![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() ![]() ![]() ![]() |
![]() |
|
![]() |
![]() |
![]() Nummer 2 Jaargang 6 23 oktober 2008 |
![]() |
![]() |
|
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
Bezigheden > Dichten | ||||
Vogelvlucht | Michiel van der Mast | |||
![]() Ik zag een reiger landen
geen Haagse règâh want
dat is een ooievaar en dit
was duidelijk geen
ooievaar maar een reiger
hoe dan ook,
ik zag een reiger landen
bij de hoffelijke vijver
achter in de tuin van
de benedenbuurvrouw
Daar stond hij, heel even
eeuwig roerloos als een beeld
zijn blik scherp als zijn snavel
klaar om toe te slaan
het water stond net zo stil
onder de spiegel niets
dat kon bewegen
De reiger klapwiekte
teleurgesteld, herwon
zijn statigheid en liep
op hoge poten
over het smalle paadje
richting zonneterras. Toen
hij op een stoel neerstreek
en de ober wenkte voor
een glas droge witte wijn
realiseerde ik me dat
mijn fantasie groter
was dan de werkelijkheid
waarin ik terugkeerde
en ontdekte
dat de vogel was gevlogen. |
||||
© 2008 Michiel van der Mast | ||||
![]() |
![]() |
![]() |
||
![]() |
powered by CJ2 |