archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Koken delen printen terug
We gaan uit eten vanavond! Maeve van der Steen

0504BZ sorbets
Wat was dat een feest: in een restaurant gaan eten, voor een kind in het begin van de jaren zestig in het dorp Hilversum.
Misschien was het omdat je altijd honger had, en maakte die gezonde eetlust alle maaltijden even heerlijk. Nu ben ik al blij als het een beetje lekker is.
Je kon kiezen tussen ‘de Chinees’ Maan Wah, waar ik altijd Tjap Tjoi nam, ‘Bistro Le Provençal’ op de weg naar Laren, waar je een entrecootje met Beurre Maître d’Hotel mocht, en mijn moeder steevast de Mixed Grill nam, of De Witte Bergen (nu een Van der Valk) waar vooral de vele bakjes groente (sommige met papje), de gebakken aardappels en de enorme ijscoupes de grote attractie waren. Veel was toen aantrekkelijk, buikje rond eten het devies.

Waarom gaat een mens tegenwoordig in een restaurant eten? Om iets nieuws te proeven, om eens niet thuis te zijn, om niet te hoeven afwassen, koken en boodschappen doen. Om eens met je zwijgzame man te praten, want er zal toch een beetje gekletst moeten worden anders denken de mensen nog dat je je verveelt. Onzin natuurlijk want er is altijd veel leuks om naar te kijken: rijen wijnflessen, grote borden die voorbijkomen waar niet meteen aan te zien is of het voorafjes of desserts betreft, bedienende meisjes en jongens die er beeldig uitzien en meestal van toeten noch blazen weten, andere gasten die zich vervelen of zich juist jaloersmakend vermaken, en als je geluk hebt: de bedrijvigheid in de keuken.

Maar voor het eten zelf kan je meestal beter thuis blijven. En voor de wijn ook. De wijnkaart doornemen vind ik een verrukkelijke bezigheid, zeker als er niet al te veel voor de hand liggende Chardonnay’s en Merlots op staan, maar je zou wel gek zijn om een echt interessante wijn te nemen, want die is vaak buiten proportie duur. Goddank zijn er tegenwoordig wel meerdere huiswijnen per glas verkrijgbaar en je mag een huiswijn ook altijd even proeven voor je een hele fles bestelt. Doen, dat voorproeven.
Als je een ‘echte’ wijn neemt, niet zo flauw zijn om de één na goedkoopste op de kaart te nemen, dat doen de meeste Nederlanders al sinds jaar en dag, onder het motto ‘de goedkoopste nemen staat zo krenterig’. Bedenk dat de Bordeaux en Bourgognes in verhouding vaak te duur zijn en de Elzassers wat te zoetig voor bij de maaltijd (wel heel goed bij kaas). Van de wijnen uit de nieuwe wereldlanden vind ik de Chilenen en Argentijnen het best. Maar ook de niet al te goedkope Australiërs kunnen geweldig zijn.
Enfin, het blijft een beetje gokken, de wijnen worden gelukkig steeds beter over het algemeen, ook in restaurants. Jammer alleen dat er in veel wijnen, Zuid-Afrikaanse bijvoorbeeld maar tegenwoordig ook wel Franse helaas, wat te weinig zuur en teveel alcohol zit, 13,5% is al bijna normaal.
Halve flesjes zijn zelden verkrijgbaar, heel lastig als een van de twee niet drinkt. En karafjes daar doet men in Nederland helemaal niet aan, dat is in Frankrijk en Italië zo fijn, un quart als je alleen bent (twee en een half bescheiden glaasjes) of een mezzo litro als je met zijn tweeën bent. Soms zelfs bij het dagmenu inbegrepen.

Natuurlijk gaan we toch af en toe uit eten, al is het prachtige lamsvlees vaak net even te rauw, het stuk paté vooraf weliswaar heerlijk maar veel te zwaar, de sla te zoet en de groente alleen met een loupe te vinden.
Dus voordat we naar ons favoriete restaurant gaan, of als we geen idee hebben waar we nu eens heen zullen gaan, raadplegen we Iens. www.iens.nl
Hoe deze site werkt wijst zich vanzelf.

Iens is enig en nuttig bovendien, hoewel behoorlijk onbetrouwbaar doordat iedereen er als recensie in mag schrijven wat hij wil, mits het netjes en beschaafd wordt gehouden. Als je zuster net een pizzeria heeft geopend, kan jij dus rustig schrijven: ‘top, wat een leuke tent is dit en wat een heerlijk eten’ zonder dat er een waarschuwing bijstaat dat dit eigenlijk verkapte reclame is. Ik merk het meestal wel, ze zijn namelijk veel te weinig specifiek, die jubelrecensies: ‘geweldig eten, heerlijke wijnen, fantastische bediening!’ zonder dat er gezegd wordt wat er nu precies zo geweldig aan was.
Terwijl de negatieve stukjes de details niet schuwen: ‘na twintig minuten kwam de ongeïnteresseerde ober met de snor eens vragen wat we wilden drinken, de biefstuk bleek een verbrande schoenzool en de aardappels waren niet gaar, we komen hier NOOIT meer’. Heerlijk leesvoer.

Toch is het handig om even op Iens te kijken, al is het maar voor het telefoonnummer van het beschreven restaurant, en je krijgt in ieder geval een indruk. Lees dan vooral de meest recente beoordelingen, die zijn nog enigszins betrouwbaar, hoewel je er altijd rekening mee moet houden dat smaken verschillen. Ik heb bijvoorbeeld laatst in een tent gegeten in de buurt van het Leidseplein in Amsterdam (dat is natuurlijk ook vragen om moeilijkheden) waar de Iens schrijvers juichend over waren terwijl het eten over de hele linie te vet en te zoet was en de krab nepkrab –mag dat eigenlijk surimi serveren als er krab op de kaart stond? De wijn redde de avond. Zoals zo vaak trouwens. Hebben we net besloten het geheel een beetje low budget te houden, nemen we achteraf, in een goede stemming gekomen door de lekkere wijn, een veel te dure Calvados.
Waarschijnlijk is het die goede stemming waar de horeca aan verdient: kom op, we zijn uit, wat kan het schelen, laten we er nog eentje nemen. En we laten ook niet zo’n kinderachtige fooi achter.

En dat de rekening meestal zo tegenvalt is dan de reden dat we niet zo gauw weer gaan, helaas! Maar het kan ook meevallen. Laatst even een hapje gegeten in café de Smoeshaan, ook bij het Leidseplein, en het stuk gebakken griet was perfect, de patat superknapperig, de spinazie en peultjes prima, rekening slechts € 50 voor twee personen, maar ja, wel weinig gedronken want er moest nog een toneelstuk bekeken worden...
Het beste kan je naar een Turks, Libanees of Marokkans restaurant gaan als je lekker en goedkoop wil eten, en misschien eens iets wil proeven wat je nog niet kent. Pittige en zachte hapjes met veel kruiden en knoflook, warm brood erbij, eenvoudig glaasje rood, wat wil je nog meer, en meestal hebben ze geen Calvados in huis, dat scheelt weer.
Ga vanavond dus niet koken maar sleep je huisgenoot of je buurvrouw mee naar een restaurant in de buurt. En dan maar hopen dat de ober zo attent is om, als jullie één dessert bestellen, er twee lepeltjes bij te leggen (de ander hoefde namelijk echt geen toetje, ‘maar mag ik een hapje proeven?’).

Veel plezier!
 
**********************************
 
*************************************************************
Uitgave van De Leunstoel wordt mede mogelijk gemaakt door donaties van:
Barbara Muller, Katharina Kouwenhoven, Hans Meijer, J.J.Waasdorp-Mulders,
Ruurd Kunnen, Beer Meijer, Carlo van Praag, J.Bakker, J.W.Meijer,
Evelien Polter, Mabel Amber, Ruud van Ruijven, Frits Hoorweg en anderen.


© 2007 Maeve van der Steen meer Maeve van der Steen - meer "Koken" -
Bezigheden > Koken
We gaan uit eten vanavond! Maeve van der Steen
0504BZ sorbets
Wat was dat een feest: in een restaurant gaan eten, voor een kind in het begin van de jaren zestig in het dorp Hilversum.
Misschien was het omdat je altijd honger had, en maakte die gezonde eetlust alle maaltijden even heerlijk. Nu ben ik al blij als het een beetje lekker is.
Je kon kiezen tussen ‘de Chinees’ Maan Wah, waar ik altijd Tjap Tjoi nam, ‘Bistro Le Provençal’ op de weg naar Laren, waar je een entrecootje met Beurre Maître d’Hotel mocht, en mijn moeder steevast de Mixed Grill nam, of De Witte Bergen (nu een Van der Valk) waar vooral de vele bakjes groente (sommige met papje), de gebakken aardappels en de enorme ijscoupes de grote attractie waren. Veel was toen aantrekkelijk, buikje rond eten het devies.

Waarom gaat een mens tegenwoordig in een restaurant eten? Om iets nieuws te proeven, om eens niet thuis te zijn, om niet te hoeven afwassen, koken en boodschappen doen. Om eens met je zwijgzame man te praten, want er zal toch een beetje gekletst moeten worden anders denken de mensen nog dat je je verveelt. Onzin natuurlijk want er is altijd veel leuks om naar te kijken: rijen wijnflessen, grote borden die voorbijkomen waar niet meteen aan te zien is of het voorafjes of desserts betreft, bedienende meisjes en jongens die er beeldig uitzien en meestal van toeten noch blazen weten, andere gasten die zich vervelen of zich juist jaloersmakend vermaken, en als je geluk hebt: de bedrijvigheid in de keuken.

Maar voor het eten zelf kan je meestal beter thuis blijven. En voor de wijn ook. De wijnkaart doornemen vind ik een verrukkelijke bezigheid, zeker als er niet al te veel voor de hand liggende Chardonnay’s en Merlots op staan, maar je zou wel gek zijn om een echt interessante wijn te nemen, want die is vaak buiten proportie duur. Goddank zijn er tegenwoordig wel meerdere huiswijnen per glas verkrijgbaar en je mag een huiswijn ook altijd even proeven voor je een hele fles bestelt. Doen, dat voorproeven.
Als je een ‘echte’ wijn neemt, niet zo flauw zijn om de één na goedkoopste op de kaart te nemen, dat doen de meeste Nederlanders al sinds jaar en dag, onder het motto ‘de goedkoopste nemen staat zo krenterig’. Bedenk dat de Bordeaux en Bourgognes in verhouding vaak te duur zijn en de Elzassers wat te zoetig voor bij de maaltijd (wel heel goed bij kaas). Van de wijnen uit de nieuwe wereldlanden vind ik de Chilenen en Argentijnen het best. Maar ook de niet al te goedkope Australiërs kunnen geweldig zijn.
Enfin, het blijft een beetje gokken, de wijnen worden gelukkig steeds beter over het algemeen, ook in restaurants. Jammer alleen dat er in veel wijnen, Zuid-Afrikaanse bijvoorbeeld maar tegenwoordig ook wel Franse helaas, wat te weinig zuur en teveel alcohol zit, 13,5% is al bijna normaal.
Halve flesjes zijn zelden verkrijgbaar, heel lastig als een van de twee niet drinkt. En karafjes daar doet men in Nederland helemaal niet aan, dat is in Frankrijk en Italië zo fijn, un quart als je alleen bent (twee en een half bescheiden glaasjes) of een mezzo litro als je met zijn tweeën bent. Soms zelfs bij het dagmenu inbegrepen.

Natuurlijk gaan we toch af en toe uit eten, al is het prachtige lamsvlees vaak net even te rauw, het stuk paté vooraf weliswaar heerlijk maar veel te zwaar, de sla te zoet en de groente alleen met een loupe te vinden.
Dus voordat we naar ons favoriete restaurant gaan, of als we geen idee hebben waar we nu eens heen zullen gaan, raadplegen we Iens. www.iens.nl
Hoe deze site werkt wijst zich vanzelf.

Iens is enig en nuttig bovendien, hoewel behoorlijk onbetrouwbaar doordat iedereen er als recensie in mag schrijven wat hij wil, mits het netjes en beschaafd wordt gehouden. Als je zuster net een pizzeria heeft geopend, kan jij dus rustig schrijven: ‘top, wat een leuke tent is dit en wat een heerlijk eten’ zonder dat er een waarschuwing bijstaat dat dit eigenlijk verkapte reclame is. Ik merk het meestal wel, ze zijn namelijk veel te weinig specifiek, die jubelrecensies: ‘geweldig eten, heerlijke wijnen, fantastische bediening!’ zonder dat er gezegd wordt wat er nu precies zo geweldig aan was.
Terwijl de negatieve stukjes de details niet schuwen: ‘na twintig minuten kwam de ongeïnteresseerde ober met de snor eens vragen wat we wilden drinken, de biefstuk bleek een verbrande schoenzool en de aardappels waren niet gaar, we komen hier NOOIT meer’. Heerlijk leesvoer.

Toch is het handig om even op Iens te kijken, al is het maar voor het telefoonnummer van het beschreven restaurant, en je krijgt in ieder geval een indruk. Lees dan vooral de meest recente beoordelingen, die zijn nog enigszins betrouwbaar, hoewel je er altijd rekening mee moet houden dat smaken verschillen. Ik heb bijvoorbeeld laatst in een tent gegeten in de buurt van het Leidseplein in Amsterdam (dat is natuurlijk ook vragen om moeilijkheden) waar de Iens schrijvers juichend over waren terwijl het eten over de hele linie te vet en te zoet was en de krab nepkrab –mag dat eigenlijk surimi serveren als er krab op de kaart stond? De wijn redde de avond. Zoals zo vaak trouwens. Hebben we net besloten het geheel een beetje low budget te houden, nemen we achteraf, in een goede stemming gekomen door de lekkere wijn, een veel te dure Calvados.
Waarschijnlijk is het die goede stemming waar de horeca aan verdient: kom op, we zijn uit, wat kan het schelen, laten we er nog eentje nemen. En we laten ook niet zo’n kinderachtige fooi achter.

En dat de rekening meestal zo tegenvalt is dan de reden dat we niet zo gauw weer gaan, helaas! Maar het kan ook meevallen. Laatst even een hapje gegeten in café de Smoeshaan, ook bij het Leidseplein, en het stuk gebakken griet was perfect, de patat superknapperig, de spinazie en peultjes prima, rekening slechts € 50 voor twee personen, maar ja, wel weinig gedronken want er moest nog een toneelstuk bekeken worden...
Het beste kan je naar een Turks, Libanees of Marokkans restaurant gaan als je lekker en goedkoop wil eten, en misschien eens iets wil proeven wat je nog niet kent. Pittige en zachte hapjes met veel kruiden en knoflook, warm brood erbij, eenvoudig glaasje rood, wat wil je nog meer, en meestal hebben ze geen Calvados in huis, dat scheelt weer.
Ga vanavond dus niet koken maar sleep je huisgenoot of je buurvrouw mee naar een restaurant in de buurt. En dan maar hopen dat de ober zo attent is om, als jullie één dessert bestellen, er twee lepeltjes bij te leggen (de ander hoefde namelijk echt geen toetje, ‘maar mag ik een hapje proeven?’).

Veel plezier!
 
**********************************
 
*************************************************************
Uitgave van De Leunstoel wordt mede mogelijk gemaakt door donaties van:
Barbara Muller, Katharina Kouwenhoven, Hans Meijer, J.J.Waasdorp-Mulders,
Ruurd Kunnen, Beer Meijer, Carlo van Praag, J.Bakker, J.W.Meijer,
Evelien Polter, Mabel Amber, Ruud van Ruijven, Frits Hoorweg en anderen.
© 2007 Maeve van der Steen
powered by CJ2