archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Feuilleton delen printen terug
Eine Winterreise (3) Bram Schilperoord

1619BZ Winter3'Pijn in je benen' is wel de meest zichtbare kwaal bij ouderen, stel ik vast als ik zelf – ook niet bepaald in sneltreinvaart – de boardwalk langs het strand bewandel. Want er wordt hier wat afgestrompeld. Armzwaaien gaat nog best, maar een fikse sprong is er niet meer bij. Toch, en dat is bewonderenswaardig, zit men niet bij de pakken neer. Nou ja, na een minuut of tien zijgt men amechtig neer op het dichtstbijzijnde bankje of muurtje, maar na nieuwe krachten te hebben opgedaan vervolgd men dapper zijns weegs. Een schril contrast met de kitesurfers die uur na uur met reuze snelheid de golven trotseren, soms kopje ondergaan, maar dan (vliegensvlug) hun vliegers weer in de juiste windrichting manoeuvreren en er weer vandoor gaan. Een kwestie van leeftijd, is de voor de hand liggende gedachte: 'als ik zo jong was ... enz'.

Dat moge dan gelden voor de gespierde golfbedwingers, de parachutist die vrijdagmiddag omstreeks drie uur op ongeveer tien meter afstand van mij landde op het strand van Calpe, behoorde wel degelijk tot de oude garde. Vijf minuten eerder zag ik hem ter hoogte van de berg, ongeveer 300 meter boven zee hangen. Door de wind werd hij naar de kust gedreven, bleef nog een tijdje rondcirkelen, scheerde rakelings langs een balkon van een hoog flatgebouw, stuurde wat bij en maakte een perfecte landing op het zand. Ik kon het niet laten te applaudisseren, liep naar 'm toe en schudde zijn hand. Hij ontdeed zich van zijn valhelm en ik keek in het gezicht van een man die tenminste de zestig was gepasseerd. 'Is it not dangerous landing along these high buildings?' vroeg ik en wees naar de 20-verdiepingen hoge woontorens die vlak aan het strand staan. 'Not with this wind', was zijn antwoord.

Hij vouwde de boel op en propte het in een grote rugzak, samen met het stoeltje waarin hij was gezeten, hangende onder de parachute. 'There's one more coming', zei hij wijzend in de lucht, 'My son is underway'. Voorlopig was er nog niets te zien, maar na een minuut of tien verscheen er een stipje in de lucht. Weer tien minuten later maakte de zoon een eveneens perfecte landing op vrijwel dezelfde plaats in het zachte zand. Iets minder roekeloos en wat verder verwijderd van de flatgebouwen. Op twee kilometer hoogte waren beiden boven zee gedropt. Pa het eerst, de zoon een kwartiertje later. Positie bepalen via GPS en dan koers zetten naar het vasteland, in dit geval het strand van Calpe, waar hun auto was geparkeerd. Piece of cake (fluitje van een cent), meende de oudste parachutist. Dat vond ik ook, maar niet heus. Ik durf van 4-hoog al niet meer naar beneden te kijken, schijtlijster die ik ben.

Eerlijk gezegd heb ik die zee nu wel gezien (vanaf mijn balkonnetje). En 't maakt ook een hels lawaai, die golven die maar doelloos op het strand kapot slaan. (De zee klotst voort in eindeloze deining, de zee waarin mijn ziel zichzelf weerspiegeld ziet. Willem Kloos, 19-eeuwse dichter). Maar ik moest zo nodig uitzicht hebben: a room with a view. Thuis heb ik dat niet, vandaar. M'n stemming is ook niet bepaald opperbest want het weer laat 't behoorlijk afweten. Zwaar bewolkt met af en toe een flinke plensbui. 't Lijkt wel Nederland, dus eigenlijk zou ik me 'heel wel' thuis moeten voelen. Maar in dit appartementje is het steenkoud, niet in het minst veroorzaakt door de fraaie tegelvloer

Nou ja, niet langer zeuren, morgen vertrek ik naar het 'flitsende' Altea, 15 kilometer zuidelijker. Gisteren even geweest en toen ik mijn auto parkeerde was dat precies tegenover Café ’t Haventje, waar men eventueel kon genieten van 'koffie met huisgemaakte appelgebak'. Een colaatje had ze ook, de eigenaresse, een Volendamse die zich hier zeven jaar geleden vestigde. Toen ik vertelde dat ik in Calpe zat zei ze, 'Bah, daar vind ik nou niks aan, het is hier veel leuker! Veel meer nationaliteiten, veel leukere eettenten'.
Daar kon ze wel eens gelijk in hebben, in die eettenten dan, want wat zag dat er feestelijk uit in het hotel-restaurant San Miguel, waar ik even later binnenstapte. En ze zaten er wel heel lekker te smullen ook. Wijlen Johannes van Dam had het zeker een 9-plus gegeven. Daar zou ik best een weekje willen doorbrengen en me door de koks laten verwennen. In plaats van dat saaie, armoedige toeristeneten dat in Calpe op tafel wordt gezet.

Schappelijke hotelprijs ook maar helaas kon men mij niet aan een kamer helpen. Volgeboekt tot en met maart. Ik kon het niet geloven, totdat de gerant mij de boekingsagenda toonde. Vierhonderd meter verder op de boulevard vroeg men maar liefst 85 euro voor een hotelkamer. Via booking dot com heb ik nu voor één nachtje geboekt in een ander hotel, niet te ver van San Miguel en bij aankomst ga ik er gelijk eten. En misschien heeft er wel iemand afgezegd zodat ik daar alsnog een week kan doorbrengen. Dan mag het van mij regenen, desnoods sneeuwen, ik kom dat restaurant niet meer uit.

-----
Het plaatje is van Freek de Vries Lentsch


© 2019 Bram Schilperoord meer Bram Schilperoord - meer "Feuilleton"
Bezigheden > Feuilleton
Eine Winterreise (3) Bram Schilperoord
1619BZ Winter3'Pijn in je benen' is wel de meest zichtbare kwaal bij ouderen, stel ik vast als ik zelf – ook niet bepaald in sneltreinvaart – de boardwalk langs het strand bewandel. Want er wordt hier wat afgestrompeld. Armzwaaien gaat nog best, maar een fikse sprong is er niet meer bij. Toch, en dat is bewonderenswaardig, zit men niet bij de pakken neer. Nou ja, na een minuut of tien zijgt men amechtig neer op het dichtstbijzijnde bankje of muurtje, maar na nieuwe krachten te hebben opgedaan vervolgd men dapper zijns weegs. Een schril contrast met de kitesurfers die uur na uur met reuze snelheid de golven trotseren, soms kopje ondergaan, maar dan (vliegensvlug) hun vliegers weer in de juiste windrichting manoeuvreren en er weer vandoor gaan. Een kwestie van leeftijd, is de voor de hand liggende gedachte: 'als ik zo jong was ... enz'.

Dat moge dan gelden voor de gespierde golfbedwingers, de parachutist die vrijdagmiddag omstreeks drie uur op ongeveer tien meter afstand van mij landde op het strand van Calpe, behoorde wel degelijk tot de oude garde. Vijf minuten eerder zag ik hem ter hoogte van de berg, ongeveer 300 meter boven zee hangen. Door de wind werd hij naar de kust gedreven, bleef nog een tijdje rondcirkelen, scheerde rakelings langs een balkon van een hoog flatgebouw, stuurde wat bij en maakte een perfecte landing op het zand. Ik kon het niet laten te applaudisseren, liep naar 'm toe en schudde zijn hand. Hij ontdeed zich van zijn valhelm en ik keek in het gezicht van een man die tenminste de zestig was gepasseerd. 'Is it not dangerous landing along these high buildings?' vroeg ik en wees naar de 20-verdiepingen hoge woontorens die vlak aan het strand staan. 'Not with this wind', was zijn antwoord.

Hij vouwde de boel op en propte het in een grote rugzak, samen met het stoeltje waarin hij was gezeten, hangende onder de parachute. 'There's one more coming', zei hij wijzend in de lucht, 'My son is underway'. Voorlopig was er nog niets te zien, maar na een minuut of tien verscheen er een stipje in de lucht. Weer tien minuten later maakte de zoon een eveneens perfecte landing op vrijwel dezelfde plaats in het zachte zand. Iets minder roekeloos en wat verder verwijderd van de flatgebouwen. Op twee kilometer hoogte waren beiden boven zee gedropt. Pa het eerst, de zoon een kwartiertje later. Positie bepalen via GPS en dan koers zetten naar het vasteland, in dit geval het strand van Calpe, waar hun auto was geparkeerd. Piece of cake (fluitje van een cent), meende de oudste parachutist. Dat vond ik ook, maar niet heus. Ik durf van 4-hoog al niet meer naar beneden te kijken, schijtlijster die ik ben.

Eerlijk gezegd heb ik die zee nu wel gezien (vanaf mijn balkonnetje). En 't maakt ook een hels lawaai, die golven die maar doelloos op het strand kapot slaan. (De zee klotst voort in eindeloze deining, de zee waarin mijn ziel zichzelf weerspiegeld ziet. Willem Kloos, 19-eeuwse dichter). Maar ik moest zo nodig uitzicht hebben: a room with a view. Thuis heb ik dat niet, vandaar. M'n stemming is ook niet bepaald opperbest want het weer laat 't behoorlijk afweten. Zwaar bewolkt met af en toe een flinke plensbui. 't Lijkt wel Nederland, dus eigenlijk zou ik me 'heel wel' thuis moeten voelen. Maar in dit appartementje is het steenkoud, niet in het minst veroorzaakt door de fraaie tegelvloer

Nou ja, niet langer zeuren, morgen vertrek ik naar het 'flitsende' Altea, 15 kilometer zuidelijker. Gisteren even geweest en toen ik mijn auto parkeerde was dat precies tegenover Café ’t Haventje, waar men eventueel kon genieten van 'koffie met huisgemaakte appelgebak'. Een colaatje had ze ook, de eigenaresse, een Volendamse die zich hier zeven jaar geleden vestigde. Toen ik vertelde dat ik in Calpe zat zei ze, 'Bah, daar vind ik nou niks aan, het is hier veel leuker! Veel meer nationaliteiten, veel leukere eettenten'.
Daar kon ze wel eens gelijk in hebben, in die eettenten dan, want wat zag dat er feestelijk uit in het hotel-restaurant San Miguel, waar ik even later binnenstapte. En ze zaten er wel heel lekker te smullen ook. Wijlen Johannes van Dam had het zeker een 9-plus gegeven. Daar zou ik best een weekje willen doorbrengen en me door de koks laten verwennen. In plaats van dat saaie, armoedige toeristeneten dat in Calpe op tafel wordt gezet.

Schappelijke hotelprijs ook maar helaas kon men mij niet aan een kamer helpen. Volgeboekt tot en met maart. Ik kon het niet geloven, totdat de gerant mij de boekingsagenda toonde. Vierhonderd meter verder op de boulevard vroeg men maar liefst 85 euro voor een hotelkamer. Via booking dot com heb ik nu voor één nachtje geboekt in een ander hotel, niet te ver van San Miguel en bij aankomst ga ik er gelijk eten. En misschien heeft er wel iemand afgezegd zodat ik daar alsnog een week kan doorbrengen. Dan mag het van mij regenen, desnoods sneeuwen, ik kom dat restaurant niet meer uit.

-----
Het plaatje is van Freek de Vries Lentsch
© 2019 Bram Schilperoord
powered by CJ2