archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 13
Jaargang 10
25 april 2013
Bezigheden > Ontmoetingen delen printen terug
Smienten misschien? Katharina Kouwenhoven

1013BZ Smienten
Een vogelkenner ben ik niet, maar ik weet er net iets meer van dan iemand die helemaal niets van vogels weet. En als ik een vogel zie, waarvan ik denk: hé, jou ken ik niet, dan zoek ik hem op in een vogelboekje. Maar dat is geen sinecure.

In de ANWB Vogelgids van Europa bijvoorbeeld zijn de vogels gesorteerd op soort. Dat is niet zo'n rare indeling, zou je zeggen, ware het niet dat die verdeling in soorten vaak onbegrijpelijk is en je een bepaalde vogel nooit zou zoeken bij de soort waar hij bij hoort. Zo is een kraai, om maar iemand te noemen, een zangvogel. Roeken, raven en kauwen zijn kraaien en dat kan ik billijken. Dat eksters en gaaien kraaien zijn vind ik nou weer niet zo voor de hand liggen. Mussen zijn mussen, behalve de roodmussen, want dat zijn vinken, terwijl de sneeuwvink een mus is. Je hebt drie typen spreeuwen en slechts één type wielewaal, namelijk de wielewaal. Dat is dus helemaal geen soort.

Dat is allemaal heel verwarrend, maar daar kan de ANWB niets aan doen. Vervelender is het dat je van een vogel de naam moet kennen om hem in het boek te kunnen vinden. Dan kun je hem opzoeken achterin het register waar de pagina wordt vermeld waarop hij beschreven staat. En dat is nu net de crux: van een onbekende vogel weet je immers de naam niet. Soms heb je wel een idee tot welke soort hij behoort, een roofvogel of een zwaluw of een eend. Maar bij die kleine tjilpvogeltjes, die allemaal op elkaar lijken, heb ik meestal geen idee. Een mees of een vink en daar houdt het mee op. Dat betekent dat je het hele boek van 400 bladzijden door moet ploegen.
Voor hoe je planten moet determineren bestaan allerlei handige aanwijzingen (de kleur, hoeveel bloemblaadjes, vorm van de blaadjes aan de bloemstengel, samengesteld bloemig). Dat moet voor vogels toch ook kunnen. Misschien heb je wel vogelboeken die meer behulpzaam zijn en moet ik daar maar eens naar op zoek.

Ik zat met die vogelgids vanwege een determinatieprobleem. Vorig voorjaar had ik foto's gemaakt van een paar fors uitgevallen vogels, die op eenden leken, maar niet op onze veelvoorkomende tamme eenden. Ik had ze opgeslagen als 'smienten'. Ik had die foto's genomen, omdat er kuikentjes op stonden; die smienten hadden hier aan de Oosterringdijk hun nageslacht uitgebroed. En dat zette me aan het denken. Want smienten overwinteren hier en dat betekent dat ze elders broeden. Nu zijn er inmiddels veel vogels die zich niet meer aan de overzichtelijke regels van het heen en weer trekken houden (heb ik me laten vertellen) en dat schijnt te maken te hebben met de klimaatveranderingen. Dat laat zich denken. Of ik nu werkelijk foto's gemaakt had van smienten, dat moest ik maar eens opzoeken. In die ANWB vogelgids. Moeilijk was dat in dit geval niet. Ik kon gewoon zoeken bij 'smient'. Als dat een klein zwart vogeltje bleek te zijn, had ik mij vergist.

De smient is inderdaad een forse eend, met veel oranjebruin in het verenpak. Je kunt hem niet verwarren met de bergeend, want die is nog groter en heeft een knobbel op zijn snavel. De smient overwintert in Nederland aan kusten en grote binnenwateren. Over broeden kon ik niets vinden en al helemaal niets over de aanwezigheid van de smient in de grote stad. Helaas vond ik dat het plaatje in het boek eigenlijk nauwelijks leek op mijn foto's. Ik raadpleegde iemand die zonder moeite een smient kan herkennen als hij er een ziet en die aarzelde niet bij het zien van mijn foto's. Smienten, zonder enige twijfel. En dat plaatje in het boek dan? Ook een smient.

Bij zoveel zekerheid werd mijn verwarring alleen maar groter. Als smienten zoveel verscheidenheid aan de dag kunnen leggen, geldt dat voor andere vogels natuurlijk ook. Dat betekent dat je zo'n boek alleen kunt gebruiken als je al zeker weet met welke vogel je te maken hebt. En dan heb je zo'n boek helemaal niet nodig. Onbekende vogels determineren met behulp van een boek is onbegonnen werk. Je kunt je beter tot de vogelkenner wenden. Maar hoe word je in 's hemelsnaam een vogelkenner zonder vogelboek?
 
*********************************
Het plaatje is van Katharina Kouwenhoven


© 2013 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Ontmoetingen" -
Bezigheden > Ontmoetingen
Smienten misschien? Katharina Kouwenhoven
1013BZ Smienten
Een vogelkenner ben ik niet, maar ik weet er net iets meer van dan iemand die helemaal niets van vogels weet. En als ik een vogel zie, waarvan ik denk: hé, jou ken ik niet, dan zoek ik hem op in een vogelboekje. Maar dat is geen sinecure.

In de ANWB Vogelgids van Europa bijvoorbeeld zijn de vogels gesorteerd op soort. Dat is niet zo'n rare indeling, zou je zeggen, ware het niet dat die verdeling in soorten vaak onbegrijpelijk is en je een bepaalde vogel nooit zou zoeken bij de soort waar hij bij hoort. Zo is een kraai, om maar iemand te noemen, een zangvogel. Roeken, raven en kauwen zijn kraaien en dat kan ik billijken. Dat eksters en gaaien kraaien zijn vind ik nou weer niet zo voor de hand liggen. Mussen zijn mussen, behalve de roodmussen, want dat zijn vinken, terwijl de sneeuwvink een mus is. Je hebt drie typen spreeuwen en slechts één type wielewaal, namelijk de wielewaal. Dat is dus helemaal geen soort.

Dat is allemaal heel verwarrend, maar daar kan de ANWB niets aan doen. Vervelender is het dat je van een vogel de naam moet kennen om hem in het boek te kunnen vinden. Dan kun je hem opzoeken achterin het register waar de pagina wordt vermeld waarop hij beschreven staat. En dat is nu net de crux: van een onbekende vogel weet je immers de naam niet. Soms heb je wel een idee tot welke soort hij behoort, een roofvogel of een zwaluw of een eend. Maar bij die kleine tjilpvogeltjes, die allemaal op elkaar lijken, heb ik meestal geen idee. Een mees of een vink en daar houdt het mee op. Dat betekent dat je het hele boek van 400 bladzijden door moet ploegen.
Voor hoe je planten moet determineren bestaan allerlei handige aanwijzingen (de kleur, hoeveel bloemblaadjes, vorm van de blaadjes aan de bloemstengel, samengesteld bloemig). Dat moet voor vogels toch ook kunnen. Misschien heb je wel vogelboeken die meer behulpzaam zijn en moet ik daar maar eens naar op zoek.

Ik zat met die vogelgids vanwege een determinatieprobleem. Vorig voorjaar had ik foto's gemaakt van een paar fors uitgevallen vogels, die op eenden leken, maar niet op onze veelvoorkomende tamme eenden. Ik had ze opgeslagen als 'smienten'. Ik had die foto's genomen, omdat er kuikentjes op stonden; die smienten hadden hier aan de Oosterringdijk hun nageslacht uitgebroed. En dat zette me aan het denken. Want smienten overwinteren hier en dat betekent dat ze elders broeden. Nu zijn er inmiddels veel vogels die zich niet meer aan de overzichtelijke regels van het heen en weer trekken houden (heb ik me laten vertellen) en dat schijnt te maken te hebben met de klimaatveranderingen. Dat laat zich denken. Of ik nu werkelijk foto's gemaakt had van smienten, dat moest ik maar eens opzoeken. In die ANWB vogelgids. Moeilijk was dat in dit geval niet. Ik kon gewoon zoeken bij 'smient'. Als dat een klein zwart vogeltje bleek te zijn, had ik mij vergist.

De smient is inderdaad een forse eend, met veel oranjebruin in het verenpak. Je kunt hem niet verwarren met de bergeend, want die is nog groter en heeft een knobbel op zijn snavel. De smient overwintert in Nederland aan kusten en grote binnenwateren. Over broeden kon ik niets vinden en al helemaal niets over de aanwezigheid van de smient in de grote stad. Helaas vond ik dat het plaatje in het boek eigenlijk nauwelijks leek op mijn foto's. Ik raadpleegde iemand die zonder moeite een smient kan herkennen als hij er een ziet en die aarzelde niet bij het zien van mijn foto's. Smienten, zonder enige twijfel. En dat plaatje in het boek dan? Ook een smient.

Bij zoveel zekerheid werd mijn verwarring alleen maar groter. Als smienten zoveel verscheidenheid aan de dag kunnen leggen, geldt dat voor andere vogels natuurlijk ook. Dat betekent dat je zo'n boek alleen kunt gebruiken als je al zeker weet met welke vogel je te maken hebt. En dan heb je zo'n boek helemaal niet nodig. Onbekende vogels determineren met behulp van een boek is onbegonnen werk. Je kunt je beter tot de vogelkenner wenden. Maar hoe word je in 's hemelsnaam een vogelkenner zonder vogelboek?
 
*********************************
Het plaatje is van Katharina Kouwenhoven
© 2013 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2