archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 12
Jaargang 21
21 maart 2024
Nummer 13 verschijnt op
4 april 2024
Bezigheden > Op de fiets delen printen terug
3 op een rij Thomas van der Steen

1914BZ Dag 1Altijd maar klagen over geen tijd, slecht weer, of alle twee. Dreinen over gemiste kansen is mij niet vreemd. Dus toen ik zondag 17 april week 16 bekeek kon ik mijn ogen haast niet geloven: drie onbeschreven dagen, aaneengesloten. De KNMI-site voorspelde: koud voor de tijd van het jaar, straf windje uit het noordoosten maar overwegend zonnig.

Dag 1, Muiderberg (foto 1.)

Een oude belofte aan een schoolvriend elkaar halfweg tussen zijn Amsterdam en mijn Hilversum te treffen kan eindelijk ingelost worden.
Omdat ik er zo graag op uit wil, vertrek ik veel te vroeg. We hebben afgesproken voor de lunch op de Brink in Muiderberg maar om 10 uur zit ik al op de fiets. Dan maar een een stukje om voor een wandelingetje over de uitgestrekte begraafplaats Nieuw Valkeveen. Bij het graf van Toni Boltini kan ik een glimlach niet onderdrukken; een beeld van een clown met hoge hoed op de rug van een steigerende olifant maakt duidelijk dat hier de ooit gevierde circusdirecteur ligt.
Even verder ligt Naarden-Vesting en over de buitenste wallen maak ik een rondje langs de robuuste verdedigingswerken. Ontspannen peddelend over het Zuiderzeepad bereik ik Muiderberg. De villa op het hoogste punt van het dorp is mijn richtpunt.
Op een terras op de Brink tref ik mijn afspraak. Opmerkelijk, je hebt elkaar bijna 50 jaar niet gesproken en van kiet af aan is het weer als vanouds. Tussen de kroketten door worden de Matthäus Passion, de onrechtvaardige geschiedenisleraar, zorgen om de kinderen, dichter Slauerhoff, Holocaust, TV-series en de breekbaarheid van het leven besproken. Maar gelukkig ook roddels over de klasgenoten van weleer. Gelaafd en gelouterd, en met wind mee, fiets ik naar huis.

Dag 2, Kanaal ZZ (foto 2.)

Op de tweede dag is niet alleen mijn agenda leeg, ook die van Belinda. Zij in het bijzonder wordt overvallen door de drukte van het post-coronatijdperk. Daarom hang ik de fietsen achterop de auto en ontvluchten we de Randstad. Aan de rand van Almelo ( in een onbestemde straat, daarover later meer ) parkeer ik en fietsen we naar knooppunt 86. Vanaf daar gaat het in een ruime boog om de stad. Een oude, ijzeren brug overspant het Twentekanaal en een weids uitzicht is ons deel. Zoals mijn moeder mij heeft geleerd neem ik diepe teugen van de zuivere lucht. De rust, koeien, lammetjes, de groet van de eenzame boer, de lieflijkheid van het coulissenlandschap, ook ons gemoed wordt gezuiverd. Vooral het intense genieten van Belinda is deugdzaam.
Op de Koornmarkt, alleen daar, is het druk. Op het terras van taveerne Het Wetshuys is nog één tafeltje1914BZ Dag 2 en 3 vrij, precies genoeg.
We fietsen verder, niet alleen langs het Twentekanaal, ook langs Kanaal ZZ en later Kanaal Almelo-Nordhorn. Het stikt hier van de kanalen. Gelukkig houdt de Weezebeek zich niet aan starre rechtlijnigheid. Na 40 kilometer zijn we weer terug bij knooppunt 86.
‘Was het nou links, nee, hier rechts toch, heb jij de parkeerplaats niet opgeslagen, nee, dat doe jij toch altijd, kolere, waar in godsnaam staat die auto?’
Na nog eens 15 kilometer kriskrassen vinden we ‘m eindelijk.

Dag 3, Velsen-Noord (foto 3.)

Op dag drie ben ik alleen en kan ik iets bezoeken waar niemand anders voor warm loopt. Op twitter wordt door een klein groepje verlekkerd gesproken over brutalisme, een vorm van architectuur die door velen als lelijk wordt ervaren. Grote, rauwe, blokachtige betonnen bouwwerken, ooit ook door mij verfoeid. Maar zoals met alles, als je je er maar genoeg in verdiept en aandachtig kijkt wordt het uiteindelijk mooi, zelfs het Slotervaartziekenhuis. Aanjager is Martjan Kuit, als je hem volgt kom je tot de mooiste ontdekkingen.
Bij de ruïne van Brederode in Santpoort stap ik op en door bos en duin bereik ik IJmuiden. Het krankzinnige cruiseschip Valiant Lady ligt daar voor anker en die wil ik wel eens van dichtbij zien. Het blijkt nog absurder dan vooraf vermoed, het is een drijvend flatgebouw. Voor geen goud ga ik op cruise; als ik een loopplank betreed wil ik halverwege al rechtsomkeert maken. Mijn nautische claustrofobie speelt al snel op.
In de haven staat een kloeke watertoren. In hetzelfde brutalisme-groepje zijn die, net als vuurtorens geliefde objecten.
Sowieso is IJmuiden een begeerd oord voor liefhebbers van beton. De net geopende zeesluis is feitelijk een onmetelijke betonnen bak gevuld met water. Ik blijf die sluis gewoon Irma noemen trouwens, de keus voor de naam Zeesluis IJmuiden vond ik laf. ‘Maar opa, waarom heet die sluis Irma?’ ‘Nou jongen, in 2020, jij was nog niet geboren……’
Langs Tata Steel fiets ik landinwaarts richting Velsen-Noord. De hoge silo’s, loodsen en fabriekshallen, onderling verbonden met verroeste maar ook glimmende buizen, houden de snoeiharde oostenwind tegen. Waar de A9 onder het Noordzeekanaal duikt ga ik rechtsaf. Aan het einde van het paadje staat het doel van mijn trip, de ventilatiekokers van de Velsertunnel. Onder de indruk geef ik ze ter plaatse een naam. En ik ben niet laf. Pilaren der Schoonheid, zo noem ik ze.

----------

De auteur heeft de foto's geleverd.








© 2022 Thomas van der Steen meer Thomas van der Steen - meer "Op de fiets" -
Bezigheden > Op de fiets
3 op een rij Thomas van der Steen
1914BZ Dag 1Altijd maar klagen over geen tijd, slecht weer, of alle twee. Dreinen over gemiste kansen is mij niet vreemd. Dus toen ik zondag 17 april week 16 bekeek kon ik mijn ogen haast niet geloven: drie onbeschreven dagen, aaneengesloten. De KNMI-site voorspelde: koud voor de tijd van het jaar, straf windje uit het noordoosten maar overwegend zonnig.

Dag 1, Muiderberg (foto 1.)

Een oude belofte aan een schoolvriend elkaar halfweg tussen zijn Amsterdam en mijn Hilversum te treffen kan eindelijk ingelost worden.
Omdat ik er zo graag op uit wil, vertrek ik veel te vroeg. We hebben afgesproken voor de lunch op de Brink in Muiderberg maar om 10 uur zit ik al op de fiets. Dan maar een een stukje om voor een wandelingetje over de uitgestrekte begraafplaats Nieuw Valkeveen. Bij het graf van Toni Boltini kan ik een glimlach niet onderdrukken; een beeld van een clown met hoge hoed op de rug van een steigerende olifant maakt duidelijk dat hier de ooit gevierde circusdirecteur ligt.
Even verder ligt Naarden-Vesting en over de buitenste wallen maak ik een rondje langs de robuuste verdedigingswerken. Ontspannen peddelend over het Zuiderzeepad bereik ik Muiderberg. De villa op het hoogste punt van het dorp is mijn richtpunt.
Op een terras op de Brink tref ik mijn afspraak. Opmerkelijk, je hebt elkaar bijna 50 jaar niet gesproken en van kiet af aan is het weer als vanouds. Tussen de kroketten door worden de Matthäus Passion, de onrechtvaardige geschiedenisleraar, zorgen om de kinderen, dichter Slauerhoff, Holocaust, TV-series en de breekbaarheid van het leven besproken. Maar gelukkig ook roddels over de klasgenoten van weleer. Gelaafd en gelouterd, en met wind mee, fiets ik naar huis.

Dag 2, Kanaal ZZ (foto 2.)

Op de tweede dag is niet alleen mijn agenda leeg, ook die van Belinda. Zij in het bijzonder wordt overvallen door de drukte van het post-coronatijdperk. Daarom hang ik de fietsen achterop de auto en ontvluchten we de Randstad. Aan de rand van Almelo ( in een onbestemde straat, daarover later meer ) parkeer ik en fietsen we naar knooppunt 86. Vanaf daar gaat het in een ruime boog om de stad. Een oude, ijzeren brug overspant het Twentekanaal en een weids uitzicht is ons deel. Zoals mijn moeder mij heeft geleerd neem ik diepe teugen van de zuivere lucht. De rust, koeien, lammetjes, de groet van de eenzame boer, de lieflijkheid van het coulissenlandschap, ook ons gemoed wordt gezuiverd. Vooral het intense genieten van Belinda is deugdzaam.
Op de Koornmarkt, alleen daar, is het druk. Op het terras van taveerne Het Wetshuys is nog één tafeltje1914BZ Dag 2 en 3 vrij, precies genoeg.
We fietsen verder, niet alleen langs het Twentekanaal, ook langs Kanaal ZZ en later Kanaal Almelo-Nordhorn. Het stikt hier van de kanalen. Gelukkig houdt de Weezebeek zich niet aan starre rechtlijnigheid. Na 40 kilometer zijn we weer terug bij knooppunt 86.
‘Was het nou links, nee, hier rechts toch, heb jij de parkeerplaats niet opgeslagen, nee, dat doe jij toch altijd, kolere, waar in godsnaam staat die auto?’
Na nog eens 15 kilometer kriskrassen vinden we ‘m eindelijk.

Dag 3, Velsen-Noord (foto 3.)

Op dag drie ben ik alleen en kan ik iets bezoeken waar niemand anders voor warm loopt. Op twitter wordt door een klein groepje verlekkerd gesproken over brutalisme, een vorm van architectuur die door velen als lelijk wordt ervaren. Grote, rauwe, blokachtige betonnen bouwwerken, ooit ook door mij verfoeid. Maar zoals met alles, als je je er maar genoeg in verdiept en aandachtig kijkt wordt het uiteindelijk mooi, zelfs het Slotervaartziekenhuis. Aanjager is Martjan Kuit, als je hem volgt kom je tot de mooiste ontdekkingen.
Bij de ruïne van Brederode in Santpoort stap ik op en door bos en duin bereik ik IJmuiden. Het krankzinnige cruiseschip Valiant Lady ligt daar voor anker en die wil ik wel eens van dichtbij zien. Het blijkt nog absurder dan vooraf vermoed, het is een drijvend flatgebouw. Voor geen goud ga ik op cruise; als ik een loopplank betreed wil ik halverwege al rechtsomkeert maken. Mijn nautische claustrofobie speelt al snel op.
In de haven staat een kloeke watertoren. In hetzelfde brutalisme-groepje zijn die, net als vuurtorens geliefde objecten.
Sowieso is IJmuiden een begeerd oord voor liefhebbers van beton. De net geopende zeesluis is feitelijk een onmetelijke betonnen bak gevuld met water. Ik blijf die sluis gewoon Irma noemen trouwens, de keus voor de naam Zeesluis IJmuiden vond ik laf. ‘Maar opa, waarom heet die sluis Irma?’ ‘Nou jongen, in 2020, jij was nog niet geboren……’
Langs Tata Steel fiets ik landinwaarts richting Velsen-Noord. De hoge silo’s, loodsen en fabriekshallen, onderling verbonden met verroeste maar ook glimmende buizen, houden de snoeiharde oostenwind tegen. Waar de A9 onder het Noordzeekanaal duikt ga ik rechtsaf. Aan het einde van het paadje staat het doel van mijn trip, de ventilatiekokers van de Velsertunnel. Onder de indruk geef ik ze ter plaatse een naam. En ik ben niet laf. Pilaren der Schoonheid, zo noem ik ze.

----------

De auteur heeft de foto's geleverd.






© 2022 Thomas van der Steen
powered by CJ2