archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 18
Jaargang 9
30 augustus 2012
Beschouwingen > Brief uit ... delen printen terug
Gelul over kutwijven Willem Minderhout

0918BS Vraagteken
Lieve Marcel,

Bedankt voor je zoals altijd leerzame brief. Ik had nog nooit gehoord van ‘community managers’, mensen die voor commerciële klanten de sociale media bijhouden. Zijn wij dat ook niet een beetje met al dat getwitter en gefacebook? Kleine digitale herdershondjes die hopen met hun geblaf de kudde een beetje de juiste richting op te sturen? Maar wij worden er niet voor betaald. Wij doen dat uit liefde voor de gemeenschap. Voor de kat z’n kut zogezegd. (Raar dat in deze zin altijd het mannelijk bezittelijk voornaamwoord wordt gebruikt.)

Enerzijds lijkt dat nobel, maar anderzijds heeft dat ook wel iets aanmatigends. Bij een commerciële community manager is alles helder. Zo iemand wil gewoon zijn target halen, of zoiets. Bij mij (bij ons?) ligt dat veel diffuser. Waarom doe ik dat eigenlijk? Net of ik weet wat de juiste richting is? Als er iemand goed is in het verdwalen in moerassen dan ben ik dat zelf wel. Daar zijn boeiende verhalen over te vertellen, maar het schijnt dat onze brieven ook door anderen gelezen worden. Ik praat je snel bij in de Jopenkerk.

Je hebt het weer over seks en de verleiding is groot om daar over door te gaan. Ik ben het niet eens met het door jou genoemde recept van Giphart: ‘één maal daags seks’. Ten eerste weet ik niet hoe je dat telt. Wanneer is iets seks? Wanneer is iets één keer seks? Een orgasme? Een tongzoen? Een dikke knuffel? Een aanraking? Een gedachte? Ik vind dat dat er allemaal bijhoort. Ten tweede vind ik dat je voor ‘het echte werk’ toch geruime tijd moet uittrekken. Dat lukt niet iedere avond, want er moet ook nog gewerkt worden en zo.

Wat het door jou nagestreefde ‘sociaaldemocratische genot’ is weet ik niet. Hoe kun je ‘sterker en socialer’ vrijen? Wat we misschien wel als zelfbenoemde ‘community managers’ kunnen doen is er een taal voor zien te vinden.

Sommige mensen zullen delen van onze correspondentie namelijk ‘smeerpijperij’ vinden. Ik ben er vast van overtuigd dat die mensen, nog veel meer dan wij, geobsedeerd zijn door seks. Ze zijn er alleen doodsbang voor. Sommigen denken zelfs dat God vanaf Zijn wolk toekijkt of ze het wel op de voorgeschreven wijze met de van Hogerhand goedgekeurde partner doen. Zelfs ‘zondige’ gedachten zijn verboden, want die ziet Hij ook! Wordt dan meer eens niet geobsedeerd! Niet spreken, niet fantaseren, alleen bidden dat het overgaat. Dan zoek je natuurlijk een uitlaatklep: een avondje schelden op internet, in rare kleren rondlopen, of een beetje stenigen, of zo.

Ook mensen die niet in een glurende God geloven hebben er echter last van. Het zit in onze taal ingebakken! Net als jij, vind ik het ‘nette’ woord vagina een vies woord. ‘Kut’ daarentegen vind ik heerlijk klinken en ook ‘lul’ heeft iets trots en onweerstaanbaars al gaat mijn voorkeur uit naar ‘piemel’. Maar hoe zit dat in het dagelijks taalgebruik? Als wij iets ‘kut’ vinden, is dat geen compliment. Een ‘kutwijf’, een ‘lul van een vent’ of een ‘echte klootzak’ zou een compliment moeten zijn, maar is dat niet. Misschien zit bij 'kutwijf' vooral dat 'wijf' in de weg. Maar als je het over een 'moordwijf' of een 'tof wijf' hebt is ook dat juist weer positief bedoeld. 

Tijdens het voorbereiden van deze brief zag ik een tweet van een mevrouw die er dezelfde gedachte op na houdt, dus het begint te leven. Ongelukkigerwijs heette die dame ‘Ketelaar’ wat aanleiding gaf tot vele, flauwe maar voor de hand liggende, woordspelingen. Er is dus nog een lange weg te gaan, maar er is hoop. We moeten als sociale community managers gewoon het goede voorbeeld geven.

Hoe doen we dat? Enige tijd geleden noemde een door ons beiden zeer beminde partijgenoot je op de twitters een ‘lul met vingers’. Mocht hij dat nog een keer doen, bedank hem dan voor het compliment!

Laten we er naar streven dat in de Dikke van Dale in 2020 de volgende omschrijvingen voorkomen:
 
'(Het is) kut': (Het is) mooi, plezierig, aantrekkelijk, opwindend. 
'Volkomen kut': perfect, uitermate bevredigend.
'Kutwijf': vrouw die lekker in haar vel zit.
'(Grote) Lul': (zeer) daadkrachtige man.  
'Klootzak', man met creatieve en vruchtbare ideeën.

In combinatie met het bijvoeglijk naamwoord 'vuil(e)' verkeren deze omschrijvingen uiteraard weer in het tegendeel. Aan mensen die niet schoon zijn op hun eigen heeft natuurlijk niemand niets.

Volgende keer wil ik het overigens graag over iets anders hebben dan seks of geloof. Er schiet mij echter niet zo snel een ander onderwerp te binnen. We zijn toch niet uitgescheven?

Ik hoop je snel weer te zien, enorme klootzak!

Willem
 
*************************
Abonneert u op de Nieuwsbrief.


© 2012 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "Brief uit ..." -
Beschouwingen > Brief uit ...
Gelul over kutwijven Willem Minderhout
0918BS Vraagteken
Lieve Marcel,

Bedankt voor je zoals altijd leerzame brief. Ik had nog nooit gehoord van ‘community managers’, mensen die voor commerciële klanten de sociale media bijhouden. Zijn wij dat ook niet een beetje met al dat getwitter en gefacebook? Kleine digitale herdershondjes die hopen met hun geblaf de kudde een beetje de juiste richting op te sturen? Maar wij worden er niet voor betaald. Wij doen dat uit liefde voor de gemeenschap. Voor de kat z’n kut zogezegd. (Raar dat in deze zin altijd het mannelijk bezittelijk voornaamwoord wordt gebruikt.)

Enerzijds lijkt dat nobel, maar anderzijds heeft dat ook wel iets aanmatigends. Bij een commerciële community manager is alles helder. Zo iemand wil gewoon zijn target halen, of zoiets. Bij mij (bij ons?) ligt dat veel diffuser. Waarom doe ik dat eigenlijk? Net of ik weet wat de juiste richting is? Als er iemand goed is in het verdwalen in moerassen dan ben ik dat zelf wel. Daar zijn boeiende verhalen over te vertellen, maar het schijnt dat onze brieven ook door anderen gelezen worden. Ik praat je snel bij in de Jopenkerk.

Je hebt het weer over seks en de verleiding is groot om daar over door te gaan. Ik ben het niet eens met het door jou genoemde recept van Giphart: ‘één maal daags seks’. Ten eerste weet ik niet hoe je dat telt. Wanneer is iets seks? Wanneer is iets één keer seks? Een orgasme? Een tongzoen? Een dikke knuffel? Een aanraking? Een gedachte? Ik vind dat dat er allemaal bijhoort. Ten tweede vind ik dat je voor ‘het echte werk’ toch geruime tijd moet uittrekken. Dat lukt niet iedere avond, want er moet ook nog gewerkt worden en zo.

Wat het door jou nagestreefde ‘sociaaldemocratische genot’ is weet ik niet. Hoe kun je ‘sterker en socialer’ vrijen? Wat we misschien wel als zelfbenoemde ‘community managers’ kunnen doen is er een taal voor zien te vinden.

Sommige mensen zullen delen van onze correspondentie namelijk ‘smeerpijperij’ vinden. Ik ben er vast van overtuigd dat die mensen, nog veel meer dan wij, geobsedeerd zijn door seks. Ze zijn er alleen doodsbang voor. Sommigen denken zelfs dat God vanaf Zijn wolk toekijkt of ze het wel op de voorgeschreven wijze met de van Hogerhand goedgekeurde partner doen. Zelfs ‘zondige’ gedachten zijn verboden, want die ziet Hij ook! Wordt dan meer eens niet geobsedeerd! Niet spreken, niet fantaseren, alleen bidden dat het overgaat. Dan zoek je natuurlijk een uitlaatklep: een avondje schelden op internet, in rare kleren rondlopen, of een beetje stenigen, of zo.

Ook mensen die niet in een glurende God geloven hebben er echter last van. Het zit in onze taal ingebakken! Net als jij, vind ik het ‘nette’ woord vagina een vies woord. ‘Kut’ daarentegen vind ik heerlijk klinken en ook ‘lul’ heeft iets trots en onweerstaanbaars al gaat mijn voorkeur uit naar ‘piemel’. Maar hoe zit dat in het dagelijks taalgebruik? Als wij iets ‘kut’ vinden, is dat geen compliment. Een ‘kutwijf’, een ‘lul van een vent’ of een ‘echte klootzak’ zou een compliment moeten zijn, maar is dat niet. Misschien zit bij 'kutwijf' vooral dat 'wijf' in de weg. Maar als je het over een 'moordwijf' of een 'tof wijf' hebt is ook dat juist weer positief bedoeld. 

Tijdens het voorbereiden van deze brief zag ik een tweet van een mevrouw die er dezelfde gedachte op na houdt, dus het begint te leven. Ongelukkigerwijs heette die dame ‘Ketelaar’ wat aanleiding gaf tot vele, flauwe maar voor de hand liggende, woordspelingen. Er is dus nog een lange weg te gaan, maar er is hoop. We moeten als sociale community managers gewoon het goede voorbeeld geven.

Hoe doen we dat? Enige tijd geleden noemde een door ons beiden zeer beminde partijgenoot je op de twitters een ‘lul met vingers’. Mocht hij dat nog een keer doen, bedank hem dan voor het compliment!

Laten we er naar streven dat in de Dikke van Dale in 2020 de volgende omschrijvingen voorkomen:
 
'(Het is) kut': (Het is) mooi, plezierig, aantrekkelijk, opwindend. 
'Volkomen kut': perfect, uitermate bevredigend.
'Kutwijf': vrouw die lekker in haar vel zit.
'(Grote) Lul': (zeer) daadkrachtige man.  
'Klootzak', man met creatieve en vruchtbare ideeën.

In combinatie met het bijvoeglijk naamwoord 'vuil(e)' verkeren deze omschrijvingen uiteraard weer in het tegendeel. Aan mensen die niet schoon zijn op hun eigen heeft natuurlijk niemand niets.

Volgende keer wil ik het overigens graag over iets anders hebben dan seks of geloof. Er schiet mij echter niet zo snel een ander onderwerp te binnen. We zijn toch niet uitgescheven?

Ik hoop je snel weer te zien, enorme klootzak!

Willem
 
*************************
Abonneert u op de Nieuwsbrief.
© 2012 Willem Minderhout
powered by CJ2