archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 15
Jaargang 6
28 mei 2009
Bezigheden > Mode delen printen terug
Dure koopjes jagen Marianne Bernard

0615BZ Koopjes
Binnenkort gaan we weer een paar dagen naar Parijs. De laatste keer dat we er waren is alweer vijf jaar geleden, jammer genoeg. Je kunt helaas niet altijd zomaar even op en neer. Geen geld of geen tijd, of je was net al even naar Berlijn, of naar Londen, of naar Lissabon – luxe problemen dus.
Maar nu is het zo ver en ik ga weer doen wat mij het liefste is, om met Yves Montand te spreken: ‘J’aime flâner sur les grands boulevards.’ Bovendien zijn er twee bijzondere tentoonstellingen die ik hoop te bezoeken en die ik nu al – ongezien – ga aanbevelen:
Le siècle du jazz. Musée du quai Branly. De tentoonstelling brengt de wisselwerking tussen jazz en andere kunsten tijdens de twintigste eeuw in beeld – affiches, foto’s schilderijen. Zo is er een portret van Josephine Baker te zien, geschilderd door Kees van Dongen. Er is tevens een uitgebreid nevenprogramma met concerten, films en lezingen. De bijpassende Taschen-catalogus is natuurlijk ook een must. De tentoonstelling blijft nog tot 28 juni.
Madeleine Vionnet (1876-1975). Een tentoonstelling gewijd aan de mode-ontwerpster die bekend staat om haar prachtige schuin (biais) geknipte en gedrapeerde avondjurken, altijd op zoek naar vrijheid en het breken van conventies. Er zullen meer dan honderd jurken te zien zijn en ook foto’s en tekeningen. Vanaf 18 juni in het Musée des Arts Décoratifs.

Daarnaast ga ik als mode-verslaafde natuurlijk flink shoppen. Mijn grote passie is de sport van het dure koopjes jagen. In Parijs is dat heel makkelijk. De stad is vol tweedehands boekwinkels, vintage-modewinkels en vlooienmarkten.
Een hoogtepunt zijn de winkels van Reciproque in de rue de la Pompe. Eerst was er één winkel, daarna kwam er nog een bij, en nu is het bijna een hele straat vol. In totaal meer dan duizend vierkante meter, zoiets als RAF in Amsterdam, maar dan anders. De firma bestaat sinds 1978, begonnen door een jonge vrouwelijke press attaché. Je kunt er tweedehands haute couture kopen of ‘gewone’ prêt-à-porter, avondjurken, pakjes en jurken voor overdag, en sportswear, trenchcoats, lingerie en badpakken. Ze verkopen naast de bekende Franse ontwerpers (YSL, Chanel, Dior, Hermes, et cetera), ook Italiaanse, Japanse en Amerikaanse merken, dus er is altijd wel iets te vinden.
De eerste keer dat ik er kwam – een vriendin had me erheen gestuurd – kreeg ik bijna een hartstilstand. Ik stapte een winkel binnen die helemaal vol hing met één soort dingen: Chanel-jasjes. Het was altijd een droom van mij geweest ooit zo’n jasje te bezitten. Maar ik had nog nooit zo’n jasje in het echt gezien, laat staan aangeraakt. Het was onzeker of dit een orgastische top-ervaring was of dat ik ging flauwvallen.
Bij het passen bleek meteen dat de Franse vrouwen veel kleiner zijn dan een gezonde Hollandse meid. Ze zijn niet alleen minder lang, maar ook tengerder, ze hebben kortom een andere bone-structure. Ik beschouw mezelf niet als niet extreem lang of dik, maar ik kon nauwelijks iets vinden dat paste.
 
Na veel zoeken vond ik een Chanel-jasje maat 42, en dat heb ik gekocht. Het is steenrood, van dikke tweed, en het heeft zwarte biesjes, er zit een doorgestikte voering in, en aan de binnenkant van de zoom zit een kettinkje (om het jasje mooi te laten hangen). Daarbij krijg je, apart in een zakje, de originele Chanel-knopen (die schijnen anders in de winkel gestolen te worden). Dat het zalig zit, spreekt vanzelf. Ik betaalde er destijds 350 euro voor.
In een van de andere boutiques kocht ik een Yves Saint Laurent-pak, Rive Gauche, dus ook prêt-à-porter: een getailleerd jasje met een bijpassende pantalon, in een donkerblauwe krijtstreep van dunne wollen kamgaren, een pak zoals in menig fotoboek over YSL te vinden is. Het jasje is typisch jaren tachtig: lang over de heupen, strak getailleerd en flinke schoudervullingen. Ik zou het nu zó weer kunnen dragen, en dat denk ik ook te doen – de broek zit inmiddels wel ietsje te strak.
Er is ook een winkel met rekken vol LBD’s – Little Black Dresses, allemaal tweedehands topmerken. Op nummer 92 is een hele winkel vol herenkleding (hommes), dus neem bij uitzondering nu ook je man eens mee. Hij kan hier wellicht een tweedehands Dior-pak (of smoking!) kopen.
Ik zit al helemaal te genieten van de voorpret.
 
*******************************************
Musée du Quai Branly, 37, quai de Branly, 75007 Paris
Musée des Arts Décoratifs. 107, rue Rivoli, 75001 Paris
Réciproque, rue Pompe, Metro Pompe, nrs. 89. 93, 95, 97, 101 (diverse etages), en 92 (hommes), 75016 Paris.
 
***********************************
Abonneer u op de Nieuwsbrief.


© 2009 Marianne Bernard meer Marianne Bernard - meer "Mode" -
Bezigheden > Mode
Dure koopjes jagen Marianne Bernard
0615BZ Koopjes
Binnenkort gaan we weer een paar dagen naar Parijs. De laatste keer dat we er waren is alweer vijf jaar geleden, jammer genoeg. Je kunt helaas niet altijd zomaar even op en neer. Geen geld of geen tijd, of je was net al even naar Berlijn, of naar Londen, of naar Lissabon – luxe problemen dus.
Maar nu is het zo ver en ik ga weer doen wat mij het liefste is, om met Yves Montand te spreken: ‘J’aime flâner sur les grands boulevards.’ Bovendien zijn er twee bijzondere tentoonstellingen die ik hoop te bezoeken en die ik nu al – ongezien – ga aanbevelen:
Le siècle du jazz. Musée du quai Branly. De tentoonstelling brengt de wisselwerking tussen jazz en andere kunsten tijdens de twintigste eeuw in beeld – affiches, foto’s schilderijen. Zo is er een portret van Josephine Baker te zien, geschilderd door Kees van Dongen. Er is tevens een uitgebreid nevenprogramma met concerten, films en lezingen. De bijpassende Taschen-catalogus is natuurlijk ook een must. De tentoonstelling blijft nog tot 28 juni.
Madeleine Vionnet (1876-1975). Een tentoonstelling gewijd aan de mode-ontwerpster die bekend staat om haar prachtige schuin (biais) geknipte en gedrapeerde avondjurken, altijd op zoek naar vrijheid en het breken van conventies. Er zullen meer dan honderd jurken te zien zijn en ook foto’s en tekeningen. Vanaf 18 juni in het Musée des Arts Décoratifs.

Daarnaast ga ik als mode-verslaafde natuurlijk flink shoppen. Mijn grote passie is de sport van het dure koopjes jagen. In Parijs is dat heel makkelijk. De stad is vol tweedehands boekwinkels, vintage-modewinkels en vlooienmarkten.
Een hoogtepunt zijn de winkels van Reciproque in de rue de la Pompe. Eerst was er één winkel, daarna kwam er nog een bij, en nu is het bijna een hele straat vol. In totaal meer dan duizend vierkante meter, zoiets als RAF in Amsterdam, maar dan anders. De firma bestaat sinds 1978, begonnen door een jonge vrouwelijke press attaché. Je kunt er tweedehands haute couture kopen of ‘gewone’ prêt-à-porter, avondjurken, pakjes en jurken voor overdag, en sportswear, trenchcoats, lingerie en badpakken. Ze verkopen naast de bekende Franse ontwerpers (YSL, Chanel, Dior, Hermes, et cetera), ook Italiaanse, Japanse en Amerikaanse merken, dus er is altijd wel iets te vinden.
De eerste keer dat ik er kwam – een vriendin had me erheen gestuurd – kreeg ik bijna een hartstilstand. Ik stapte een winkel binnen die helemaal vol hing met één soort dingen: Chanel-jasjes. Het was altijd een droom van mij geweest ooit zo’n jasje te bezitten. Maar ik had nog nooit zo’n jasje in het echt gezien, laat staan aangeraakt. Het was onzeker of dit een orgastische top-ervaring was of dat ik ging flauwvallen.
Bij het passen bleek meteen dat de Franse vrouwen veel kleiner zijn dan een gezonde Hollandse meid. Ze zijn niet alleen minder lang, maar ook tengerder, ze hebben kortom een andere bone-structure. Ik beschouw mezelf niet als niet extreem lang of dik, maar ik kon nauwelijks iets vinden dat paste.
 
Na veel zoeken vond ik een Chanel-jasje maat 42, en dat heb ik gekocht. Het is steenrood, van dikke tweed, en het heeft zwarte biesjes, er zit een doorgestikte voering in, en aan de binnenkant van de zoom zit een kettinkje (om het jasje mooi te laten hangen). Daarbij krijg je, apart in een zakje, de originele Chanel-knopen (die schijnen anders in de winkel gestolen te worden). Dat het zalig zit, spreekt vanzelf. Ik betaalde er destijds 350 euro voor.
In een van de andere boutiques kocht ik een Yves Saint Laurent-pak, Rive Gauche, dus ook prêt-à-porter: een getailleerd jasje met een bijpassende pantalon, in een donkerblauwe krijtstreep van dunne wollen kamgaren, een pak zoals in menig fotoboek over YSL te vinden is. Het jasje is typisch jaren tachtig: lang over de heupen, strak getailleerd en flinke schoudervullingen. Ik zou het nu zó weer kunnen dragen, en dat denk ik ook te doen – de broek zit inmiddels wel ietsje te strak.
Er is ook een winkel met rekken vol LBD’s – Little Black Dresses, allemaal tweedehands topmerken. Op nummer 92 is een hele winkel vol herenkleding (hommes), dus neem bij uitzondering nu ook je man eens mee. Hij kan hier wellicht een tweedehands Dior-pak (of smoking!) kopen.
Ik zit al helemaal te genieten van de voorpret.
 
*******************************************
Musée du Quai Branly, 37, quai de Branly, 75007 Paris
Musée des Arts Décoratifs. 107, rue Rivoli, 75001 Paris
Réciproque, rue Pompe, Metro Pompe, nrs. 89. 93, 95, 97, 101 (diverse etages), en 92 (hommes), 75016 Paris.
 
***********************************
Abonneer u op de Nieuwsbrief.
© 2009 Marianne Bernard
powered by CJ2