archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 14
Jaargang 6
14 mei 2009
Beschouwingen > Beelden uit soberder tijden delen printen terug
Een mooie betrekking Peter Schröder

0614BS 59.1
Flink wat feestelijke vrije dagen achter de rug, nog even wat oponthoud op school/universiteit en dan is het weer zomervakantie. Voor de leerlingen (abituriënten) uit de examenklassen /de studenten die met een zesje doctorandus zijn geworden ziet het er eerst mooi uit: boekentassen aan de vlaggenstok. Alle dagen feest! Alleen nog maar doen wat God verboden heeft. Maar dan komt voor veel van hen een volwassen werkelijkheid in zicht waarin moet worden overgeschakeld van werkjes als vakkenvullen en kellneren naar een veelbelovende plaats op de echte arbeidsmarkt. Ondanks alle voorbereidingen toch ook vaak iets tobberigs. Op zoek naar een beroep. Veel competenties verworven, maar nu wordt er bij de sollicitatie ook gekeken naar kennis, vaardigheden en, deksels!, ervaring. Daarom nu enige voorlichting van de prentbriefkaart als beroepskeuzeadviseur (m/v).

Ambachtelijk en lichamelijk
Rond de vorige eeuwwisseling zag de arbeidsmarkt er anders uit. Meer ambachtelijk: je had een vak geleerd en ging dat nu uitoefenen. Veel minder geleerd, veel minder schoolwijsheden over management, het kantelen van organisaties en stressbestendigheid, meer de handen laten wapperen. Meer fysiek, minder bureauwerk, meer buiten en minder in een gebouw, meer sjokken en sjouwen, minder powerpointpresenteren. Rond de vorige eeuwwisseling werd er over de uiteenlopende beroepen van toen ook meer gepresenteerd per prentbriefkaart. Kijk: een visserman /boer /timmerman /koetsier op zijn werkvloer, in zijn arbeidsomstandigheden.
Wie stuurden er kaarten met beroepsbeoefenaars naar wie? Werd er wel nagedacht over message van het medium, naar de geadresseerde toe?

Levende bezempjes
Op kaart 1a zien we een jeugdig ventje voorstellende een schoorsteenveger met de attributen van zijn beroep: een hoge hoed, een ladder en een .... stoffer en blik? Daarmee de schoorsteen in? Het joch poseert tegen een geschilderd decor (zonder schoorsteen) in de fotostudio. De kaart werd in mei 1906 verstuurd aan de Jongeheer P vd Velde, p/a Den Heer R vd Velde in IJlst door pf Se die verder geen schriftelijke mededelingen deed. Een opwekking aan Van de(r) Velde junior om zich te oriënteren op een carrière in het schoorsteenvegersvak? Of gewoon een plaatje zonder meer van een leuk jongetje voor een collega jongetje? Ver weg de sociale wantoestanden en ernstige longproblemen?

Philip Bloemendaal en Philip Freriks van toen
De omroeper op kaart 1b ziet er niet jeugdig uit maar als een in het vak vergrijsde oude rot. (Stads/dorps)Omroeper (tambour de ville /crieur publique, aufrufer, bellman /town crier): ook al een mooi vak: eigen baas, lekker in de buitenlucht je ronde lopen, op dat bord slaan en dan lekker hard roepen. Hij kent iedereen en iedereen kent hem: een spin in het sociale web, al gauw belast met de bijbanen sociaal werker en gemeentelijk beleidsadviseur. In de jaren ‘70 heb ik nog regelmatig de schorre stem van de dorpsomroeper van Nizas, 34, Frankrijk gehoord. Tegenwoordig leest de secretaresse van het stadhuis de berichten voor die door de luidsprekers0614BS 59.2 op de toren worden rondgebazuind. Omroepers zijn in ons land al lang op de arbeidsmarkt verdrongen door de nieuwslezers van de radio – die verdrongen werden door de presentatoren van het Journaal die het weer aan het afleggen zijn tegen de Pauwen & Wittemannen.

Heraut
De omroepers van het hof, het koningshuis, heetten herauten en sloegen niet op de trom maar stootten geluid uit met de trompet (bazuin); ze zaten te paard. Het nieuws van de geboorte van koningin Juliana werd in Den Haag nog door de heraut verspreid.
De omroeper op de kaart is nog een echte vent uit één stuk waarmee niet te spotten viel. Jansje stuurde zijn beeltenis in 1909 naar Den Heer C. Noordegraaf, Vogelstraatje 7, Alhier.
Alhier is Rotterdam en Jansje stuurde verder niet meer dan de Hartelijke groeten.

Spierballen
Mannenwerk, kom daar nog eens om! Welke wakkere abituriënt uit Nederland Anno 2009 zou nog over voldoende spierkracht en doorzettingsvermogen beschikken voor het werk van de Schlitteur? De man op kaart 2a zorgde ervoor dat ’s zomers het hout van de omgehakte bomen in de omgeving van Gerardmer over de steile bospaadjes per slee (schlitte) naar beneden werd vervoerd. Eerst die paadjes gangbaar maken met dwarsliggende balken en dan met een slee volgeladen met hout zonder ongelukken naar beneden. Op termijn kost je dat niet alleen je rug, maar ook je knieën! Vandaag zorgen minder gespierde mannen voor dat zware transport op de bok van knalgele tractoren met stevige aanhangers. De kaart lijkt vooral bedoeld om het thuisfront kond te doen van de interessante plaatselijke zeden en gewoonten. De streek bij Gerardmer, Vosges, is vandaag vooral bekend als skigebied: je lui naar boven laten trekken om dan over een gladde vlakte moeiteloos naar beneden te suizen.

Het beste paard van stal
Drie keer mannenwerk en dan nu door het glazen plafond naar kaart 2b uit de serie De vrouwen van de toekomst, met de afbeelding van een Koetsierse. Een vrouw met hoge hoed op de bok van de Berline of de Landauer over de boulevards van Parijs, knallend met de zweep: Vort Vort! De mooie baantjes in de gezonde buitenlucht, eigen baas over paard, kar en passagiers, niet langer gereserveerd voor de Heren Der Schepping! De deur eindelijk open voor vrouwelijk talent! Bestond er toen ook een chef-koetsier-syndroom? Waren de vrouwen vooral getapt door hun vrouwelijke uiterlijk en minder door hun koetsierskwaliteiten? Of zijn het laten knallen van de zweep en het mennen van het paardenspan eigenlijk vrouwelijke kwaliteiten bij uitstek? Vragen.
In 1908 ging de kaart naar Juffrouw A. Vigneron, à Lornaye par Nogent – le Roi, Eure et Loir , verstuurd door Ch. Auberti, toegevoegd onderwijzeres uit ??? (Aisne). Vrouwen onder mekaar.
 
***********************************
Abonneer u op de Nieuwsbrief.


© 2009 Peter Schröder meer Peter Schröder - meer "Beelden uit soberder tijden" -
Beschouwingen > Beelden uit soberder tijden
Een mooie betrekking Peter Schröder
0614BS 59.1
Flink wat feestelijke vrije dagen achter de rug, nog even wat oponthoud op school/universiteit en dan is het weer zomervakantie. Voor de leerlingen (abituriënten) uit de examenklassen /de studenten die met een zesje doctorandus zijn geworden ziet het er eerst mooi uit: boekentassen aan de vlaggenstok. Alle dagen feest! Alleen nog maar doen wat God verboden heeft. Maar dan komt voor veel van hen een volwassen werkelijkheid in zicht waarin moet worden overgeschakeld van werkjes als vakkenvullen en kellneren naar een veelbelovende plaats op de echte arbeidsmarkt. Ondanks alle voorbereidingen toch ook vaak iets tobberigs. Op zoek naar een beroep. Veel competenties verworven, maar nu wordt er bij de sollicitatie ook gekeken naar kennis, vaardigheden en, deksels!, ervaring. Daarom nu enige voorlichting van de prentbriefkaart als beroepskeuzeadviseur (m/v).

Ambachtelijk en lichamelijk
Rond de vorige eeuwwisseling zag de arbeidsmarkt er anders uit. Meer ambachtelijk: je had een vak geleerd en ging dat nu uitoefenen. Veel minder geleerd, veel minder schoolwijsheden over management, het kantelen van organisaties en stressbestendigheid, meer de handen laten wapperen. Meer fysiek, minder bureauwerk, meer buiten en minder in een gebouw, meer sjokken en sjouwen, minder powerpointpresenteren. Rond de vorige eeuwwisseling werd er over de uiteenlopende beroepen van toen ook meer gepresenteerd per prentbriefkaart. Kijk: een visserman /boer /timmerman /koetsier op zijn werkvloer, in zijn arbeidsomstandigheden.
Wie stuurden er kaarten met beroepsbeoefenaars naar wie? Werd er wel nagedacht over message van het medium, naar de geadresseerde toe?

Levende bezempjes
Op kaart 1a zien we een jeugdig ventje voorstellende een schoorsteenveger met de attributen van zijn beroep: een hoge hoed, een ladder en een .... stoffer en blik? Daarmee de schoorsteen in? Het joch poseert tegen een geschilderd decor (zonder schoorsteen) in de fotostudio. De kaart werd in mei 1906 verstuurd aan de Jongeheer P vd Velde, p/a Den Heer R vd Velde in IJlst door pf Se die verder geen schriftelijke mededelingen deed. Een opwekking aan Van de(r) Velde junior om zich te oriënteren op een carrière in het schoorsteenvegersvak? Of gewoon een plaatje zonder meer van een leuk jongetje voor een collega jongetje? Ver weg de sociale wantoestanden en ernstige longproblemen?

Philip Bloemendaal en Philip Freriks van toen
De omroeper op kaart 1b ziet er niet jeugdig uit maar als een in het vak vergrijsde oude rot. (Stads/dorps)Omroeper (tambour de ville /crieur publique, aufrufer, bellman /town crier): ook al een mooi vak: eigen baas, lekker in de buitenlucht je ronde lopen, op dat bord slaan en dan lekker hard roepen. Hij kent iedereen en iedereen kent hem: een spin in het sociale web, al gauw belast met de bijbanen sociaal werker en gemeentelijk beleidsadviseur. In de jaren ‘70 heb ik nog regelmatig de schorre stem van de dorpsomroeper van Nizas, 34, Frankrijk gehoord. Tegenwoordig leest de secretaresse van het stadhuis de berichten voor die door de luidsprekers0614BS 59.2 op de toren worden rondgebazuind. Omroepers zijn in ons land al lang op de arbeidsmarkt verdrongen door de nieuwslezers van de radio – die verdrongen werden door de presentatoren van het Journaal die het weer aan het afleggen zijn tegen de Pauwen & Wittemannen.

Heraut
De omroepers van het hof, het koningshuis, heetten herauten en sloegen niet op de trom maar stootten geluid uit met de trompet (bazuin); ze zaten te paard. Het nieuws van de geboorte van koningin Juliana werd in Den Haag nog door de heraut verspreid.
De omroeper op de kaart is nog een echte vent uit één stuk waarmee niet te spotten viel. Jansje stuurde zijn beeltenis in 1909 naar Den Heer C. Noordegraaf, Vogelstraatje 7, Alhier.
Alhier is Rotterdam en Jansje stuurde verder niet meer dan de Hartelijke groeten.

Spierballen
Mannenwerk, kom daar nog eens om! Welke wakkere abituriënt uit Nederland Anno 2009 zou nog over voldoende spierkracht en doorzettingsvermogen beschikken voor het werk van de Schlitteur? De man op kaart 2a zorgde ervoor dat ’s zomers het hout van de omgehakte bomen in de omgeving van Gerardmer over de steile bospaadjes per slee (schlitte) naar beneden werd vervoerd. Eerst die paadjes gangbaar maken met dwarsliggende balken en dan met een slee volgeladen met hout zonder ongelukken naar beneden. Op termijn kost je dat niet alleen je rug, maar ook je knieën! Vandaag zorgen minder gespierde mannen voor dat zware transport op de bok van knalgele tractoren met stevige aanhangers. De kaart lijkt vooral bedoeld om het thuisfront kond te doen van de interessante plaatselijke zeden en gewoonten. De streek bij Gerardmer, Vosges, is vandaag vooral bekend als skigebied: je lui naar boven laten trekken om dan over een gladde vlakte moeiteloos naar beneden te suizen.

Het beste paard van stal
Drie keer mannenwerk en dan nu door het glazen plafond naar kaart 2b uit de serie De vrouwen van de toekomst, met de afbeelding van een Koetsierse. Een vrouw met hoge hoed op de bok van de Berline of de Landauer over de boulevards van Parijs, knallend met de zweep: Vort Vort! De mooie baantjes in de gezonde buitenlucht, eigen baas over paard, kar en passagiers, niet langer gereserveerd voor de Heren Der Schepping! De deur eindelijk open voor vrouwelijk talent! Bestond er toen ook een chef-koetsier-syndroom? Waren de vrouwen vooral getapt door hun vrouwelijke uiterlijk en minder door hun koetsierskwaliteiten? Of zijn het laten knallen van de zweep en het mennen van het paardenspan eigenlijk vrouwelijke kwaliteiten bij uitstek? Vragen.
In 1908 ging de kaart naar Juffrouw A. Vigneron, à Lornaye par Nogent – le Roi, Eure et Loir , verstuurd door Ch. Auberti, toegevoegd onderwijzeres uit ??? (Aisne). Vrouwen onder mekaar.
 
***********************************
Abonneer u op de Nieuwsbrief.
© 2009 Peter Schröder
powered by CJ2