archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Brief uit ... delen printen terug
De Mulo op Texel Joop Quint

1303BS Cup of TexelHoe was het op de MULO op Texel in de jaren vijftig? Een van die existentiële vragen die mensen bezig houden. Ik weet het alleen maar uit de overlevering. Ik heb er zelf niet op gezeten. Maar ik woonde toen in Den Burg op Texel en ik ken de mensen die daar op de MULO zaten.

De MULO was in ieder geval veel netter dan de boot. Dat vraagt om uitleg. In die tijd gingen ongeveer honderd jongens en meisjes elke dag met de boot naar school in Den Helder. Visserijschool, zeevaartschool, ambachtschool, kweekschool, lyceum en HBS. Ik ging naar de HBS. De boot ging toen nog vanaf Oudeschild en deed er drie kwartier over. Wij zaten met z’n allen in het ruim onderin. Daar was ook een studiehok voor ons gemaakt. Daar kon je nog wat aan je repetitie doen die je die dag had.

Onlangs sprak ik een man van mijn leeftijd, midden zeventig, en ik vroeg hem: ‘Harry, waarom ging jij niet naar de overkant op school?’ Dat was niet zo’n vreemde vraag, want Harry is gewoon slim. Hij is 40 jaar hoofdredacteur van de Texelse Courant geweest. En …. nog veel belangrijker, hij is ereburger van Texel.

Daar waren er ooit drie van, nu nog maar twee. Jan Wolkers is overleden, maar Professor Kees de Jager, 93, vermaard astronoom, ik spreek hem zo nu en dan als hij boodschappen doet, is er nog steeds. En hij blijft nog wel even. Op z’n 90e liep hij nog de halve marathon van Texel. (Lees vooral ‘Terugblik’, zijn herinneringen aan Texel, maar ook aan zijn vele internationale ontmoetingen met befaamde astronomen.)

Harry dus, antwoordde: ‘Ik mocht niet van mijn moeder’. De logische vraag was natuurlijk: ‘Waarom niet, Harry?’ ‘Mijn moeder dacht dat op de boot de jongens met hun handen onder de rokken van de meisjes zaten.’ Mijn antwoord: ‘Dat was ook zo, Harry’.
Maar er was ook een andere reden waarom je naar de MULO ging. Het was het hoogst haalbare. Ik spreek mijn vriendinnetje uit die tijd tot mijn genoegen nog regelmatig. (Mijn vriendinnetje van zestig jaar geleden.) Haar vader was buschauffeur en ze woonden in De Cocksdorp. Dat is ongeveer twintig kilometer van de MULO in Den Burg. Ze vertelde dat al haar vriendinnetjes van de lagere school naar de huishoudschool gingen. Zij was de enige die naar de MULO  ging.

Dat zegt iets over de MULO. Dat zegt ook iets over Texel: een kleine geïsoleerde gemeenschap. En dat is het eigenlijk nog steeds, ondanks alle toeristen, ondanks een veel betere bootverbinding, ondanks de Aldi en de Lidl. Want ze zijn er bijna allemaal nog, de jongens en meisjes die zestig jaar geleden bij elkaar in de klas zaten. Ze gaan niet weg. En hun kinderen ook niet. Wel een tijdje voor studie of werk, maar ze komen weer terug. ‘Het is te druk aan de overkant.’ ‘In Alkmaar kan je je auto niet parkeren.’

Ik ken er nu nog steeds een paar. Natuurlijk mijn vriendinnetje, die handbalde, maar ook sommige jongens met wie ik voetbalde, of een patatje of een ijsje at. Maar het lijkt wel of zij elkaar allemaal kennen. ‘Zijn fietsenzaak gaat heel goed, die heeft hij van zijn vader overgenomen.’ ‘Die zijn met elkaar getrouwd, dat was op school al een stel.’ ‘Zij is getrouwd met een jongen van de overkant. Maar dat werd niks. Dus nu woont ze weer hier.’

Dat zijn de verhalen die ik ’s ochtends bij de koffie hoor op het terras voor De Kastanjeboom. En dan probeer ik ze uit te leggen dat ik hier liever niet woon. Onze caravan in het voorjaar en de zomer is heerlijk. En verder: Amsterdam.

---------------------------
De tekening is van Annemiek Meijer
--------------------------
Bestel uw boeken, CD's en nog veel meer
bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel!


© 2015 Joop Quint meer Joop Quint - meer "Brief uit ..." -
Beschouwingen > Brief uit ...
De Mulo op Texel Joop Quint
1303BS Cup of TexelHoe was het op de MULO op Texel in de jaren vijftig? Een van die existentiële vragen die mensen bezig houden. Ik weet het alleen maar uit de overlevering. Ik heb er zelf niet op gezeten. Maar ik woonde toen in Den Burg op Texel en ik ken de mensen die daar op de MULO zaten.

De MULO was in ieder geval veel netter dan de boot. Dat vraagt om uitleg. In die tijd gingen ongeveer honderd jongens en meisjes elke dag met de boot naar school in Den Helder. Visserijschool, zeevaartschool, ambachtschool, kweekschool, lyceum en HBS. Ik ging naar de HBS. De boot ging toen nog vanaf Oudeschild en deed er drie kwartier over. Wij zaten met z’n allen in het ruim onderin. Daar was ook een studiehok voor ons gemaakt. Daar kon je nog wat aan je repetitie doen die je die dag had.

Onlangs sprak ik een man van mijn leeftijd, midden zeventig, en ik vroeg hem: ‘Harry, waarom ging jij niet naar de overkant op school?’ Dat was niet zo’n vreemde vraag, want Harry is gewoon slim. Hij is 40 jaar hoofdredacteur van de Texelse Courant geweest. En …. nog veel belangrijker, hij is ereburger van Texel.

Daar waren er ooit drie van, nu nog maar twee. Jan Wolkers is overleden, maar Professor Kees de Jager, 93, vermaard astronoom, ik spreek hem zo nu en dan als hij boodschappen doet, is er nog steeds. En hij blijft nog wel even. Op z’n 90e liep hij nog de halve marathon van Texel. (Lees vooral ‘Terugblik’, zijn herinneringen aan Texel, maar ook aan zijn vele internationale ontmoetingen met befaamde astronomen.)

Harry dus, antwoordde: ‘Ik mocht niet van mijn moeder’. De logische vraag was natuurlijk: ‘Waarom niet, Harry?’ ‘Mijn moeder dacht dat op de boot de jongens met hun handen onder de rokken van de meisjes zaten.’ Mijn antwoord: ‘Dat was ook zo, Harry’.
Maar er was ook een andere reden waarom je naar de MULO ging. Het was het hoogst haalbare. Ik spreek mijn vriendinnetje uit die tijd tot mijn genoegen nog regelmatig. (Mijn vriendinnetje van zestig jaar geleden.) Haar vader was buschauffeur en ze woonden in De Cocksdorp. Dat is ongeveer twintig kilometer van de MULO in Den Burg. Ze vertelde dat al haar vriendinnetjes van de lagere school naar de huishoudschool gingen. Zij was de enige die naar de MULO  ging.

Dat zegt iets over de MULO. Dat zegt ook iets over Texel: een kleine geïsoleerde gemeenschap. En dat is het eigenlijk nog steeds, ondanks alle toeristen, ondanks een veel betere bootverbinding, ondanks de Aldi en de Lidl. Want ze zijn er bijna allemaal nog, de jongens en meisjes die zestig jaar geleden bij elkaar in de klas zaten. Ze gaan niet weg. En hun kinderen ook niet. Wel een tijdje voor studie of werk, maar ze komen weer terug. ‘Het is te druk aan de overkant.’ ‘In Alkmaar kan je je auto niet parkeren.’

Ik ken er nu nog steeds een paar. Natuurlijk mijn vriendinnetje, die handbalde, maar ook sommige jongens met wie ik voetbalde, of een patatje of een ijsje at. Maar het lijkt wel of zij elkaar allemaal kennen. ‘Zijn fietsenzaak gaat heel goed, die heeft hij van zijn vader overgenomen.’ ‘Die zijn met elkaar getrouwd, dat was op school al een stel.’ ‘Zij is getrouwd met een jongen van de overkant. Maar dat werd niks. Dus nu woont ze weer hier.’

Dat zijn de verhalen die ik ’s ochtends bij de koffie hoor op het terras voor De Kastanjeboom. En dan probeer ik ze uit te leggen dat ik hier liever niet woon. Onze caravan in het voorjaar en de zomer is heerlijk. En verder: Amsterdam.

---------------------------
De tekening is van Annemiek Meijer
--------------------------
Bestel uw boeken, CD's en nog veel meer
bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel!
© 2015 Joop Quint
powered by CJ2