archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 5
Jaargang 1
11 december 2003
Vermaak en Genot > Misdaadboeken delen printen terug
De koningin en de troonopvolgster Theo Capel

Van Ruth Rendell had ik al een tijd niets meer gelezen, maar vol vertrouwen pakte ik haar nieuwe boek The Rottweiler (Random House, Van Ditmar Boekenimport, € 19,95) dat bij ons Dubbelleven heet (A.W. Bruna, € 18,95). De Engelse titel verwijst naar de bijnaam die een onbekende moordenaar van jonge meisjes opgeplakt krijgt vanwege het feit dat hij hen in de keel zou bijten, voor of nadat hij hen wurgt. De titel bij ons geeft meer een inkijk in de aard van de moordenaar. Overdag is hij een nette heer en 's avonds een moordend beest.
Rendell staat bekend om haar voorkeur voor verknipte types, als je haar oerrustige inspecteur Wexford en zijn saaie hulpje Burden buiten beschouwing laat. Dat zijn dan ook rechtshandhavers en die mogen niet gestoord zijn, maar van de overige karakters in haar boeken - waarvan overigens de reeks Wexford en Burden maar een deel vormt - mag juist van alles niet deugen.
Maar wat viel Dubbelleven tegen, zozeer zelfs dat ik het geheel tegen de gewoonte in niet heb uitgelezen, maar natuurlijk wel even heb gekeken hoe het afloopt. Het eind is even raar als het begin en door de epiloog even zoetsappig, een woord dat absoluut niet bij Rendell zou mogen passen.
Het lijkt erop dat Rendell een komische misdaadroman heeft willen schrijven, iets dat je van haar niet zou verwachten. Tegen humor is op zich niets, maar het rare stelletje mensen dat zich in Dubbelleven aan je voorstelt, vond ik alleen maar raar en niet leuk. De personages zijn ook niet raar in de zin van gecompliceerd, maar bedacht raar. Centraal staat de kamerverhuurster Inez die ook een bric à brac winkeltje runt en een Pakistaans winkelmeisje heeft dat vooral oudere mannen het hoofd op hol brengt. Als je dat zo leest, klinkt het helemaal niet raar, maar als je over hen leest, vraag je je af hoe je in hemelsnaam in deze mensen waarachtige personages moet kunnen zien. Het verhaal tut maar aan over vreemde huurder zus en vreemde huurder zo en over porseleinen beeldjes en andere prullaria uit het winkeltje en over de straat en de buurt. Neem eerst een willekeurig ander boek van Rendell ter hand, is mijn advies en lees pas daarna voor de eigen meningsvorming Dubbelleven.

Ruth Rendell debuteerde in 1964 met From Doon With Death, waarin Wexford en Burden hun entree maken. Twee jaar ervoor verscheen in 1962 Cover Her Face, het debuut van P.D. James. Beide dames werden meteen vanaf hun eersteling geroemd om hun vileine fantasie, waarbij James altijd meer eer kreeg dan Rendell. Misschien kwam dat wel, doordat James tien jaar ouder is dan Rendell die in 1930 geboren is. Zo'n 40 jaar na hun debuut zijn beide dames nog springlevend en nog steeds actief als schrijfster. Vergeleken met James heeft Rendell een uitgebreider oeuvre op haar naam staan en bestrijkt ze met haar boeken een breder terrein. Toch is ze in de ogen van de pers altijd de kroonprinses van het genre gebleven en bleef James de koningin die maar niet wou aftreden. Onlangs is van haar Het moordkabinet verschenen (De Boekerij, € 18,50), de vertaling van The Murder Room. Het is een met een rustige slag en met imposant vertoon van beheersing van het puzelgenre geschreven boek dat nogmaals aantoont waarom James de lieveling van de critici is.
Rendell verontrust de lezer met haar neurotici en psychopaten en verveelt hen soms, zoals helaas mij met Dubbelleven. James verhult veel meer dat haar personages in wezen even verknipt zijn en presenteert hen meer als mensen die in moeilijke omstandigheden tot een gewelddadige uitweg komen. Ze is ook meer een verteller dan een bedenker zoals Rendell en daardoor lezen haar boeken in het algemeen lekker weg, hoewel je ook kan stellen dat James het overbodige detail niet schuwt en zelfs graag opzoekt.
Het moordkabinet staat voor een kamer in een Londens museum waarin geruchtmakende moordzaken uit de jaren twintig en dertig zijn uitgebeeld. Het museum wordt beheerd door de erfgenamen van de oprichter. Het zijn geen mentaal gezonde types en dat geldt even zo zeer voor het personeel. Als er ruzie in de familie uitbreekt over mogelijke sluiting van het museum, slaat een moordenaar toe op een wijze die aan de zaken in het moordkabinet doet denken. Dat betekent voor Adam Dalgliesh, de hoofse inspecteur van James, veel natrekken van alibi's.
Zo betreedt de lezer snel het bekende Agatha Christie-terrein, maar James voegt daaraan veel bespiegelingen en menselijk groot en klein leed aan toe. Op die manier kun je niet zeggen dat ze echt puzzeldetectives schrijft. Ze brengt dit type boek op een hoger plan.
Af en toe kun je je even weinig inleven in haar personages als die van Rendell. Dat geldt bijvoorbeeld de minder begaafde, homoseksuele tuinjongen, maar die is toch weer natuurlijker dan de zwakbegaafde, aantrekkelijke jongeman uit Dubbelleven. Beide jongens worden min of meer door een oudere vrouw geprotegeerd. Daar moet je ondanks de hoge leeftijd van beide schrijfsters maar niets achter zoeken. Ze moeten gewoon beoordeeld blijven op hun totale werk. Ik schat dan dat de troonopvolging door Rendell definitief niet doorgaat en de kroon overgaat op een vertegenwoordigster van de jongere generatie.



© 2004 Theo Capel meer Theo Capel - meer "Misdaadboeken"
Vermaak en Genot > Misdaadboeken
De koningin en de troonopvolgster Theo Capel
Van Ruth Rendell had ik al een tijd niets meer gelezen, maar vol vertrouwen pakte ik haar nieuwe boek The Rottweiler (Random House, Van Ditmar Boekenimport, € 19,95) dat bij ons Dubbelleven heet (A.W. Bruna, € 18,95). De Engelse titel verwijst naar de bijnaam die een onbekende moordenaar van jonge meisjes opgeplakt krijgt vanwege het feit dat hij hen in de keel zou bijten, voor of nadat hij hen wurgt. De titel bij ons geeft meer een inkijk in de aard van de moordenaar. Overdag is hij een nette heer en 's avonds een moordend beest.
Rendell staat bekend om haar voorkeur voor verknipte types, als je haar oerrustige inspecteur Wexford en zijn saaie hulpje Burden buiten beschouwing laat. Dat zijn dan ook rechtshandhavers en die mogen niet gestoord zijn, maar van de overige karakters in haar boeken - waarvan overigens de reeks Wexford en Burden maar een deel vormt - mag juist van alles niet deugen.
Maar wat viel Dubbelleven tegen, zozeer zelfs dat ik het geheel tegen de gewoonte in niet heb uitgelezen, maar natuurlijk wel even heb gekeken hoe het afloopt. Het eind is even raar als het begin en door de epiloog even zoetsappig, een woord dat absoluut niet bij Rendell zou mogen passen.
Het lijkt erop dat Rendell een komische misdaadroman heeft willen schrijven, iets dat je van haar niet zou verwachten. Tegen humor is op zich niets, maar het rare stelletje mensen dat zich in Dubbelleven aan je voorstelt, vond ik alleen maar raar en niet leuk. De personages zijn ook niet raar in de zin van gecompliceerd, maar bedacht raar. Centraal staat de kamerverhuurster Inez die ook een bric à brac winkeltje runt en een Pakistaans winkelmeisje heeft dat vooral oudere mannen het hoofd op hol brengt. Als je dat zo leest, klinkt het helemaal niet raar, maar als je over hen leest, vraag je je af hoe je in hemelsnaam in deze mensen waarachtige personages moet kunnen zien. Het verhaal tut maar aan over vreemde huurder zus en vreemde huurder zo en over porseleinen beeldjes en andere prullaria uit het winkeltje en over de straat en de buurt. Neem eerst een willekeurig ander boek van Rendell ter hand, is mijn advies en lees pas daarna voor de eigen meningsvorming Dubbelleven.

Ruth Rendell debuteerde in 1964 met From Doon With Death, waarin Wexford en Burden hun entree maken. Twee jaar ervoor verscheen in 1962 Cover Her Face, het debuut van P.D. James. Beide dames werden meteen vanaf hun eersteling geroemd om hun vileine fantasie, waarbij James altijd meer eer kreeg dan Rendell. Misschien kwam dat wel, doordat James tien jaar ouder is dan Rendell die in 1930 geboren is. Zo'n 40 jaar na hun debuut zijn beide dames nog springlevend en nog steeds actief als schrijfster. Vergeleken met James heeft Rendell een uitgebreider oeuvre op haar naam staan en bestrijkt ze met haar boeken een breder terrein. Toch is ze in de ogen van de pers altijd de kroonprinses van het genre gebleven en bleef James de koningin die maar niet wou aftreden. Onlangs is van haar Het moordkabinet verschenen (De Boekerij, € 18,50), de vertaling van The Murder Room. Het is een met een rustige slag en met imposant vertoon van beheersing van het puzelgenre geschreven boek dat nogmaals aantoont waarom James de lieveling van de critici is.
Rendell verontrust de lezer met haar neurotici en psychopaten en verveelt hen soms, zoals helaas mij met Dubbelleven. James verhult veel meer dat haar personages in wezen even verknipt zijn en presenteert hen meer als mensen die in moeilijke omstandigheden tot een gewelddadige uitweg komen. Ze is ook meer een verteller dan een bedenker zoals Rendell en daardoor lezen haar boeken in het algemeen lekker weg, hoewel je ook kan stellen dat James het overbodige detail niet schuwt en zelfs graag opzoekt.
Het moordkabinet staat voor een kamer in een Londens museum waarin geruchtmakende moordzaken uit de jaren twintig en dertig zijn uitgebeeld. Het museum wordt beheerd door de erfgenamen van de oprichter. Het zijn geen mentaal gezonde types en dat geldt even zo zeer voor het personeel. Als er ruzie in de familie uitbreekt over mogelijke sluiting van het museum, slaat een moordenaar toe op een wijze die aan de zaken in het moordkabinet doet denken. Dat betekent voor Adam Dalgliesh, de hoofse inspecteur van James, veel natrekken van alibi's.
Zo betreedt de lezer snel het bekende Agatha Christie-terrein, maar James voegt daaraan veel bespiegelingen en menselijk groot en klein leed aan toe. Op die manier kun je niet zeggen dat ze echt puzzeldetectives schrijft. Ze brengt dit type boek op een hoger plan.
Af en toe kun je je even weinig inleven in haar personages als die van Rendell. Dat geldt bijvoorbeeld de minder begaafde, homoseksuele tuinjongen, maar die is toch weer natuurlijker dan de zwakbegaafde, aantrekkelijke jongeman uit Dubbelleven. Beide jongens worden min of meer door een oudere vrouw geprotegeerd. Daar moet je ondanks de hoge leeftijd van beide schrijfsters maar niets achter zoeken. Ze moeten gewoon beoordeeld blijven op hun totale werk. Ik schat dan dat de troonopvolging door Rendell definitief niet doorgaat en de kroon overgaat op een vertegenwoordigster van de jongere generatie.

© 2004 Theo Capel
powered by CJ2