archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 12
Jaargang 7
15 april 2010
Vermaak en Genot > Misdaadboeken delen printen terug
Uit de duim gezogen? Frits Hoorweg

0712VG Duim?
Een beetje ‘private eye’ heeft iets met schaken. Philip Marlowe, de vaste hoofdpersoon van Raymond Chandler deed het met niemand minder dan Capablanca, althans in gedachten. Aan het einde van ‘The High Window’ ontspant hij zich door een partij van (exact) 59 zetten na te spelen. Hij prijst de kille logica van het spel, waarmee de schrijver als het ware een contrapunt zet achter de chaos die in de rest van het boek overheerst. Als Marlowe klaar is met het naspelen van de partij bekijkt hij zichzelf in de spiegel en zegt: ‘Jij en Capablanca’; een uitsmijter van formaat.

Ooit, toen ik ijveriger was dan nu, heb ik geprobeerd uit te vinden welke partij van Capablanca dat geweest zou kunnen zijn. In zijn verzamelde partijen vond ik er niet een die in precies 59 zetten tot winst werd gevoerd. Dat verbaasde mij. Het leek mij zó logisch dat de schrijver een uitzonderlijke, feitelijk gespeelde, partij in gedachten had toen hij deze zinnen opschreef. Het gekke is dat, als de schrijver zomaar een redelijk voor de hand liggend getal had verzonnen, hij vermoedelijk wel op iets zou zijn uitgekomen dat aan een feitelijk verspeelde partij te koppelen was. Zou hij met opzet het getal 59 hebben gekozen, om dat juist te vermijden?
Het kan natuurlijk ook zijn dat ik niet goed gezocht heb. Dan zal ik dat ongetwijfeld te horen krijgen van een hobbyist, die met behulp van een computer die partij van 59 zetten wel heeft gevonden. Dan blijkt pas echt hoe nuttig zo’n apparaat is!

Philip Kerr schreef na een lange pauze drie nieuwe boeken (1) met Bernard Günther in de hoofdrol. De oud-politieagent heeft Nazi-Duitsland nog net weten te overleven en probeert na de oorlog als privédetective aan de kost te komen. Daar komt veel narigheid van. Op een gegeven moment moet hij zelfs de wijk nemen naar Argentinië omdat hij, mogelijk als een van de eerste slachtoffers ooit van identiteitsfraude, gezocht wordt voor oorlogsmisdrijven. Om zijn gedachten te verzetten schaakt hij af en toe met een onfris type dat om dezelfde reden in Zuid-Amerika verblijft. Bernie’s gedachten gaan terug naar het partijtje dat hij ooit speelde met Emanuel Lasker, in een Berlijns koffiehuis. Lasker stond bekend als een specialist in het redden van inferieure stellingen. Ook dat zou je zinnebeeldig kunnen duiden, maar Kerr legt er minder de nadruk op dan Chandler.

Het is natuurlijk fictie, maar het zou echt gebeurd kunnen zijn. Lasker woonde in Berlijn en kwam graag in die koffiehuizen. Overigens moet het dan wel voor 1935 zijn geweest, want toen verhuisde Lasker naar Moskou. Twee jaar later nam hij de wijk naar de VS.
Hans Ree schrijft daarover in het laatste nummer van New in Chess (2010#2). Hij bespreekt een recente biografie van Lasker (2) en gaat speciaal in op een episode die verband houdt met weer een ander spannend boek. Althans spannend boek, Theo Capel noemde ‘The Jiddish Policemen’s Union’ indertijd (Jrg 5, Nr 3) eerder humoristisch antropologisch. Michael Chabon, de schrijver ervan, schildert een fantasiewereld, met een in Alaska gevestigde Joodse staat. Door die biografie kwam Ree erachter dat Lasker iets dergelijks in 1939 heeft voorgesteld en wel in een artikel getiteld ‘Jude Wohin?’, dat verscheen in het tijdschrift ‘Aufbau’ van de Duits-Joodse club in New-York.

Het lijkt wel of Chabon een centraal idee voor zijn boek heeft ontleend aan dat artikel. Die gedachte wordt nog versterkt doordat zijn boek begint met de moord op iemand die de naam Emanuel Lasker gebruikt. Maar nu komt het grappige: Ree weet het van Robert van de Velde een van de medewerkers aan de biografie. Hem was deze merkwaardige samenloop van werkelijkheid en fictie ook al opgevallen en hij had er via de mail contact over gezocht met Chabon. De schrijver bleek het artikel van Lasker niet te kennen; hij was verbijsterd.

Er is geen reden aan het woord van Chabon te twijfelen, maar je vraagt je wel af welke hogere macht hier in het spel is geweest.

(1) A Quiet Flame, The One from the Other en If the dead rise not. In totaal zijn er nu zes.
(2) Emanuel Lasker, Denker, Weltenbürger, Schachweltmeister, Forster, Hansen, Negele
 
*************************************
Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag
is weer gewoon een boekhandel!


© 2010 Frits Hoorweg meer Frits Hoorweg - meer "Misdaadboeken" -
Vermaak en Genot > Misdaadboeken
Uit de duim gezogen? Frits Hoorweg
0712VG Duim?
Een beetje ‘private eye’ heeft iets met schaken. Philip Marlowe, de vaste hoofdpersoon van Raymond Chandler deed het met niemand minder dan Capablanca, althans in gedachten. Aan het einde van ‘The High Window’ ontspant hij zich door een partij van (exact) 59 zetten na te spelen. Hij prijst de kille logica van het spel, waarmee de schrijver als het ware een contrapunt zet achter de chaos die in de rest van het boek overheerst. Als Marlowe klaar is met het naspelen van de partij bekijkt hij zichzelf in de spiegel en zegt: ‘Jij en Capablanca’; een uitsmijter van formaat.

Ooit, toen ik ijveriger was dan nu, heb ik geprobeerd uit te vinden welke partij van Capablanca dat geweest zou kunnen zijn. In zijn verzamelde partijen vond ik er niet een die in precies 59 zetten tot winst werd gevoerd. Dat verbaasde mij. Het leek mij zó logisch dat de schrijver een uitzonderlijke, feitelijk gespeelde, partij in gedachten had toen hij deze zinnen opschreef. Het gekke is dat, als de schrijver zomaar een redelijk voor de hand liggend getal had verzonnen, hij vermoedelijk wel op iets zou zijn uitgekomen dat aan een feitelijk verspeelde partij te koppelen was. Zou hij met opzet het getal 59 hebben gekozen, om dat juist te vermijden?
Het kan natuurlijk ook zijn dat ik niet goed gezocht heb. Dan zal ik dat ongetwijfeld te horen krijgen van een hobbyist, die met behulp van een computer die partij van 59 zetten wel heeft gevonden. Dan blijkt pas echt hoe nuttig zo’n apparaat is!

Philip Kerr schreef na een lange pauze drie nieuwe boeken (1) met Bernard Günther in de hoofdrol. De oud-politieagent heeft Nazi-Duitsland nog net weten te overleven en probeert na de oorlog als privédetective aan de kost te komen. Daar komt veel narigheid van. Op een gegeven moment moet hij zelfs de wijk nemen naar Argentinië omdat hij, mogelijk als een van de eerste slachtoffers ooit van identiteitsfraude, gezocht wordt voor oorlogsmisdrijven. Om zijn gedachten te verzetten schaakt hij af en toe met een onfris type dat om dezelfde reden in Zuid-Amerika verblijft. Bernie’s gedachten gaan terug naar het partijtje dat hij ooit speelde met Emanuel Lasker, in een Berlijns koffiehuis. Lasker stond bekend als een specialist in het redden van inferieure stellingen. Ook dat zou je zinnebeeldig kunnen duiden, maar Kerr legt er minder de nadruk op dan Chandler.

Het is natuurlijk fictie, maar het zou echt gebeurd kunnen zijn. Lasker woonde in Berlijn en kwam graag in die koffiehuizen. Overigens moet het dan wel voor 1935 zijn geweest, want toen verhuisde Lasker naar Moskou. Twee jaar later nam hij de wijk naar de VS.
Hans Ree schrijft daarover in het laatste nummer van New in Chess (2010#2). Hij bespreekt een recente biografie van Lasker (2) en gaat speciaal in op een episode die verband houdt met weer een ander spannend boek. Althans spannend boek, Theo Capel noemde ‘The Jiddish Policemen’s Union’ indertijd (Jrg 5, Nr 3) eerder humoristisch antropologisch. Michael Chabon, de schrijver ervan, schildert een fantasiewereld, met een in Alaska gevestigde Joodse staat. Door die biografie kwam Ree erachter dat Lasker iets dergelijks in 1939 heeft voorgesteld en wel in een artikel getiteld ‘Jude Wohin?’, dat verscheen in het tijdschrift ‘Aufbau’ van de Duits-Joodse club in New-York.

Het lijkt wel of Chabon een centraal idee voor zijn boek heeft ontleend aan dat artikel. Die gedachte wordt nog versterkt doordat zijn boek begint met de moord op iemand die de naam Emanuel Lasker gebruikt. Maar nu komt het grappige: Ree weet het van Robert van de Velde een van de medewerkers aan de biografie. Hem was deze merkwaardige samenloop van werkelijkheid en fictie ook al opgevallen en hij had er via de mail contact over gezocht met Chabon. De schrijver bleek het artikel van Lasker niet te kennen; hij was verbijsterd.

Er is geen reden aan het woord van Chabon te twijfelen, maar je vraagt je wel af welke hogere macht hier in het spel is geweest.

(1) A Quiet Flame, The One from the Other en If the dead rise not. In totaal zijn er nu zes.
(2) Emanuel Lasker, Denker, Weltenbürger, Schachweltmeister, Forster, Hansen, Negele
 
*************************************
Buddenbrooks aan het Noordeinde in Den Haag
is weer gewoon een boekhandel!
© 2010 Frits Hoorweg
powered by CJ2