archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 1
Jaargang 7
15 oktober 2009
Vermaak en Genot > Naar de film delen printen terug
Dienstklopper wordt verzetsheld Hans Knegtmans

0701VG Poster District9
In veel intergalactische films wordt ons dierbare cultuurgoed bedreigd door een invasie van buitenaardse wezens die, om welke reden dan ook, onze planeet bezetten. De Zuid-Afrikaanse regisseur Neill Blomkamp en zijn medescenarist Terri Tatchell stellen zich in District 9 de omgekeerde vraag. Hoe vergaat het aliens die door een ongelukkig toeval op de aarde gestrand zijn? Omdat bijvoorbeeld de brandstof van hun ruimteschip op is?

Iedereen die de krant leest, weet dat ze niet met open armen zullen worden ontvangen. Zeker als de plaats des onheils Johannesburg is, waar de autoriteiten welomlijnde ideeën hebben over hoe om te gaan met bevolkingsgroepen die je liever kwijt dan rijk bent. Zo kan het gebeuren dat de ruimtewezens die vanwege hun onappetijtelijke voorkomen – iets tussen een tweebenig menshoog insect en schaaldier in – laatdunkend ‘garnaal’ worden genoemd, geïnterneerd worden in een getto zoals dat overal ter wereld voor de meest kansarme groepen wordt gereserveerd.

Na meer dan twintig jaar armoede en ontbering beginnen de garnalen (inmiddels zijn het er 1,8 miljoen) zich te roeren. De overheid besluit tot een volledige deportatie van het alien-volkje naar district 10, waar het minstens even ellendig toeven is, maar op veiliger afstand van de beschaafde mensenwereld. Het machtige bedrijf Multinational United neemt de uitvoering op zich. Een enge werknemer met de goed Afrikaanse naam Wikus van der Merwe (geniaal filmdebuut van Sharlto Copley) wordt belast met de onteigening van de krotwoningen en het transport naar de nieuwe locatie.

Tijdens de ontruiming van de woning en werkplaats van alien Christopher Johnson (dat lijkt misschien vreemd, maar zonder een naam kun je die garnalen niet uit elkaar houden) en zijn zoontje krijgt Wikus een paar druppels van een onduidelijke vloeistof over zich heen. Iedere geoefende bioscoopganger weet dat je met buitenaards spul niet voorzichtig genoeg kunt zijn, en al gauw blijkt dat Wikus besmet is met een virus dat garnaal-DNA genereert, of iets van dien aard.

Vanuit zijn optiek zijn de gevolgen desastreus en niet alleen vanwege de lichamelijke aftakeling en misvorming die onmiddellijk inzetten. De top van Multinational United, met aan het hoofd ironisch genoeg Wikus’ schoonvader, beseft dat de muterende werknemer goud waard is. Tijdens een medisch experiment dat alle ethische normen tart blijkt dat, zoals de onderzoeker al vermoedde, Wikus door zijn zeldzame afwijking als enige mens het buitenaardse wapentuig van de garnalen kan bedienen. Daar zit handel in!

Wanneer Wikus ontsnapt uit zijn gevangenschap vindt hij een schuilplaats in District 9. Daarnaast hoopt hij dat Christopher Johnson, die kennelijk goed thuis is in de alien-scheikunde, zijn genetische mutatie ongedaan zal kunnen maken. In ruil daarvoor is Wikus bereid alles te doen wat repatriëring van de garnalen – althans een deel daarvan – mogelijk kan maken. Helaas krijgt hij daar weinig tijd voor. De militie van Multinational United komt hem en zijn nieuwe vriend op het spoor, en ze moeten rennen voor hun leven.

District 9 is een mijlpaal in het vaak beschimpte scifi-genre. Sommige recensenten menen dat de film een aanklacht is tegen raciale discriminatie die in het Zuid-Afrika van na de Apartheid nog springlevend is. Dat is een te simpele voorstelling van zaken. Blomkamp en Tatchell behandelen het tijdloze gegeven dat in elke maatschappij bepaalde onderliggende bevolkingsgroepen de lul zijn. Dat kan zijn op grond van ras, religie, taal, uiterlijk, cultuur, sekse, leeftijd, beroep, gebrekkige scholing of wat dan ook. Zo laat de film zien hoe zwarte Nigeriaanse gangsters het getto onveilig maken en de aliens voor woekerprijzen voorzien van hun favoriete snack, kattenvoer in blik. Prima, toch? Je kunt die zwarten maar beter in District 9 hebben dan bij jou in de straat.

Hoezo rassendiscriminatie? Staatsvijand nummer 1 is een blanke schlemiel, die plotseling interessant wordt vanwege zijn ongewone genetische eigenschappen. Schoonpapa is niet te beroerd leiding te geven aan de klopjacht op de man van zijn dochter.
Wat District 9 zo onweerstaanbaar knap maakt is dat de film – zoals ook de klassieker The Crazies van George A. Romero – opgezet is als een documentaire die geen expliciet waardeoordeel velt. Gedurende de eerste helft worden de acties van Wikus’ evacuatieteam afgewisseld door interviews met burgers en deskundigen die terugkijken op de problemen in het garnalendistrict en de maatregelen die de overheid wel moest nemen. Niemand heeft het over discriminatie. Pas wanneer de film verandert in een actiedrama kunnen de makers er niet meer omheen dat de nieuwbakken verzetsheld Wikus en zijn vriend Christopher dreigen te worden vermoord door huursoldaten die in opdracht handelen van gewetenloze zakenlui en die opdracht met zichtbaar genoegen uitvoeren.

District 9 is zó goed dat de kijker het vleugje sentimentaliteit dat in de slotscène om de hoek piept, graag door de vingers ziet.


© 2009 Hans Knegtmans meer Hans Knegtmans - meer "Naar de film" -
Vermaak en Genot > Naar de film
Dienstklopper wordt verzetsheld Hans Knegtmans
0701VG Poster District9
In veel intergalactische films wordt ons dierbare cultuurgoed bedreigd door een invasie van buitenaardse wezens die, om welke reden dan ook, onze planeet bezetten. De Zuid-Afrikaanse regisseur Neill Blomkamp en zijn medescenarist Terri Tatchell stellen zich in District 9 de omgekeerde vraag. Hoe vergaat het aliens die door een ongelukkig toeval op de aarde gestrand zijn? Omdat bijvoorbeeld de brandstof van hun ruimteschip op is?

Iedereen die de krant leest, weet dat ze niet met open armen zullen worden ontvangen. Zeker als de plaats des onheils Johannesburg is, waar de autoriteiten welomlijnde ideeën hebben over hoe om te gaan met bevolkingsgroepen die je liever kwijt dan rijk bent. Zo kan het gebeuren dat de ruimtewezens die vanwege hun onappetijtelijke voorkomen – iets tussen een tweebenig menshoog insect en schaaldier in – laatdunkend ‘garnaal’ worden genoemd, geïnterneerd worden in een getto zoals dat overal ter wereld voor de meest kansarme groepen wordt gereserveerd.

Na meer dan twintig jaar armoede en ontbering beginnen de garnalen (inmiddels zijn het er 1,8 miljoen) zich te roeren. De overheid besluit tot een volledige deportatie van het alien-volkje naar district 10, waar het minstens even ellendig toeven is, maar op veiliger afstand van de beschaafde mensenwereld. Het machtige bedrijf Multinational United neemt de uitvoering op zich. Een enge werknemer met de goed Afrikaanse naam Wikus van der Merwe (geniaal filmdebuut van Sharlto Copley) wordt belast met de onteigening van de krotwoningen en het transport naar de nieuwe locatie.

Tijdens de ontruiming van de woning en werkplaats van alien Christopher Johnson (dat lijkt misschien vreemd, maar zonder een naam kun je die garnalen niet uit elkaar houden) en zijn zoontje krijgt Wikus een paar druppels van een onduidelijke vloeistof over zich heen. Iedere geoefende bioscoopganger weet dat je met buitenaards spul niet voorzichtig genoeg kunt zijn, en al gauw blijkt dat Wikus besmet is met een virus dat garnaal-DNA genereert, of iets van dien aard.

Vanuit zijn optiek zijn de gevolgen desastreus en niet alleen vanwege de lichamelijke aftakeling en misvorming die onmiddellijk inzetten. De top van Multinational United, met aan het hoofd ironisch genoeg Wikus’ schoonvader, beseft dat de muterende werknemer goud waard is. Tijdens een medisch experiment dat alle ethische normen tart blijkt dat, zoals de onderzoeker al vermoedde, Wikus door zijn zeldzame afwijking als enige mens het buitenaardse wapentuig van de garnalen kan bedienen. Daar zit handel in!

Wanneer Wikus ontsnapt uit zijn gevangenschap vindt hij een schuilplaats in District 9. Daarnaast hoopt hij dat Christopher Johnson, die kennelijk goed thuis is in de alien-scheikunde, zijn genetische mutatie ongedaan zal kunnen maken. In ruil daarvoor is Wikus bereid alles te doen wat repatriëring van de garnalen – althans een deel daarvan – mogelijk kan maken. Helaas krijgt hij daar weinig tijd voor. De militie van Multinational United komt hem en zijn nieuwe vriend op het spoor, en ze moeten rennen voor hun leven.

District 9 is een mijlpaal in het vaak beschimpte scifi-genre. Sommige recensenten menen dat de film een aanklacht is tegen raciale discriminatie die in het Zuid-Afrika van na de Apartheid nog springlevend is. Dat is een te simpele voorstelling van zaken. Blomkamp en Tatchell behandelen het tijdloze gegeven dat in elke maatschappij bepaalde onderliggende bevolkingsgroepen de lul zijn. Dat kan zijn op grond van ras, religie, taal, uiterlijk, cultuur, sekse, leeftijd, beroep, gebrekkige scholing of wat dan ook. Zo laat de film zien hoe zwarte Nigeriaanse gangsters het getto onveilig maken en de aliens voor woekerprijzen voorzien van hun favoriete snack, kattenvoer in blik. Prima, toch? Je kunt die zwarten maar beter in District 9 hebben dan bij jou in de straat.

Hoezo rassendiscriminatie? Staatsvijand nummer 1 is een blanke schlemiel, die plotseling interessant wordt vanwege zijn ongewone genetische eigenschappen. Schoonpapa is niet te beroerd leiding te geven aan de klopjacht op de man van zijn dochter.
Wat District 9 zo onweerstaanbaar knap maakt is dat de film – zoals ook de klassieker The Crazies van George A. Romero – opgezet is als een documentaire die geen expliciet waardeoordeel velt. Gedurende de eerste helft worden de acties van Wikus’ evacuatieteam afgewisseld door interviews met burgers en deskundigen die terugkijken op de problemen in het garnalendistrict en de maatregelen die de overheid wel moest nemen. Niemand heeft het over discriminatie. Pas wanneer de film verandert in een actiedrama kunnen de makers er niet meer omheen dat de nieuwbakken verzetsheld Wikus en zijn vriend Christopher dreigen te worden vermoord door huursoldaten die in opdracht handelen van gewetenloze zakenlui en die opdracht met zichtbaar genoegen uitvoeren.

District 9 is zó goed dat de kijker het vleugje sentimentaliteit dat in de slotscène om de hoek piept, graag door de vingers ziet.
© 2009 Hans Knegtmans
powered by CJ2