Beide tuinen vormen een groot contrast. Delft is tamelijk klein en onoverzichtelijk. Er schijnt wel een systeem in te zitten, maar dat is voor de leek niet waarneembaar. Het gaat om toepassingen in de bouw of chemie (verfplanten). De hele collectie bestaat uit 'technische planten'. Voor de leek is het een rommeltje, slecht onderhouden en zonder overzicht, maar er zijn wel leuke dingen te zien.
Utrecht daarentegen is een hele grote tuin, niet in een middagje te behappen. Fort Hoofddijk, een onderdeel van de Hollandse Waterlinie, vormt een onderdeel van de rotstuin, waarvoor 2.100 ton rots uit de Ardennen is aangevoerd. Het is een mooie tuin, overzichtelijk en goed onderhouden. Een genoegen om doorheen te wandelen. Naast planten is er ook een collectie fossielen en zijn er kleine plankjes van verschillende houtsoorten. Een genoegen voor de verzamelaar. Een van de specialisaties van Utrecht is de bromelia en er is ook een hele kas met vleeseters. Zeker een bezoek waard, maar nogal een gedoe om er met de auto te komen.
----------
De tekeningen zijn van de auteur.
|