulteert, is onze ervaring, op miraculeuze wijze in een nauwer aanhalen van de vriendschapsbanden.
 
Maar er moest natuurlijk ook gewandeld worden. Een gemeenschappelijke vriendin had ons nieuwsgierig gemaakt naar het nabijgelegen dorpje Zorgvlied. Haar ouders hadden er drie jaar gewoond in een huisje naast de kerk. “Mijn moeder heeft daarna geweigerd het dorp nog ooit bij naam te noemen. Ze had het alleen nog over dat dorp.” Meteen doemen er beelden op van gure winters in vervlogen tijden. Een vrouw zit zwijgend naast de kachel te breien. Haar man wrijft de handen alsof hij wil zeggen: ‘het is wel koud, maar toch knus’. Hij vraagt of hij er nog wat kolen op moet gooien. Ze gromt iets dat het midden houdt tussen ja en neen. Als hij de kolen er toch maar op heeft gegooid zegt hij: “Ik hoorde dat je woorden had met de buurvrouw.” Waarop zij zegt: “Het heeft geen zin daarover te praten,” en dan gaat ze zonder hem te groeten naar bed; de goeie ouwe tijd.
 
We besloten ons persoonlijk van de toestand aldaar op de hoogte te stellen. Met behulp van vier aan elkaar geplakte stafkaarten0202Zeuren achteraf mag lukte het om een op papier acceptabele route uit te stippelen. Plakwerk was nodig omdat Boyl in de rechter beneden hoek van een kaart ligt en het ten oosten gelegen Zorgvlied in de linkerbenedenhoek van een andere kaart. Het bos van Boschoord en de heide van het Doldersumse Veld liggen net weer op de twee kaarten die er cartografisch onder horen te liggen. We liepen door het poldergebied waar we vanuit ons huisje op uitkeken naar het bos en vervolgens langs de rand ervan naar Zorgvlied. Daar troffen we een vriendelijk ogend plaatsje aan, vooral de woningen naast de kerk zagen er zeer smakelijk uit. Misschien is dat vroeger anders geweest en je weet natuurlijk ook niet wat zich achter de voordeuren afspeelt, maar op het eerste gezicht is er geen goede reden Zorgvlied te mijden.
 
Bij een brandnieuw cafetaria, dat zich niet voor niets met de naam ‘Op de hoek’ heeft gesierd, deden we ons te goed aan pannenkoeken en andere lekkernijen, alsof we de avond daarvoor niet al genoeg naar binnen hadden gewerkt. Nou ja, als je lichamelijke arbeid verricht kan je wel wat hebben, nietwaar. Zo te zien had de beheerder niet te klagen over klandizie. Voor fietsclubs en motorrijders was het blijkbaar een geliefde pleisterplaats. Volgevreten aanvaardde we de terugweg, waarbij we een ommetje maakten over de hei. Bij de overgang van heide naar bos stond een uitkijktoren die we beklommen. Dat is te zeggen: één van ons deed dat niet, want hij heeft hoogtevrees. Hij ging beneden demonstatief, met armen en benen wijd uitgespreid in de hei liggen, alsof hij aanschouwelijk wilde maken waar hij bang voor is.
 
In het bos stonden opmerkelijk veel interessante paddestoelen, maar helaas hadden we geen echte kenner bij ons. Er zijn foto’s gemaakt en er is afgesproken dat we er een studie van gaan maken. Volgende keer wordt er niet alleen eten gemaakt, maar we zoeken ook zelf de ingrediënten bij elkaar. Met de pensioencrisis die ons allen boven het hoofd hangt is het trouwens toch wel interessant om daarin enige vaardigheid te verwerven. Hoe we dat met vlees gaan doen hebben we nog niet afgesproken. Vegetarisch eten scoort niet hoog in ons gezelschap. We zouden ook wat hengels mee kunnen nemen, maar eerlijk gezegd heb ik geen zin om alle dagen vis te eten, liever helemaal niet als het aan mij ligt. Misschien moeten we eens denken aan de mogelijkheid om hier of daar een beest uit een hok te halen of van een erf te plukken. Wat kan er misgaan? Als we onverhoopt tegen de lamp lopen is er misschien wel een plekje in de penitentiaire inrichting die middenin Boschoord ligt. Het leek mij daar wel uit te houden. Boer pas op je kippen.
© 2004 Frits Hoorweg
powered by CJ2