|
|
|
|
|
|
|
archiefvorig nr.lopend nr. |
|
|
|
Nummer 6
Jaargang 22
28 november 2024 Nummer 7 verschijnt op 19 december 2024 | |
|
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept |
delen printen
terug
|
|
|
|
|
|
|
Nog net op tijd (fictie) |
Mas Papo |
|
|
Bijna had de tram hem te pakken. Nog net op tijd sprong hij opzij, zodat de tram rakelings langs hem heen scheerde. Nou ja, sprong, het was niet meer dan een stap opzij, een sprong zat er niet meer in. Zijn hijgen overstemde de straatgeluiden. Maar zijn eigen tram, waarin hij zo lang hobbelend en schokkend achter in de kaartjes had geknipt, zou hem van het leven beroven of hem tenminste zo blesseren dat hij zijn dagelijkse wandeltochten door de stad zou moeten opgeven. Had de bestuurder hem over het hoofd gezien, even de andere kant op hebben gekeken; normaal gesproken zou hij toch hebben gebeld? Zou hij de bel niet hebben gehoord? Dat leek hem onwaarschijnlijk.
Het deed hem denken aan de dag dat hij werd opgepakt. Ze namen hem mee naar het bureau. Hij kende het goed, het was hun eigen postkantoor, maar het was veranderd in een militair domein. Een zwarte schrijfmachine stond op de tafel waar zijn vader de post sorteerde en de postsorteervakken die achter de tafel stonden, waren met donkere doeken afgedekt. Het zag er onheilspellend uit. Hij had zich doof gehouden. Al bij de arrestatie had hij het voor elkaar gekregen dat ze wisten dat hij gehoorgestoord was.
Tegen zijn jongere broer, die iets naar hem had geroepen, had hij nog gezegd: ‘Schrijf het even op, ik kan je niet zien en je lippen niet lezen’. Op een toon van iemand die niet horen kon. De Duitse soldaten hadden gelachen en achter zijn hoofd onverwacht in de handen geklapt, maar dat had hem niet van de wijs gebracht. Eenmaal in zijn rol, kon hij dit wel uren volhouden, hopelijk lang genoeg. Op het bureau keek hij strak naar de lippen van de commandant en gaf stotterend aan dat hij die niet kon lezen. In het Duits praten mensen anders dan in het Nederlands. Hij hoopte maar dat ze niemand vanuit het dorp zouden halen, om als tolk te fungeren, die zou hem direct hebben herkend. Na enige tijd hadden ze hem weer laten gaan, omdat je met zo’n idiote dove man toch niets zou kunnen aanvangen. Hij had het allemaal gehoord en lachte in zijn vuistje. Binnen een uur stond hij weer op straat.
Toen de tram de hoek om was en hij op het trottoir nog even nahijgde van de plots opkomende astma, zag hij als in een flits het gezicht van de bestuurder. Hij kende de man. Het was de man uit het park waarvan hij dacht dat het een zwerver was. De man die had geprobeerd zijn bandrecorder te stelen, maar die hij te vlug af was geweest. Zou hij hem toch hebben gezien en expres niet hebben gebeld?
--------------- De tekening is van Lucia Jonkhoff ------------------------- Wie zijn bestellingen via deze link: (www.bol.com) doet, steunt De Leunstoel!
|
|
|
|
|
|
|
|
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept |
Nog net op tijd (fictie) |
Mas Papo |
Bijna had de tram hem te pakken. Nog net op tijd sprong hij opzij, zodat de tram rakelings langs hem heen scheerde. Nou ja, sprong, het was niet meer dan een stap opzij, een sprong zat er niet meer in. Zijn hijgen overstemde de straatgeluiden. Maar zijn eigen tram, waarin hij zo lang hobbelend en schokkend achter in de kaartjes had geknipt, zou hem van het leven beroven of hem tenminste zo blesseren dat hij zijn dagelijkse wandeltochten door de stad zou moeten opgeven. Had de bestuurder hem over het hoofd gezien, even de andere kant op hebben gekeken; normaal gesproken zou hij toch hebben gebeld? Zou hij de bel niet hebben gehoord? Dat leek hem onwaarschijnlijk.
Het deed hem denken aan de dag dat hij werd opgepakt. Ze namen hem mee naar het bureau. Hij kende het goed, het was hun eigen postkantoor, maar het was veranderd in een militair domein. Een zwarte schrijfmachine stond op de tafel waar zijn vader de post sorteerde en de postsorteervakken die achter de tafel stonden, waren met donkere doeken afgedekt. Het zag er onheilspellend uit. Hij had zich doof gehouden. Al bij de arrestatie had hij het voor elkaar gekregen dat ze wisten dat hij gehoorgestoord was.
Tegen zijn jongere broer, die iets naar hem had geroepen, had hij nog gezegd: ‘Schrijf het even op, ik kan je niet zien en je lippen niet lezen’. Op een toon van iemand die niet horen kon. De Duitse soldaten hadden gelachen en achter zijn hoofd onverwacht in de handen geklapt, maar dat had hem niet van de wijs gebracht. Eenmaal in zijn rol, kon hij dit wel uren volhouden, hopelijk lang genoeg. Op het bureau keek hij strak naar de lippen van de commandant en gaf stotterend aan dat hij die niet kon lezen. In het Duits praten mensen anders dan in het Nederlands. Hij hoopte maar dat ze niemand vanuit het dorp zouden halen, om als tolk te fungeren, die zou hem direct hebben herkend. Na enige tijd hadden ze hem weer laten gaan, omdat je met zo’n idiote dove man toch niets zou kunnen aanvangen. Hij had het allemaal gehoord en lachte in zijn vuistje. Binnen een uur stond hij weer op straat.
Toen de tram de hoek om was en hij op het trottoir nog even nahijgde van de plots opkomende astma, zag hij als in een flits het gezicht van de bestuurder. Hij kende de man. Het was de man uit het park waarvan hij dacht dat het een zwerver was. De man die had geprobeerd zijn bandrecorder te stelen, maar die hij te vlug af was geweest. Zou hij hem toch hebben gezien en expres niet hebben gebeld?
--------------- De tekening is van Lucia Jonkhoff ------------------------- Wie zijn bestellingen via deze link: (www.bol.com) doet, steunt De Leunstoel!
|
© 2014 Mas Papo |
|
|
|
|
powered by CJ2 |
|